De wereld redden begint bij ontbijt - Gert Engelen (Socius Trefdag - 18 novem...
Aan de slag met de leerfunctie - Gie Van den Eeckhaut (Socius)
1. Aan de slag met de leerfunctie
Gie Van den Eeckhaut - stafmedewerker
SOCIUS vzw, steunpunt sociaal-cultureel volwassenenwerk
2. Programma
§ De decretale context - kort
§ Werken aan een visie vanuit je missie
§ Een eerste oefening op basis van twee typepraktijken
§ Bouwstenen voor een handelingslogica, functie per functie
§ En verder oefenen
15/05/19 www.socius.be 2
3. De functies:
decretale context
Over de aard van de sociaal-culturele praktijken:
de pijlers van het sociaal-cultureel werk
15/05/19 www.socius.be 3
4. Decreet 2017
§ Het decreet stapt af van de opdeling van organisaties in
werksoorten en legt niet langer een welbepaalde combinatie van
functies op.
§ Dit betekent dat organisaties – behalve de organisaties met een
werking binnen specifieke regio’s – nu zelf vrij kunnen kiezen op
welke functies zij willen inzetten om hun visie en missie te
realiseren.
§ Organisaties kiezen een eigen mix van minimaal twee functies die
zij als hun kernfuncties beschouwen.
§ Dit impliceert dat organisaties een goed onderbouwde visie hebben
op de gekozen functiemix en de onderscheiden functies, alsook
op de werkwijze(n) die ze willen hanteren om die functies te
realiseren.
5. Wat zijn de sociaal-culturele functies in
2017?
In de Memorie van Toelichting lezen we:
§ De sociaal-culturele functies zijn én blijven de pijlers van het
SCVW
§ Een sociaal-culturele functie is: een weloverwogen keuze over
de aard van de beoogde sociaal-culturele interventies
§ Het gaat over de aard, vorm en structurering van de
praktijken die je opzet en de processen die je daarmee
beoogt.
6. Decreet 2017
§ Sociaal-culturele rollen:
§ Verbindende rol
§ Kritische rol
§ Laboratoriumrol
§ Eigen functiemix ‘toe-eigenen’ in relatie tot missie, visie en
omgevingsanalyse
§ Actualisering: ‘leerfunctie’, ‘maatschappelijke bewegingsfunctie’,
‘gemeenschapsvormende functie’, ‘cultuurfunctie’
6
7. 5° de verduidelijking van de keuze voor minstens twee sociaal-culturele functies,
een toelichting bij de functiemix en de uitwerking daarvan in relatie tot de missie
en de visie van de sociaal-culturele volwassenenorganisatie;
a) de organisatie geeft aan op welke functies ze wil inzetten en
verantwoordt haar keuze;
b) de organisatie heeft een onderbouwde visie op de gekozen
functiemix en de onderscheiden functies;
c) de organisatie expliciteert welke werkwijzen ze wil hanteren
om de gekozen functies te realiseren:
§ 2) voor de leerfunctie:
§ i) de visie op leren in relatie tot de missie van de organisatie;
§ ii) een verantwoorde toekomstige werkwijze om leeromgevingen op te zetten;
11. Definitie in het nieuwe decreet:
Doelgericht opzetten van leeromgevingen die het leren door individuen, groepen of gemeenschappen
mogelijk maken en bevorderen.
Definitie in het decreet van 2003:
Educatieve functie: de functie die gericht is op lerende personen en groepen en die gekenmerkt wordt
door het organiseren en begeleiden van educatieve programma's op lokaal en bovenlokaal vlak;
Memorie van Toelichting:
Een leeromgeving is opgevat als het totaal aan middelen, strategieën, personen en faciliteiten dat de
lerende in staat stelt om te leren. De lerende leert door middel van interactie met die leeromgeving.
LEERFUNCTIE
13. Werken aan een visie?
Werkwijze zichtbaar maken?
15/05/19 www.socius.be 13
14. Wat is een visie/visietekst in relatie tot
functies?
§ De visietekst is ‘descriptief’ en expliciteert en onderbouwt de achtergrond en de keuzes
die door de organisatie worden gemaakt.
§ De visietekst is ‘normatief’ en geeft aan welke kijk op mens en samenleving, op waarden
en normen schragend zijn voor de manier waarop praktijken worden aangepakt
§ De visietekst maakt zichtbaar welke handelingslogica wordt gehanteerd bij het opzetten
van praktijken en verantwoordt deze handelingslogica
15/05/19 www.socius.be 14
15. Voorbeeld: duurzame voeding
§ Kernelementen van missie en visie van een fictieve organisatie:
“Mensen eten duurzaam, met een zo laag mogelijke ecologische
voetafdruk (CO2, waterverbruik, leefbaarheid – met zorg voor
toekomstige generaties). We willen verandering zowel op niveau van
gedrag van mensen als op niveau van economische systemen.”
§ Gedrag veranderen: gezinnen voeden zich duurzamer
§ Bijdragen aan duurzame productie
§ Aankoopgedrag
§ Bereiding en consumptie
§ Overschotbeheer
§ Systeem-alternatieven zichtbaar én werkzaam maken:
§ Lokale en seizoensgebonden productie en distributie
§ Professionele voedselproductie (kant en klaar, restaurants, …) duurzamer maken
15/05/19 www.socius.be 15
16. Gedrag veranderen
§ Moestuinieren – samentuinen: starterskit, steunclubs
§ Campagnes: verpakkingsarm (bv. aan ingangen van supermarkten)
– ‘minder mooi maar even lekker’– ‘van bij ons’ (telkens in
samenspraak met supermarkten, zie verder)
§ Lokale producten kopen: de weg openen naar voedselteams, CSA,
pluktuinen, de boerenmarkt – facebook-instagram-campagne
§ Cursussen: Koken met wat je weg zou gooien – lekker koken met
restjes - vegetarisch simpel en lekker
§ Dertig dagen ‘alles op’: campagne om te registreren hoeveel je
weggooit.
§ Kookboekje: ‘30 lekkernijen met kool’ met online cursus
17. Systeem-alternatieven
§ CSA: op zoek naar boeren die een gemeenschap willen verzamelen, en hen
coachen.
§ Directe relaties consument-producent (bv. voedselteams, boerenmarkten,
pluktuinen, …)
§ Lokale alternatieve munten, gerelateerd aan lokale productie
§ Gesprekken met supermarkten over ‘misvormde groenten en fruit’ en
‘verpakking’: zoeken hoe ze alternatieven kunnen bieden aan de klant
§ ‘de Restjesredders’: op zoek naar waardige en rechtvaardige alternatieven voor
‘weggooien’ (creëren van een platform voor verdeling en herverdeling)
§ Cursus vegetarisch koken voor koks in groot-keukens
§ Label ‘duurzaam vegetarisch’ uitreiken aan restaurants, met burgerpanels als
‘onderzoekers’
§ Coöperatieve venootschap oprichten: ‘duurzaam kant en klaar’
18. Aan de slag: oefeningen
Verschillende oefeningen doorheen de dag
die op elkaar verder bouwen
• missie –> globale handelingslogica
• praktijken –> expliciteren en concretiseren
handelingslogica
Aanpak
• eerst individueel
• per drie uitwisselen
• per groep (van drie) één of twee
interessante gedachten in plenum delen.
19. De eerste weg: vertrek van je missie
§ Op het niveau van de samenleving:
§ Welke ambitie streeft je organisatie na?
§ Wat wil je veranderd zien (of in gang gezet zien) in de samenleving door je
praktijken? M.a.w. wat is de gewenste verandering?
§ Kan je dat verbinden aan ‘leerprocessen’? Valt er iets te ‘leren’?
§ Op het niveau van de participanten:
§ Op wie mik je?
§ Welke veranderingen of resultaten beoog je te realiseren bij de deelnemers?
§ Welke processen wil je realiseren bij de deelnemers? Zijn dat leerprocessen?
§ Aard, vorm en structurering
§ Op welke manier kan de leerfunctie bijdragen om dat waar te maken?
§ Zou je de leerfunctie dan als je DNA formuleren? Of eerder als ‘collateral
benefit’
§ Denk daarbij echt in termen van doelen en middelen!
15/05/19 www.socius.be 19
20. Tweede weg: vertrek van praktijken
Vertrek van DNA-praktijken: praktijken die naar jouw aanvoelen
de kern van jullie werking representeren – nu en /of in de
toekomst:
§ Wat is het beoogde resultaat?
§ Welke leerprocessen beogen we?
§ Welke interventie kan daartoe leiden?
§ Welke handelingslogica structureert de interventie?
§ Welke visie op de leerfunctie wordt daarin dan zichtbaar?
21. Eerste oefening: vertrek vanuit een praktijk,
een activiteit
§ Welke interventies worden ‘doelbewust’ ondernomen?
§ Geef aan welke processen daarbij ‘doelbewust’ worden beoogd.
§ Beschrijf de aard, vorm en structurering (het ‘concept’): beschrijf in
mensentaal kort wat de praktijk precies inhoudt.
§ Geef aan wat sociaal-cultureel werkers doen om die praktijk te laten slagen.
§ Leg uit waarom juist dit ‘middel’ een goede manier is om het beoogde te
realiseren. Verklaar dus de handelingslogica die in de praktijk verscholen zit.
§ Op welke manier draagt deze praktijk bij aan de doelstelling van je
organisatie?
15/05/19 www.socius.be 21
23. Globale doel-oriëntaties van leren
§ Leren als humane categorie: ‘leren is je als persoon
ontwikkelen’
§ Vervullen van ontwikkelingstaken
§ Socialisatieprocessen
§ Emancipatie – bevrijdend leren (zelfwaarde)
§ Leren als sociale categorie: ‘samen leren is gemeenschap
vormen’
§ verandering krijgt betekenis binnen sociale context
§ Sociaal kapitaal – lerende organisatie of samenleving
24. Globale doel-oriëntaties van leren
§ Leren als culturele categorie: ‘de kern van culturele
ontwikkeling’
§ Geheel van betekenissen transformeren: nieuwe kennis, kunde of
overtuiging ontwikkelen
§ Strijd om de interpretatie van de werkelijkheid
§ Leren als economische categorie: ‘hefboom voor de creatie van
welvaart’
§ Kennis en creativiteit als bron voor welvaart
§ Omslag naar competentiebenadering: inzetbaarheid in economische
termen
25. Theorieën over leren
Enculturatie: vb. stage
Leren is ingeleid worden in het bestaande, door de interactie met en overname
van ‘taal en symbolen’ van een bepaalde context. Socialisatieprocessen staan
daarbij centraal.
Symbolisch interactionisme
(Mead, Berger)
Gedrag als ingangspoort: vb.
supernanny
Leren valt samen met waarneembare verandering in gedrag. Via straffen en
belonen – ‘conditionering’ – komen mensen tot nieuw gedrag.
Behaviourisme (Pavlov, Skinner,
Thorndike)
Cognitie als ingangspoort: vb. lezing
over muziek van Bach
Leren is het opbouwen en veranderen van onze cognitieve structuren:
raamwerken waarbinnen we ons weten en onze interactie met de wereld ordenen
Piaget, Bandura, Vygotski,
Gal’perin
Systeemtheoretische en/of
contextuele benaderingen: vb.
lerende organisatie
Leren is het veranderen en bijstellen van systemen en interactiepatronen tussen
mensen, gestuurd door feedback-mechanismen.
Watzlawick, Nagy
Sociaal-constructivistische
benaderingen: vb. ervaringsleren in
intervisie
Leren is het actief betekenis en zin geven aan ‘ervaringen’ – door reflectie en in
interactie met anderen. Dit leidt tot de constructie van persoonlijke
referentiekaders, altijd ten dele gedeeld met anderen.
Ervaringsleren (Kolb,Cohn)
Argyris & Schön
Communities of practice
(Wenger)
Psychoanalytische, humanistische en
positieve psychologie: vb.
waarderende benadering, groei-
cursus
Leren wordt gestuurd door dieperliggende behoeften en dynamieken, vaak
onbewust. Zelfontplooiing staat vooral in de humanistische psychologie centraal,
vrijheid van handelen en oprecht menselijk contact bevorderen deze
zelfontplooiing. Positieve psychologie voegt nog toe dat krachtig leren vertrekt bij
het onderzoeken van wat goed gaat, en het opzoeken van de flow – een zone
waarin uitdaging en vaardigheid met elkaar in balans zijn.
Freud, Jung
Maslow, Rogers
Csikszentmihalyi, Seligman
Kritische leertheorie: vb. cursus
‘gender politics’
Leren is het fundamenteel in vraag stellen van ‘oude’ denkkaders, en ze vervangen
door grondig vernieuwende of zelfs bevrijdende opvattingen over organisaties of
de samenleving
Freire, Mezirow
Model van sociaal leren
(Wildemeersch)
Argyris & Schön (single &
double loop-learning)
26. Model van sociaal leren
§ Relatie met maatschappelijke thematieken
§ Ontwikkeld in Leuven, in jaren `90 met vooral sociaal-culturele
praktijken voor ogen
15/05/19 www.socius.be 26
28. Leerproces op niveau van
individuele competentie en
ontwikkeling
Leerproces op niveau van
het als groep opnemen van
rollen, sturing en netwerking
Leerproces op niveau van
aanpak en methodiek, zowel
voor intermediairen als voor
basis
Leerproces op niveau van
het vergroten van het
maatschappelijk reservoir
aan mogelijkheden om met
bepaalde samenlevings-
vraagstukken om te gaan
Samen-werkenaaneenhelderdoel
Leren op verschillende
niveaus
Expliciet Impliciet
Reële vraag,
behoefte, nood
interesse,
ambitie
Verbinding
2
Verschil
Partiële
competenties
en ervaringen
Betrokkenheid
en contact
Binnenste cirkel
Sleutelfiguren
2
Perifeer/netwerk
Intermediair
2
Basis
Mensen bij elkaar brengen
29. Ervaringsleren?
Ervaringsgebaseerd leren
Inleider vertelt uit eigen ervaring
Deelnemers wisselen onderling ervaringen uit
Bewerken van vroegere ervaringen met de expliciete
bedoelingemancipatorisch/structureel te werken
Het bespreken van ervaringen wordt omgebogen naar een confrontatie met
theoretische informatie
Terugkijken op het samen bezig zijn aan een taak en naar de manier waarop
daaraan gewerkt werd
Relatietraining: directe ervaringen in een actuele situatie, met de expliciete
bedoeling te leren over je eigen persoon en gedrag in het omgaan met
andere mensen
Ervarend leren
31. Aanpassen en inpassen
Individuele ontplooiing en
ontwikkelen
Maatschappelijke
verandering en
organisatieontwikkeling
Vergroten van ‘het
beschikbare weten’
32. • Mensen leren functioneel wat de omgeving van hen verwacht
• Context/omgeving levert blauwdrukken waar het leren op gericht wordt
• Leerprocessen dragen bij tot het gaandeweg goed functioneren in een
context
Aanpassen
&
inpassen
• Mensen leren in functie van eigen behoeften en verlangens
• Mensen ontwerpen zelf blauwdrukken waar ze hun leren op richten
• Leerprocessen dragen in de eerste plaats bij tot zelfrealisatie
Individuele ontwikkeling en
ontplooiing
• Het leren overstijgt hier per definitie het individu: leerprocessen vinden
plaats op het niveau van structuur, cultuur, het ‘gedeelde en beschikbare
weten’
• Leerprocessen dragen bij tot een verdere ontwikkeling van cultuur,
samenleving, organisaties, kennis en wetenschap, maatschappelijke
structuren
Maatschappelijke
verandering en
organisatieontwikkeling
Vergroten van het
‘beschikbare weten’
Wat zijn doelen en resultaten van
leerprocessen?
33. • Perspectief van de klassieke en cognitivistische
leerpsychologie
• Nadruk op waarneembare veranderingen,
objectiveerbaarheid, planbaarheid, individualiteit
Leren als het
veranderen van
gedrag/kennis
• Perspectief van de sociaal-constructivistische
leerpsychologie
• Nadruk op sociale interactie, context-gebonden betekenis
geven, serependiteit, ontwikkelen van betekeniskaders
Leren als het samen
construeren en
veranderen van
betekenis
• Perspectief van de kritische leertheorie, contextuele en
systeemtheorie
• Nadruk op transformatie van cultuur, structuur,
intermenselijke en maatschappelijke processen
Leren als het
veranderen van
systemen en
contexten
Vanuit welk perspectief wordt over leren
gepraat en gedacht?
35. • Een nieuw schema wordt verworven, zonder
veel relaties met bestaande schema’s
Accumuleren
• Nieuwe ervaringen worden ingepast in
bestaande schema’s
Assimileren
• Werkende schema’s worden aangepast aan
nieuwe ervaringen
Accommoderen
• Diepgaande verandering van de
persoonlijkheid in alle dimensies, als antwoord
op crisis, op compleet nieuwe contexten
Transformeren
36. Aanpassen en inpassen
Individuele ontplooiing en
ontwikkelen
Maatschappelijke
verandering en
organisatieontwikkeling
Vergroten van ‘het
beschikbare weten’
37. Oefening: visie op leren expliciteren
Neem terug de beide voorgaande oefeningen als uitgangspunt:
§ Benoem zo scherp mogelijk de visie op leren die spreekt uit de
missie.
§ Benoem zo scherp mogelijk de visie op leren die spreekt uit de
eerste praktijkanalyses.
§ Leg uit hoe ze in elkaars verlengde liggen. Zo niet, leg uit wat je
kan ondernemen om de logica tussen deze niveaus te doen
kloppen.
15/05/19 www.socius.be 37
39. Krachtige leeromgeving
§ Nadruk op leren in interactie met een rijke en zeer variabele
omgeving
§ Leren is onvoorspelbaar en nooit echt beheersbaar
§ ‘leer-kracht’ in handen van de lerende zelf.
§ Leerarchitectuur: gaat over het ontwerpen van de opbouw,
vormgeving en setting van leeromgevingen
§ Kernprincipe: Vorm volgt functie
40. ‘Mechanistisch’ Organisch
Leren is planbaar Leren is onvoorspelbaar, vaak chaotisch
Leerprocessen zijn uit te tekenen in
vooraf vastgestelde leerlijnen en in tijd
uitgezette niveaus
Leerprocessen verlopen grillig, per definitie
persoonlijk en op eigen ritme
Bewuste leerprocessen en bewuste
leerresultaten staan centraal
Gaat uit van bewuste én onbewuste
leerprocessen en leerresultaten
Leren wordt gestuurd door de omgeving
– wordt voortdurend in
langetermijnperspectieven geplaatst
Leren volgt het groeipatroon van de lerende –
de sturing komt van binnenuit – het hier-en-nu
vormt de basis en het uitgangspunt voor leren
Vaste cursusprogramma’s, waarbij
werkwijze, cursusverloop, timing,
inhouden en oefeningen vrij sterk
omschreven zijn en min of meer vast
staan en waar de leerresultaten voor
alle deelnemers gelijk lopen.
Open leeromgevingen, waarbij een centrale
open leervraag het uitgangspunt vormt voor
een variërende programmering, wisselende
inhouden en oefeningen, sterk procesgericht
werken. Het leerresultaat verschilt sterk voor de
deelnemers, en kan in heel verschillende
gebieden liggen.
41. 5 metaforen voor leren als bouwstenen
§ Imitation: Role models, best-practice, real-life, implicit learning
§ Participation: Dialogue, with others, collaboration, discourse,
trust, enculturation, communities of practice
§ Acquisition: Objective facts, transmission, knowledge, from
experts, theories
§ Experimentation: Safe environment, practising, skills,
attitudes, simulations, explicit learning, role playing
§ Discovery: Meaning, deep understanding, inspiration, self
42. Expert-cultuur Ingenieur-cultuur Profeet-cultuur Communicator-cultuur
Mensbeeld
Homo sapiens: de rationeel
handelende mens
Homo Faber: de makende
en maakbare mens
Homo viator: de mens
onderweg
Homo dialogalis: de mens
in wederkerig gesprek
Wereldbeeld
Geïnformeerde
samenleving
Rationeel stuurbare
samenleving
Morele gemeenschap Communicatieve
leefwereld
Doel van het leerproces
Rationalisering
Kritische burgers ifv.
kritische samenleving
Handelings-bekwaamheid
ifv. efficiënt sociaal
systeem
Ethisch handelen
Waardebewuste mensen
vormen ifv. een vrije
rechtvaardige samenleving
Authentiek kunnen
participeren aan processen
van afstemming en
samenleven
Leerstrategie
Cognitieve
informatieverwerking
(kennisoverdracht)
Omvorming
handelingsstructuren
Leren naar een moreel
model
(waarden-overdracht)
Open ervaringsleren
Veranderingsstrategie
Empirisch-rationeel Sociaal-technologisch Normatief-transformatief Dialogaal-groeigericht
Vormingswerker
Deskundige informant Planner – trainer –
procesmanager
‘Consciëntisator’
Moreel voorbeeld
Communicator
facilitator
Lerende
Informatieverwerker
probleemoplosser
Doener Zin- en waardezoeker Ervaringsdeskundige
partner
46. Niveaus
§ Individu
§ Groep of informele netwerken
§ Organisatie, formele netwerk
§ Gemeenschap, samenleving, maatschappij
47. Sturing
§ Externe sturing: richting en vorm van het leerproces worden
vorm gegeven door krachten buiten de lerende of buiten het
lerende systeem
§ Interne sturing: richting en vorm van het leerproces worden
bepaald door de lerende of het lerende systeem zelf
48. Open-gesloten
§ Open leerprocessen: wat wordt geleerd, ligt niet op voorhand
vast – wordt in de loop van het leerproces ontwikkeld, en kan
voor de verschillende deelnemers grondig verschillen
§ Gesloten leerprocessen: er is een duidelijke blauwdruk van wat
moet geleerd worden en leerprocessen worden
systematisch/analytisch opgebouwd in functie van deze
blauwdrukken
49. Bewustzijn en intentie
§ Bewust: deelnemers en ‘organisatoren/begeleiders’ participeren
bewust aan processen met duidelijke intentie om te leren
§ Tussenzone: deelnemers zijn er zich van bewust dat ze leren,
hoewel ze daar op zich geen intentie toe hadden. Het kan zijn
dat ‘organisatoren/begeleiders’ deze processen wel hebben
opgezet vanuit de intentie ‘leren’ te weeg te brengen.
§ Onbewust: leerprocessen zonder intentie en zonder dat
mensen het zich echt realiseren. Ook hier kunnen
‘organisatoren/begeleiders’ de intentie hebben ‘leren’ te weeg te
brengen
50. Gemeen-
schap
Indivi-
dueel
Aanpassen en inpassen
Individuele ontplooiing en
ontwikkelen
Maatschappelijke
verandering en
organisatieontwikkeling
Vergroten van ‘het
beschikbare weten’
Interne
sturing
Externe
sturing
Open Gesloten
Organisatie Groep
Assimi-
leren
Transfor-
meren
Accomo-
deren
Accumu-
leren
Onbewust
Onbedoeld
Bewust
Bedoeld
53. Verder bouwend op voorgaande …
§ Welke benaderingen van ‘ontwerpen van leeromgevingen’
sluiten het meest aan bij jullie praktijk? Verantwoord dat deze
benaderingen ook kloppen met jullie missie en visie!
§ Hoe kan je er voor zorgen dat jullie leercontexten zorgvuldig
worden ontworpen?
§ Wat moeten jullie medewerkers of vrijwilligers goed kunnen om
er voor te zorgen dat er goed geleerd wordt?
15/05/19 www.socius.be 53
54. Oefenblad 3:
verhouding met andere functies en rollen
leerfunctie maatschap.
bewegingsfunctie
culturele functie verbindende rol kritische rol laborol
Vanuit je
model-
praktijk
Vanuit je
missie