Bij deelgemeente Prins Alexander vinden nu en in de toekomst verschillende veranderingen plaats. Binnen de gemeente Rotteram gaat er anders (samen)gewerkt worden. Hoe dit er precies uit komt te zien is nog niet duidelijk. Duidelijk is wel dat er van de medewerkers initiatief gevraagd wordt. De medewerkers mogen en moeten zelf meer initiatief nemen bij het vormgeven van hun eigen werk, bij het zorgen voor hun relevantie en de daaraan gekoppelde benodigde zichtbaarheid. Collega’s en organisatie moeten weten wie je bent als medewerker van de gemeente, waar je voor staat en wat je kunt betekenen voor de organisatie en voor de gemeente. Voor veel medewerkers is deze manier van werken nieuw. Als betrokken professionals hebben zij een inhoudelijke motivatie. Nu is het van belang dat zij zich ook bewust worden en uitgerust worden met de inzichten, vaardigheden en toepassingsmogelijkheden om zich binnen deze veranderingen te manifesteren.
4. Hoe zie ik/jij dat? 7LL
• Ben ik mij bewust van mijn eigen ‘filter’.
– en van de andere filters van anderen.
• Ben ik mij bewust van mijn eigen behoefte
– en maak ik deze expliciet.
• Durf ik mijn passie te communiceren.
8. Agenda
Personal branding; wat, hoe en waarom?
de vier pijlers (lees: de vier gouden tips)
1. drie vragen
2. vertel je verhaal
3. draag uit wie je bent
4. ga op zoek naar #samenbeter
5. …
In drietallen (ieder 3 minuten):
- op welke activiteit/resultaat ben je trots?
- waarom ben je hier bij deze workshop?
Daarna stelt iedereen een ander voor aan de groep.
17. Personal branding is een aanpak waarbij je:
– de verbinding legt tussen wie je bent en wat je doet;
– een helder en positief beeld bij anderen weet op te roepen.
gevoel
manier van denken, werken en leven
24. I. drie vragen
II. vertel je verhaal
III. draag uit wie je bent
Hoe doe je dat? (concreet)
IV. op zoek naar #samenbeter
25. Pijler I: beantwoord de drie vragen
1. Waar ben ik goed in?
2. Wat kan ik daarmee voor anderen betekenen?
3. Waar doe ik het voor?
26.
27.
28.
29.
30.
31.
32. vraag 1. waar ben ik goed in?
a. interesse – expertise
– marketing, economie, social media, leiderschap, strategie
b. eigenschappen en vaardigheden
– Besluitvaardigheid, doorzettingsvermogen, energie,
leervermogen, initiatief
c. activiteiten – producten – diensten
– management, marktonderzoek, advies
…waar wil ik nog beter in worden
33. 1a)waar ben ik goed in? (beter worden in)
interesse/expertise
= vakgebied/ kennisgebied
• terugkijken op waar je blij van werd/wordt
• wat geeft je energie
• voor welke vakken haalde je een 8, 9 of 10
• waar lees je over?
• waar geloof je in?
• waar heb je een mening/visie over?
• waarin heb je een studie gevolgd?
• wat is een ideale vraag/opdracht/project?
34. 1b)waar ben ik goed in? (beter worden in)
eigenschappen/vaardigheden
1. anderen omschrijven mij als….
2. mijn aanpak typeert zich door ….
3. als ik een auto zou zijn, zou ik dit type/merk zijn en wel
hierom…
4. als ik een topsporter zou zijn, zou ik deze sport
bedrijven, en wel hierom…
35. 1c)waar ben ik goed in? (beter worden in)
activiteiten/producten/diensten
• als ik morgen bij je binnenloop, wat zie ik dan? Wat ben
je dan aan het doen?
– schrijven van een rapport
– een vergadering voorzitten
– een vergunningaanvraag beoordelen
– een artikel voor de website schrijven
– informatie uitwisselen tijdens een overleg
36. Delen
• deel je antwoorden op de vragen 1a, 1b en 1c met
iemand die je vandaag nog niet gesproken hebt.
• je krijgt ieder 3 minuten om je verhaal te doen
48. personal trainer
Goed in:
• fitness
• motiveren
• luisteren
• geduld
• schema’s opstellen
• instructie
• …
Fijn dat jij dit kunt, maar wat
heb ik daaraan?
49. personal trainer
Goed in:
• fitness
• schema’s opstellen
• instructie
• motiveren
• luisteren
• geduld
• …
Betekenen:
• conditie
• afvallen
• zelfvertrouwen
• fit
• gezondheid
• succes
• …
50.
51. vraag 2.
wat kan ik daarmee voor anderen betekenen?
• oplossingen
• zorgen voor….
• helpen met…
• zorgen voor meer omzet
• hogere naamsbekendheid
• betere onderlinge samenwerking
• sterker in communicatie
52. Delen
• deel je antwoorden vraag 2 met iemand die je vandaag
nog niet gesproken hebt.
• je krijgt ieder 3 minuten om je verhaal te doen
73. 1. beschrijf voor je zelf ‘nieuwsitem’/gebeurtenis/ervaring
2. bedenk ook waarom het je raakte/ aandacht trok
3. deel dit in maximaal 2 minuten in een groepje van 4
74.
75.
76. vertel je verhaal
• de antwoorden op de drie vragen
• wat je wel wilt doen
• details
• wat je raakt, boeit, opvalt, blij maakt, verwonderd, irriteert
• waar je in gelooft
• wie of wat je voorbeeld is
• waar je mee bezig bent
• wat anders verliep en vooral waarom en wat hiervan geleerd
• een samenvatting van je aanpak, of levensmotto
77. ‘Dagboek’
1. beschrijf voor je zelf een concreet dagboek moment (gerelateerd
aan waar je nog beter in wilt worden) datum, tijd, plaats
2. deel dit in maximaal 1 minuut in tweetallen: hoe gaat het met je,
waar ben je zoal mee bezig? Nou…