1. 10G. Verwijk Hoofdstuk 13 De Tijdsprong 

2. Yara, Jade en Joan zijn net jongvolwassenen en beginnen aan hun leven op de campus. Vincent en Marsha zijn ondertussen klaar met de universiteit en zijn samen in een huisje gaan wonen. Brechtje begint net als haar neefje aan een eigen leven in een nieuw huis, maar dan net iets anders... --) Floor en Nout hebben besloten hun kinderwens op te geven, aangezien Floor niet meer zwanger lijkt te worden. Julia en Jason leven nog steeds, blij dat ze hun kleinkinderen kunnen zien bloeien. Hoewel ze niet al te lang meer hebben.. Carlijn en Rick wonen nog steeds in hun huis, maar dan zonder hun twee geliefde kinderen. Robbie heeft geprobeerd contact op te nemen met Vincent, maar die moest daar niets van hebben. Carlijn kan nu Robbie haar niet meer lastigvalt verder met haar leven. EN NU MOGEN JULLIE LEZEN HOE IEDEREEN AAN ZIJN/HAAR NIEUWE LEVEN BEGINT 

3. Rijksweg 1 Vrolijk stapt Yara de taxi naar de universiteit in. Nu haar grote broer het huis uit is begon het aardig saai te worden om alleen met haar ouders opgescheept te zitten.

4. Voor ze de deur dichttrekt werpt ze nog een snelle blik op haar ouderlijk huis. Maar dan kan het studentenleven eindelijk beginnen.

5. Rijksweg 7, Hoofdhuis Ook bij het hoofdhuis vertrekken die dag 2 mensen. Jade en Joan zijn net als hun nichtje helemaal klaar voor het studentenleven.

6. Ongeduldig wacht Joan op haar zus en zonder om te kijken stapt ze de taxi in. Zij, Joan en Yara zouden de leukste tijd van hun leven krijgen op de universiteit!

7. Rijksweg 3 Even knijpt Marsha ongelovig in haar arm terwijl ze samen met Vincent voor hun nieuwe huis staat. ‘Vind je het mooi?’ Vraagt hij terwijl hij haar armen om haar heen slaat.

8. ‘Of ik het mooi vind?’ Vraagt ze lachend en even kijkt ze naar de schitterende verlovingsring om haar vinger. ‘Tuurlijk vind ik het mooi!’

9. ‘Zullen we dan maar naar binnen gaan?’ Vraagt hij lachend. ‘We hebben maar 1 nachtje om het huis in te huldigen voor ons huwelijk.’ Zegt hij vrolijk.

10. Dromerig kijkt Marsha hem aan. ‘Morgen zijn we man en vrouw.’ Fluistert ze. ‘Hopelijk.’ Zegt Vincent voor hij haar weer naar zich toe trekt.

11. Al zoenend gaan ze de deur door en bekijken het hele huis (Niet dat het zo heel groot is) met veel ‘ooh’s en aah’s’.

12. Na alles bekeken te hebben begint Marsha vol goede moed aan de eerste lunch voor haar en Vincent in dit huis.

13. Ze roept Vincent die met de krant voor zijn neus tegenover haar gaat zitten. Ze schiet in de lach als ze zijn serieuze blik ziet.

14. Quasi-beledigt kijkt hij haar vanover de krant aan. ‘Wat?’ ‘Je kijkt heel grappig als je serieus bent.’ Zegt Marsha lachend. ‘Nou, ik heb in ieder geval een baan. Niet in de ordehandhaving helaas.’ Zegt hij voor hij zijn tong naar haar uitsteekt.

15. Na hun brunch oefent Vincent nog wat speechen in de spiegel, maar telkens hoort hij weer gelach boven vanuit de slaapkamer, en besluit hij maar te stoppen.

16. Hij loopt naar boven en verwacht een Marsha die druk aan het schoonmaken is, maar wat hij ziet is veel beter dan dat.

17. ‘Ik dacht dat er wel iets was dat je liever deed dan speechen tegen jezelf.’ Zegt Marsha lachend vanaf het bed, terwijl ze op de andere helft van het bed klopt.

18. ‘Dat heb je goed ingeschat.’ Zegt Vincent lachend terwijl hij haar vastpakt. ‘Ik ben niet voor niets afgestudeert met een 10 voor Psychologie.’ Zegt Marsha plagend.

19. Dan word ze achterovergedrukt door Vincent en laat zich zoenen.

20. En niet veel later is het wel meer dan alleen zoenen...

21. Als ze weer boven de dekens uitkomen kruipen ze dicht tegen elkaar aan en vallen voor een tijdje in slaap.

22. Aan het begin van de avond begint Vincent aan een salade. Hij heeft zelf niet zo’n zin in een zware maaltijd, dus dit voldoet.

23. Hij roept Marsha die in de woonkamer een boek aan het lezen is dat het eten klaar is. ‘Ik kom!’ Roept ze terug.

24. Even later zitten ze alletwee met een bordje salade voor zich.

25. Na het eten besluiten ze allebei om nog even een boek te pakken en nog wat te leren.

26. Aan het einde van de avond stappen ze allebei het bed in. Morgen zou immers een drukke dag worden.

27. De volgende morgen staat Vincent al vroeg in de morgen aangekleed voor de telefoon.

28. Even later komen alle gasten al enthousiast aangelopen.

29. Zenuwachtig staat Vincent in zijn nette pak bij de grote boom onder de trouwboog.

30. Als Marsha er even later aan komt zweven houdt hij zijn adem in, en zijn familie lijkt dat ook te doen. ‘Zullen we dan maar beginnen?’ Vraagt hij schor.

31. Look at the skyTell me what do you seeJust close your eyesAnd describe it to me

32. The heavens are sparklingWith starlight tonightThat's what I seeThrough your eyes

33. I see the heavensEach time that you smileI hear your heartbeatJust go on for miles

34. And suddenly I knowMy life is worth whileThat's what I seeThrough your eyes

35. Here in the nightI see the sunHere in the darkOur two hearts are one

36. It's out of our handsWe can't stop what we have begunAnd love just took me by surpriseLooking through your eyes

37. I look at myselfAnd instead I see usWhoever I am now

38. It feels like enoughAnd I see a girlWho is learning to trustThat's who I see through your eyes

39. Here in the nightI see the sunHere in the darkOur two hearts are one

40. It's out of our handsWe can't stop what we have begunAnd love just took me by surpriseLooking through your eyes

41. And there are some things we don't knowSometimes a heart just needs to go

42. And there is so much I'll rememberUnderneath the open sky with you forever

43. Here in the nightI see the sunHere in the darkOur two hearts are one

44. It's out of our handsWe can't stop what we have begunAnd love just took me by surpriseLooking through your eyes

45. Aan het einde van de dag gaan alle gasten weer huiswaarts.

46. Maar het feest is voor Vincent en Marsha nog lang niet afgelopen..

47. Vroeg op de morgen hangt Marsha misselijk boven de WC. Geschrokken trekt ze door, en ze hoopt dat Vincent het niet merkt.

48. Maar Vincent merkt het wel, hij wil net een ontspannen bad nemen als hij de stank die van de WC afkomt ruikt. “Hmm.. Marsha heeft zeker iets verkeerds gegeten.”

49. Hij besluit er niet verder over na te denken en gaat gewoon verder met de dagelijkse gang van zaken.

50. Als hij en Marsha een uurtje later aan hun ontbijt zitten, merkt Vincent voorzichtig op dat ze er een beetje pips uitziet.

51. Ze wuift dat weg en zegt dat het prima gaat. Vervolgens eet ze stug verder.

52. Vincent legt zijn hand op tafel en Marsha legt die van haar erop. ‘Als er iets is kan je het me altijd vertellen.’ Zegt hij aandringend.

53. Op dat moment klinkt er een luide toeter en loopt Vincent snel naar de carpool voor zijn eerste dag in de Wetenschap.

54. ‘s Middags komt hij moe maar vrolijk thuis. Op zijn eerste dag had hij al meteen promotie gemaatk!

55. Hij loopt meteen door naar boven en ziet dat Marsha ook ligt te slapen. En dat om 5 uur..

56. Nog geen uur later word ze echter wakker. Ze heeft een raar gevoel in haar buik terwijl ze zichzelf overeind drukt.

57. Als ze eenmaal naast het bed staat kijkt ze verbaasd naar haar buik waar een schopje in is te voelen. Even kijkt ze achterom naar de slapende Vincent en sluipt dan zachtjes naar beneden.

58. Rijksweg 1 Carlijn staat ‘s middags bij de telefoon. Zij en Rick waren het er over eens dat het wel erg stil was zonder kinderen in huis, en Carlijn besluit daar vandaag een einde aan te maken.

59. ‘Ja precies, kan het vandaag nog?’ Vraagt ze na een tijdje vrolijk in de telefoon.

60. Een paar minuten nadat ze heeft opgehangen word er gebeld. ‘Lieverd!’ Roept ze enthousiast in de telefoon als ze haar zoon hoort.

61. ‘Dus ik word oma?’ Vraagt ze glunderend na even geluisterd te hebben.

62. ‘Geweldig, wens Marsha sterkte en doe haar de groeten van mij en Rick. Ik moet nu gaan, er word iets afgeleverd. Doei lieverd, en wees zuinig op haar!’

63. Snel hangt Carlijn op en zwaait door het raam heen naar de politie agente die twijfelachtig naar binnen kijkt.

64. Vrolijk begroet ze de politieagente en loopt dan met haar mee naar buiten om de nieuwste aanwinst van de familie te bekijken.

65. Even later staat er een oude hond voor haar. Rick en zij vonden beiden dat ze niet een al te jonge hond moesten nemen.

66. Al een tijdje daarvoor hadden ze de muur tussen de twee kinderkamers doorgebroken om zo één ruimte te creeëren. Nu was die kamer klaar voor gebruik.

67. ‘Zo, dus jij bent Boomer?’ Vraagt ze de oude hond terwijl ze bij hem neer knielt en over zijn kop aait. Hij kwispelt vrolijk en blaft.

68. Na nog een tijdje gespeeld te hebben met een stok loopt Carlijn naar binnen om de voerbak van Boomer te vullen voor als hij honger krijgt.

69. Even later komt de hond zelf zijn kamertje inspecteren en begint vrolijk op zijn nieuwe bot te kauwen.

70. Na een tijdje ontdekt hij de grote mand en gaat er tevreden inliggen. Dit leventje bevalt hem al veel beter dan in het asiel.

71. Een paar dagen later zit Carlijn verveelt op de bank een boek te lezen.

72. Dan staat ze op en zet het boek terug in de kast. Ze is toe aan iets nieuws.

73. Even later zit ze met de krant op de bank en omcirkelt een advertentie die ze vanmorgen had gezien. Vervolgens pakt ze de telefoon en tikt het nummer in.

74. ‘Zet die maar daar neer.’ Zegt ze de volgende dag tegen de werklui die door haar kamer lopen.

75. Nieuwe meubels was echt precies wat ze nodig had. ‘Als alles hier staat kunnen jullie de bank uitladen. Ik zet wel koffie.’ Zegt ze geamusseert.

76. Aan het einde van de dag ziet de beneden verdieping er compleet anders uit. Tevreden draait ze zich naar het eet gedeelte.

77. En als ze zich dan 180 graden omdraait kan ze haar nieuwe zithoek bewonderen.

78. Academie de Keizer; Yara, Joan en Jade ‘Knijp me! Dit moet een droom zijn.’ Zegt Joan met open mond. ‘Dan droom ik waarschijnlijk dezelfde droom.’ Zegt Jade ook verbaasd.

79. Dan richt de tweeling zich op hun nichtje. ‘Is dit echt van ons?’ Vraagt Joan voor de zekerheid.

80. ‘Tot en met de laatste kakkerlak.’ Zegt Yara trots. ‘Kakkerlakken?!’ Roept Jade uit. ‘Het was maar een grapje.’ Zegt Yara die nu in de lach schiet.

81. ‘Echt geweldig dat je dit voor elkaar hebt gekregen!’ Roept Joan terwijl ze haar armen om haar nichtje heen slaat.

82. ‘Allemaal heel gezellig enzo, maar ik dacht dat we eerst gingen shoppen voordat we ons nieuwe huisje gingen opknappen?’ Vraagt Jade met een serieus gezicht.

83. Ze schieten alle drie in de lach en gaan dan op weg naar de kledingzaak op de campus.

84. Daar aangekomen stort Yara zich meteen op de kledingrekken. ‘Moet je dit zien! Echt iets voor jou.’ Roept ze vrolijk naar Joan die aan de andere kant van de winkel staat.

85. Even later hebben ze alle drie iets uitgekozen en Yara gaat alles afrekenen.

86. Daarna kleed Yara zich meteen om. Ze wil geen minuut langer in dat rare jurkje blijven lopen. ‘Dit kan er wel mee door.’ Mompelt ze tevreden tegen haar spiegelbeeld.

87. ‘Staat je leuk, echt iets voor jou.’ Hoort ze opeens achter zich. ‘Jou kleren zijn anders ook super.’

88. ‘Nog bedankt dat je me hebt geholpen Yaar, ik ben duidelijk echt een ramp op kleding gebied.’ Zegt Joan lachend terwijl ze haar hand op steekt. ‘Ach, als we toch in 1 huis wonen kunnen we maar beter goed met elkaar opschieten hé?’

89. Even later zijn ze alledrie klaar met neuzen en lopen ze giebelend terug naar hun huis.

90. Als ze weer thuis zijn kruipt Jade meteen achter de laptop om een specialisatie te kiezen. ‘Zeg maar dat we nog niet zoveel geld hebben, maar dat we wel heel charmant zijn.’ Zegt ze lachend tegen Yara, die net de studentenverenigingscommisie belt.

91. ‘Zal ik doen.’ Zegt Yara lachend terwijl ze het nummer intoetst. Na een tijdje hebben ze officieel de status studentenvereniging.

92. Jade; Rijkdomswens, Crimineel meesterbrein worden.

93. Joan; Populairiteitswens, Sterrenkok worden

94. Yara; Populairiteitswens, Rockgodin worden

95. Nadat ze allemaal een specialisatie hebben gekozen, gaan de tweeling aan tafel voor ze college hebben.

96. Yara staat ondertussen op de vrouwen WC’s aan haar kapsel en make-up te werken. ‘Dit kan er mee door.’ Fluistert ze tevreden.

97. Ze komt de WC’s weer uit en gaat ook aan tafel zitten. Zij heeft haar college pas vanavond, dus kan ze makkelijk wat kennismaken met sims.

98. Nadat ze snel haar ontbijt naar binnen heeft gewerkt staat Jade op en zegt de anderen gedag.

99. En een uurtje later is het ook voor Joan tijd om te vertrekken. ‘Vermaak je je wel in je eentje?’ Vraagt ze nog even bezorgd.

100. Yara vermaakt zich zeker wel, maar niet in haar eentje. Zodra er iemand langskomt staat ze al buiten. ‘Yara.’ Zegt ze terwijl ze de jongen vrolijk de hand schud. ‘Jurg.’ Zegt hij vrolijk terug.

101. Ze heeft de hele middag lol met Jurg. Maar dan wel op een vriendschappelijke manier.

102. ‘Het was leuk je te leren kennen, maar ik moet nu naar college.’ Zegt ze rond 4 uur ‘s middags.

103. En zo vertrekt ze even later terwijl haar nichtjes alweer terug zijn gekomen.

104. Jade zit gelijk na haar college met haar notitieblok voor zich om aan haar opdracht te werken.

105. Ze heeft net een inleiding geschreven over een bekende schrijver als ze achter zich geschuifel hoort.

106. ‘Is er iets?’ Vraagt ze terwijl ze haar stoel omdraait om haar zusje in het gezicht aan te kunnen kijken.

107. ‘Nee hoor.’ Zegt Joan afwijkend terwijl ze zich op de grond laat zakken, maar Jade express niet aankijkt.

108. ‘Daar lijkt het anders wel op.’ Zegt Jade die haar zusje maar al te goed kent. Ze kijkt naar Joan die haar blik nog steeds op de muur gericht houdt.

109. ‘Het is je misschien nog niet opgevallen, maar we zijn een tweeling. We zijn gelijk weet je wel.’ Blijkbaar heeft ze precies het verkeerde gezegt, want Joan staat abrupt op.

110. ‘Geloof me, we zijn verschillender dan je denkt.’ Zegt Joan met trillende stem.

111. ‘Ja, dat weet ik ook wel, ik bedoelde alleen maar dat ik al 19 jaar met je opgescheept zit, en dat ik het heus wel merk dat er iets met je is.’ Zegt ze kalmpjes terug.

112. Ze ziet dat Joan haar armen achter haar rug houdt en zewuwachtig met haar vingers friemelt.

113. ‘Gaat het over thuis?’ Vraagt ze, en ze ziet dat het een schot in de roos is.

114. ‘Nee.’ Het antwoord van Joan irriteert haar. Ze weet nog beter als hun moeder dat Joan het moeilijk vind haar emoties en gedachtes te verbergen.

115. ‘Oké,’ Zegt ze terwijl ze opstaat en de stoel weer omdraait. ‘dan moet je het zelf maar weten.’ Resoluut gaat ze weer zitten en slaat haar notitieblok weer open.

116. Joan blijft nog even achter haar staan maar pakt dan haar eigen blok er ook bij en gaat aan de andere kant van de afscheiding zitten.

117. ‘Ik vind het gewoon een raar idee. Maar ik heb ook het gevoel dat ik mam en oma niet mag teleurstellen.’ Mompelt ze tussen het pennenkrassen door.

118. Jade weet meteen waar ze het over heeft. ‘Hé Joan, het is wel je eigen keuze hé?’ Fluistert ze bemoedigend.

119. ‘Weet ik ook wel.’ Klinkt het weer van de andere kant van het muurtje. ‘Maar toch, ik heb ook het gevoel dat het mijn plicht is. Die challenge.’

120. Daar word Jade even stil van. Zelf heeft ze zo vaak aan een eigen gezinnetje gedacht, maar tegelijkertijd wist ze dat het met haar levenswens buitengesloten was.

121. Want dat was wel iets belangrijks voor haar. Haar levenswens. En het idee dat haar gezin elke avond zou moeten wachten tot ze veilig thuiskwam was absurt. Dat wens je niemand toe.

122. Nu is het Joan’s beurt om te ondervragen. ‘Je bent stil. Je bent nooit stil.’ Zegt ze verbaasd. ‘Is er soms ook iets met jou?’

123. Meteen word Jade weer uit haar gedachten gehaald. Om haar zusje nou te vertellen over een wens voor een gezin, maar dat niet kan, lijkt haar niet erg verstandig.

124. ‘Nee joh, ik was gewoon aan het bedenken wie deze debiele opdracht heeft bedacht.’ Zegt ze niet erg overtuigend. Toch word het aan de andere kant van het muurtje stil.

125. Joan had nooit geleerd om Jade’s gevoelens aan te voelen, zoals zij dat wel bij Joan kon. En voor deze ene keer was ze daar blij om.

126. Als ze door de glazen deuren naar buiten kijkt ziet ze Yara met alweer een ander kapsel. Het meisje tegenover haar heeft het blijkbaar zo gedaan, want ze wijst enthousiast naar het haar.

127. Na een tijdje schuift Joan met een zucht haar schrift weg en begint aan het avondeten.

128. ‘s Avonds laat staat Jade in de dames WC’s haar handen met ijskoud water te wassen. Ze heeft eigenlijk geen idee waarom en draait de kraan maar dicht.

129. Ze wil net de trap opgaan als ze de onaangeraakte ezel in het studie gedeelte ziet. Zonder twijfel begint ze verf op het palet te spuiten en smeert het over het doek tot de zon alweer zwakjes begint te schijnen.

130. De volgende morgen bereid Joan als ontbijt een paar ommeletten voor.

131. En na hun lekkere ontbijtje gaan Joan en Yara op de bank zitten met wat leerboeken.

132. Jade daarintegen staat bij de schildersezel aan haar nieuwe schilderij te werken. Als ze geen beruchte dief zou worden, zou ze de kunst wel in kunnen.

133. Verder gaat alles zijn gangetje en doet Yara waar ze goed in is. Ze willen na hun examen morgen beginnen met leden werfen voor hun vereniging, en dan kun je maar beter veel vrienden hebben.

134. De volgende morgen zit de tweeling al vroeg aan tafel. ‘Best wel gek dat we zo al examen hebben. Dan zitten we al op...’ Even kijkt Joan met gefronste wenkbrauwen voor zich uit.

135. ‘1/8’ Mompelt Jade met volle mond. Rekenen was nooit het beste vak van Joan geweest, maar breuken moest ze toch wel kennen?

136. ‘Wist ik heus wel hoor.’ Zegt Joan beledigt als ze het gezicht van Jade ziet. ‘Ik doe er alleen iets langer over als jou.’

137. Pas een uur later komt ook Yara naar beneden en begint aan haar ontbijt.

138. Even later zit Yara met een boek op haar schoot de laatste feitjes erin te stampen, en Jade staat te schilderen, als Joan het studiegedeelte inkomt. ‘Zullen we gaan?’ Vraagt ze opgewekt.

139. ‘Ik denk dat we dan ruim op tijd zijn, wat vind jij?’ Vraagt Jade aan Yara die ondertussen haar boek al heeft weggelegt.

140. ‘Let’s go.’ Zegt ze met haar eeuwige opgewektheid, terwijl ze met haar vingers naar de deur wijst.

141. En zo gaan de drie jongvolwassene dames op weg naar hun 1e examen.

142. Het is al weer licht als ze terugkomen. ‘Gatver, is dit ons ontvangst?’ Moppert Jade terwijl ze haar handen ophoudt om de regen op te vangen. ‘Ach, een beetje regen verpest ons humeur toch niet?’ Vraagt Yara vrolijk terwijl ze ook haar handen ophoudt.

144. Yara staat na haar nichtjes omhelst te hebben meteen binnen om haar twee beste vriendinnen uit te nodigen. ‘Jup, togafeestje. Kom je? Mooi. Dag lieverd tot zo!’ Roept ze vrolijk in de hoorn zonder antwoord af te wachten.

145. Gelukkig voor haar komen haar vriendinnen even later vrolijk kwebbelend (en in toga gehuld) de stoep oplopen.

146. ‘Goed dat je bent gekomen!’ Roept Yara terwijl ze Jenna vrolijk omhelst. ‘Hé, ik moest wel.’ Zegt Jenna lachend.

147. Even later zit iedereen (behalve Jade die alweer naar college moest) aan de pokertafel onder luid gejuich van de cheerleader.

148. Na een tijdje besluit de cheerleader dat haar aanwezigheid niet erg op prijs word gesteld en maken de 4 dames er samen nog een gezellige middag van.

149. Hoofdhuis Een beetje somber kijkt Julia naar het schilderij dat Jason ooit voor haar maakte. Ze bekijkt zichzelf, met haar zwarte haar en sprekende ogen en een verdrietig gevoel vult haar van binnen.

150. ‘Mam?’ Hoort ze zachtjes achter zich. Ze draait zich niet om, maar blijft naar het schilderij staren.

151. Als haar moeder niks zegt gaat Floor maar naast haar staan en bekijkt het schilderij dat Nout onlangs voor haar heeft gemaakt.

152. Samen staren ze een hele tijd naar hun eigen schilderij, de klok tikt zachtjes de minuten weg en dat beangstigt Julia.

153. ‘Floor,’ Zegt Julia dan met schorre stem waardoor Floor zich naar haar moeder toe draait. ‘je moet weten dat je vader en ik niet zo lang de tijd meer hebben.’

154. Hoewel het natuurlijk niet onverwachts kwam, raakt het Floor wel diep vanbinnen. ‘Weet ik mam.’

155. Dan legt Julia een arm op haar schouder. ‘Zul je niet al te verdrietig zijn?’ Floor ziet dat Julia het moeilijk heeft. ‘Mam, ik ga je gewoon hartstikke missen, de pijn zal nergens door verlicht worden.’

156. ‘Maar ik weet wel dat ik een geweldige man heb en twee prachtige kinderen, waarvan 1 de challenge die jij gestart bent wil voortzetten. Ik zal je nooit vergeten hoor mam. Jij bent nog steeds het belangrijkste in mijn leven.’

157. Floor ziet Julia’s ogen nat worden en al snel voelt ze twee armen om haar heen. ‘Beloof me dat je door gaat met je leven Floor. Beloof het me alsjeblieft.’

158. ‘Ik beloof het mam.’ Zegt Floor die nu ook tranen in haar ogen heeft. ‘Mooi.’ Fluistert Julia.

159. Dan verschijnt er een lachje op haar gezicht. ‘En nu wil ik godverdomme weten waar je zusje uithangt.’

160. ‘Ach mam, je kent Brechtje. Die is gewoon ergens rustig in een huisje getrokken om een of ander boek te lezen.’ Zegt Floor lachend.

161. Aan het begin van de avond zitten ze allebei met een leesboek in de woonkamer, zodat ze hun gedachten even kunnen verzetten.

162. Als de telefoon gaat legt Julia haar boek op de bank neer en loopt er naar toe.

163. ‘Brechtje lieverd! Eindelijk hoor ik weer is van je, waar ben je?’ ‘...’ ‘Je bent waar?!’

164. Brechtje Vrolijk kijkt Brechtje haar kleine appartementje rond. Het is verschrikkelijk klein, maar wel van haar. En het is niet zo dat ze hier veel tijd gaat doorbrengen.

165. Ze loopt net haar appartement uit als ze een man iets hoort zeggen. ‘Dit appartement word er ook alleen maar beter op.’

166. ‘En jij bent..?’ Vraagt ze met opgetrokken wenkbrauw aan een knap uitziende man. ‘Jesse, Jesse Spit. Beter bekend als je nieuwe buurman.’ Zegt Jesse enthousiast.

167. ‘Aha, en wat bedoelde je met die opmerking?’ Vraagt Brechtje lachend maar nieuwsgierig.

168. ‘Daarmee bedoelde ik dat ik nog nooit zo’n mooie vrouw heb gezien.’ Zegt Jesse zonder blikken of blozen.

169. ‘Nouja, en er is niet veel beters hier.’ Zegt Jesse met een serieus gezicht.

170. Verontwaardigt begint ze hem te kietelen. ‘Dus je neemt gewoon maar de eerste de beste?’ Vraagt ze quasi boos.

171. ‘Oké, oké, genade. Het was maar een grapje.’ Zegt Jesse kronkelend. ‘Mooi. Trouwens, ik ga vandaag toch weer weg.’

172. ‘Weg? Je woont hier pas een uur.’ Zegt Jesse verbaasd. ‘Klopt, maar ik heb een wereldreis voor de boeg liggen.’ Zegt Brechtje waarna ze langs hem heen loopt.

173. ‘Serieus?’ Vraagt hij verbaasd. Brechtje draait zich weer naar hem toe en gaat dichtbij staan. ‘Ja, maar ik kom terug hoor.’

174. Vervolgens loopt ze weer naar de deur van haar appartement en opent hem.

175. Ze pakt de telefoon en toets het nummer van haar reispapieren in. ‘Goedemorgen, ik heb een reis geboekt en zou graag een taxi laten komen.’

176. Totdat haar taxi er is gaat ze even in de hangstoel zitten. Nog geen 2 uur geleden was ze hier aangekomen, en nu ging ze alweer weg.

177. Als ze de taxi van het reisbureau door haar raam ziet pakt ze snel haar koffer op en loopt naar de deur.

178. Terwijl ze de deur uitstapt lacht ze nog even naar Jesse die op de bank met een krant voor zijn neus zit. ‘Veel plezier! Ik zal hier op je wachten.’ Roept hij haar nog na.

179. Enthousiast stapt ze in de taxi. ‘Op naar Takemizu!’ Roept ze vrolijk tegen de chauffeuse voordat ze de deur dichtklapt.

180. Na de lange vliegreis moest ze nog zo’n 3 uur in de taxi zitten, maar eindelijk is ze er dan.

181. ‘Goedemiddag.’ Zegt de man achter de balie beleefd als hij haar ziet binnenkomen. ‘Hallo.’ Zegt Brechtje vrolijk.

182. ‘Uhm, heeft u een kamer op de naam van Verwijk?’

183. ‘Jazeker mevrouw, als u hier even wil tekenen.’ Zegt de man terwijl hij haar een gastenboek en een pen voorhoudt.

184. ‘Zo, gebeurt hoor.’ Zegt ze terwijl ze haar handtekening onder de papieren zet.

185. Ze bekijkt snel even haar kamer, en pakt vervolgens de telefoon om te vragen naar de plaatselijke bezienswaardigheden.

186. Even later gaat ze op weg naar ‘de Eeuwige Zen tuin’ die volgens de mevrouw van de VVV een aanrader was.

187. Als ze na een kwartiertje lopen aankomt snap ze waarom. Wat ze ziet is werkelijk prachtig.

188. Meteen pakt ze een hark en begint het grind te harken, wat bijzonder rustgevend werkt.

189. Maar harken is niet alles, dus stopt ze als het er prima uitziet, en laat zichzelf op een kussen zakken voor een lekker kopje thee.

190. Opeens land er bij de Zen tuin een vreemd figuur. Zonder aarzelen zet ze haar kopje neer en wil er naar toe gaan.

191. Maar als ze is opgestaan is de gedaante in geen velden of wegen meer te bekennen.

192. Een beetje teleurgesteld gaat ze bij het kleine openlucht restaurantje aan de bar zitten en besteld wat sushi.

193. Geïnterreseert kijkt ze hoe de man behendig het ene na het andere ingrediënt in de pan gooit.

194. Na nog geen 20 minuten is haar maaltje klaar en proeft ze voorzichtig (met stokjes) van de sushi. Ze blijkt het lekker te vinden en met grote happen werkt ze alles naar binnen.

195. Maar het is niks voor Brechtje om stil te zitten en al snel heeft een gids haar gestrikt voor een reisje door een bamboewoud.

196. Tot haar verbazing land er 10 minuten later een grote helikopter.

197. Enthousiast stapt ze in en kijkt naar buiten terwijl de helikopter weer opstijgt.

198. Twee uur later land de helikopter netjes voor haar hotel en ze bedankt de gids voor het leuke reisje.

199. Terug in haar kamer neemt ze een lekkere warme douche. Ze weet nu al dat ze een goede keus heeft gemaakt door een wereldreis te maken.

200. Rond 6 uur ‘s avonds stapt ze haar bed al in, maar dat is alleen maar omdat ze ook nog plannen voor de avond heeft.

201. Rond 8 uur ‘s avonds trekt ze haar kleren weer aan en loopt haar kamer uit. Tijdens haar excursie had ze een oude kaart gevonden, en ze wil graag kijken waar die heen leid.

202. Vrolijk zegt ze het kamermeisje gedag en zegt dat ze pas laat terug zal zijn.

203. Ze loopt flink door en uiteindelijk komt ze bij een tempel met een oud mannetje erin. ‘Goedeavond.’ Zegt ze beleefd, maar de man geeft geen kick.

204. Pas als ze zich laat zakken bij het theeschenk tafeltje en vraagt of hij ook wil komt hij overeind. ‘Stap 1 is nederigheid jonge dame.’ Zegt hij vriendelijk.

205. Vervolgens wenkt hij haar en gehoorzaam laat ze zich in het gras zakken.

206. Hij vertelt haar een oude legende over een prinses en een draak, en Brechtje luistert geboeid.

207. Het is al vroeg in de morgen als Brechtje uiteindelijk terug naar haar hotel gaat. Het was wel een educatieve 1e dag geweest.

208. Terug in haar hotelkamer loopt ze meteen naar de telefoon. Ze had echt honger door de hele nacht bij de man te zitten. Hopelijk was roomservice nog bereikbaar.

209. Blijkbaar wel, want even later word haar ontbijt gebracht door de balie man.

210. ‘U bent wel een druk mens hé? U bent elk minuutje van de dag weg.’ Zegt hij vrolijk terwijl hij haar eten sierlijk op tafel neer zet.

211. ‘Ja, dat klopt, maar ik wil gewoon alles gezien hebben voor ik weer vertrek.’ Zegt ze met een knipoog voordat hij de kamer uitloopt.

212. Ze geniet van haar omelet en bedenkt wat ze vandaag is zal doen.

213. Nadat ze nog even gedoucht heeft en haar bord heeft afgespoelt en afgegeven verlaat ze het hotel weer.

214. Voor de morgen staan de warme bronnen op het programma, om is even lekker te ontspannen.

215. Ze besluit eerst een heerlijke massage te nemen, en terwijl ze die krijgt, legt de vrouw ook nog uit hoe ze zélf een massage moet geven.

216. Na haar ontspannen massage blijft ze nog de hele middag weken in de warme bronnen.

217. Na een heel middagje relaxen, vind ze dat het tijd is om weer wat anders te gaan doen, en dus gaat ze weer op pad.

218. Uiteindelijk komt ze langs een souvenir winkeltje en koopt 2 beeldjes, als aandenken als ze thuis is.

219. ‘s Avonds komt ze nog langs een park met allemaal kleine huisjes waar je het spel ‘Majong’ kunt spelen.

220. En als afsluiting van haar 2e dag doet ze nog een wens bij een klein huisje.

221. De volgende morgen besluit ze haar laatste dag door te brengen in het hotel.

222. Want na 2 dagen je intensief verdiepen in een cultuur put je wel uit. En ze heeft de kracht nodig voor haar volgende lange reis naar “Drie Meren”.

223. Aan het begin van de avond komt ze haar kamer uit en loopt naar de balie. ‘Ik kom uitchecken.’

224. ‘Ah, ja, als u hier even wil tekenen.’ Zegt de balie man terwijl hij het gastenboek en de pen weer voorhoudt.

225. ‘Heeft u wel genoten van u verblijf hier in Takemizu?’ Vraagt hij terwijl ze druk aan het pennen is.

226. ‘Ow zeker weten, misschien kom ik nog wel een keer terug.’ Verzekerd ze hem.

227. ‘In dat geval, tot ziens.’ Zegt de man vrolijk terwijl hij zijn hand naar haar uitsteekt. ‘Tot ziens.’ Zegt ze terwijl ze hem schud.

228. Vervolgens is het tijd om haar taxi naar “Drie Meren” te bellen. De taxi kan pas over een uurtje komen, maar dat vind Brechtje niet erg.

229. Uiteindelijk is het al anderhalfuur verder (en pikdonker) als de taxi komt en ze vermoeid in stapt.

230. ‘Naar “Drie Meren”.’ Zegt ze tegen de taxichauffeur die haar vragend aan kijkt. Hij geeft een knikje en dan rijd de taxi weg van Takemizu.

231. Hoofdhuis Een raar gevoel bekruipt Floor op een avond als ze de carpool van haar vader hoort wegrijden, maar hem niet hoort binnenkomen.

232. Snel kijkt ze door het raam naar buiten en ziet dat haar vader nog een laatste eer bewezen word.

233. Met haar vuisten gebald gaat ze voor zijn graf staan. Even kijkt ze door de ramen naar binnen, maar ziet dan dat haar moeder in de woonkamer zit te lezen.

234. Vervolgens loopt ze weg van het huis, op weg naar een plek die beter is voor haar vader.

235. Kerkhof Even later is ze al op de plek aangekomen die haar vader heeft gekocht. Verdrietig staart ze naar zijn graf terwijl het riviertje voor haar zachte kletter geluidjes maakt.

236. ‘Pap, ik wil je nog helemaal niet missen.’ Mompelt ze terwijl de tranen over haar wangen stromen. Dan beseft ze dat het misschien beter is zo, en dat ze maar beter naar haar moeder kan gaan.

237. Hoofdhuis Even later krijgt Julia het nieuws van haar dochter te horen. Zonder iets te zeggen loopt ze naar boven en trekt haar pyama aan,om vervolgens in haar koude kille bed te gaan liggen.

238. Langzaam trekt ze de dekens over zich heen, en een intens verdriet vult haar. Nu was het alleen nog maar wachten tot ook haar tijd gekomen was.

239. ~ ~ ~ Jason Verwijk 70 simdagen Vrouw, kinderen en kleinkinderen zullen je missen. ~ ~ ~