Politieke partijen

1. Politiek
Maatschappijleer
3.4 Politieke partijen

2. Nakijken huiswerk
10. Zin 1, 3, 4 en 5 zijn juist.
11. Het recht op vrijheid van
meningsuiting.
12.
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

3. Nakijken huiswerk
13. Vrijheid van meningsuiting en het
verbod op discriminatie.
14. Eigen antwoord.
15.
Voordeel: Uitbreiding van de vrijheid
van meningsuiting.
Nadeel: Grotere kans op discriminatie
van verschillende groepen.
Eigen mening: Eigen mening.
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

4. Verschillende politieke partijen
Onderscheid in:
• Links en rechts
• Conservatief en progressief
• Politieke stromingen
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

5. Linkse partijen
Willen:
• Gelijkheid
• Grote rol voor de overheid
• Veel voorzieningen voor mensen die
dat nodig hebben.
Bijvoorbeeld:
Werkloze mensen mogen geen lage
uitkering hebben.
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

6. Rechtse partijen
Willen:
• Vrijheid (Eigen verantwoordelijkheid
voor mensen)
• Kleine rol van de overheid
Bijvoorbeeld:
Uitkeringen moeten laag zijn, hierdoor
worden mensen gestimuleerd om hier
niet te lang gebruik van te maken.
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

7. Waarom links en rechts?Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

8. Verschillen tussen links en rechtsNakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

9. Progressief
Staat open voor nieuwe waarden en
leefstijlen.
Bijvoorbeeld:
• Drugs moeten gelegaliseerd worden
• Immigranten verrijken de cultuur
Conservatief
Willen alles houden zoals het was
Bijvoorbeeld:
• Er zijn teveel immigranten
• Tradities zijn erg belangrijk
• Mensen moeten respect hebben
voor het gezag.
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

11. Huiswerk
Leren: 3.4.1 + 3.4.2
Maken: 3.4 (16 t/m 21)
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

12. Nakijken:
16. Linkse partijen, omdat zij willen dat
iedereen gelijke kansen moet krijgen,
en de overheid daarbij moet helpen.
17.
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

13. Nakijken:
18. SP en GroenLinks.
19. VVD
20. De VVD is een rechtse partij en de
PvdA een linkse partij. Zij hebben
daarom veel standpunten die ver uit
elkaar liggen.
21. Omdat bij ontwikkelingshulp veel
geld van de overheid naar mensen die
het minder hebben gaat.
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

14. Politieke stromingen
Een groep mensen met ongeveer
dezelfde politieke opvattingen.
Aan een politieke stroming ligt vaak
een ideologie ten grondslag.
Ideologie: Een idee over hoe de
samenleving eruit zou moeten zien
(waarden).
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

15. Politieke stromingen
• Sociaal-Democratie
• Christen-Democratie
• Liberalisme
• Populisme
• Communisme
• Rechts-extremisme
• Fascisme
• One-issuepartijen
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk

16. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme

17. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit

18. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit
Doel:
 Eerlijke verdeling van
inkomens, kennis en
macht
 Bescherming van
zwakkeren

19. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit
Doel:
 Eerlijke verdeling van
inkomens, kennis en
macht
 Bescherming van
zwakkeren
Komt vooral op voor:
 Mensen met weinig
geld
 Mensen met minder
kansen

20. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit
Doel:
 Eerlijke verdeling van
inkomens, kennis en
macht
 Bescherming van
zwakkeren
Komt vooral op voor:
 Mensen met weinig
geld
 Mensen met minder
kansen
Rol van de overheid:
 Actief: ongelijkheid
tegengaan

21. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit
Waarden:
 Geloof
 Naastenliefde
Doel:
 Eerlijke verdeling van
inkomens, kennis en
macht
 Bescherming van
zwakkeren
Komt vooral op voor:
 Mensen met weinig
geld
 Mensen met minder
kansen
Rol van de overheid:
 Actief: ongelijkheid
tegengaan

22. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit
Waarden:
 Geloof
 Naastenliefde
Doel:
 Eerlijke verdeling van
inkomens, kennis en
macht
 Bescherming van
zwakkeren
Doel:
 Een samenleving
waarin mensen goed
voor elkaar zorgen.
 Respect voor het
woord van God (de
Bijbel)
Komt vooral op voor:
 Mensen met weinig
geld
 Mensen met minder
kansen
Rol van de overheid:
 Actief: ongelijkheid
tegengaan

23. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit
Waarden:
 Geloof
 Naastenliefde
Doel:
 Eerlijke verdeling van
inkomens, kennis en
macht
 Bescherming van
zwakkeren
Doel:
 Een samenleving
waarin mensen goed
voor elkaar zorgen.
 Respect voor het
woord van God (de
Bijbel)
Komt vooral op voor:
 Mensen met weinig
geld
 Mensen met minder
kansen
Komt vooral op voor:
 Gezinnen met kinderen
 Christelijke instanties
zoals Christelijke
scholen.
Rol van de overheid:
 Actief: ongelijkheid
tegengaan

24. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit
Waarden:
 Geloof
 Naastenliefde
Doel:
 Eerlijke verdeling van
inkomens, kennis en
macht
 Bescherming van
zwakkeren
Doel:
 Een samenleving
waarin mensen goed
voor elkaar zorgen.
 Respect voor het
woord van God (de
Bijbel)
Komt vooral op voor:
 Mensen met weinig
geld
 Mensen met minder
kansen
Komt vooral op voor:
 Gezinnen met kinderen
 Christelijke instanties
zoals Christelijke
scholen.
Rol van de overheid:
 Actief: ongelijkheid
tegengaan
Rol van de overheid:
 Beperkt: alleen als er
geen andere hulp is

25. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit
Waarden:
 Geloof
 Naastenliefde
Waarden:
 Economische vrijheid
 Persoonlijke vrijheid
Doel:
 Eerlijke verdeling van
inkomens, kennis en
macht
 Bescherming van
zwakkeren
Doel:
 Een samenleving
waarin mensen goed
voor elkaar zorgen.
 Respect voor het
woord van God (de
Bijbel)
Komt vooral op voor:
 Mensen met weinig
geld
 Mensen met minder
kansen
Komt vooral op voor:
 Gezinnen met kinderen
 Christelijke instanties
zoals Christelijke
scholen.
Rol van de overheid:
 Actief: ongelijkheid
tegengaan
Rol van de overheid:
 Beperkt: alleen als er
geen andere hulp is

26. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit
Waarden:
 Geloof
 Naastenliefde
Waarden:
 Economische vrijheid
 Persoonlijke vrijheid
Doel:
 Eerlijke verdeling van
inkomens, kennis en
macht
 Bescherming van
zwakkeren
Doel:
 Een samenleving
waarin mensen goed
voor elkaar zorgen.
 Respect voor het
woord van God (de
Bijbel)
Doel:
 Vrijheid voor mensen
om te doen en te laten
wat ze willen.
 Bescherming van deze
vrijheid.
Komt vooral op voor:
 Mensen met weinig
geld
 Mensen met minder
kansen
Komt vooral op voor:
 Gezinnen met kinderen
 Christelijke instanties
zoals Christelijke
scholen.
Rol van de overheid:
 Actief: ongelijkheid
tegengaan
Rol van de overheid:
 Beperkt: alleen als er
geen andere hulp is

27. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit
Waarden:
 Geloof
 Naastenliefde
Waarden:
 Economische vrijheid
 Persoonlijke vrijheid
Doel:
 Eerlijke verdeling van
inkomens, kennis en
macht
 Bescherming van
zwakkeren
Doel:
 Een samenleving
waarin mensen goed
voor elkaar zorgen.
 Respect voor het
woord van God (de
Bijbel)
Doel:
 Vrijheid voor mensen
om te doen en te laten
wat ze willen.
 Bescherming van deze
vrijheid.
Komt vooral op voor:
 Mensen met weinig
geld
 Mensen met minder
kansen
Komt vooral op voor:
 Gezinnen met kinderen
 Christelijke instanties
zoals Christelijke
scholen.
Komt vooral op voor:
 Werkende burgers en
ondernemers
 Bedrijven
Rol van de overheid:
 Actief: ongelijkheid
tegengaan
Rol van de overheid:
 Beperkt: alleen als er
geen andere hulp is

28. Sociaal-Democratie Christen-
Democratie
Liberalisme
Waarden:
 Gelijkwaardigheid
 Solidariteit
Waarden:
 Geloof
 Naastenliefde
Waarden:
 Economische vrijheid
 Persoonlijke vrijheid
Doel:
 Eerlijke verdeling van
inkomens, kennis en
macht
 Bescherming van
zwakkeren
Doel:
 Een samenleving
waarin mensen goed
voor elkaar zorgen.
 Respect voor het
woord van God (de
Bijbel)
Doel:
 Vrijheid voor mensen
om te doen en te laten
wat ze willen.
 Bescherming van deze
vrijheid.
Komt vooral op voor:
 Mensen met weinig
geld
 Mensen met minder
kansen
Komt vooral op voor:
 Gezinnen met kinderen
 Christelijke instanties
zoals Christelijke
scholen.
Komt vooral op voor:
 Werkende burgers en
ondernemers
 Bedrijven
Rol van de overheid:
 Actief: ongelijkheid
tegengaan
Rol van de overheid:
 Beperkt: alleen als er
geen andere hulp is
Rol van de overheid:
 Passief: alleen zorgen
voor veiligheid

29. Huiswerk
Leren: 3.4
Maken: 3.4 (22 t/m 27)
Nakijken huiswerk
Verschillende politieke
partijen
Linkse partijen
Rechtse partijen
Conservatief en
progressief
Huiswerk
Nakijken huiswerk
Politieke stromingen
Huiswerk