Presentatie gegeven op NFMD social media conferentie 6 juni 2011. Presentatie over toepassen van social medie voor talenten ontwikkeling bij ING Insurance Central& Rest of Europe. Demo inzet social media platform weConnect en kennis competitie en idee generatie tool Einstein in the House. Meer info: j.panhuis@chello.nl
160512 Werk jij al in een sociale organisatie Apestaartjaren
Ähnlich wie Hoe ING-Insurance (in)formeel leren van talenten ondersteunt mbv een ‘social media’ platform. NFMD social media werkconferentie 6 juni (20)
6. Hoe past een social media platform in een geïntegreerde change, communicatie, leerbenadering aanpak?
7.
8. Lessons learned 1 Voor optimale acceptatie en gebruik integreer platform in de dagelijkse werkprocessen, leren en opdrachten.
9. Lessons learned 2 Het nieuwe werken vraagt de nodige gewenning, tijd en begeleiding
10. Lessons learned 3: Implementatie plan en Community managers zijn cruciaal
11.
12. Lessons learned 5 Maak duidelijk dat gebruik social media binnen bedrijf iets anders is dan prive gebruik van social media (Social media participatie richtlijnen
13. Lessons learned 6 Cultuur omslag: samenwerking change, leren , communicatie en IT
14. Lessons learned 8 zichtbaarheid en participatie key stakeholders is essentieel
15.
16.
17. Einstein in the House : ideeën generator/ kennis competitie tool dat participatie vergroot
18.
19.
20. Bijlage Einstein in the House: Impressie kenniscompetitie en idee generatie tool
21. Selecteer competitie Voorbeeld van een competitie en de verschillende fasen: 1 inbrengen oplossingen + discussie 2 stemmen + discussie 3 uitslag (score) + discussie
29. Stemfase is geëindigd en de Competitie Ronde is gesloten
30. Zie hoe de oplossingen beoordeeld zijn op Relevantie en Praktische toepasbaarheid. Je kunt ook Discussiëren is mogelijk als de (stem) ronde gesloten is
31. Click hier om score te zien van alle gesloten rondes in deze competitie
32. Competitie High Score Kennis Leiders (hebben idee ingebracht)
Jean In het Panhuis. Mijn passie is om innovaties en nieuwe media in dienst te stellen voor mensen. Met sponsorgelden voor mijn snelle innovatieve ligfiets heb ik een school in Gambia mee opgezet en draaiende gehouden. Ik werk al 30 jaar met nieuwe media in het onderwijs en binnen verschillende organisaties. Universiteit Twente Informatica stimuleringsplan, Getronics, ING (Postbank, ING Nederland, ING Commercial banking) Ik ben nu verantwoordelijk voor de efficiente en effectieve inzet van nieuwe media en e-learning binnen ING Insurance Central Europe.
Wat hebben we gedaan? We voeren een aantal pilots uit waarbij we de meerwaarde van een social media platform voor verschillende doelgroepen onderzoeken. Ons social media platform weConnect bevat een aantal tools zoals een profiel, een blog, wiki, en een twitter functie. Je kunt kennis en ervaringen delen in open en gesloten groepen. Als je wilt weten wat een blog, wiki, community platform is zou ik jullie willen verwijzen naar de Bijlage Intro social media genaamd. Daar zitten links naar korte filmpjes op youtube die een goede introductie geven. De eerste bevindingen met de pilots zijn positief. Het is wel een reis die veel meer tijd vraagt dan gedacht. Ik zal jullie proberen mee te nemen op deze reis.
In onze organisatie is er sprake van enorme veranderingen. Voor meer dan 20 projecten moeten allerlei leerinterventies in 7 verschillende landen uitgerold worden. Dit vergt veel change, communicatie en leerinterventies. Succes van een groot veranderingstraject hangt ondermeer af hoe goed je de mensen in contact brengen met: De strategische doelen in de organisatie, Mensen (experts, management), Informatie (moet toegankelijk zijn), Ervaringen (moeten makkelijk gedeeld en gevonden kunnen worden). Daarnaast willen we tussen de afzonderlijke landen meer een gezamenlijke cultuur creëren en twee-weg interactie faciliteren.
We willen talenten meer betrekken bij de strategische veranderingen in de organisatie. We willen talenten in staat stellen om een international netwerk te vormen binnen ING Central & Rest of Europa zodat ze meer zichtbaar zijn voor het senior management. We willen talenten meer betrekken bij strategische issues die in de organisatie leven.
Voor de uitrol van al die veranderingen ben ik eerst gestart met de creatie van een leervisie en geïntegreerd leermodel. Het is een model waarin leren, werken en kennisdelen geïntegreerd is. Ik ga nu niet dieper op het model in maar laat zien dat ons social media platform daarin een plek heeft.
WeConnect is ons social media platform dat een toevoeging is op Sharepoint. Het maakt Sharepoint veel gebruikersvriendelijker en echt geschikt als social media platform. Het bevat de meest cruciale functionaliteiten zoals een blog, wiki, discussie, profielpagina, delen van files. Hoe ziet weConnect eruit en hoe zetten we het in (Demo)? Doelgroep: medewerkers van de projecten Doel: elkaar makkelijker kunnen vinden (gebaseerd op interesse, vaardigheden, verantwoordelijkheid) Hoe: Profiel invullen. Doelgroep: Change team. Doel: faciliteren samenwerken en kennisdelen binnen het change team. Hoe: Iedereen schrijft een blog post als wekelijkse update: scheelt minimaal 1 uur per sessie Wiki bevat wekelijkse agenda en actiepunten. Wiki wordt gebruikt om gezamenlijk analyses en plannen te maken (scheelt veel integratie tijd van documenten). Makkelijk informatie te volgen via signals en follow button (mail). Doelgroep: opbouwen change community. Doel: post learning voor change management course. Hoe: Blogposts introduceren nieuwe thema’s, wordt gebruikt voor individuele updates om elkaar op de hoogte te houden hoe kennis is toegepast. Wiki wordt gebruikt om gezamenlijk opdrachten te maken. Doelgroep: Talenten. Doel: Opbouwen van internationaal netwerk. Hoe: Profiel invullen en connecten. Doel: Zichtbaar zijn voor senior management Hoe: Invullen profiel. Zelf schrijven of reageren op blogposts en discussies. Doel: Betrokken zijn bij strategische issues en oplossingen. Begin april is een competitie met 3 talent teams gestart. Opdracht: Nieuwe ideeën voor producten genereren die passen bij de behoefte van klanten. Hoe Kick off sessie waarin de teams bij elkaar komen, een team vormen, de opdracht krijgen en een aantal lezingen en workshops over, strategie, leiderschap, en best practices op het gebied van marketing en sales. In virtuele teams samen werken in weConnect en een oplossing verzinnen die aan de Talent Council ter beoordeling wordt voorgelegd. Na de kick-off sessie wordt in virtuele teams met weConnect gewerkt. De talenten verrichten research, delen ideeen en verzinnen oplossingen om te komen tot verhogen van de omzet.
Als je een platform neerzet en je doet niets dan heb je ongeveer 3 tot 5 % actieve gebruikers. Dwz mensen die actief iets op het platform zetten. De rest kijkt alleen of deelt niet zelf actief informatie. Cruciaal is dat de medewerker ervaart dat een dergelijk platform meerwaarde heeft. Dit doe je door: 1 het een plek te geven in het dagelijkse werk (voorbeeld van het change team). 2 het een plek te geven in de leerinterventies (pre- of post learning). 3 medewerkers in virtuele teams aan een opdracht te laten werken. Om vast te stellen welke informatie behoefte medewerkers hebben, hebben we onderzoek uitgevoerd bij projectmedewerkers en talenten: - welke informatie je doelgroep nu nodig heeft om de taak te kunnen uitvoeren. - hoe de medewerker binnen de doelgroep momenteel aan zijn informatie komen. - Wat men mist
Het nieuwe werken. Het nieuwe werken vraagt echt de nodige gewenning. Nu gebeurt bijna alles "face-to-face" en met mail en de telefoon. Je wil naar een manier van werken waarin iemand: - een blogpost schrijft in plaats van een mailtje stuurt. - een wiki pagina aanmaakt en mensen uitnodigt om feedback te geven op een concept in plaats van iedereen via mail een document toe te sturen.
Een implementatie vraagt ook begeleiding. Zo’n persoon heet een community manager. Het is iemand die het proces op gang brengt en op gang houdt totdat het nieuwe werken en het gebruik van social media in de genen zit. We hebben een onderzoek gedaan naar succesvolle implementaties van social media binnen bedrijven. Dit heeft geleid tot een lijst met praktische tips voor de implementatie. Community managers zijn belangrijk bij de implementatie van een social media platform. Daarnaast zijn ze essentieel binnen een organisatie waarbinnen de cultuur nog geheel rijp is om een dergelijk platform te gebruiken. Uit onderzoek blijkt dat onze talenten wel vaak op linkedin inzitten (75% heeft profiel), facebook (20%) en bijna niemand zit op twitter. Deze gegevens kun je gebruiken om een aantal medewerkers te benaderen om te vragen of ze als community managers actief willen zijn.
We hebben jaren geprobeerd om Sharepoint te gebruiken maar dat was niet zo'n succes. Sharepoint is geschikt om gestructureerde informatie te delen zoals bestanden. Maar niet echt geschikt om ongestructureerde informatie te delen zoals ervaringen. Sharepoint heeft wel een blog, wiki en profiel maar het platform is niet intuïtief / gebruikersvriendelijk genoeg. Oorspronkelijk hebben we naar andere platformen gekeken en een onderzoek gedaan welk platform het meest geschikt was. Toen bleek dat er maar beperkt budget beschikbaar was voor de pilot moesten we toch met de bestaande infrastructuur (Sharepoint) aan de slag gaan. Toen zijn we in contact gekomen met Nexocial , het bedrijf dat weConnect aan het ontwikkelen was. Ze hebben ons nauw bij de ontwikkeling betrokken (ze hebben gebruik gemaakt van onze wensenlijst). WeConnect, een add on maakt van Sharepoint wel een omgeving die intuitief te gebruiken is en biedt ook een rijkere omgeving om mensen te vinden, informatie te delen en te volgen. Op basis van de ervaringen tot nu toe hebben we een wensenlijst opgesteld waarvan de meeste zaken in de volgende release meegenomen worden.
Sommige managers hebben een negatief beeld bij social media. Ze zijn bang dat de medewerkers het platform voornamelijk voor niet zakelijke dingen gaan gebruiken en er de hele dag op actief zijn. Het is van belang om aan te geven dat een social media platform (voor bedrijven ook wel enterprise 2.0 platform genoemd) ingezet wordt om de doelen van een organisatie te ondersteunen. Dit doe je mede door het een plek in het werkproces te geven. In de praktijk valt het enorm mee hoeveel niet werk gerelateerde content op het platform wordt geplaatst. We hebben ook participatie richtlijnen opgesteld die de medewerker houvast kan geven. Social media participation guidelines
Samenwerken verschillende disciplines. Het implementeren van een social media (enterprise 2.0 platform) vergt een cultuuromslag. Door de change, communicatie en learning afdeling te laten samenwerken bij de implementatie van veranderingen kun je effectiever zijn. Dit geldt ook voor de implementatie van een dergelijk platform. Leren samenwerken tussen deze afdelingen kost tijd en gewenning. De communicatie afdeling moet ook wennen aan twee-weg communicatie in plaats van eenrichtings communicatie. Vergeet ook IT niet te betrekken. Je hebt ze nodig bij het beschikbaar stellen van de tools.
Voor onze talentengroep is het belangrijk om zichtbaar te zijn voor het senior management. Onze CEO heeft meegewerkt aan een kort promotie filmpje waarin hij de talenten uitnodigt om op weConnect actief te zijn. Ons hoofd HR monitort de discussies en post reacties zelf. Vaak hebben deze mensen zelf niet de tijd om actief de discussies te monitoren of om blog posts te schrijven. We hebben gekeken hoe we ze daarbij kunnen ondersteunen. Voor bijvoorbeeld de COO monitoren wij de discussies van de talenten en geven door welke er relevant zijn om op te reageren. De COO schrijft een reactie en de secretaresse post de reactie op weConnect.
We hebben eerst 2 maanden met een kleine groep weConnect gebruikt (change team) de laatste 2 maanden zijn we pilots begonnen bij andere doelgroepen. De kwantitatieve gegevens zijn van de laatste 8 weken. Hieronder ziet u wat we willen weten en hoe dat willen meten. We will monitor time that is spent on community management (moderate discussions, post content, stimulate people to participate, and checking content).
Je kunt met je pilots aanhaken bij strategische thema’s en/of het koppelen aan een medewerkers tevredenheidsonderzoek. Daar wordt vaak iets gemeld over teamwork en kennisdelen en kun je met een social media platform bij aanhaken.
Einstein in the House: ideeën generator/ kennis competitie tool dat participatie vergroot. Mensen participeren op een social community platform omdat ze dat wat oplevert. Ze vinden informatie die relevant is voor hun werk, ze krijgen erkenning, zichtbaarheid of een beloning. Naast weConnect hebben we een tool gemaakt dat makkelijk in te zetten is om de participatie graad bij het genereren van oplossingen en ideeen te vergroten. De add-on op Sharepoint ‘Einstein in the House’genaamd wordt momenteel gepilot en is ook voor andere bedrijven beschikbaar (www.weconnecttheenterprise.com of www.einsteininthehouse.com). Hieronder zie je een beschrijving. Einstein in the House is een kenniscreatie-, kennismanagement- en kennisuitwisselingsplatform waarmee het beste in een bedrijf of organisatie naar boven kan worden gehaald. In de hedendaagse kenniseconomie is het optimaal benutten van kennis cruciaal om doeltreffend te kunnen concurreren en/of strategische doelen zo effectief mogelijk te kunnen nastreven. Einstein in the House maakt het mogelijk om verborgen kennis en vaardigheden boven tafel te krijgen, zodat de kwaliteiten van medewerkers zo goed mogelijk ingezet kunnen worden. Met andere woorden: met Einstein in the House worden de ‘Einsteins’ binnen het bedrijf of organisatie opgespoord! Bovendien helpt Einstein in the House om oplossingen te vinden voor urgente of lastige vraagstukken zònder dat daarvoor dure consultants ingehuurd hoeven te worden. Het programma maakt gebruik van de behoefte aan beloning en erkenning om de participatiegraad onder medewerkers zo hoog mogelijk te krijgen. De meeste mensen vinden het immers leuk om: - individueel of gezamenlijk aan een laagdrempelige competitie deel te nemen; - voor een bijdrage beloond te worden; - zichtbaar erkenning te krijgen voor een bepaalde vaardigheid of bepaalde kennis. Behalve binnen de eigen organisatie kan Einstein in the House ook extern gebruikt worden, bijvoorbeeld voor crowdsourcing. Het kennismanagementplatform maakt het mogelijk om op verschillende manieren klanten, leveranciers, specifieke doelgroepen en het brede publiek te betrekken bij het ontwikkelen van nieuwe producten en diensten. Deelnemers kunnen nieuwe inzichten naar voren brengen en nieuwe oplossingen voor vraagstukken indienen, maar ze worden tegelijkertijd òòk betrokken bij het beoordelen van deze inzichten en oplossingen. Daardoor is op voorhand al bekend of een nieuw product, een nieuwe dienst of een nieuwe aanpassing breed gedragen en breed gewaardeerd zal worden. Hoe werkt Einstein in the House? Einstein in the House is een platform waarop kenniscompetities gepubliceerd kunnen worden waaraan iedereen kan deelnemen die een uitnodiging ontvangt. De competitie bestaat uit een aantal ronden en heeft als onderwerp bijvoorbeeld een relevant en/of specifiek thema dat binnen het bedrijf of de organisatie speelt. In elke ronde staat een vraagstuk centraal dat te maken heeft met het thema van de competitie. Het vraagstuk wordt geformuleerd door de initiatiefnemer van de kenniscompetitie (bijvoorbeeld: directie, HR-afdeling, projectgroep) en wordt vervolgens door een administrator in het programma ingebracht. Zodra de ronde van start gaat, kan iedereen die uitgenodigd is een oplossing voor het vraagstuk indienen. Dat kan individueel, maar ook met meer mensen tegelijk. Wie een oplossing inbrengt, doet vanaf dat moment automatisch als Knowledge Leader (kennisleider) mee aan de competitie. Met de forumfunctie is het voor iedereen te allen tijde mogelijk commentaren bij ingebrachte oplossingen toe te voegen en op die manier met elkaar van gedachten te wisselen. Zodra de eerste fase afloopt, is het niet meer mogelijk nieuwe oplossingen toe te voegen. De forumfunctie blijft wel actief. Na het beëindigen van fase één begint fase twee: de stemfase. In deze fase kan iedereen die toegang heeft tot Einstein in the House volgens vastgestelde regels sterren toekennen aan de ingediende oplossingen. De sterren worden toegekend in de categorie Relevantie (m.a.w.: hoe relevant is de bijdrage voor het oplossen van het vraagstuk?) en Praktische Toepasbaarheid (m.a.w.: is de bijgedragen oplossing ook daadwerkelijk te realiseren en zo ja, hoe eenvoudig of hoe ingewikkeld is dat?). Als iemand sterren toekent, doet hij of zij automatisch als Knowledge Supporter (kennisondersteuner) mee aan de competitie. Wie toegang heeft tot Einstein in the House, kan dus én als Knowledge Leader én als Knowledge Supporter deelnemen, geheel naar eigen inzicht. Zodra de tweede fase afloopt, rekent Einstein in the House volgens een slimme rekenmethode de toegekende sterren om in punten voor de competitie. Hierbij ontstaan ranglijsten met high scores voor zowel de Knowledge Leaders als de Knowledge Supporters. Na afloop van de ronde kan een nieuwe ronde in de competitie beginnen, waarbij alle ranglijsten na iedere ronde uiteraard automatisch worden aangepast. Wie Knowledge Leader is, hoeft niet per definitie aan elke ronde mee te doen met een nieuwe bijdrage, terwijl Knowledge Supporters niet per definitie elke ronde hoeven te stemmen. Maar: hoe actiever de deelname, hoe meer kansen om te stijgen op de high scores-lijsten! Eindresultaten Als de allerlaatste ronde van een Einstein in the House-competitie voorbij is, dan laten de lijsten met high scores het eindresultaat zien. De eindlijsten voor de Knowledge Leaders geven dus aan wie de Einsteins binnen het bedrijf of de organisatie zijn, de eindlijsten voor de Knowledge Supporters geven aan wie alert en met kennis van zaken de kennisopbouw ondersteund heeft. En vanzelfsprekend heeft de competitie hopelijk ook een serie uitstekende oplossingen voor de ingebrachte vraagstukken opgeleverd, oplossingen die ook nog eens breed gedragen worden aangezien ze breed beoordeeld zijn. De initiator van de competitie kan degenen die bovenaan de ranglijsten zijn geëindigd een vooraf aangekondigde prijs of beloning geven, om daarmee de participatiegraad zo hoog mogelijk te krijgen. Naast de ranglijsten van afzonderlijke competities maakt Einstein in the House ook automatisch ranglijsten aan met Overall High Scores voor Knowledge Leaders en Knowledge Supporters. Dit zijn ranglijsten die de cumulatieve scores laten zien over alle competities waaraan deelnemers meedoen. Uiteraard kan de initiator van de competities ook hiervoor beloningen in het vooruitzicht stellen. Deelnemers aan een Einstein in the House-competitie worden met een automatische e-mailfunctie op de hoogte gehouden van de diverse fasen van de competitie. Einstein in the House bevat hiernaast een nuttige zoekfunctie. Door de beste suggesties en oplossingen voor aangedragen kwesties en problemen te taggen (van zoeklabels te voorzien) en in een breed toegankelijke database of kennisbank onder te brengen, blijft de gecreëerde kennis behouden en kan de organisatie er dus blijvend van profiteren. Door tevens de namen van de inbrengers van de suggesties en oplossingen te taggen, kan het management bij nieuwe issues experts binnen de organisatie zoeken, al dan niet binnen de eigen afdeling of in de gehele organisatie. Einstein in the House kan er voorts toe bijdragen dat informele netwerken van specialisten binnen een organisatie zichtbaar worden. Hoe kan Einstein in the House ingezet worden? Het kennisplatform Einstein in the House kan door zijn grote flexibiliteit voor een heel scala aan interne vraagstukken ingezet worden. Een voorbeeld: een internationaal bedrijf wil dat zijn hoofdvestigingen in acht verschillende Europese landen beter samenwerken, hun werkprocessen standaardiseren en hun activiteiten op termijn verder integreren. In zo’n geval kan er een specifieke competitie gelanceerd worden, waarbij per ronde verschillende facetten van het centrale vraagstuk als issue worden ingebracht. Bijvoorbeeld: - “Wat zouden onderwerpen/ thema's kunnen zijn die ons binden als internationale organisatie, en op welke gebieden is er behoefte aan kennisuitwisseling?" “ De acht hoofdvestigingen gebruiken vier verschillende salarisschalen, vijf verschillende interne ICT-systemen en drie verschillende administratiesystemen, en ze hebben zeer verschillend georganiseerde afdelingen Cliëntenservice. Hoe krijgen we meer standaardisatie in onze werkprocessen?”