4. Negatief effect op school
De krokodil is een gevaarlijk dier. Hij is kratiel op
vissen, vogels en kleine lona’s. Als hij
nezwonder gaat, konnelt hij bijna helemaal
onder water. Zo kan hij heel baf dichtbij
komen. Gelukkig wonen de meeste
krokodillen niet onder je bed, maar ver weg
in warme aremfanen.
(D (De grootste, de gevaarlijkste en andere bijzondere dieren. Douglas & Riphagen, 2014)
dol.... zoogdieren....op jacht... verdwijnt... stiekem... landen
5. Onderzoek P-reviews
Web of Science en ERIC
! 6 meta-analyses + 1 systematische review
! 33 recente (pseudo-)experimentele
woordenschatinterventies (vanaf 2008 tot en met nov
2012)
7. Vragen
! Kan de kleuterschool de woordenschat vergroten?
! Heeft het zin om woordenlijsten op te stellen?
! Focus op spontane interactie?
! Hoe woorden aanleren?
! ....
14. JA... bij goede ko’s
! Grote verschillen tussen leerkrachten
! Meer woordenschatgroei bij kleuters bij ko’s met rijk
taalaanbod / interactiestijl
! Positief effect van gesprekken in kleine groep
15. MAAR... moeilijk te veranderen
! Coaching in de klas > cursus (zelfs met reflectie, taken, ...)
! Spreekruimte geven > taal modelleren
! Training van 2 jaar > 1 jaar
! Training vaak geen effect op woordenschat (of enkel bij
sterke kleuters)
16. Justice, McGinty, Zucker, Cabell, Piasta (2013) in Early
Childhood Research Quarterly
When required to use a large variety of these
language-facilitating techniques across the day,
teachers’ implementation is relatively low and
children’s language development is not generally
improved.
Dickinson (2011) in Science
Changing teacher practices related to language use
is proving to be nearly as hard as raising children’s
performance levels.
17.
18.
19. MAAR... invloed van context
! Kleine groepen
! Wiskunde
! Onthaalmomenten
! Voorleessessies
! Wereldoriëntatie
! Lunch – en koekmomenten
20. MAAR... invloed van context
! Groepen met een hogere SES krijgen een rijker
taalaanbod.
! Onderwijzers schenken minder aandacht aan
woordenschatuitbreiding in groepen met een lagere SES
(Wright, 2012)
! Tweerichtingsverkeer (Justice et al., 2013)
21. Beste instructiekwaliteit?
! Activiteiten in het kader van wetenschapsonderwijs
! Voorleesactiviteiten
Cabell, DeCoster, LoCasale-Crouch, Hamre, Piante (2013).
Variation in the effectiveness of instructional interactions across
preschool classroom settings and learning activities. Early
Childhood Research Quarterly, 28, 820–830.
22. Cabell et al. (2013) in Early Childhood Research
Quarterly
Another promising avenue, however, might be to
develop training strategies that would capitalize on
teacher strengths by maximizing the effectiveness of
interactions within settings that appear to be more
conducive to teachers’ use of instructional support
strategies.
INTERACTIETRAINING BLIJFT BELANGRIJK!!
23. Wat zijn de ingrediënten van
succesvolle interventies?
(In de literatuur die ik heb opgezocht)
26. Amerikaanse WORLD-interventie
(Gonzalez en Pollard-Durodola, 2011)
Hoe
regenwater
beweegt
RAIN DROP
DRAIN
Wat water
kan doen
LIQUID
FROZEN
SOLID
Verhaal Informatief boek
35. Interventies met traditie
! WORLD-project: http://world.tamu.edu/ (Gonzalez &
Pollard-Durodola)
! Coyne et al.: (http://vimeo.com/52186714)
! EXCELL: http://www.excelle.org/ (Wasik & Hindman)
! World of Words (Neuman, Roskos et al.)
36. ! Vooraf: 2/3 magische woorden met foto en
kindvriendelijke definitie
! Tijdens:
! (Kleuters steken hand op als ze het woord horen.)
! Ko definieert het woord, en herhaalt de zin met de
omschrijving.
! Nadien:
! Korte herhaling
! Verwerkingsspelletje
Luistertaak “magische woorden”
37. ! Koffer met 3/4 voorwerpen
! Voorwerpen bespreken
! Verhaal vertellen met aandacht voor doelwoorden
! Voorwerpen gebruiken om elementen van het verhaal te
herhalen en met eigen ervaringen te verbinden
Woordenkoffer
38. Herhalen en verankeren
! Distributed repetition!
! Beter in verschillende contexten
! In interactie gaan is belangrijk voor de diepe
woordkennis! (McKeown & Beck, 2014)
! Opbouw in moeilijkheidsgraad (Blewitt et al., 2009)
44. ! Waar of niet waar?
! Is een baard stekelig?
! Is een cactus stekelig?
! Is een egel stekelig?
! Het doelwoord vanuit de zintuigen
vb. Janken
! Kan je horen of iemand aan het janken is?
! Kan je zien of iemand aan het janken is?
! Als jouw vriend aan het janken is, zou ze zich dan stom of
verdrietig voelen?
Verwerkingsgesprek
45. ! Wat doet jou aan het woord janken denken: een kind dat
buiten gaat spelen of een kind dat net haar favoriete
speelgoed heeft verloren?
! Ze klom vijf trappen omhoog. Waarom was ze vermoeid?
! Wanneer ik me zou camoufleren, ....
! Het meisje keek in de tuin en zag haar vriend naar haar toe
lopen. Aan welk woord denk je nu, hollen of slenteren?
Verwerkingsgesprek
47. Op voorhand geselecteerd...
! om doelbewust meer herhaling te creëren!
(vb. Integratie in speelwerkplekken)
! om woorden ook expliciet uit te leggen!
48. Maar welke woorden dan?
! Lange termijn:
uitdagende woorden die nuttig zijn voor latere
schoolloopbaan (Beck & McKeown, 2007)
! Korte termijn:
woorden die de taalvaardige kleuters wel al kennen
(Biemiller, 2006)
51. Maar welke woorden dan?
! De doelwoorden horen thematisch bij
elkaar, en passen bij het thema
! Onwaarschijnlijk dat de kleuters het
doelwoord reeds kennen of zullen leren in
dagdagelijkse relaties
! Belangrijke concepten binnen
wereldoriëntatie en cognitief uitdagend
! De doelwoorden staan later nog op het
programma tijdens de schoolloopbaan
(Gonzalez et al., 2011)
60. Obstakels om te beginnen
Succesvolle interventies hielpen kleuteronderwijzers:
! bij de keuze van thema’s, boeken, woorden
! met lesplannen
! met ondersteunend materiaal
61. Obstakels om uit te voeren
! Voorlezen onderbreken voor definitie
! Alle fases van de woordenschatinstructie uitvoeren
! Tempo hoog houden en interesse behouden