1. Magazine
voorjaar 2010
PUM gaat
voor groen
PIETER WINSEMIUS:
“Kopenhagen was een daverend succes”
Groene missies in: Marokko,
India, Bangladesh, Vietnam
en op de Filippijnen
2. 2 PUM Magazine voorjaar 2010
PUM Magazine is een kwartaaluitgave van PUM
Netherlands senior experts. PUM is gelieerd aan
werkgeversorganisatie VNO/NCW.
Productie
PUM marketing en communicatie,
Floor Oostervink
Tekst en redactie
Dénise ten Bokum, Leo Enthoven,
Grisella Indemans, Marjo Kuilman,
Joseph van Oudenhoven, Karin
Overtoom, Pim van Rooijen,
Frank Steverink, Corien Unger,
Karin Verhaak
Expert advies
Sak van den Boom, Customer Media
Ontwerp en illustratie
I DON/T BUY IT
www.idontbuyit.biz
Fotografie
Dénise ten Bokum, Reinier Gerritsen,
Poike Stomps, privébezit
Druk
De Maasstad, Rotterdam
Bezuidenhoutseweg 12
2509 AB Den Haag
Nederland
t +31 (0)70 349 05 55
f +31 (0)70 349 05 90
info@pum.nl
www.pum.nl
Inhoud
Colofon
De groene ambitie
van PUM
4
In gesprek met
Pieter Winsemius
6
Zo vader, zo zoon
17
Groen project
in Marokko
12
------------------------------
Leren uit ervaring
14
Uw mening telt
19
Hello - Goodbye
10
De veiligheid
van experts
18
Column
15
Samenwerking met
BiD Network
16
Nieuw PUMnet
9
3
8
Experts over PUM
Op de Mont Blanc
20
VEHICLE in Suriname
20
Verantwoordelijk
voelen
3. Verantwoordelijkheid nemen
Duurzame ontwikkeling moet van binnenuit komen. Hoe kan een bedrijf
zichzelf, of de wereld, veranderen als de ideeën niet echt leven bij de mensen?
Milieuproblemen zijn vaak een symptoom van slechte bedrijfsvoering.
PUM-experts houden ervan naar de oorzaak te zoeken in de organisatie, de
processen en operatie. Ze laten de vakmensen zelf met oplossingen komen.
Ze dringen niet blindelings Europese normen op, maar houden rekening
met plaatselijke omstandigheden, zonder aan integriteit in te boeten.
Door hun ervaring bevorderen ze, bewust of onbewust, duurzame ontwikkeling.
Het is verbazend hoe verstrekkend de gevolgen zijn van alles wat we doen.
Als we bijvoorbeeld onze eetgewoonten aanpassen door beter voedsel tot
ons te nemen - minder vlees, geen witbrood of witte rijst, geen junkfood
– heb je minder behoefte aan eten en gebruiken we minder voedsel.
We worden dan gezonder, besparen geld én misbruiken minder landbouw-
grond elders. Persoonlijk kunnen we de wereldproblemen niet oplossen,
maar we staan ook niet machteloos. We moeten verantwoordelijkheid nemen
voor onze ecologische voetafdruk, in het dagelijks leven en in ons werk.
Kennis delen
Zo kunnen we ons richten op projecten die gericht zijn op duurzame ontwikke-
ling. Alternatieven bedenken voor verdwijnende grondstoffen en brandstoffen;
manieren vinden om verdere aantasting van essentiële milieusystemen tegen
te gaan. Dat zijn investeringen die zichzelf op termijn terugbetalen.
Neem bestrijding van erosie. Dat voorkomt overstromingen en landver-
schuivingen. Bovendien is erosie van kalkrotsen een belangrijke oorzaak
van opwarming. Maar we kunnen veel meer doen. Overbevissing en de ver-
ontreiniging van oceanen, rivieren en de bodem tegengaan. Evenwichtige
landbouw toepassen. Biodiversiteit handhaven. PUM draagt hier aan bij
door op veel van deze terreinen kennis te delen.
Gaan voor groen
‘Gaan voor groen’ is natuurlijk een populistische uitdrukking, de essentie
ervan zouden we echter allemaal ter harte moeten nemen. Een schoner
milieu begint bij onszelf. Laat u inspireren door de verhalen uit het veld en
bekijk de korte video over duurzaamheid op www.pum.nl. Overigens: PUM
Magazine wordt vanaf nu verstuurd in een composteerbare verpakking.
Joseph van Oudenhoven
PUM Magazine nieuwe stijl behandelt in
elke uitgave een speciaal thema. Voor dit
nummer is gekozen voor duurzaamheid.
PUM wil een bijdrage leveren aan een beter
milieu en wil klimaatneutraler werken.
Joseph van Oudenhoven, expert duurzame
ontwikkeling, leidt het thema in.
Joseph van Oudenhoven (1942):
actief bij PUM sinds 1999.
Opleiding: Civil Engineering (TU Delft),
Environmental Sciences (Harvard University).
Werkervaring: o.a. expert Hydraulic Design,
Irrigation and Hydrology (UN).
Voorwoord
4. 4 PUM Magazine voorjaar 2010
Thema duurzaamheid
PUM gaat voor groen, maar wat houdt dat eigenlijk in? Het creëren van een
duurzame mindset is niet iets van vandaag of gisteren, maar een langetermijn-
propositie. Milieu en duurzaamheid staan al langer in de belangstelling bij
PUM, ook in het verleden waren PUM-experts al duurzaam bezig.
Test uw eigen CO2 voetafdruk
Wilt u weten hoe groot uw eigen CO2 voetafdruk is ten opzichte van andere wereldburgers? Log in
op de website van het Wereld Natuurfonds: www.wnf.nl/nl/hoe_kan_ik_helpen/test_uw_voetafdruk/
en ontvang tips hoe u uw voetafdruk kunt verkleinen. (NB) Organisaties die CO2 voetafdrukken
berekenen kunnen verschillende variabelen gebruiken, waardoor uitkomsten kunnen variëren.
Groene ambitie
PUM heeft de ambitie uitgesproken om duurzamer te
opereren. Aan de ene kant gaat het daarbij om wat PUM
als organisatie zelf doet om groener te worden, aan de
andere kant wil PUM missies met een ‘groene compo-
nent’ stimuleren. Als er bij een project duidelijk winst
behaald kan worden op het gebied van vervuiling of
energiebesparing, dan zullen de PUM-experts proberen
een langetermijnrelatie met het betreffende bedrijf te
ontwikkelen door follow-up missies.
Om die ambitie waar te maken werkt PUM samen met
de Climate Neutral Group. Deze organisatie is gespecia-
liseerd in het begeleiden van bedrijven om klimaatneu-
traler te werken. De Climate Neutral Group heeft de CO2
voetafdruk van PUM berekend op basis van de ontvangen
data en de internationaal erkende methodiek van het
United Nations Environment Programme (UNEP).
In 2009 bedroeg de voetafdruk van PUM 6122 ton CO2.
De gemiddelde voetafdruk van een Nederlander is elf
ton CO2 per jaar (bron: www.milieucentraal.nl).
PUM gaat duurzamer werken met als uiteindelijk doel
volledige CO2 compensatie.
LED-lampen
Om aandacht te vragen voor het belang van milieu-
bewust ondernemen, krijgen alle senior experts die
binnenkort op missie gaan een LED-lamp mee voor de
klant. Een LED-lamp verbruikt zes keer minder energie
dan een conventionele lamp en gaat vijftig keer langer
mee. Dat bespaart dus niet alleen geld, maar ook stroom,
en levert zo een positieve bijdrage aan het milieu.
Een ‘verlicht’ idee om bij te dragen aan een duurzame
mindset van het midden-en kleinbedrijf over de grenzen.
Groene projecten
Met dit themanummer ‘PUM gaat voor groen’ krijgen
de milieuaspecten en groene initiatieven bij PUM extra
aandacht. Op de volgende pagina leest u over vier mis-
sies waarbij milieu een belangrijke plaats innam.
Heeft u ideeën hoe PUM groener kan worden? Mail ze
naar ons via uwmening@pum.nl.
5. 5PUM Magazine voorjaar 2010
Schoner water in Bangladesh
Bij een waterzuiveringsinstallatie in Chittagong ont-
stonden steeds vaker problemen die de staf niet wist op
te lossen. PUM-expert Nico Tilmans constateerde gebrek
aan kennis en besloot te beginnen met trainingen.
Hij analyseerde watermonsters en gaf aan hoe te han-
delen bij afwijkingen. Daarbij werden ook de oorzaken
van problemen duidelijker, zoals ‘licht slib’ dat op het
wateroppervlak gaat drijven als de zuivering niet goed
werkt. Met meer kennis groeide de acceptatie voor het
advies van de expert om een nieuwe opslagtank
te installeren om het water te stabiliseren.
Voor de uitbreiding van de zuivering
willen medewerkers via een PUM
Business Link Programma Neder-
landse waterbedrijven bezoeken.
Thema duurzaamheid
Business advies in Vietnam
Een milieukundig adviesbureau in Ho
Chi Minhstad, het vroegere Saigon, heeft
steeds meer last van concurrentie die onder
de prijs werkt. Bovendien is veel apparatuur in het labo-
ratorium verouderd. PUM-expert Erik van Dijk adviseerde
het bedrijf een nieuw businessplan te maken om beter
voorbereid te zijn op nieuwe uitdagingen. Ook legde hij
internationale contacten, onder andere met Royal Has-
koning en Norit, voor mogelijke samenwerking.
Van Dijk is nu in Nederland op zoek naar tweedehands
apparatuur voor het laboratorium. Er is een business
link gepland met een training en een bezoek van de
directeur aan Nederland.
Biogas op de Filippijnen
Expert waste management Geert Boonzaaij-
er deed onlangs twee projecten op de Filippijnen.
Hij gaf advies op een breed terrein variërend van afvalin-
zameling tot afvalverwerking. Er was grote belangstelling
voor een bijzonder ‘groen’ advies voor het genereren van
biogas uit keuken- en tuinafval.
Boonzaaijer kent een producent in India die voor zeer
lage kosten een eenvoudige vergistinginstallatie levert.
Het geheel is in een paar uur op te zetten en ook de trai-
ning voor gebruik is eenvoudig. Er wordt nu gewerkt aan
een demonstratie-installatie. Boonzaaijer gaat het Hans
Blankert Fonds benaderen voor financiering.
Waterzuiveringsinstallatie in Chittagong, Bangladesh
Erosiecontrole in India
In India kreeg expert duurzame ontwikkeling Joseph
van Oudenhoven de vraag hoe de watercontrole in een
bergachtig gebied en het ecotoerisme beter ontwikkeld
kon worden. Er was sprake van terrasbebouwing en ge-
bruik van dammetjes. Kennis over waterbeheersing was
er dus al. Niet watercontrole maar erosiecontrole was
dan ook het probleem. Er moest gezorgd worden dat de
bodem niet meer kon wegspoelen, dat zou voorkomen
dat er aardverschuivingen konden plaatsvinden. Door
de lokale bevolking bij zijn plannen te betrek-
ken, lukte het om de ontbossing tegen te
gaan, nuttige beplanting aan te leggen
en betere wegen te maken waarbij niet
halve bergwanden werden afgegraven
zonder ondersteuning. De kale om-
geving werd ook weer aantrekkelijk
voor ecotoeristen.
Joseph van Oudenhoven en Kulwant Rai Jain (lokale vertegenwoordiger) op missie in India.
6. 6 PUM Magazine voorjaar 2010
“Als je wordt ingekapseld
ben je niet vals genoeg meer”
Het gesprek
Algemeen directeur Thijs van Praag sprak met Pieter Winsemius. Over ontwik-
kelingsorganisaties die niet te braaf moeten zijn, de uitdaging voor PUMmers, de
noodzaak om oplossingen te blijven zoeken, het milieu en hoop voor de toekomst.
“Kopenhagen mislukt? Het is een daverend succes!”
7. 7PUM Magazine voorjaar 2010
Als oud-minister zette Pieter Winsemius het milieu voor
het eerst serieus op de kaart. Hij was ook voorzitter van
Natuurmonumenten en adviseur bij McKinsey. Hij pu-
bliceerde het boek ‘Grote Mensen gaan niet dood’, een
dialoog met zijn kleinkinderen over de grote problemen
- en mogelijke oplossingen - van deze tijd. Tegenwoordig
werkt hij bij de WRR, de Wetenschappelijke Raad voor
het Regeringsbeleid, die onlangs een rapport uitbracht
over 40 jaar ontwikkelingssamenwerking.
Wat vond u zelf van dit rapport over ontwikkelingssamenwerking?
“Het is best wat omstreden hier en daar. Het veld is toch
in beroering. Her en der kun je spreken van een existen-
tiële crisis. Eigenlijk is er, behalve door Jan Pronk, nooit
een discussie ‘ten principale’ gevoerd over het beleid.
Dat komt in het rapport ook vrij sterk naar voren.
De meeste Nederlandse NGO’s, zoals ICCO, Novib en
Hivos, zijn eigenlijk ingekapseld door de overheid.
Met financiële akkoorden, daar komt het plat gezegd
op neer. Dat hebben ze laten gebeuren en dat heb ik
altijd heel fout gevonden. Op zijn tijd mensen op je nek
krijgen is juist supergezond. Je moet scherp blijven: ben
ik bezig met waar het om gaat? Doe ik iets wat echt de
moeite waard is? Of doe ik iets voor mezelf?”
“Ik heb niks met boksen maar niemand spreekt me tegen,
dus het verhaal zal wel waar zijn: een bokser werkt altijd
met twee vuisten en een duim. En zijn voeten, die moet
hij aan de grond houden, anders kan hij geen kracht
zetten. Dus je moet op de grond blijven staan, erg
belangrijk. En dan met twee vuisten slaan. En die duim
gebruik je als de scheidsrechter niet kijkt.”
En wat doe je met die duim dan?
“In het oog! (lachend) Geen idee of het waar is, maar
het lijkt me waar. Dat is ongeveer hoe vals beleid gaat.
Beleid moet vals zijn. Als je voor het echie speelt, speel
je vals. Als je wordt ingekapseld ben je niet vals genoeg
meer.”
In uw boek legt u uw oor te luister op alle niveaus, van gezin
tot toponderzoekers. Nou gaan PUMmers altijd naar een ver
land met een andere taal en cultuur. Hun enige houvast is
eigenlijk wat ze weten van hun eigen vak.
Het luisteren en het overbrengen en de goede dingen zeggen,
heeft u daar ideeën over hoe dat beter zou kunnen?
“Dat is de ultieme uitdaging! Hier spreken we dezelfde
taal, we kennen elkaar. Maar als je in het Gooi woont
en in Utrecht-Overvecht op een zwarte school komt, zie
je een wereld die je niet kent. Een veel hardere wereld.
En PUMmers komen in een wereld die nog veel harder
is, twee keer, tien keer zo hard. Bij tijd en wijle althans.
Spreek je die taal voldoende om te kunnen adviseren?
Of heb je de nederigheid om te weten dat dat niet kan?
En kun je wel helpen met de dingen die je wel weet?”
Werken de oplossingen die in Nederland werken, ook daarginds?
“Precies - die werken dus niet! Je moet een andere me-
thode vinden, je eigen oplossing vinden. Als dat één op
de vijf keer goed gaat bij PUM, zou ik dat een geweldig
resultaat vinden! Dat bedoel ik niet negatief. Het zijn
enorm complexe processen, die verander je niet zomaar.
Het lijkt me een enorme uitdaging.”
Milieu is bij ons een belangrijk thema. Een PUMmer op missie
komt bij een werkplaats waar chemisch afval in de sloot naast
de rijstvelden gegooid wordt. Hoe moet hij daar mee omgaan?
“Je kunt niet aannemen dat de mensen daar dezelfde
prioriteiten hebben als wij. Prioriteit hier is bijvoorbeeld
klimaatverandering. Dat is een rijkeluisprobleem. Als je
aan het overleven bent dan is ‘over vijftig jaar’ een
abstract gegeven. Het gaat om: MORGEN! Hun prioriteit
op milieugebied is: stilstaand water. Dat is de pest, met
rattenplagen, malaria, tsetse-vliegen etcetera. Hun pri-
oriteit is riolering, of in elk geval sanitair. Hun prioriteit
is betrouwbaar drinkwater en betrouwbaar voedsel.
Dat waren onze prioriteiten in 1900, toen we nutsbe-
drijven instelden. Maar die hebben ze niet. Hun priori-
teiten verschillen dus een eeuw met de onze.
Nu is het wel zo dat waar wij een eeuw voor nodig
hadden, tegenwoordig in twintig jaar gedaan wordt.
De golven van ontwikkeling worden steeds korter.”
Het gesprek
8. 8 PUM Magazine voorjaar 2010
Het gesprek
“We vinden dat de VN-klimaatconferentie in Kopenhagen
mislukt is. Maar het is een daverend succes! Als je twee
jaar geleden had geroepen dat de Chinezen in beweging
komen, of de Amerikanen... Je was voor gek verklaard.
Let op, als de Chinezen echt beginnen, begint het echte
werk. Misschien niet zo snel als de Chinezen zeggen dat
ze het gaan doen, maar er gaat wel wat gebeuren.
Als je niet offensief denkt over grote problemen, als je
over de derde wereld denkt: het is er arm, het is er al-
lemaal vreselijk ellendig, dan kom je nergens. Je moet
de sprankeling zien: we hebben toch een vordering
gemaakt. Er is licht aan het eind van de tunnel. En als
daar licht is, dan moet je wrikken, wrikken, wrikken, dat
weet elke PUMmer.”
Dat is het terrein waarop PUM actief is: de zelfredzaamheid
van mensen bevorderen. Als ze willen en vastbesloten zijn,
daar achteraan gaan...
“De middenklasse helpen zich te ontwikkelen, die
tegenkracht biedt voor democratie en vrije media
– daarmee zit je op een heel ander spoor dan dat van
armoedebestrijding. Daar gaat het om onderwijs en
gezondheidszorg.
Dat is niet fout, maar is het wel het spoor waar je het
gaatje open wrikt? Dat is voor mij de hamvraag, ook in
het rapport van de WRR over ontwikkelingssamenwerking.
Wees heel kritisch op jezelf.”
Grote Mensen gaan niet dood.
Over het Nederland van volgende generaties.
Auteur: Pieter Winsemius
Uitgeverij Balans – ISBN 978 94 600 32431
Om de dialoog met de experts te verstevigen en het beleid
te peilen, werd er in november 2009 een focusgroepbij-
eenkomst georganiseerd. Ruim vijftig experts spraken
zich uit over PUM.
In vier focusgroepen is gepraat over zaken als het voor-
traject en de matching met projecten, de kwaliteit van de
projectuitvoering, communicatie en de kwaliteit van de
PUM organisatie. De focusgroepen worden samengesteld
uit PUMmers waarvan sommigen vaker en anderen nog
nooit op missie zijn geweest.
Missie
De experts staan in grote meerderheid achter de missie
van PUM en voelen zich daar ook persoonlijk bij betrokken.
Wel is er ‘onderhoud’ nodig: voldoen de missie en visie
van PUM nog anno 2010?
Informatie
De experts gaven aan dat de interne en externe informatie
beter zou kunnen.
Er is nu vooral communicatie rond missies. Daarbuiten
zou PUM ook moeten communiceren. Zo kunnen de
sectorbijeenkomsten bijvoorbeeld beter worden ingezet
als communicatiekanaal. Daarnaast bepleiten de experts
een ‘informatiebank’ met presentaties en video’s die
tijdens missies gebruikt kunnen worden.
Vragen
Andere onderwerpen waren: Hoe kunnen experts een
grotere rol hebben in matching met projecten? Hoe kan
ik mij beter profileren binnen mijn sector? Kan PUM ook
experts benaderen voor projecten in Nederland? Hoe is de
ondersteuning in het buitenland? Werkt het systeem van
de landen- en sectorcoördinatoren? Hoe is de debriefing?
Zijn de evaluaties voldoende scherp?
De gesprekken waren inspirerend en leverden veel goede
suggesties voor verbeteringen op. Er zullen regelmatig
bijeenkomsten van focusgroepen worden georganiseerd.
De experts voor de focusgroepen worden ‘at random’
geselecteerd.
Experts spreken zich uit over PUM
9. 9PUM Magazine voorjaar 2010
PUMnet: grip op eigen profiel
PUMnet is het nieuwe intranet waar elke PUMmer
terecht kan om informatie te zoeken of te delen. Maar
op PUMnet kan iedereen ook op elk gewenst moment
zijn cv aanpassen, mails lezen, een debriefing maken of
gewoon het laatste PUM nieuws lezen. Zo helpt PUM-
net de banden te versterken tussen PUMmers, of ze nu
thuis, op kantoor of elders in de wereld bezig zijn.
Profiel aanpassen
Alle PUMmers hebben een eigen profiel op PUMnet,
beveiligd met een persoonlijke inlogcode en wachtwoord.
U kunt zelf uw profiel en cv aanpassen en uw key
qualifications actualiseren. Hierdoor kunt u de kans om
geselecteerd te worden voor een missie vergroten.
Log in op www.pum.nl en update uw CV. Uw sector-
coördinator en het recruitment team kunnen u dan
makkelijker vinden. Bent u al gekoppeld aan een project
en gaat u nog weg? Log dan in om uw missie voor te
bereiden en deel na afloop van de missie online uw
ervaringen.
In een oogopslag
PUMnet bevat veel informatie over lopende zaken,
projecten in voorbereiding en missies die achter de rug
zijn. De landencoördinatoren zien in een oogopslag de
status van hun projecten, debriefings en de evaluaties
van klanten. De lokale vertegenwoordigers hebben snel
een overzicht van alle projecten in hun regio. En het
mooie is dat klanten nu zelf online een projectaanvraag
kunnen indienen.
Veel bezoekers
Het aantal bezoekers van de nieuwe PUM website, zowel
het algemene deel als PUMnet, is flink toegenomen.
PUM meet de bezoekersgegevens met behulp van Google
Analytics om het gebruik in kaart te brengen. Op 1 maart
– de dag van de lancering van PUMnet – werden 1480
bezoekers geregistreerd. De tweede dag zelfs 1542.
Voorheen waren dat er ongeveer 600 per dag.
Het gemiddelde schommelt nu rond de 1100 bezoekers
per dag. De meeste bezoekers komen uit Nederland.
Maar het mooie is dat de site ook veel wordt bezocht
door mensen uit andere landen zoals Rusland, Indonesië
en India. Veel (potentiele) klanten hebben de website
gevonden en komen zo meer te weten over het werk van
PUM en wat PUM voor hen kan betekenen.
Nog nooit ingelogd?
Op www.pum.nl kan elke PUMnet gebruiker een beknopte
handleiding downloaden. Voor technische vragen kunt
u op werkdagen van 08.00-17.00 uur contact opnemen
met de ICT helpdesk. Telefoon: 070-3490570. E-mail:
helpdesk@pum.nl.
De nieuwe website is sinds 1 maart in de lucht. Kennis en informatie delen om
klanten beter te helpen staat centraal. Daarbij hoort ook sneller en efficiënter
experts koppelen aan een project. Als expert speelt u daarin een belangrijke en
actieve rol.
Aktueel
10. 10 PUM Magazine voorjaar 2010
Aktueel
Bijna elf jaar was Bertus als financieel-operationeel directeur een drijvende
kracht achter PUM. Binnenkort neemt hij afscheid. Gelukkig heeft hij voor een
goede opvolger gezorgd. Maak kennis met Hans Luursema.
Sinds 15 maart is Hans Luursema
de nieuwe financieel-operationeel
directeur van PUM. “Ik trof er een
solide financiële basis aan. Het goede
werk van Bertus zal ik krachtig voort-
zetten en daar op termijn mijn eigen
draai aan geven.”
Na zijn middelbare school koos hij
voor een studie economie aan de Vrije
Universiteit in Amsterdam. Direct na
zijn diensttijd vond Hans een baan bij
de Ziekenfondsraad, hier werkte hij
het leeuwendeel van zijn carrière.
Na een reorganisatie besloot hij toch
om rond te gaan kijken. “Al is vertrek-
ken best moeilijk als je ergens 23 jaar
hebt gewerkt.” Toen Hans de vacature
voor Financiën en Operaties bij PUM
zag dacht hij meteen: ‘Wat een
gave baan!’ “Leidinggeven, iets van
complexiteit, intellectuele uitdagingen
en maatschappelijke relevantie, dat
past helemaal bij mij. Mijn stijl van
leidinggeven? Ik wil graag geïnfor-
meerd zijn. Een vinger aan de pols
houden. Ik denk dat we bij PUM, een
kleine organisatie met korte lijnen,
efficiënt en effectief met elkaar kunnen
opereren. Dat we beslissingen snel
willen en durven nemen, ook als er
risico’s aan verbonden zijn.”
Met beide benen op de
grond, dat typeert Hans
Luursema (1958) ten
voeten uit. Als geboren
Groninger die opgroeide
in Noord-Holland, com-
bineert hij een nuchtere
instelling met zakelijke
directheid.
Effectief
“In de samenleving en de politiek is er
momenteel discussie over het onder-
werp ontwikkelingssamenwerking.
De noodzaak tot bezuinigen bij de
Rijksoverheid versterkt dit nog eens.
Het is de vraag in hoeverre dit de
toekomst van PUM beïnvloedt.
Ik zie sterke steun voor de activiteiten
van PUM in het onlangs verschenen
WRR-rapport ‘Minder pretentie, meer
ambitie.’ PUM stimuleert en bevor-
dert het lokale MKB als motor van
de economie. Dat gebeurt op een
doeltreffende manier. Daarom maakt
onze hulp al jarenlang verschil. Je zou
kunnen zeggen dat PUM zijn tijd ver
vooruit is. In dit krachtenveld hecht
ik groot belang aan het blijven borgen
van efficiëntie en effectiviteit, met
behoud van de kwaliteit van onze
vrijwilligers, vaste staf en hun werk.”
Hans privé
Hans is getrouwd met Annemieke en
woont in Amstelveen. Hij houdt van
reizen, lekker eten en fotografeert graag.
“Eigenlijk is PUM zijn tijd ver vooruit”
Hello
11. 11PUM Magazine voorjaar 2010
Aktueel
Goodbye
Het is de rode draad in zijn leven:
zorgen voor anderen. Voor hij bij PUM
kwam, werkte Bertus in het niet-be-
kostigd beroepsonderwijs. “Eigenlijk
heb ik niets anders gedaan dan met
heel veel mensen werken. Dat vind ik
het mooiste wat er is.”
In 2000 begon PUM met de bouw
van een projectinformatiesysteem.
“We wilden meer uniformiteit,” vertelt
Bertus. “Alles in één systeem, in
plaats van de grote tassen met
papieren informatie waar de landen-
coördinatoren en sectorcoördinato-
ren mee rondliepen. Daardoor is het
proces transparant geworden en zijn
de rapportages sterk verbeterd.”
Nooit af
Vernieuwen is nooit klaar. “Toen we
het interne proces op orde hadden,
beseften we dat we weinig contact
hadden met onze lokale vertegen-
woordigers en onze aanvragers.
Na heel wat klankbord- en werk-
groepen zijn we gaan bouwen aan
PUMnet. Nu zien we hoe betrokken
iedereen is. En hoe tevreden! We
hebben een enorme kwaliteits-
sprong gemaakt.”
Op dienstreis in Banda
Atjeh ziet Bertus Noppers
(1947) vier blinde mannen
voorbij lopen. De lokale
vertegenwoordiger van
PUM vertelt dat iedere wijk
of straat voor z’n eigen
zwakkeren of zieken zorgt.
Bertus: “Zo eenvoudig kan
het dus zijn om voor elkaar
te zorgen.”
Actief
Tot op de laatste dag blijft Bertus in
full swing bij PUM. “PUM is een ont-
zettend fijne organisatie.” Daarna
gaat hij vrijwilligerswerk doen,
vooral in hulpverlening en sociale
zorg. Samen met zijn vrouw.
“Kijk hebben op de problemen van
een ander is iets van ons allebei.
Daar hebben we elkaar ook op
gevonden.” Hij is actief in de kerk en
houdt van de natuur en van fotogra-
feren. Wat gaat hij het meeste mis-
sen? “Het contact met de mensen.
De gezelligheid, de sfeer.”
Hoogtepunt
PUM zal Bertus ook missen.
Daarom wordt zijn afscheid groots
gevierd op vrijdag 4 juni. Alle PUM-
mers, en oud-PUMmers, worden
uitgenodigd. “Dat lijkt me schitte-
rend,” zegt Bertus met zijn bekende
glimlach. “Daar kijk ik echt naar uit.”
“Met mensen werken vind ik het mooiste dat er is”
12. 12 PUM Magazine voorjaar 2010
Theo de Groot zit al vanaf 1958 in de tuinbouw.
“Van spinazie tot orchideeën, ik heb overal in gewerkt”,
zegt hij zelf. Hij begon ooit met de lagere en middelbare
tuinbouwschool en deed cursussen, maar heeft zijn
expertise vooral bij veel verschillende bedrijven ontwik-
keld. De Praktijkschool, zoals hij dat noemt. Hij werkte
veel in het buitenland, verzamelde overal planten, van
Noord-Amerika tot Nieuw Zeeland en Australië.
Ook leefde hij een tijd op de Azoren. Voor PUM vloog hij
naar Marokko om daar een kwekerij te redden.
Waarom werd de hulp van De Groot ingeroepen?
“De kwekerij in Marokko bestaat nu tien jaar. Na het
vijfde jaar was er opeens een mysterieus probleem.
Steeds meer planten werden ziek en gingen dood.
Ingehuurde specialisten suggereerden: ‘Jullie geven
niet goed water’ en ‘Je doet dit niet goed, en dat niet
goed’. Maar niemand slaagde er in de echte oorzaak te
achterhalen. Ik had iets soortgelijks al eens eerder mee-
gemaakt in Ivoorkust. Daar werd een bedrijf compleet
vernietigd. Als ik zo iets tegen kom bij een kweker ga ik
alles uit elkaar halen tot ik weet of het een beestje is of
een schimmel. In dit geval wist ik binnen vijf minuten
wat het probleem was.”
Nachtvlinder
De onzichtbare boosdoener bleek een nachtvlinder te
zijn, Opogona Sachari, in de volksmond Bananenboorder
geheten. Het insect komt overal voor, in Zuid-Amerika,
Ivoorkust, op de Azoren, maar ook in Nederland.
De Groot: “Het is een quarantaine beest. Als er een
container binnenkomt en de Plantenziektenkundige
Dienst vindt er een paar, dan kunnen ze zo zeggen:
‘Steek alles maar in brand.’ Bij alle planten die een
wondje hebben, waar bijvoorbeeld een takje afgeknipt
is, komt deze vlinder langs en legt eitjes in de wond.
Vervolgens gaat die plant gegarandeerd voor de bijl.
Of het nu een palm is van tien meter of een klein stukje
suikerriet. Op de Marokkaanse kwekerij was ongeveer
tachtig procent aangetast. Hoewel het probleem al
jaren speelde, had niemand iets in de gaten gehad.
De vlinder pakte alles, van ficussen tot bananen.”
Aaltjes
De oplossing lag in biologische gewasbescherming.
De Nederlandse firma Koppert Biological Systems is een
wereldspeler op deze markt. De Groot ging er inkopen
doen. “Ik heb 100.000 aaltjes meegenomen. Dat zijn
hele minuscule beestjes. Je lost ze op in water. Zo kun
je de bananenboorder bestrijden. Je giet het water met
aaltjes en al in de plant, bijvoorbeeld in de kop van een
palm. Die aaltjes gaan daarna aan de slag. Ze werken
curatief. Ze dringen de larve binnen, laten een bacterie
achter en binnen enkele dagen is die larve dood. Zou je
dit met normale bestrijdingsmiddelen doen, dat zou je
hele zware middelen moeten gebruiken, die in Neder-
land allang verboden zijn.
Deze aaltjes werken heel specifiek. Als je andere soorten
zou nemen, zou het niet werken. Het grote probleem
met gif is dat je alle andere insecten dood spuit, ook de
nuttige. Vogels gaan er uiteindelijk ook aan onderdoor.
Zo maak je het probleem eigenlijk alleen maar erger.”
Thema duurzaamheid
Winstgevende kwekerij zwaar getroffen door mysterieuze ziekte.
En geen spoor van de dader. Het lijkt op het plot van een detec-
tive, maar het was werkelijkheid. Senior expert Theo de Groot
vloog namens PUM naar Marokko. Daar stak onze Sherlock
Holmes na vijf minuten inspectie zijn pijp op en sprak: “Beste
Watson, we hebben hier te maken met een duidelijk geval van
bananenboorders...”
De zaak van de
bananenboorder
13. 13PUM Magazine voorjaar 2010
Thema duurzaamheid
Besmetting
De Groot trof ook een manier van werken aan die het
probleem verergerde. De kwekerij mengde besmette
grond met nieuwe grond en gebruikte het mengsel om
nieuwe planten in te potten. Zo ging de besmetting
steeds sneller. De Groot greep in: “Nooit meer gebruikte
grond met nieuwe potgrond mengen.”
Bestrijding
De directeur van de kwekerij heeft, toen hij in Nederland
was, bij Koppert een hele voorraad nieuwe aaltjes gekocht
en zet zo de bestrijding van de bananenboorders voort.
Koppert zelf vestigde zich in Marokko en benoemde een
in Nederland opgegroeide Marokkaan tot directeur.
Marokko loopt nu in Noord-Afrika voorop in het toepassen
van biologische ongediertebestrijding.
De missie van senior expert de Groot is een goed
voorbeeld van ‘PUM gaat voor groen’; kennis delen om
bij te dragen aan een duurzame en maatschappelijk
verantwoorde economie, die het milieu niet of minder
belast. Zelf is hij de laatste twintig jaar steeds meer en
meer bezig met biologische ongediertebestrijding en
farm scaping. Hieronder wordt verstaan: het doorbreken
van monocultuur met behulp van allerlei planten.
De Groot: “Tegenwoordig gaat men steeds meer over op
biologische bestrijding. Het grote probleem daarmee is
dat niet alle planten zich daarvoor lenen. Dan moet je
eigenlijk weer planten erbij zetten om die biologische
bestrijders te ondersteunen. Koppert is een groot bedrijf
in biologische bestrijding, zij verkopen de beestjes, maar
ze vertellen niet het verhaal van de farm scaping erbij.”
Bredere aanpak
Het is jammer dat biologische bestrijding niet door landen
gecoördineerd wordt, vindt De Groot. De aanpak van een
probleem als de vlinderlarve vraagt eigenlijk om een
bredere aanpak. De problemen houden niet op bij de
grenzen van de kwekerij. Omdat besmette planten uit de
kwekerij in het hele land verspreid zijn, is de kans groot
dat ook andere gebieden last hebben van de vlinderlarve.
Theo de Groot rust voorlopig nog niet op zijn lauweren.
Voor een opdrachtgever in Brazilië onderzoekt hij nu
welke planten het meest geschikt zijn als grondstof
voor verwerking tot biobrandstof.
“Steek alles maar in brand”
14. 14 PUM Magazine voorjaar 2010
Coen van Haeringen, landencoördinator voor het Midden-
Oosten, was bij twee missies betrokken die misliepen.
“Bij de ene ging het om een expert die voor het eerst op
pad ging. De andere missie werd uitgevoerd door een
expert met vele jaren PUM ervaring. Toevallig waren ze
allebei uitgezonden naar vergelijkbare bedrijven met
dezelfde vraag: kwaliteitsverbetering van de producten.
Ze gingen wel naar verschillende landen.”
Van Haeringen ziet duidelijke parallellen. “Ze liepen
tegen dezelfde problemen aan. In beide gevallen stuit-
ten ze op een muur van onwil toen ze gevolg wilden
geven aan de vraag van de directie. Misschien hadden
ze in hun enthousiasme niet genoeg tijd genomen om
de onderlinge verhoudingen goed in kaart te brengen
- het zijn voor onze begrippen sterk hiërarchisch geleide
bedrijven - en de werknemers te leren kennen.
Dat is overigens niet zo makkelijk in de relatief korte
tijd dat experts op missie zijn. Het kan gebeuren dat
directies slecht bereikbaar zijn voor overleg of te weinig
beschikbaar zijn om onze experts te steunen.
Dat deed zich helaas voor bij deze bedrijven. Met name
de productieleiders waren argwanend. Ze dachten dat
de experts waren gekomen om hun positie in het bedrijf
ter discussie te stellen.”
Interne verhoudingen
Met de beste bedoelingen zei één van de twee PUMmers
na twee dagen tegenwerking op de werkvloer: “Geef mij
de specificaties maar, dan doe ik het zelf wel.” Van Hae-
ringen: “Zijn intenties waren prima, maar die Hollandse
manier van mouwen opstropen en aanpakken, wordt
soms anders geïnterpreteerd.”
Hollandse aanpak
werkt niet altijd
Verreweg de meeste PUM missies verlopen probleemloos. De expert kan zijn
werk doen en bedrijven profiteren volop van diens kennis en de ervaring.
Maar soms gaat het mis. Wat valt daarvan te leren?
Leren uit ervaring
------------------------------
15. 15PUM Magazine voorjaar 2010
“Zeker in het begin is het belangrijk je aan te passen
aan de plaatselijke cultuur, de lokale werkwijze en om
structuren in een bedrijf in de gaten te houden. Het is
een goede zaak geduld te oefenen om door te krijgen
hoe de interne verhoudingen liggen.
“Noodzakelijk om je aan te passen
aan de lokale cultuur”
Achteraf bleek dat de productiechef inderdaad moeilijk
lag bij zijn eigen directie en aan het eind van het verblijf
van de expert het bedrijf heeft verlaten. Hij had een paar
valkuilen gegraven voor de expert, die dat natuurlijk
niet wist. Met veel moeite is de missie voltooid. Bij de
tweede missie is dat niet gelukt. Daar is de expert na
een week onverrichter zake vertrokken.”
Evaluatie
Terugblikkend stelt de landencoördinator vast: “Dit soort
zaken kan iedere expert overkomen, of je nu voor het
eerst op pad gaat of een ervaren rot bent. Met beide
bedrijven, met onze plaatselijke vertegenwoordigers, en
natuurlijk met de twee experts hebben we de ervaringen
uitgebreid geëvalueerd. Dat waren prima gesprekken.
De verstandhouding met het ene bedrijf is goed gebleven,
vooral omdat een van de directeuren na afloop van de
missie inzag dat onze expert onvoldoende steun had
gekregen.
Zoals gezegd was de dwarsliggende productieleider
inmiddels weg. De expert heeft nog steeds contact
met een medewerker van het bedrijf met wie hij goed
overweg kon. Ik sluit dus niet uit dat we daar op termijn
weer naar toe gaan. Met het andere bedrijf is momenteel
geen contact. De plaatselijke vertegenwoordiger kan
helpen dat te veranderen als de tijd daar rijp voor is.”
“Meer geduld opbrengen”
Van Haeringen benadrukt dat beide experts hebben
geconcludeerd dat ze wat meer geduld hadden kunnen
opbrengen. Maar: “Dat is soms gemakkelijker gezegd
dan gedaan.” Voor hemzelf als landencoördinator hebben
beide missies duidelijk gemaakt dat hij tijdens de briefing
nog meer aandacht aan dit aspect van een missie moet
besteden. “Dat is de les die we hebben geleerd!”
Het gras bij de buren is altijd groener. Een bekend Ne-
derlands gezegde waarmee we, helemaal passend bij
onze volksaard, aangeven dat het zo’n vaart nog niet
loopt als we niet in dezelfde weelde leven als de ander.
Een onschuldig gezegde, dat echter letterlijk genomen
een heel andere uitleg behoeft. Want uit vele onderzoeken,
hoe tegenstrijdig soms ook, weten we inmiddels dat het
gras in andere delen van de wereld veel minder groen,
zo niet volledig afwezig is. Groen is een sleutelwoord
geworden in onze samenleving. Maar is het dat ook in
samenlevingen wereldwijd? Hoe is groen te realiseren,
juist in landen waar de inkomensafhankelijkheid van
vaak vervuilende productie-eenheden honderd procent is?
Kunnen wetenschappers en milieutechnologen hun
ideeën zomaar toepassen in andere samenlevingen?
Wie laat zich dat aanleunen, wie is bereid zijn levens-
stijl aan te passen? Waarom zou je milieuproblemen
niet zo oplossen dat ze in de economische en sociale
structuur van landen en volkeren passen?
Neem de stad Brasilia, gebouwd naar een idee van ste-
denbouwkundige Lucio Costa. De beroemde architect
Oscar Niemeyer was er verantwoordelijk voor toonaan-
gevende gebouwen. Gebouwd om Rio de Janeiro als
hoofdstad te vervangen, werd de prachtige symmetrische,
extreem ruime, groene stad in 1960 in gebruik genomen.
Er zijn wijken waar alleen winkels zijn of alleen banken.
Er zijn wijken met enkel sportcomplexen of scholen.
En er zijn woonwijken. Om die verschillende wijken te
bereiken is een auto onmisbaar. Het verkeer is dus
alleen maar toegenomen, al is er sinds enige tijd een
metro. Er wonen bijna twee miljoen mensen die elk
weekend de stad ontvluchten. De structuur van de stad
is onleefbaar. Rij in het weekend door Brasilia en je waant
je in een spookstad. Alle goede bedoelingen ten spijt het
heeft niet gewerkt. Groen is een nobel streven.
Maar lichtgroen is ook oké.
PUM-expert Karin Verhaak-Kersten is sinds 1980 werkzaam in de journalistiek.
Zij werkt als freelance journalist in binnen- en buitenland en was mede-eigenaar en
hoofdredacteur van Peel en Maas uitgevers, uitgever van vijf nieuwsbladen in Noord-
oost-Brabant. Sinds 2006 staat ze ingeschreven bij PUM.
Lichtgroen
is ook oké
Column
16. 16 PUM Magazine voorjaar 2010
Voor ondernemers die bij BiD Network aankloppen is een gedegen business plan
cruciaal. Het is het belangrijkste instrument om investeerders te interesseren.
Daar worden vaak PUM-experts bij ingeschakeld.
Claudia Schalkx van Bid Network: “PUM heeft een schat
aan kennis. PUM-experts koppelen een gedegen opleiding
aan veel praktische ervaring die ze overal in de wereld
hebben opgedaan én ingezet. Bij ons komen beginnende,
vaak jonge ondernemers of ondernemers die schaal-
vergroting zoeken. Ze schrijven zich in op een online
platform, waarop ook coaches met ervaring en kennis
in verschillende sectoren en regio’s staan ingeschreven.
Een ondernemer kan contact opnemen met een coach,
maar omgekeerd gebeurt ook. Van de 475 coaches van
BiD Network is ongeveer twintig procent PUM-expert.
Een van hen, Jochum Wijbenga, hielp de Oegandese
ondernemer Emmy Warsiwa met een businessplan voor
uitbreiding van zijn bedrijf.
Wijbenga: “Wana Solutions distribueert LPG. Ze verkopen
flessen LPG aan huishoudens, maar willen ook tankin-
stallaties bouwen bij wooncomplexen zodat LPG via een
leidingenstelsel naar alle woningen wordt geleid.
Daarvoor zoekt eigenaar Warsiwa een investeerder voor
150.000 euro. Als hij kan laten zien hoe het werkt, gaat
de business zeker lopen.”
Wijbenga heeft voor PUM missies in Swaziland en Armenië
gedaan. Voor BiD Network helpt hij onder andere met
het beantwoorden van vragen van potentiële investeerders.
“Het verschil met PUM is dat je vanuit huis werkt.
De contacten lopen via Skype en e-mail.”
De samenwerking tussen PUM en BiD Network verloopt
vooral informeel via de experts, maar ook op directie-
niveau is er regelmatig contact. Schalkx: “Het werkt.
Met hun kennis en actieve inzet helpen de PUM-experts
bedrijven zich verder te ontwikkelen.”
Meer weten?
Kijk op www.bidnetwork.org
Synergie
PUM businessplan is
vaak geld waard
17. 17PUM Magazine voorjaar 2010
Maurits van der Ven is sinds 2006 actief
PUMmer. De bevlogenheid van PUMmers
is vaak, net zoals de betrokkenheid van
het thuisfront, een van de redenen om
vrijwilligerswerk te (blijven) doen.
Soms werkt het zelfs aanstekelijk.
Maurits’ zoon Michael zet zich ook in
voor mensen in ontwikkelingslanden.
Hij werkt in Ethiopië voor de Clinton
Foundation.
“Mijn vader heeft me laten zien hoe geweldig het is om
in Afrika te werken. Hij is echt een voorbeeld geweest.
Zonder hem zat ik nu nog op een kantoor ergens in
Amerika,” schrijft Michael van der Ven in een lange e-mail.
Van profit naar non-profit
Maurits van der Ven werkte bijna veertig jaar als bankier
in het buitenland. De laatste tien jaar zette hij zijn
financiële kennis en ervaring in bij ontwikkelingsbanken
in Afrika. Als expert deed hij vier missies voor PUM,
inmiddels is hij landencoördinator voor Mali en Congo.
Zijn oudste zoon Michael trad in zijn voetspoor. Hij groeide
op in de Verenigde Staten, studeerde financieel manage-
ment en deed een MBA bij INSEAD in Fontainebleau.
Na een carrière bij Price Waterhouse Coopers stapte hij
over naar de Wereldbank en vervolgens naar het Ameri-
kaanse Rode Kruis. Sinds augustus 2009 is Michael de
tweede man van de Clinton Foundation in Ethiopië.
Met zo’n honderd medewerkers werkt hij daar aan ver-
betering van de gezondheidszorg.
“Mijn vader werkte heel lang voor internationale zaken-
banken. Ik had nooit het idee dat hij daar erg gelukkig
was. Toen hij naar Afrika verhuisde zag ik hem opleven:
hij vond het avontuur geweldig en meer nog dat hij an-
deren kon helpen. Hij was toen vijftig. Ik vond mijn werk
in de profit-sector niet erg bevredigend en nadat ik mijn
vader de overstap had zien maken, deed ik het ook.
Toen was ik pas 28.”
Sleutel
Kort geleden zocht Van der Ven zijn zoon op in Ethiopië.
“Je merkt dan dat PUM je niet los laat. Want naast een
gezellig familiebezoek heb ik ook actief rondgekeken
naar mogelijkheden voor PUM.”
Zoon Michael is een fan van PUM. “De aanpak werkt.
Het stimuleren van het midden- en kleinbedrijf is de
sleutel voor economische ontwikkeling. Hier in Ethiopië
zie ik veel mogelijkheden bij rozenkwekerijen, koffie-
plantages en in het ecotoerisme.”
Zo vader,
zo zoon
Thuisfront
18. 18 PUM Magazine voorjaar 2010
Veiligheid
Veilig en verantwoord op missie
Staatsgreep
“Ik heb bij de brandweer heel wat hachelijke situaties
meegemaakt en ik heb geleerd dat het altijd belangrijk
is om rustig te blijven. Maar als je marsmuziek hoort,
weet je dat het mis is.” Hij nam meteen contact op met
zijn project officer in Den Haag, Laura Vink, en zorgde
voor voldoende beltegoed. En met de lokale vertegen-
woordiger regelde hij een vluchtadres en auto.
Laura: “Hans belde me vanuit de auto toen hij onderweg
was naar de hoofdstad en berichten ontving dat er ge-
schoten zou zijn. Het eerste was nagaan of er inderdaad
incidenten waren. Ik heb de ambassade in Burkina Faso
gebeld, maar op dat moment was er helaas niemand van
het personeel aanwezig. Toen heb ik met de landenver-
antwoordelijke van BuZa contact opgenomen om de
situatie door te spreken. BuZa kon gelukkig wel de am-
bassade in Ouagadougou bereiken. Hans werd daarna
meteen gebeld door de ambassadeur.”
Gelukkig bleken de voorzorgsmaatregelen allemaal niet
nodig te zijn want de volgende dag gingen de grenzen
en vliegvelden weer open.
Werkbezoek Burkina Faso: Hans de Vries ontvangt een medaille van de brandweer in
Ouagadougou voor o.a. het regelen van tweedehands redmateriaal.
Het zal u maar gebeuren, een staatsgreep terwijl u op werkbezoek bent.
Het overkwam Hans de Vries, landencoördinator Burkina Faso en Niger, onlangs
tijdens een bezoek aan Niger. Hoe reageert u en hoe bepaalt PUM of het veilig
genoeg is om op missie te gaan?
TIPS VEILIG & VERANTWOORD OP MISSIE
✓ Draag altijd het A4-tje met contactgegevens van de
lokale vertegenwoordiger, ambassade, landencoördi-
nator en project officer bij u.
✓ Bewaar het telefoonnummer van SOS International
en uw verzekeringspasje van De Europeesche op een
plek waar u het snel binnen bereik heeft.
✓ Check wat de lokale gebruiken zijn bij de receptie van
het hotel, het bedrijf of de lokale vertegenwoordiger
zodat u weet waar u op moet letten en wat u beter
kunt laten.
✓ Zorg dat u goed uitgerust bent, check uw gezond-
heidssituatie, zorg voor juiste vaccinaties en draag
bijzonderheden over uw gezondheidstoestand bij u.
✓ Lees het boekje ‘Veilig en Gezond op reis’ van PUM
aandachtig door voor u op reis gaat.
Veiligheidsscan
“PUM doet wat in haar vermogen ligt om te zorgen dat
experts veilig en verantwoord op missie gaan,” zegt
Wessel van Weerd, hoofd Personeel & Organisatie.
Is een gebied veilig? Wat zijn de lokale omstandigheden?
Wat zijn de classificaties van Buitenlandse Zaken?
De project officers en landencoördinatoren houden dit
nauwkeurig in de gaten. De lokale vertegenwoordiger
en de ambassades geven informatie over de situatie
ter plekke. PUM laat ook altijd meewegen wat andere
NGO’s doen. Voor extra veiligheidsscans kan PUM nog
een beroep doen op een externe organisatie.
Voorbereiding
“Het is goed om te beseffen dat een expert goed voor-
bereid op reis gaat en altijd begeleid wordt door lokale
gastheren, dat beperkt de risico’s aanzienlijk,” aldus
Van Weerd.
19. 19PUM Magazine voorjaar 2010
De leeftijd van 70 jaar is de grens voor PUM-experts.
Er zijn altijd grenzen. En waar je een grens ook trekt, er
is altijd gedoe, aan de ene kant of aan de andere kant.
Na zeven jaar met buitengewoon veel plezier voor PUM
te hebben gewerkt werd ik zeventig. Dat betekende
afscheid nemen en het besef dat ik weer een fase in
mijn leven had afgesloten. Terwijl ik fysiek en geestelijk
heel wel in staat ben om door te gaan. Dat was de ene
kant. Aan de andere kant realiseerde ik me: zeven jaar
is voldoende. Laat nu een ander het maar gaan doen.
Ik heb schitterende projecten gehad, onder andere als
leider van het tsunami-project in Atjeh, als landenco-
ördinator Indonesië/Sumatra. De laatste drie maanden
van mijn tijd bij PUM was ik vervangend coördinator
voor Vietnam, Laos en Cambodja. In december 2009
heb ik afscheid genomen en ik heb daar vrede mee.
Zeven jaar is een mooi getal. Je moet altijd weggaan op
het hoogtepunt van het feest.
Marcel van Eekhout, expert Agriculture/Horticulture
Wessel van Weerd, hoofd Personeel & Organisatie:
Over grenzen heen gaan en grenzen stellen: beide horen
bij de PUM senior expert. Voor de ondernemende PUMmer
is grenzen stellen het moeilijkst, denk ik. Onze experts zijn
eerder gewend aan - en succesvol met - over grenzen heen
gaan. Een grens voor de een geeft een ander een kans.
Met de leeftijdsgrens van 70 jaar krijgen weer ‘jongere’
ouderen de mogelijkheid zich in te zetten voor PUM.
Daarmee vergroten we ons potentieel aan adviseurs met
actuele kennis en ervaring. Een grens stellen helpt dus ook,
op z’n Drents gezegd, een ‘biet veuroet goan.’
Voor vliegreizen naar het zuiden en naar het oosten is
Schiphol niet altijd de handigste luchthaven.
Vanaf mijn woonplaats in Limburg zijn Keulen, Frankfurt
en Brussel veel makkelijker bereikbaar. Bijvoorbeeld:
vanaf Oost-Europa kom ik aan in Frankfurt, wacht tot
anderhalf uur op een transfer, vlieg over m’n eigen huis
heen naar Amsterdam en moet weer terug naar Limburg.
Dat is minstens vier uur extra reistijd. Vanaf Frankfurt
brengt de ICE me in anderhalf uur naar Aken, vandaar
is het nog twintig minuten met een taxi. Zeker als je
einde middag of begin van de avond landt is dat het
verschil tussen om 21.00 uur thuis aan de koffie zitten,
of in het holst van de nacht thuis komen.
De vliegtarieven zijn bepaald niet doorzichtig en ja, een
vlucht met overstap kan voordeliger zijn dan een directe.
Maar ik zou PUM toch willen vragen niet automatisch
vluchten via Schiphol te boeken. Kom ons, vrijwilligers,
tegemoet, kijk even verder welke mogelijkheden er zijn
en bespaar ons onnodige reistijd.
Joost Krul, expert Business Support & Management
Bertus Noppers, financieel-operationeel directeur:
Ja, we kennen het probleem. Oorspronkelijk mocht PUM uit-
sluitend Nederlanders vanuit Amsterdam uitzenden. Dat is
nu wat minder. Maar de ruim 2500 tickets die we per jaar
boeken leveren routedeals met de vliegmaatschappijen op.
Vanuit Europese richtlijnen zijn die tarieven dan altijd op
Nederland gebaseerd. We zoeken wel altijd naar een voor de
expert aanvaardbare route in combinatie met de te betalen
prijs, dus de inzet van belastinggeld. Daarom vertrekken we
vrijwel altijd uit Amsterdam.
Kijk eens verder dan Schiphol
Heeft u goede ideeën om de PUM dienstverlening te verbeteren? Deel uw mening
en verbetersuggesties met andere PUMmers en stuur uw mail voor publicatie
naar uwmening@pum.nl.
Er zijn altijd grenzen
Uw mening
U W M E N I N G @ P U M . N L
20. Op de top van de Mont Blanc
Caspar de Kok werkt sinds een jaar bij
PUM als hoofd ICT. Hij is verwoed berg-
beklimmer. Augustus 2009 beklom hij
met een groep van elf oud-collega’s de
Mont Blanc om geld in te zamelen voor ex-kindsoldaten.
In zijn rugzak had hij een PUM vlag. Na een tocht van
twee dagen plaatste hij deze op 4810 meter hoogte.
De Kok zit op het hoofdkantoor in Den Haag. Maar als hij
nog eens de kans krijgt om mee te gaan op een missie,
zou hij het geweldig vinden om Kazachstan te bezoeken.
“Ik zou daar heel graag één dagje in de bergen willen
lopen.” Natuurlijk neemt hij dan weer de vlag mee.
Waar bent u geweest?
De redactie zoekt foto’s van experts op bijzondere plek-
ken in de wereld. Het leukste is als u er zelf met de PUM
vlag op staat. Stuur uw foto naar mc@pum.nl.
PUM komt overal
Suriname:
grote behoefte
aan kennis
PUM is behoorlijk actief in Suriname. Het aantal projecten
dat uitgevoerd wordt, vertoont een stijgende lijn; 13 in
2007, 14 in 2008 en 20 het afgelopen jaar. Dit jaar kan
daar de samenwerking op het gebied van onderwijs aan
worden toegevoegd. PUM gaat het Instituut voor Hoger
Beroepsonderwijs in Parimaribo (PolyTechnicCollege) on-
dersteunen bij het opzetten van beroepsgericht, praktijk-
georiënteerd onderwijs op het gebied van levensmiddelen
en voedingsmiddelentechnologie.
Onder de VEHICLE vlag wordt PUM expertise ingezet om
specifieke onderwijsbehoeften van het bedrijfsleven te
realiseren. Het project in Suriname heet LIFE: ‘Linking
Food with Education and Environment.’ Gedurende de ko-
mende drie jaar zullen er in dit kader vanuit PUM twaalf
missies naar Parimaribo worden georganiseerd.
Wil Kooiman is projectmanager voor dit PUM VEHICLE
project. Hij is opgeleid als levensmiddelentechnoloog en
heeft twintig jaar leiding gegeven aan HBO instellingen,
daarvoor werkte hij bij Unilever.
Kooiman: “Ik heb ervaren dat er in Suriname een ongeloof-
lijke behoefte is aan kennis op het gebied van voedings-
middelentechnologie. Ze hebben er nog niet de juiste
toegang toe. Het internet staat natuurlijk bol van tech-
nologische kennis, maar je moet er wel de weg in weten.
Er is ondermeer een enorme behoefte om in Suriname
een kwaliteitsimpuls te geven aan het onderwijs in de
vleessector, de slagerijen. Maar het gaat uiteindelijk om
meer dan alleen een slagersopleiding. Binnen de voedsel-
sector zijn een heleboel dingen hetzelfde, of het nu gaat
om fruit, vlees of bakkersproducten. Verder zullen we ook
gebruik gaan maken van e-learning. We zoeken ook naar
samenwerking met de beroepspraktijk, zodat leerlingen
praktijkervaring opdoen.”
De samenwerkingsovereenkomst werd bezegeld in het
bijzijn van ir. Denise Kort namens het PTC en namens
PUM: Jur Georgius – landencoördinator Suriname en
Thijs van Praag, algemeen directeur.
Landenfocus
Altijd in contact
Er zijn momenten dat een vrijwilliger contact wil hebben met PUM. De vaste staf is altijd bereikbaar op kantoor voor vragen rond een missie.
Voor vragen over een land of een sector kunt u terecht bij de landen- en sectorcoördinatoren. Zij zijn doorgaans niet op het PUM kantoor
aanwezig. U kunt contact met hen opnemen via het algemene e-mailadres van PUM, info@pum.nl.
20 PUM Magazine voorjaar 2010