2. De vorige keer o.a.:
de tabernakel een type van toekomende
goederen
de bepalingen voor het vlees (spijzen,
dranken, wassingen) waren opgelegd tot de
tijd van het herstel (=het nieuwe verbond)
de offerdienst verwijst in alle details naar het
grote Offer:
de verrijzenis van Hem die drie dagen eerder
geslacht werd.
2
3. Hebreeën 9
hoeveel te meer zal het bloed van Christus,
die door de eeuwige Geest
Zichzelf als een smetteloos offer
aan God gebracht heeft,
ons bewustzijn reinigen
van dode werken,
om de levende God te dienen?
14
= rituelen onder het
oude verbond die in
zichzelf geen nut hadden
3
4. Hebreeën 9
En daarom is Hij
de middelaar van een nieuw verbond,
opdat, nu Hij de dood had ondergaan,
om te bevrijden van de overtredingen
onder het eerste verbond,
de geroepenen de belofte der eeuwige erfenis
ontvangen zouden.
15
Hebr.8:6 >
4
5. Nu echter heeft Hij
een zoveel verhevener dienst verkregen,
als Hij de middelaar is
van een beter verbond,
waarvan de rechtskracht
op betere beloften berust.
-Hebreeën 8:6-
5
6. Hebreeën 9
En daarom is Hij
de middelaar van een nieuw verbond,
opdat, nu Hij de dood had ondergaan,
om te bevrijden van de overtredingen
onder het eerste verbond,
de geroepenen de belofte der eeuwige erfenis
ontvangen zouden.
lett. wordend
> doodgaande
15
6
7. Hebreeën 9
En daarom is Hij
de middelaar van een nieuw verbond,
opdat, nu Hij de dood had ondergaan,
om te bevrijden van de overtredingen
onder het eerste verbond,
de geroepenen de belofte der eeuwige erfenis
ontvangen zouden.
15
lett. tot [in] verlossing = vrijkoping
7
8. Hebreeën 9
En daarom is Hij
de middelaar van een nieuw verbond,
opdat, nu Hij de dood had ondergaan,
om te bevrijden van de overtredingen
onder het eerste verbond,
de geroepenen de belofte der eeuwige erfenis
ontvangen zouden.
15
= het nieuwe verbond verlost
van alles van het oude verbond
8
9. Hebreeën 9
En daarom is Hij
de middelaar van een nieuw verbond,
opdat, nu Hij de dood had ondergaan,
om te bevrijden van de overtredingen
onder het eerste verbond,
de geroepenen de belofte der eeuwige erfenis
ontvangen zouden.
15
lett. aeonisch lotsdeel
9
10. Hebreeën 9
Want waar een testament is,
moet noodzakelijk van de dood
van de erflater melding gemaakt worden;
16
FOUT:
verbond
86,8,9,10 94,15
10
11. Hebreeën 9
Want waar een testament is,
moet noodzakelijk van de dood
van de erflater melding gemaakt worden;
16
St.Vert. testamentmaker
verbondmaker (medialis)
= actief en passief
11
12. Hebreeën 9
een testament toch wordt alleen van kracht,
indien er iemand gestorven is,
daar het nog geen gevolg heeft,
zolang de erflater leeft.
17
= verbond
12
13. Hebreeën 9
een testament toch wordt alleen van kracht,
indien er iemand gestorven is,
daar het nog geen gevolg heeft,
zolang de erflater leeft.
17
= het verbondmaker
13
14. Hebreeën 9
Daarom is ook het eerste verbond
niet zonder bloed ingewijd.
18
niet: testament
14
15. Hebreeën 9
Want nadat door Mozes elk gebod
volgens de wet aan al het volk was medegedeeld,
nam hij het bloed der kalveren en der bokken
met water, scharlaken wol en hysop
en besprengde het boek zelf en al het volk,
19
Exodus 24:3
15
16. Hebreeën 9
Want nadat door Mozes elk gebod
volgens de wet aan al het volk was medegedeeld,
nam hij het bloed der kalveren <en der bokken>
met water, scharlaken wol en hysop
en besprengde het boek zelf en al het volk,
19
Exodus 24:5,6
16
17. Hebreeën 9
Want nadat door Mozes elk gebod
volgens de wet aan al het volk was medegedeeld,
nam hij het bloed der kalveren en der bokken
met water, scharlaken wol en hysop
en besprengde het boek zelf en al het volk,
19
ontbreekt in Ex.24;
zie Lev.14:4 en Num.19:6
17
18. Hebreeën 9
Want nadat door Mozes elk gebod
volgens de wet aan al het volk was medegedeeld,
nam hij het bloed der kalveren en der bokken
met water, scharlaken wol en hysop
en besprengde het boek zelf en al het volk,
19
18
19. Hebreeën 9
zeggende: Dit is het bloed van het verbond,
dat God u heeft voorgeschreven.
20
Ex.24:8
19
20. Hij (=Mozes) nam het boek des verbonds en
las het voor de oren van het volk en zij zeiden:
Alles wat de HERE gesproken heeft, zullen wij
doen en daarnaar zullen wij horen.
8 Toen nam Mozes het bloed en sprengde het op
het volk en hij zeide: Zie, het bloed van het
verbond dat de HERE met u sluit, op grond van al
deze woorden.
7
-Exodus 24voor de derde keer!
19:8, 24:3
20
21. Hebreeën 9
En ook de tabernakel
en al het gereedschap voor de eredienst
besprengde hij evenzo met bloed.
21
waarvan de bouw pas later begon (Ex.25)
21
22. Hebreeën 9
En ook de tabernakel
en al het gereedschap voor de eredienst
besprengde hij evenzo met bloed.
21
t.g.v. grote verzoendag
Lev.16:16; 18-20
naar Mozes' woord door de hogepriester
22
23. Hebreeën 9
En nagenoeg alles
wordt volgens de wet met bloed gereinigd,
en zonder bloedstorting
geschiedt er geen vergeving.
22
uitzonderingen o.a. de lichamelijke
verontreinigingen in Leviticus 15
23
24. Hebreeën 9
En nagenoeg alles
wordt volgens de wet met bloed gereinigd,
en zonder bloedstorting
geschiedt er geen vergeving.
22
24
25. Hebreeën 9
En nagenoeg alles
wordt volgens de wet met bloed gereinigd,
en zonder bloedstorting
geschiedt er geen vergeving.
22
1x in NT
lett. bloed-uit-gieten
LXX: uitgieten i.v.m. reiniging
25
26. Hebreeën 9
En nagenoeg alles
wordt volgens de wet met bloed gereinigd,
en zonder bloedstorting
geschiedt er geen vergeving.
22
lett. loslating (Luc.4:19)
hier synoniem met reiniging
reiniging/loslating vindt plaats
d.m.v. Hem die geslacht werd
26
27. Hebreeën 9
Noodzakelijk moesten dus hiermede
de afbeeldingen van
de hemelse dingen gereinigd worden,
maar de hemelse dingen zelf
met betere offeranden dan deze.
23
27
28. Hebreeën 9
Noodzakelijk moesten dus hiermede
de afbeeldingen van
de hemelse dingen gereinigd worden,
maar de hemelse dingen zelf
met betere offeranden dan deze.
23
Job 15:15
"..zelfs de hemelen zijn niet rein in zijn ogen"
28
29. Hebreeën 9
Want Christus is niet binnengegaan
in een heiligdom met handen gemaakt,
een afbeelding van het ware,
maar in de hemel zelf,
om thans, ons ten goede,
voor het aangezicht Gods te verschijnen;
24
29
30. Hebreeën 9
Want Christus is niet binnengegaan
in een heiligdom met handen gemaakt,
een afbeelding van het ware,
maar in de hemel zelf,
om thans, ons ten goede,
voor het aangezicht Gods te verschijnen;
24
30
31. Hebreeën 9
Want Christus is niet binnengegaan
in een heiligdom met handen gemaakt,
een afbeelding van het ware,
maar in de hemel zelf,
om thans, ons ten goede,
voor het aangezicht Gods te verschijnen;
24
31
32. Hebreeën 9
Want Christus is niet binnengegaan
in een heiligdom met handen gemaakt,
een afbeelding van het ware,
maar in de hemel zelf,
om thans, ons ten goede,
voor het aangezicht Gods te verschijnen;
24
7:25; Rom.8:34
32
33. Hebreeën 9
Want Christus is niet binnengegaan
in een heiligdom met handen gemaakt,
een afbeelding van het ware,
maar in de hemel zelf,
om thans, ons ten goede,
voor het aangezicht Gods te verschijnen;
24
i.t.t. de hogepriester die in donker en
wierrook in het heilige der heilige was
33
34. Hebreeën 9
ook niet om Zichzelf dikwijls te offeren,
gelijk de hogepriester jaarlijks
met ander bloed dan het zijne
in het heiligdom gaat,
25
34
35. Hebreeën 9
ook niet om Zichzelf dikwijls te offeren,
gelijk de hogepriester jaarlijks
met ander bloed dan het zijne
in het heiligdom gaat,
25
35
36. Hebreeën 9
want dan had Hij dikwijls moeten lijden
sinds de grondlegging der wereld;
maar thans is Hij eenmaal,
bij de voleinding der eeuwen,
verschenen om door zijn offer
de zonde weg te doen.
26
36
37. Hebreeën 9
want dan had Hij dikwijls moeten lijden
sinds de grondlegging der wereld;
maar thans is Hij eenmaal,
bij de voleinding der eeuwen,
verschenen om door zijn offer
de zonde weg te doen.
26
37
38. Hebreeën 9
want dan had Hij dikwijls moeten lijden
sinds de grondlegging der wereld;
maar thans is Hij eenmaal,
bij de voleinding der eeuwen,
verschenen om door zijn offer
de zonde weg te doen.
26
lett. op
= met het oog op
38
39. Hebreeën 9
want dan had Hij dikwijls moeten lijden
sinds de grondlegging der wereld;
maar thans is Hij eenmaal,
bij de voleinding der eeuwen,
verschenen om door zijn offer
de zonde weg te doen.
26
39
40. Hebreeën 9
En zoals het de mensen beschikt is,
eenmaal te sterven
en daarna het oordeel,
27
hier: de hogepriesters
40
41. Hebreeën 9
En zoals het de mensen beschikt is,
eenmaal te sterven
en daarna het oordeel,
27
oordeel van vrijspraak!
Num.35:28,29 >
41
42. … in de vrijstad zal hij
(=de doodslager) moeten wonen
tot de dood van de hogepriester,
en NA DE DOOD VAN DE HOGEPRIESTER
zal de doodslager naar het land
zijner bezitting mogen terugkeren.
29 Dit zal voor u als een rechtsinzetting gelden
voor uw nageslacht in al uw woonplaatsen.
28
= oordeel, rechterlijke uitspraak
42
43. Hebreeën 9
zo zal ook Christus,
nadat Hij Zich eenmaal geofferd heeft
om veler zonden op Zich te nemen,
ten tweeden male
zonder zonde aanschouwd worden
door hen, die Hem tot hun heil verwachten.
28
43
44. Hebreeën 9
zo zal ook Christus,
nadat Hij Zich eenmaal geofferd heeft
om veler zonden op Zich te nemen,
ten tweeden male
zonder zonde aanschouwd worden
door hen, die Hem tot hun heil verwachten.
28
44
45. Hebreeën 9
zo zal ook Christus,
nadat Hij Zich eenmaal geofferd heeft
om veler zonden op Zich te nemen,
ten tweeden male
zonder zonde aanschouwd worden
door hen, die Hem tot hun heil verwachten.
28
45