Het CNV wil een sociaal, eerlijk en stabiel Europa. Dat is hard nodig om het draagvlak voor Europese samenwerking te behouden en om oneerlijke concurrentie, verdringing en uitbuiting tegen te gaan. In aanloop naar de Europese verkiezingen in 2019 presenteert het CNV tien maatregelen om Europa socialer te maken.
La liberte syndicale Fiche Info CNV Internationaal
CNV Pamflet Europese verkiezingen
1. NAAR EEN SOCIAAL EN
GEDRAGEN EUROPA
CNV verkiezingspamflet voor de Europese verkiezingen 2019
september 2018
2. 2
NAAR EEN SOCIAAL EN GEDRAGEN EUROPA
CNV verkiezingspamflet voor de Europese verkiezingen 2019
Maurice Limmen,
Voorzitter CNV
Het CNV wil een sociaal, eerlijk en stabiel Europa. Dat is hard nodig om het draagvlak
voor Europese samenwerking te behouden en om oneerlijke concurrentie, verdringing en
uitbuiting tegen te gaan. In aanloop naar de Europese verkiezingen in 2019 presenteert
het CNV tien maatregelen om Europa socialer te maken. De Europese Commissie heeft
de afgelopen vier jaar ingezet op een ‘sociale triple A status’ met een ‘Europese pijler
van sociale rechten’. Dit initiatief om de rechten van werknemers in Europa te versterken
heeft volgens het CNV niet de juiste focus. Het richt zich teveel op de regels en sociale
voorzieningen binnen landen die onderling nog steeds veel van elkaar verschillen. Het CNV
vindt het niet nodig om Europese regels op te leggen op terreinen waar de lidstaten – en
sociale partners binnen die landen - over gaan. Europa moet goed regelen waar Europa over
gaat: de sociale dimensie van de gedeelde interne markt. En de regels handhaven. Het CNV
kiest in dit pamflet voor een focus op concrete arbeidsmarkt gerelateerde maatregelen.
De interne markt biedt voordelen voor werknemers, maar werkt alleen als de markt voor
iedereen eerlijk en gelijk is. Daarvoor doen wij de volgende tien voorstellen:
1. Sociale toets op alle Europese voorstellen
2. Premieshoppen aanpakken
3. Gelijk loon voor gelijk werk op dezelfde plaats, ook in transport
4. Effectievere aanpak grensoverschrijdende fraude
5. Postbusondernemingen aanpakken en niet stimuleren
6. Bevorder veilig werken; geen concurrentie op Arbo-standaarden
7. Herijking Europese aanbestedingsregels
8. Versterk de sociale dimensie van het mededingingsrecht
9. Goede handelsrelatie met het Verenigd Koninkrijk
10. Versterk werknemersrechten in handelsverdragen
3. 3
1. Sociale toets op alle Europese voorstellen
De Europese interne markt is geen doel op zich, maar een middel om welvaart en sociale vooruitgang te
brengen aan de burgers van Europa. Zonder sociale vooruitgang verdwijnt immers het draagvlak onder
Europese samenwerking. Er ligt een voorstel van de Europese vakbondskoepel (ETUC) voor een Social
Progress Protocol.1
Het CNV wil dat dit ‘protocol voor sociale vooruitgang’ ingevoerd wordt om de sociale
rechten van werknemers in Europa te beschermen. Alle Europese wetgeving moet dan getoetst worden aan
dit protocol om te borgen dat sociale rechten niet ondergeschikt zijn aan economische rechten. Daarmee
zou bijvoorbeeld geen wetgeving meer ingevoerd kunnen worden waarmee een bedrijf zich in een andere
lidstaat kan vestigen met als doel de arbeidswetgeving in de lidstaat waar het vandaan komt te omzeilen.
2. Premieshoppen aanpakken
Arbeidsmobiliteit in Europa is een gegeven. Het heeft positieve kanten, zoals bijvoorbeeld jongeren die
kennis en ervaring opdoen over de grens, maar het moet niet zo zijn dat mensen door het ontbreken van
perspectief in eigen land gedwongen worden over de grens naar mogelijkheden te zoeken. Arbeidsmobiliteit
kan geen doel op zich zijn, want arbeidsmobiliteit kan ook ongewenste maatschappelijke effecten met
zich meebrengen. Denk dan bijvoorbeeld aan een ‘kennisvlucht’ of verdringing, oneerlijke concurrentie
en uitbuiting. Met de nieuwe Detacheringsrichtlijn is nog lang niet het gelijke speelveld en de eerlijke
en fatsoenlijke Europese arbeidsmarkt bereikt die het CNV voorstaat.2
Het is wat het CNV betreft echt
een gemiste kans dat werkgevers voor gedetacheerde werknemers uit het buitenland ook in de nieuwe
Detacheringsrichtlijn geen pensioenpremie afdragen. Daarnaast dragen werkgevers de eerste 24 maanden
sociale premies af in het thuisland.3
Een buitenlandse werknemer blijft daarmee nog altijd stukken
goedkoper dan een Nederlandse, ook bij bonafide detacheringen. Werkgevers kunnen zo in Europa
‘shoppen’ voor de meest goedkope werknemers. Dat moet anders. Om te beginnen moet de maximale
detacheringstermijn korter zijn, maximaal zes maanden. Dit geldt dan ook voor de duur van premieafdracht
in het thuisland.
3. Gelijk loon voor gelijk werk op dezelfde plaats, ook in transport
Het akkoord over de Detacheringsrichtlijn dat er nu ligt bevat nieuwe regels voor tijdelijk werken in een
andere lidstaat. Naast het feit dat gelijke beloning nog steeds onvolledig is (zie punt 2), is het internationale
wegtransport van de nieuwe regels uitgezonderd. Dit betekent dat gelijk loon voor gelijk werk niet geldt voor
chauffeurs. Grensoverschrijdende constructies in het internationaal (goederen)vervoer over de weg leiden
tot ontduiking van regels en mensonterende situaties. Het CNV vindt dat een chauffeur die bijvoorbeeld
door een Bulgaars bedrijf naar Nederland wordt gezonden om vanuit Nederland ritten uit te voeren, gewoon
betaald moet worden volgens de Nederlandse cao. Het CNV wil snel betere regels om gelijk loon voor gelijk
werk in het wegvervoer te garanderen, en stevige handhaving van die regels.
1 https://www.etuc.org/sites/default/files/social_progress_protocolEN_1.pdf
2 De nieuwe Detacheringsrichtlijn heeft niet veel materieel effect in Nederland, vanwege de in 2016 al aangenomen Wet Arbeidsvoorwaarden
Gedetacheerde Werknemers in de EU.
3 Dit is vastgelegd in de verordening ‘coördinatie sociale zekerheidsstelsels’ (nr. 883). Er ligt momenteel een voorstel voor herziening van
deze verordening waarbij de termijn teruggebracht zou kunnen worden tot 12 maanden.
4. 4
4. Effectievere aanpak grensoverschrijdende fraude
Er is onvoldoende controle mogelijk op de verklaringen die aangeven dat een werkgever, die zijn personeel
tijdelijk over de grens laat werken, sociale premies afdraagt in het thuisland (A1-verklaringen). Betere
registratie van wie waar tijdelijk is gedetacheerd, is dringend nodig. Met een uniforme Europese registratie,
op basis van nationale sociaalfiscale nummers, kan nauwkeurig vastgesteld worden in welke lidstaat een
werknemer normaal gesproken werkt en dus welke regels voor hem of haar gelden. Bij de aanpassing van
de regels voor sociale zekerheid moeten lidstaten meer mogelijkheden krijgen om zelf te handhaven en in
te grijpen bij fraude.4
Onlangs heeft het Europees Hof van Justitie een uitspraak gedaan dat een lidstaat bij
fraude met de A1-verklaring, deze ongeldig kan verklaren.5
Daarmee kunnen landen malafide gebruik van
detacheringen terugdringen. Deze uitspraak moet nu vertaald worden in nieuwe regels, zowel in Europa als
in de lidstaten zelf.
5. Postbusondernemingen aanpakken en niet stimuleren
Het CNV wil sluitende Europese regels voor de registratie van ondernemingen, om zogenaamde
‘postbusondernemingen’ te bestrijden. Dit is cruciaal voor betere handhaving. Het kan niet zo zijn dat een
bedrijf activiteiten heeft in de ene lidstaat en zich vervolgens registreert in een andere lidstaat, met als doel
lagere afdrachten. Vrijheid van vestiging op de Europese markt mag geen vrijbrief zijn om te zoeken naar
de laagste arbeidsvoorwaarden, sociale premies en belastingen. In dit kader kan ook schijnzelfstandigheid
spelen als het gaat om eenmansbedrijven. Het CNV wil een transparant Europees bedrijvenregister, dat
toegankelijk is voor lokale autoriteiten en sociale partners. Bij vermoedens van fraude moeten lokale
partijen in samenwerking met de Europese Arbeidsautoriteit gezamenlijke inspecties kunnen uitvoeren.
Vaststelling van fraude in de ene lidstaat moet rechtsgeldig zijn in de andere. Een gedeelde en interne markt
vraagt om regels die in heel Europa gelden en worden gehandhaafd, waarmee een zoektocht naar de laagste
kosten en een race naar de bodem wordt voorkomen.
6. Bevorder veilig werken; geen concurrentie op Arbo-standaarden
Ook voor wat betreft veilig en gezond werken leidt concurrentie tussen lidstaten tot
ondermijning van werknemersrechten. Het gaat dan om regels voor zowel fysieke als
psychosociale arbeidsbelasting. Zo wil het CNV strengere Europese regels over nachtwerk.
Onnodig nachtwerk is structureel aan de orde in distributiecentra, die in een moordende concurrentiestrijd
zijn verwikkeld om kopers in webwinkels te verleiden met de snelste bezorging van hun pakket. Dit leidt tot
een constante druk op arbeidskosten en structureel nachtwerk. Nachtwerk is in bepaalde beroepen niet
te voorkomen (denk aan ziekenhuizen en politie) maar bij webwinkels gaat het enkel om wie het meeste
klanten kan trekken. Omdat webwinkels bij uitstek niet gebonden zijn aan grenzen, moeten er op dit terrein
strengere Europese regels komen om concurrentie op basis van een race naar het putje tegen te gaan.
7. Herijking Europese aanbestedingsregels
De huidige Europese regels voor het aanbesteden van opdrachten en diensten leiden tot druk op arbeids-
voorwaarden en –omstandigheden. Zo zijn Europese regels over het inkopen van zorg door gemeenten voor
kwetsbare jeugd, mensen met een beperking en ouderen nu teveel gericht op het stimuleren van concur-
4 Zie voetnoot 3.
5 Altun C-359/16.
5. 5
rentie tussen aanbieders. Gemeenten moeten lokale zorgcontracten vanaf € 750.000 openbaar en Europees
aanbesteden.6
Hierdoor bieden commerciële zorgaanbieders hun diensten tegen steeds lage vergoedingen
aan, met als gevolg dat medewerkers met minder tijd en geld dezelfde zorg moeten geven. De minister van
Volksgezondheid stelt terecht dat concurrentie en marktwerking kunnen botsen met continuïteit en lange
termijn partnerschappen tussen zorgaanbieders en gemeenten.7
Het CNV wil dan ook dat de lokale zorg die
gemeenten inkopen, wordt uitgezonderd van de Europese aanbestedingsregels. Bovendien zijn we alert op
andere sectoren zoals het vervoer waar Europese regels goede arbeidsvoorwaarden eerder frustreren dan
stimuleren. Daarbij kijken we kritisch naar typen diensten, zoals bovengenoemde zorg die gemeenten inko-
pen, waarbij er vrijwel geen sprake is van een Europese markt, omdat lokale binding van groot belang is.
8. Versterk de sociale dimensie van het mededingingsrecht
Het CNV wil meer mogelijkheden om sociale belangen mee te laten wegen in het EU-mededingingsrecht.
Hierdoor kunnen sociale partners bijvoorbeeld in staat worden gesteld om afspraken te maken over
minimumtarieven voor zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers). Er moet ruimte komen in de EU-
mededingingsregels om de precaire positie van groepen zzp’ers te beschermen. Collectieve tariefafspraken
zijn essentieel om te voorkomen dat zzp’ers elkaar en werknemers kapot concurreren met steeds lagere
tarieven. Het CNV wil daarom een versoepeling van het EU-mededingingsrecht zodat tariefafspraken voor
zzp’ers niet automatisch in strijd zijn met de mededingingsregels.
9. Goede handelsrelatie met het Verenigd Koninkrijk
Het CNV vindt een goede bescherming van Britse en Europese werknemers een essentiële voorwaarde voor
een goede handelsrelatie, nu maar ook in de toekomst. Daartoe moeten EU-standaarden afdwingbaar de
norm blijven in het VK. Het alternatief is een buurland waar lagere arbeidsnormen gelden, met als resultaat
oneerlijke concurrentie tussen Nederland en het VK en een race naar beneden. Het is voor werknemers
essentieel dat Nederland veel handel blijft drijven met het Verenigd Koninkrijk (VK). Tweehonderdduizend
voltijdsbanen zijn direct afhankelijk van export naar het VK.8
Een handelsovereenkomst gebaseerd op weinig
barrières (tarieven) heeft de voorkeur.
10. Versterk werknemersrechten in handelsverdragen
Europa moet zich opwerpen als voorvechter van concrete, afdwingbare afspraken over werknemersrechten
in handelsverdragen. Het CNV wil in elk handelsakkoord dat de EU sluit afspraken over een voor vakbonden
toegankelijke en transparante geschillenbeslechting. Werknemersrechten moeten een centraal onderdeel
zijn van een handelsakkoord en bij schending moeten er handelssancties zoals boetes opgelegd kunnen
worden, net als bij de schending van investeerdersbelangen het geval is.9
Het CNV ziet bij het vaststellen van
schendingen een centrale rol voor de Internationale Arbeidsorganisatie (International Labour Organisation,
ILO).
6 Dit geldt op basis van de Aanbestedingswet uit 2012, die in 2016 is aangepast in lijn met de Europese aanbestedingsrichtlijn uit 2014 (nr
2014/24/EU)
7 Brief van 4 juli 2018: Inkoop en aanbesteden in het sociaal domein. Kenmerk: 1370226-178418- WJZ. Het standpunt van de minister wordt
ingebracht in een evaluatie van de Europese Commissie die vóór 18 april 2019 gepresenteerd wordt aan de Raad en het Europees Parlement
8 https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2017/10/21-mld-euro-verdiend-aan-export-naar-het-vk.
9 Buzek, T. (2018) EESC Advies REX/500 Hoofdstukken over handel en duurzame ontwikkeling in vrijhandelsovereenkomsten van de EU.