7. Diep in ons hart weerklinkt er een stem
die zingt: 'Eer aan God de Vader. Gloria!'
Zoon van de mensen, door Uw groot lijden
zijn wij dichter bij U. Gloria!
Geest van hoop en liefde, Geest van licht
en leven,
Geest van echte vrede. Gloria!
(Wyllin José)
8.
9. Als een wijngaard is de aarde
met een toren en een muur.
Wij bepalen zelf de waarde
en betalen nooit de huur.
Lam Hanna / “om een mens te zijn op aarde”
10. Wachters boven op de toren
met geweren in hun hand,
willen van geen pachtgeld horen
blijven baas in eigen land.
11. Als de zoon wordt uitgezonden
wordt hun hart met vrees gevuld,
en hun angst slaat diepe wonden
want zijn komst wordt niet geduld.
12. Eens wanneer de Heer zal komen
aan de einde van de tijd,
wordt het land dan afgenomen,
schenkt het ons de schulden kwijt?
13. Laten wij toch nooit vergeten
wie de aarde toebehoort.
Al wij ons met God gaan meten
is de hebzucht zwaar ontspoord
Lam Hanna / “om een mens te zijn op aarde”
14.
15.
16.
17.
18.
19.
20.
21.
22.
23.
24.
25.
26.
27.
28.
29.
30.
31.
32.
33.
34.
35.
36.
37.
38.
39.
40. Geloofsbelevenis
Pr.
Wij geloven in het evangelie van Jezus,
in zijn woorden en daden,
in zijn trouw jegens God en de mensen.
41. Al.
Wij vertrouwen erop dat in Hem,
God-met-ons,
gesproken heeft,
ons lief en leed van dichtbij delend,
met ons meevoelend als tochtgenoot
in goede en kwade dagen.
.
42. Pr.
Wij geloven
in zijn evangelie van gemeenschap-zijn,
in zijn spreken
over Gods verbond met ons.
43. Al.
Wij vertrouwen in zijn idealen
van liefde en gedeeld leven,
van verbondenheid en eenwording,
van vrede en vrijheid
voor alle mensen op aarde.
44. Pr.
Hij bleef zijn idealen trouw
ook toen zelfgenoegzamen
zijn oproep tot gemeenschap afwezen.
Zijn trouw was sterker dan de dood
waarmee ze Hem
het zwijgen wilden opleggen.
45. Al.
Wij geloven dat zijn keuze voor mensen
totaal was,
dat Hij zichzelf niet ontzag
om voor anderen leven en vrijheid
mogelijk te maken.
46. Pr.
En dat Hij daarom leeft.
Met Hem geloven ook wij
dat wie zijn leven ter beschikking stelt,
leven zal vinden.
47. Al.
Wij vertrouwen erop
dat er ook voor ons toekomst zal zijn
als wij doen wat Hij gedaan heeft.
Wij geloven
in een nieuwe hemel en een nieuwe aarde
waarin Hij, die ons tot leven riep,
voorgoed ons aller vrede wil zijn. Amen.
48.
49.
50.
51. Pr.
God, hoe wonderlijk zijn de wegen
die Jij met ons gaat.
Je roept ons bij onze naam
om herder te zijn,
om schouder aan schouder
de weg van het leven te gaan,
om te groeien
naar Jouw beeld en gelijkenis.
.
Rond de tafel
52. Al.
Wij danken Jou voor allen
die ons woorden
van hoop en vrede toespreken,
die ons nabij blijven
in uren van angst en onzekerheid,
in uren van pijn en eenzaamheid;
die met ons meegaan
en ons doen groeien
tot nieuwe levenskracht.
53. Pr.
Wij danken Jou voor al het goede
en het geluk dat wij mogen ervaren,
voor wat ons mild en hoopvol stemt,
voor wat ons nieuwe perspectieven aanreikt,
voor wat onze diepste levenskrachten
aanspreekt.
54. Al.
Jij die telkens weer de mensen bezielt,
Jij die telkens weer geroepen wordt
bij wieg en graf,
bij rouwen en bij ‘houden van’.
Naar Jou wordt uitgekeken
als naar een hemel die ons wacht:
Jezus Christus,
die zich als brood
voor de wereld heeft geschonken.
[ RECHTSTAAN ]
55. Pr.
Toen de wereld Hem niet meer aanvaardde,
zijn stem niet meer gehoord mocht worden,
zijn genezende aanwezigheid verdwijnen
moest,
heeft Hij als afscheid brood genomen,
…
Zijn dood gedenken wij,
zijn opstanding belijden wij,
zijn toekomst verwachten wij.
56. Al.
Wij bidden: open ons hart,
voor de vragende aanwezigheid van mensen.
Open onze ogen,
opdat wij het zoeken van mensen zouden zien.
Open onze oren,
opdat wij hun diepste verhaal zouden horen.
Geef dat wij ons zo bewust mogen worden
dat breken en delen
het geheim is van samen-leven.
57. Pr.
Zo komen wij op het spoor van Jezus,
die mensen doet opstaan
uit onmacht en verlamming,
en bouwen wij mee aan een wereld
waar ruimte is voor iedereen,
waar mensen met elkaar
de weg van het leven gaan.
58. Al.
Wij bidden voor hen,
die een stuk levensweg met ons meegaan,
voor hen, die op ons rekenen,
voor hen, die naast ons staan
en ons bemoedigen.
Wij gedenken ook hen,
van wie wij afscheid hebben genomen;
zij blijven tot ons spreken
en ons inspireren.
59. Pr.
Beziel ons met Jouw Geest,
boetseer ons
tot mensen voor mensen,
evenbeelden
van Jouw zorg om alles en allen.
60. Al.
Maak onze handen vrij
en leer ons brood breken, wereldwijd;
leer ons hoop schenken
aan de mensen van nu en morgen.
Geef dat het zichtbaar is
dat wij Jouw mensen zijn,
levende wezens van tastbare liefde,
van voelbare toekomst,
van een levende God.
66. Zeg nooit: onze wereld is gebroken,
en de jeugd tot weinig goeds in staat,
zeg nooit, ons geloof dat gaat verloren,
niemand wordt door Gods woord nog geraakt…
(REFR) Want een kerk, een kerk om van te dromen
stuwt de mensen uit hun slavernij
tot ze juichen, met tranen in de ogen
"Lieve God, we zijn er eind'lijk vrij !"
Zeg nooit: "Ons geloof dat raakt vergeten,
want men leeft nog enkel voor profijt."
Zeg nooit: "Van een droom kan ik niet eten."
Zeg nooit: "Wie niet werkt, verknoeit zijn tijd."
(REFR) Want een kerk…
67.
68. Zeg nooit: "Ons geloof dat raakt vergeten,
want men leeft nog enkel voor profijt."
Zeg nooit: "Van een droom kan ik niet eten."
Zeg nooit: "Wie niet werkt, verknoeit zijn tijd."