1. Verder denken. Durven doen.
Nieuwsbrief
NetWerkDag 09
DonDerDag 15 oktober 2009
Congres- en erfgoeDCentrum Lamot te meChelen
Inhoud
Opening 01
Hoofdartikel 02
• Plan C zet in op de doorbraak naar een Vlaamse groene economie
Reportages ateliers 04
• Atelier 1: Chemical leasing, selling services instead of barrels 04
• Atelier 2: Van kilo’s en calorieën naar comfort en gezondheid 06
• Atelier 3: Lokaal, kort en hoogwaardig gesloten materiaalkringlopen 08
• Atelier 4: Green events als hefbomen voor duurzame innovatie 10
Plan C transitienetwerk gaat online 12
Plan C acCelereert!
Er waren honderdvijftig inschrijvingen vooraf. Ruim hon- Wie bezig is met ‘grensverleggend vernieuwen’, is niet
derdvijfentwintig deelnemers kwamen op 15 oktober zo snel tevreden: het kan altijd beter of sneller. Bijvoor-
naar Mechelen voor het voormiddagprogramma en een beeld door meer ervaring en kennis uit te wisselen, door
honderdtal doeners nam effectief deel aan de interac- meer in beelden dan in woorden te denken, door de juis-
tieve ateliers in de namiddag. Maar een netwerkdag gaat te mensen te betrekken of meer te denken vanuit andere
uiteraard om meer dan cijfers. Het is vooral een jaarlijks perspectieven.
weerzien dat de persoonlijke interactie stimuleert en de Hebt u suggesties voor een volgende netwerkdag? Laat
realisatie de meest actuele activiteiten en ontwikkelin- het ons weten via info@plan-c.eu. Via www.plan-c.eu
gen op een rijtje zet. houdt u contact met Plan C en binnenkort kunt u zich
laten registreren als gebruiker voor de Plan C webtool.
Met een opstartende regering stond de netwerkdag van
dit jaar in het teken van het nieuwe regeerakkoord en het Noteer alvast de week van 25-29 oktober 2010 in uw
toekomstplan Vlaanderen in Actie (ViA). Het lag voor de agenda. Dan vindt namelijk het Global Forum on Sustai-
hand om tijdens deze netwerkdag dieper in te gaan op nable Material Management van de OESO plaats. De
de meerwaarde die Plan C kan bieden in het doorbra- OVAM is gastheer voor dit Global Forum, dat samen met
kenbeleid van de Vlaamse Regering. Het verslag van het de Plan C NetWerkDag 10 plaatsvindt in het Congres-
voormiddagprogramma vindt u in het hoofdartikel van en erfgoedcentrum Lamot te Mechelen.
deze nieuwsbrief.
Het namiddagprogramma bestond uit vier inspirerende Karel Van Acker,
Plan C-ateliers en was helemaal gereserveerd voor de voorzitter Plan C
doeners. Deze ateliers staan niet op zichzelf, want ze
sluiten aan op de processtructuur en de ondersteuning
die Plan C in de komende jaren continu zal bieden. De
bondige reportages van de ateliers zijn mee opgenomen
in deze nieuwsbrief.
2. hoofdartikel
Plan C
De jaarlijkse netwerkdag van Plan C is een belangrijk
moment. De groeiende groep organisaties en mensen in
het netwerk evalueren dan de stand van zaken, wisselen
ideeën uit en overwegen nieuwe projecten. Maar dit jaar
reikten de ambities verder.
zet in op de De Vlaamse Regering zette Plan C enkele jaren geleden
op als een experiment in vernieuwend milieubeleid – net
DuWoBo, het netwerk dat de transitie naar duurzaam
wonen en bouwen richting geeft en stimuleert. Intussen
doorbraak
zijn Plan C en DuWoBo stilaan de experimentfase ont-
groeid en zoeken ze een volwaardige plaats in het Vlaam-
se beleid. Het toekomstplan Vlaanderen in Actie (ViA) en
het Pact 2020 lijken de harde kern van het economische
en innovatiebeleid te worden. Het is dus geen onverstan-
naar een
dige zet om daar aansluiting bij te zoeken.
Forse impuls
Mevrouw Henny De Baets, administrateur-generaal van
Vlaamse
de OVAM, zette in haar inleiding meteen de toon: “Plan
C heeft dezelfde doelstellingen als ViA: doorbraken rea-
liseren en versnellen vanuit een langetermijnvisie.”
De OVAM is al bijna dertig jaar aan de slag in het milieu-
groene
beleid en de administratie loopt stilaan tegen de gren-
zen van het bestaande afvalbeleid aan. “We hebben een
forse innovatie-impuls nodig om werk te maken van een
geïntegreerd en duurzaam materialenbeheer.” Die forse
impuls kan voortkomen uit de synergie tussen Plan C en
economie
ViA. Uit het betoog van De Baets was op te maken dat
Plan C een meerwaarde kan betekenen voor ViA. Plan C
kijkt verder dan technologie, hanteert een systeemper-
spectief en staat voor een geïntegreerde benadering van
duurzaamheid.
Meerwaarde
“Plan C is de aangewezen partner om het De voorzitter van Plan C, Karel Van Acker, ging daarna
Vlaamse innovatiebeleid en economische uitgebreid in op de betekenis van Plan C voor toekomst-
plannen zoals ViA. Hij herinnerde eerst aan de drijfve-
weefsel mee te vernieuwen,” stelde Plan ren van Plan C. Dat is ontstaan vanuit het besef dat het
C voorzitter Karel Van Acker tijdens zijn (wereldwijde) materialen- en energievraagstuk een drin-
inleiding op de jaarlijkse netwerkdag van gende aanpak vraagt. De noodzakelijke ommezwaai moet
een richting krijgen én moet sneller gaan. Daaruit kun-
Plan C. Hij werd daarin bijgetreden door nen vervolgens interessante economische kansen voort-
professor Koen De Backere, een van de vloeien.
leidende figuren in dat innovatiebeleid. Plannen zoals ViA, het Pact 2020 en het nieuwe Vlaam-
Plan C heeft zich dus gepositioneerd als se regeerakkoord hanteren op een aantal plaatsen een
een serieuze partner voor het toekomst- vergelijkbaar discours. Ze willen inzetten op een groene
economie, op doorbraken, op een vernieuwing van het
plan Vlaanderen in Actie (ViA) en voor DNA van de Vlaamse economie, op grote projecten voor
de doorbraak naar een Vlaamse groene maatschappelijke vernieuwing. Waar zit dan het verschil
met Plan C? En welke meerwaarde heeft Plan C?
economie.
02
3. hoofdartikel
Karel Van Acker kwam met een doordacht antwoord. merkte echter op dat hierbij de rol van de civiele samen-
“Toekomstplannen zoals ViA dreigen te blijven steken in leving in Plan C ten onrechte wordt vergeten. Want de
technologisch-economische oplossingen, met vooral top- samenleving heeft ook een cruciale rol in de discussie
down maatregelen. Dat zijn kleine stapjes, terwijl we net over de innovatiestrategie die Vlaanderen moet volgen.
een snelle doorbraak naar duurzaamheid nodig hebben. Er waren ook enkele kritische bedenkingen over het ont-
Geïsoleerde projecten zonder strategisch kader zijn nog breken van maatschappelijke focus in ViA. Zet het plan
te vaak het vertrekpunt. niet veel te veel in op hoogtechnologische oplossingen?
Plan C kan hier een toegevoegde waarde hebben omdat Maar de algemene teneur over de potentiële samenwer-
het inhoudelijk en procesmatig op een andere manier king was positief. Zo wees Koen Debackere op de zes
werkt dan andere netwerken. We moeten op systeem- doorbraken die ViA definieerde: de lerende Vlaming,
niveau naar materialen kijken, vanuit een inspirerend medisch centrum Vlaanderen, een groen stedengewest,
toekomstbeeld. Plan C heeft zo’n inspirerende langeter- de open ondernemer, Vlaanderen slimme draaischijf en
mijnvisie, met verschillende paden om een duurzamer een slagkrachtige overheid. Voor de eerste vijf speer-
materialenbeheer te bereiken. punten komen er grote projecten. “Die projecten zullen
aan een aantal voorwaarden moeten voldoen: ze moeten
We zetten nu al experimenten op om die visie in de prak- inspelen op een grote maatschappelijke behoefte, een
tijk te testen. We begeleiden de projecten en trekken er visionaire ambitie hebben en veel middelen kunnen con-
lessen uit voor de weg die het Vlaamse materialenbeleid centreren. We hebben meer nood aan systeeminnovatie
moet inslaan. Onze strategische doelstelling is bouwen dan aan innovatie in geïsoleerde technologieën. Vlaan-
aan een nieuwe materialen-infrastructuur voor Vlaan- deren moet een proeftuin worden waarin we voor de vijf
deren. Door die brede kijk op innovatie kunnen we een speerpunten nieuwe concepten kunnen uitproberen en
partner zijn voor ViA”, aldus Van Acker. internationaal vertalen. De vernieuwing van ons KMO-
weefsel is in dat proces belangrijk.”
Hij herinnerde er daarna nog eens aan dat het Vlaamse
regeerakkoord Plan C en DuWoBo erkent en dat enkele Voor Plan C ziet Debackere vooral veel verbindingen
voorwaarden vervuld moeten zijn om de ambities waar te met de doorbraak ‘groen stedengewest’. Daarin wil men
maken. Zo zouden de opgezette experimenten toegang gaan inzetten op o.a. cradle–to-cradle, duurzaam wonen,
moeten krijgen tot de reguliere financieringskanalen van smart grids (slimme energienetwerken) en duurzame
het innovatiebeleid. Plan C en DuWoBo zouden respec- mobiliteit. “Plan C moet zoeken naar de mogelijke con-
tievelijk een portfolio van de geselecteerde experimen- vergenties met deze processen. Methodologisch moet er
ten moeten beheren en enigszins onafhankelijk van het een road map (stappenplan) komen: waar wil men heen
beleidsapparaat werken. Tot slot zouden ze graag reke- met de doorbraak groen stedengewest? Organisatorisch
nen op een structurele basisfinanciering. is er nood aan een multi-actoren platform dat samen-
werkt op basis van de road map.”
Het volledige pleidooi voor de interactie tussen Plan C,
ViA en het Vlaamse innovatiebeleid staat in een Position Synergie
Paper die alle deelnemers in hun conferentiemap von- Plan C en DuWoBo hebben op beide terreinen iets te
den. bieden, dat was voor de goede verstaander duidelijk. Of
zoals Henny De Baets eerder zei: “In dit soort processen
Ruis en potentie is het zaak om naar de meerwaarde tussen de deelne-
Kreeg de voorzet van Henny De Baets en Karel Van Ac- mers te zoeken. Waar we verschillen, moeten we com-
ker over de synergie tussen ViA en Plan C gehoor? Pro- plementair zijn. Waar we opportuniteiten zien, moeten
fessor Koen Debackere (K.U.Leuven) is al enkele jaren we samenwerken.”
een belangrijke intellectuele inspirator van het Vlaamse
innovatiebeleid. Hij was uitgenodigd om zijn licht te laten Het is nu zaak om de synergie tussen Plan C en ViA ook
schijnen op die vraag. Hoewel zijn betoog niet helemaal in de praktijk te realiseren.
gelijk liep met de eerste twee sprekers, kwam hij hen al-
leszins een heel eind tegemoet.
Lees
Er zit nog wel wat ruis op de lijn. Zo situeert Debackere de Plan C Position Paper op
innovatie in de driehoek overheid – bedrijfsleven – ken-
nisinstellingen. Op die samenwerking wil ViA inzetten en www.plan-c.eu/docs/planc-positionpaper.pdf
Plan C is daarvan een voorbeeld, volgens hem. De zaal
03
4. reportage ateliers
ateLIer Chemical leasing,
1 selling services
instead of barrels
Insteek van het atelier Enkele pilootprojecten leverden al positieve resultaten
op. Tegelijk tonen ze aan dat er nog heel wat uitdagingen
Welke kansen biedt het concept en het zijn. Zo moeten afnemers een goed functionerend model
vernieuwende businessmodel chemical verlaten voor een nieuw model dat veel inspanning ver-
eist. Er moeten nieuwe vertrouwensbanden opgebouwd
leasing en welke barrières moeten over- worden. Leveranciers moeten meer verantwoordelijk-
brugd worden? heid willen opnemen. Toch blijft Kimmel optimistisch.
Wereldwijd zijn er heel wat experimenten die aantonen
wat werkt en wat niet. Daaruit valt snel veel te leren.
Inleidend
Jan-Paul Kimmel van Royal Haskoning Belgium leidde dit Discussie rond zes stellingen
atelier rond chemical leasing in. De drijvende krachten Na de uiteenzetting werden discussiegroepen samenge-
achter dit model zijn volgens Kimmel de groeiende ma- steld rond een zestal stellingen:
teriaalschaarste en de bijhorende stijgende prijzen, het
groeiende draagvlak voor innovatie, de nieuwe allianties 1. Chemical leasing heeft geen kosteneffectief ant-
binnen het netwerk van leveranciers en nieuwe wetge- woord op de wettelijke verplichtingen rond chemical
ving zoals REACH (een systeem voor de registratie, eva- management.
luatie en toelating van chemische stoffen in de Europese 2. Een billijke verdeling van kosten en baten tussen part-
Unie). ners (belangrijk voor chemical leasing) is niet toepas-
baar binnen de huidige business modellen.
Van volumes naar diensten 3. Chemical leasing stimuleert innovatie binnen de che-
Chemical leasing draait in essentie om twee zaken, legde mische en verwerkende sector.
Kimmel kernachtig uit: diensten en verantwoordelijkheid. 4. Enkele (belangen)groepen zullen chemical leasing
Momenteel draait de chemische economie nog sterk rond mogelijk maken.
het afleveren van volumes van chemische stoffen. Dat 5. Het potentieel van chemical leasing ligt vooral bij de
moet evolueren naar het leveren van diensten: functies KMO’s.
in de vorm van de chemische eigenschappen van chemi- 6. Overweging tot chemical leasing kan enkel na een
caliën. Daarnaast moet de verantwoordelijkheid van de ‘netwerk-ontwikkelingsstrategie’.
producent / leverancier groter worden: hij zal zich ont-
fermen over de volledige levenscyclus van de stoffen.
04
5. De discussie leverde de hierna volgende resultaten op. - De noodzakelijke samenwerking stimuleert techno-
logische en marketinggerichte innovatie en dit stimu-
Geïdentificeerde knelpunten van chemical leasing leert ‘open innovatie’.
- Het noodzakelijke delen van kennis op het vlak van - Chemical leasing kan een stap zijn in de richting van
technologie en marketing is een belangrijk struikel- systeeminnovatie.
blok. - De noodzakelijke samenwerkingsverbanden binnen
- Het samenwerkingsverband waarop het concept is de materiaalketen zullen leiden tot nieuwe business-
gebaseerd, is een risico voor de continuïteit van de mogelijkheden binnen bestaande industrieën.
bedrijfsvoering: (i) de kostenstructuur kan verande- - Chemical leasing kan resulteren in het ontstaan van
ren in de loop van de samenwerkingsovereenkomst, gespecialiseerde dienstverleners gekoppeld aan de
(ii) niet solvabele partners kunnen failliet gaan. producent en ten voordele van de eindgebruikers.
- Er is een beperkte kennis van de (chemische) speci-
ficaties en de toepassingsmogelijkheden van materia- Mogelijke stappen om chemical leasing in Vlaanderen te
len / chemicaliën binnen de keten, terwijl die kennis lanceren
een voorwaarde is om toepassingsmogelijkheden te - Meer bekendheid genereren via seminars, netwerk-
ontwikkelen. dagen, studiedagen …
- Het businessconcept is complex, gelet op de mogelijke - Meer draagvlak creëren door het starten en succes-
contractuele, financiële en technische complicaties. vol uitwerken van eenvoudige voorbeeldprojecten
- De toegevoegde waarde is moeilijk meetbaar, aange- met een korte keten, zoals korte gesloten cyclische
zien de vorm sterk afwijkt van de huidige manier van systemen.
waardecreatie. - Ondersteuning van initiatieven rond het opstarten
- De vereiste transparantie in de kostenstructuur bij van chemical leasing door de overheid (subsidies, fa-
alle partners is moeilijk haalbaar omdat het vertrou- cilitatie, risicodekking, beleidssturing …).
wen tussen partners vereist. - Scepticisme verminderen door langetermijnvoorde-
- De mogelijkheden binnen Vlaanderen kunnen enkel len aan te tonen aan de hand van voorbeeldprojecten
optimaal worden benut na een paradigmashift: ‘Slim- (denken in kansen en niet in bedreigingen).
mer zijn met anderen in plaats van slimmer dan ande- - Draagvlak creëren bij alle relevante stakeholders om
ren’. de toepassing van chemical leasing te vergroten.
Geïdentificeerde kansen van chemical leasing
- Er ontstaat een groen imago voor de producent en de
eindgebruiker van chemicaliën / materialen door de
drive naar ‘minder gebruik van materialen /chemica- Meer info en contact
liën’ en ‘beperken van de productie van afvalstoffen via www.chemicalleasingproject.be
of/en het aanmaken van minder toxische afvalstoffen’.
- Er is meer controle op de kwaliteit van het eindpro-
duct mogelijk.
05
6. reportage ateliers
Van kilo’s en
ateLIer calorieën naar
2 comfort en
gezondheid
Insteek van het atelier Volgens hem is de markt duidelijk aan het veranderen.
Er ontstaan nieuwe markten in dienstverlening, technolo-
Welke uitdagingen zijn verbonden aan gieën evolueren zeer snel en er komt steeds meer nadruk
de overgang van ‘product-aanbod’ naar op de levenscyclus van producten en mensen.
‘product-dienst-aanbod’ en hoe pakken Bovendien willen klanten meer dienstverlening. Bedrijven
we die aan? moeten dus gaan nadenken over aantrekkelijke nieuwe
diensten die een meerwaarde opleveren ten opzichte van
Inleidend hun concurrenten. Klantenbinding en meer voeling met
Michael Van Lieshout van Pantopicon plaatste dit atelier de klanten zijn een belangrijke surplus. Van de Velde wil
in een duidelijke context: product-dienstcombinaties. de uitdaging aangaan om een shift te maken van een ‘pro-
Bijvoorbeeld een model waarin geen kopieerapparaat ductgebaseerde’ naar een ‘dienstgebaseerde’ strategie.
verkocht wordt, maar wel de functies, zoals ‘fotokopieën
maken’ of zelfs ‘fotokopieën ontvangen’. Of zoals in het Eenvoudig is die uitdaging echter niet. Zo spelen onder
door Plan C ondersteunde experiment: geen verkoop van andere de schaalgrootte van een onderneming en de in-
radiatoren, maar van ‘comfort in de vorm van warmte’. terne en externe weerstanden tot verandering een grote
rol. Wie heeft welke verantwoordelijkheid in de waarde-
Product-dienstcombinaties moeten economische groei keten tussen producent en klant? Wat zijn de juridische
loskoppelen van ecologische druk. De modellen bieden obstakels? Wie financiert wat en is leasing het interes-
nieuwe kansen op systeeminnovatie binnen de meest uit- santste businessmodel? Hoe gaan we om met die ver-
eenlopende domeinen, zoals vrije tijd, huisvesting, ener- schuiving in tijden van crisis? Hoe kan de overheid een
gie, mobiliteit en voeding. Michael benadrukte dat het geschikt kader voor product-dienstcombinaties aanbie-
succes van een product-dienstcombinatie niet alleen be- den?
paald wordt door technologische innovaties. Het is ook
belangrijk om gelijktijdig te sturen op veranderingen in De lat ligt hoog
technologie, cultuur én relaties. Zowel aan aanbodzijde De uitdaging van het atelier was in eerste instantie het
en de vraagzijde, als ertussen. formuleren van de relevante obstakels en vragen, zodat
een product-dienstcombinatie ‘comfort binnenklimaat’
Katja Craeghs van greenpoint.be startte met het ex- zou kunnen slagen. De lat ligt hoog, want Plan C ambi-
periment ‘Leasen van comfort’ binnen het bedrijf Jaga eert besparingen in energie én materiaal. De economi-
(de Radiator Factory). Ze introduceerde aan het begin sche energievoordelen liggen eerder bij de consument.
van het atelier Kenneth Van de Velde, de ceo van Jaga. De fabrikant heeft, naast de markt- en klantenaspecten,
Kenneth gaf een eerlijke blik in de ziel van het bedrijf. eveneens de voordelen van een gesloten materiaalkring-
Hij legde uit waarom zijn bedrijf de omschakeling naar loop. Het is de ambitie van dit Plan C-experiment om
product-dienstcombinaties als een opportuniteit ziet. beide doorbraken te combineren.
06
7. Drie groepen discussieerden over drie aandachtspunten Hoe kan een klant blijvend genieten van technologische
Kristof Debrabandere van de Bond Beter Leefmilieu evoluties zonder toestellen te vervangen? Hoe wordt te-
leidde het interactieve deel in. De deelnemers brachten ruggekoppeld tussen klant en dienstenleverancier? Hoe
in drie groepen concrete aandachtspunten naar voren kunnen installateurs technologisch up-to-date worden
rond drie thema’s: (i) businessmodel, (ii) technologie en gehouden? Is er een rol voor de overheid om innovatie
(iii) gedrag. in product-dienstcombinaties te stimuleren? Hoe kunnen
product-, materiaal- en energiebeleid elkaar versterken?
Elementen van het businessmodel
Wat is een ideale contracttermijn? Hier ontstaat mogelijk Gedrag
een conflict: het bedrijf wenst een garantie op langere Hoe kan een product-dienstcombinatie de consument
termijn (naar aanleiding van een investering bij de klant), blijvend aanzetten tot energiebesparingen? Hoe kan
terwijl de klant flexibiliteit waardeert (niet ‘gebonden’ goed gedrag worden beloond? Kan een motiverende lo-
worden aan één leverancier). kale gemeenschappelijke beloning worden ingezet? Heb-
Wie financiert de producten bij aanvang? Wordt de klant ben initiatieven voor groepen huishoudens wellicht meer
uiteindelijk eigenaar van het product? Wat indien de klant kans van slagen dan voor individuele huishoudens? Dient
verhuist of de woning verkoopt? Is er een rol weggelegd er met quota of verbruiksplafonds gewerkt te worden?
voor een onafhankelijke eco-consulent voor bescherming Hoe kan de privacy van de klant worden beschermd?
van de consument? Wat als de dienstleverancier failliet
gaat? Is de klant dan nog verzekerd van een dienstverle- En verder?
ning? Wat als de klant niet meer kan betalen? Er worden nu concrete stappen gezet om de initiële
doelgroep(en) te identificeren. De concrete invulling
Technologische aspecten wordt verder uitgewerkt tijdens een vervolgatelier. Ge-
Hoe kan optimaal gebruik gemaakt worden van techno- interesseerden voor dit vervolgtraject melden zich bij
logische flexibiliteit en modulariteit om de energie- en Kris of Katja.
materiaalbesparingen te maximaliseren?
Kan een bestaande verwarmingsinstallatie op termijn Meer info en contact
worden ingezet in een concept dat door zonne-energie via katja@greenpoint.be
wordt gedreven?
07
8. reportage ateliers
Lokaal, kort en
ateLIer hoogwaardig
3 gesloten materiaal-
kringlopen
Insteek van het atelier (ii) Welke rol zou 3D-printing in uw bedrijf kunnen spe-
len? (iii) Welke concrete stappen kan ik nemen in mijn
Welke rol kan een technologie zoals organisatie om aan lokale productie op maat te doen?
3D-printing spelen in het sluiten van loka-
Van scepsis tot vernieuwende ideeën
le productie- en consumptiekringlopen? De groepen aan de tafels tekenden vaak buiten de lijn-
tjes die Hendrik had uitgezet. Toch was er een duidelijke
Inleidend
structuur te herkennen: eerst rees scepsis, daarna doken
Theo Jongeling zette met zijn verhaal over innovatie bin-
de vernieuwende ideeën op. Een van de terugkerende
nen DSM NV de toon van dit atelier. De grote marktspe-
vragen was of de 3D-technologie niet tot juist meer ver-
lers volgen innovaties vandaag met argusogen en integre-
bruik van natuurlijke grondstoffen zou leiden? Om objec-
ren die zo veel mogelijk in hun werkzaamheden. Jongeling
ten met zo’n printer te maken is immers een zeer zuiver
leidt het C2C (Cradle to cradle)-team binnen het DSM
basismateriaal nodig (meestal een metaal in poeder-
Innovation Center. De wil van Jongeling en DSM NV om
vorm), dat in de meeste gevallen niet lokaal aan te boren
op systeemniveau te werken kristalliseert in de uitspraak
is. Veel mensen vreesden ook dat de wijde verbreiding
van Feyke Chairman, voorzitter van het DSM Managing
van dergelijke printers zou leiden tot een toename van
Board: “We cannot be successful in a society that fails.”
gadgetobjecten, net nu we iedereen ertoe proberen aan
te zetten om het gebruik van een gewone 2D-printer te
Johan Moyersoen van i-propeller legde onmiddellijk op
beperken. Ook over het energieverbruik rezen vragen,
inzichtelijke wijze de link tussen lokale, kort en hoog-
want om een object met een 3D-printer aan te maken
waardig gesloten materiaalkringlopen enerzijds en 3D-
moet het basismateriaal gesmolten worden en daar is
printing anderzijds. Deze technologie komt er sowieso
heel wat energie voor nodig.
aan. De grote uitdaging is om erover te waken dat de
integratie in onze economie op een duurzame manier ge-
Iedereen bleek het erover eens te zijn dat 3D-printing
beurt. Geen lichte taak.
vooral een interessante meerwaarde voor materiaalstro-
men kan leveren door onvindbare herstelstukken aan te
Zes discussietafels, drie discussierondes
maken. Nu werpen we vaak toestellen weg omdat een
Na de presentaties weten de deelnemers waar ze aan toe
specifiek onderdeel niet meer gemaakt wordt. Een 3D-
zijn: een grondig debat, dat in goede banen werd geleid
printer zou net dat onderdeel kunnen leveren en daar-
door Hendrik Tiesinga van Natural Innovation.
door de levensduur van het toestel verlengen.
De opzet was even eenvoudig als productief: de omvang-
Een ander gemeenschappelijk inzicht was dat 3D-printing
rijke groep deelnemers werd verdeeld in zes discussieta-
pas ten volle in lokale kringlopen kan werken wanneer
fels. Aan die tafels vonden drie opeenvolgende discus-
een shredder afgedankte objecten lokaal verpulvert en
sierondes plaats met telkens nieuwe mensen. Alleen de
de basismaterialen van elkaar scheidt, zodat een 3D-
host bleef aan zijn tafel zitten. Elke ronde werd gekop-
printer die als grondstof kan gebruiken. Over de techni-
peld aan één vraag: (i) Welke kansen biedt 3D-printing?
sche mogelijkheid hiervan bleek nog geen duidelijkheid
09
9. te bestaan. Verder opperde een deelnemer dat er werk
gemaakt moest worden van onderzoek naar natuurlijke
grondstoffen voor 3D-printing. Pas als aan die voorwaar-
den is voldaan, kan de technologie ingeschakeld worden
om op ecologisch verantwoorde wijze gepersonaliseerde
objecten te maken. Vooral brillen, gebitten en andere
verfijnde lichaamsonderdelen zag men al gemakkelijk uit
een 3D-printer te voorschijn komen.
Een lokale 3D-smid?
Zodra de verbeelding de vrije loop gelaten werd, zagen
leuke ideeën het daglicht. Een daarvan was het in ere
stellen van de lokale smid: elke gemeente zou zijn lokale
‘3D-smid’ moeten hebben. Dit moet een specifiek ‘am-
bacht’ worden, dat stond buiten kijf. Een 3D-smid moet
in de eerste plaats goed zijn in het (virtueel) ontwerpen
van objecten en daarnaast inzicht hebben in de interface
tussen design en productie. Hij moet ook beschikken
over een modulaire databank van vormen waarmee hij
kan werken. Naast ontwerptalent zagen de meeste deel- Meer info en contact
nemers ook de nood aan vertaalvermogen: de 3D-smid johan@i-propeller.com
moet perfect begrijpen wat zijn klant voor ogen heeft.
Hij vertrekt dus niet van een abstract design, maar van
de nauwkeurige wens van de klant die voor hem staat.
Stilaan werd duidelijk dat er best interesse voor de tech-
nologie ontstaat, als maar voldaan wordt aan een aantal
duurzaamheidsvoorwaarden. Zolang dat niet de bottom-
line van elke vernieuwing is, kan onze samenleving alleen
falen en blijft elk succes een waanbeeld. Werk aan de
winkel dus!
09
10. reportage ateliers
ateLIer Green events
4 als hefbomen voor
duurzame innovatie
Insteek van het atelier Binnen deze 3 concepten zochten de deelnemers in een
drietal rondes naar uitdagingen, oplossingen en de eigen
Kunnen evenementen en festivals dienen mogelijke rol of bijdrage. In deze gestructureerde brain-
als wegbereiders of hefbomen voor ver- storming passeerden heel wat uiteenlopende ideeën de
revue, zoals zeer zuinige biodiesel-aggregaten, 100% PV-
gaande innovaties buiten deze sector? powered festivals, virtuele festivals zoals second life, sen-
sibilisatie door artiesten, groene awards en benchmarks,
Inleidend
aankoopcombinaties en centraal beheer van duurzame
Serge Platel, de voorzitter van de Federatie van Muziek-
informatie en materiaal voor evenementen.
festivals in Vlaanderen (FmiV), schetste vooraf de alge-
mene problematiek van de voetafdruk van festivals.
Drie concrete acties op het vlak van sensibilisatie, ken-
Danny Gryson van het Cactus Music Festival lichtte toe
nisuitwisseling en energie
hoe ze proberen te werken naar een gevoelige afvalre-
ductie. Bart Smets van het Provinciebestuur Antwerpen
Tot slot werd de deelnemers gevraagd om deze ideeën te
legde uit hoe gepoogd werd het energieverbruik van Ma-
bekijken vanuit een ‘time-to-market’ perspectief. Welke
noMundo Festival te verduurzamen en tot slot gaf Guido
oplossingen zouden in 2010 opgestart of zelfs gereali-
Deleeuw van de vzw Trefpunt een woordje uitleg over
seerd kunnen worden? Deze laatste oefening bracht drie
de manier waarop zij de milieu-impact van de Gentse
zeer concrete acties naar voren.
Feesten trachten te meten.
1. Er bestaat een duidelijke nood aan een uniforme
De vier uiteenzettingen wierpen een duidelijk licht op de
sensibilisatie rond afvalbeheer op evenementen: één
uitdagingen waarmee festivalorganisatoren en -deelne-
gemeenschappelijke huisstijl en gemeenschappelijke
mers te maken krijgen en de mogelijke oplossingen die
afspraken over duurzame acties zijn wenselijk.
er al zijn.
Kris Moonen van i-propeller rondde het inleidende deel
2. Een kennisplatform dat expertise voor bestaande én
af met een concrete case: de drankbeker uit biogeba-
nieuwe oplossingen verenigt zou handig zijn. Dit zou
seerd polymeer, zoals polymelkzuur (PLA). I-propeller
bijvoorbeeld kunnen via het Plan C Netwerk Online.
en de FMiV testten op de drie genoemde festivals een
gesloten en kortere keten met dit product.
3. Brandstof- en energiebesparing is mogelijk mits be-
staande technologieën versneld worden toegepast.
Drie concepten centraal in interactief deel
De aanwezigen werden uitgenodigd om vanuit hun ex-
De komende maanden zal van deze concrete acties ver-
pertise na te denken over 3 concepten:
der werk worden gemaakt. Iedereen die op een of meer
- energie (naar een zero emmision event);
van deze pistes wenst mee te denken en/of te doen, kan
- afval (naar een zero waste event);
steeds contact opnemen.
- meten (continue meetbare verbetering).
10
11. Meer info en contact
kris.moonen@i-propeller.com
11
12. Colofon
Tekst
Kristof Debrabandere, Erik Paredis, Maarten Roels en Walter Tempst
Eindredactie
Charlotte Zwemmer
Ontwerp
Heartwork Plan C wordt ondersteund door
Beelden
Walter Tempst, Patrick Vanhopplinus en Robert Van Binnebeek
Hoofdredacteur
Rudy Meeus, afdelingshoofd Afvalstoffenbeheer
OVAM, Stationsstraat 110 in 2800 Mechelen
Verder denken. Durven doen.
Vlaams transitienetwerk
duurzaam materiaalbeheer
Plan C transitienetwerk
gaat online
Op de Plan C NetWerkDag 09 kregen de deelnemers We starten met de meest praktische toepassingen. U
al een voorsmaakje van de <webtool> waarmee Plan C
kunt als gebruiker dus ook helpen met suggesties voor de
zijn netwerk, kennis en diensten wil delen. Momenteel
optimalisatie en verdere ontwikkeling van de webtool.
plaatst Plan C bestaande informatie, kennis en ideeën
op deze webtool. Wanneer steeds meer mensen de webtool gebruiken,
dan stijgt de waarde van deze unieke toepassing. Uitein-
In december krijgt u een uitnodiging om u als gebruiker delijk is het de ambitie om de webtool te laten evolueren
van de webtool te registreren. Na uw registratie kunt u tot een heuse ‘online community’ rond duurzaam materi-
gebruikmaken van deze virtuele werkplaats. U kunt con- alenbeheer.
tacten en verbindingen leggen tussen mensen en ideeën,
uw ideeën aanbrengen en nieuwe inspiratie opdoen.
12