2. ‘Hallo. Ik ga jullie dit huis laten zien
vandaag! Ja inderdaad, dat lichtgroene
huis hier achter me.’ Ik zie dat de
cameraman me wil onderbreken, en ik
steek mijn tong naar hem uit.
3. ‘Dit huis is ingericht voor een
gezin met een kind, een
tiener en een baby.’ Er komt
een zacht gemompel
vanachter de camera, wat lijkt
op: ‘het kan wel wat beter.’
4. ‘Dan zal ik nu de binnenkant van
het huis laten zien.’ zeg ik en ik
negeer de cameraman, terwijl ik
het trapje van de veranda op loop.
5. ‘Links is een zithoekje. Zoals jullie
kunnen zien is hier binnen de kleur
groen ook duidelijk aanwezig.’ zeg
ik.
6. ‘Het zithoekje is in principe in de
gang.’ zeg ik en ik draai me om naar
de rest van de gang. ‘De gang is
redelijk simpel. Er hangt – nou ja,
eerder staat – één schilderij.’ zeg ik en
ik knik naar het grote schilderij van
een kikker.
7. ‘Hier is de keuken. Ook hier zie je de kleur
groen weer. Een wat donkerdere tint deze keer.
En natuurlijk is er rekening gehouden met de
baby.’ zeg ik en ik leg mijn hand even op de
kinderstoel die in de hoek staat.
8. ‘En dan hebben we hier de woonkamer.’
zeg ik als we weer terug zijn in de gang. Ik
doe een andere deur open, en loop naar
binnen.
9. ‘Als je binnenkomt, zie je meteen de
openhaard “hoek”. Daar kan je lekker bij de
openhaard een boek lezen of een spel spelen
ofzo. Ook hier is natuurlijk weer aan de
kinderen gedacht.’
10. ‘De muur hier, is een fotomuur. Er
hangen nu vooral voorbeeldfoto’s,
maar die kunnen vervangen worden.’
11. ‘Dan is hier nog een hoekje waar je piano
kan spelen.’ zeg ik afwezig, en de
cameraman kucht weer. ‘Sorry,’ zeg ik vlug
en ik loop verder.
12. ‘En hier is de televisiehoek waar de hele
familie tv kan kijken.’ zeg ik terwijl ik
langs een kleine afscheiding loop. ‘De
afscheiding is er zodat de mensen bij de
openhaard niet zo’n last hebben van de
tv.’
13. ‘En dan nu naar de eetkamer.’ zeg ik,
en ik loop weer naar de gang. ‘De
eetkamer is een redelijk grote
ruimte, waar je makkelijk met het
hele gezin kan eten.’
14. ‘schiet een beetje op, wil je?’ zegt de
cameraman vanachter zijn camera. ‘eh,
ja. Dan nu naar de speelkamer.’ zeg ik
vlug.
15. ‘De speelkamer is niet heel druk
ingericht. Zo hebben de kinderen ook
nog alle ruimte om rond te rennen.’
16. ‘En dit is de trap. We gaan nu naar
boven, daar zijn de slaapkamers en de
badkamer.’
17. ‘Als je van de trap komt, kom je bij het
hobbyhoekje.’
18. ‘En meteen daaraan grenst de
slaapkamer van de ouders.’ zeg ik, en
dan vervolg ik opgewekt: ‘en dan nu
naar de tienerkamer.’
19. ‘In principe is deze kamer ingericht voor een
tienermeisje. Maar het kan natuurlijk
veranderd worden. Er staat natuurlijk en
bed, en er is ook een bureau met een
computer.’
20. ‘En dan nu de kamer van een kind.
Een echte meisjeskamer.’ zeg ik
glimlachend. ‘Ook hier is een bed
en een bureau met computer.’
21. ‘Nu gaan we naar de badkamer.’ zeg ik
en ik loop de kamer uit, en een andere
in.
22. ‘Dit is de badkamer. Er is een groot
bad, een douche, natuurlijk een WC
en wastafel, en een badje voor de
baby.’
23. ‘Ik heb de leukste kamer voor het
laatst bewaard… de babykamer! Kom
maar mee.’ zeg ik, en ik zie hoe de
cameraman men zijn ogen rolt.
24. ‘Dit is hem dan… de babykamer. Je zou hier
uren kunnen blijven staren…’ mompelt ik. De
cameraman kucht en kijkt veelbetekenend
op zijn horloge.
25. ‘oh, we moeten zo weer verder. Ik zal
snel nog even de tuin laten zien. En
daarna de plattegronden.’
26. ‘Dit is de tuin vanaf achteren
gezien. Er is een schommel voor
de kinderen, en een plekje waar
je rustig kan zitten.’
27. ‘En dit is de tuin vanaf de zijkant gezien.
Er is een bubbelbad, waar je lekker kan
ontspannen.’
28. ‘En dit is aan de voorkant van het huis.
Een balkonnetje, waar je ook rustig kan
zitten, genieten van de omgeving.’