4. Er is meer dan Facebook!
• Bron:
• Apestaartjaren (2014)
• Digimeter (2015)
Vlaanderen 12-18j 18-26j
1 Facebook 90% 95%
2 YouTube 62% 57%
3 Snapchat 49% 43%
4 Instagram 30% 45%
5 Twitter 25% 27%
5. Sociale media versus traditionele marketing
Traditionele marketing Social media marketing
6. 4C’s van
Social media marketing
Connection
Interactie met je doelpubliek
Community
Groepsgevoel stimuleren
Context
Juiste thema, timing, netwerk
Content
Inhoud die aansluit bij interesses en
behoeftes van je doelpubliek
7. Facebook is passé?
Meest gebruikte netwerk
1,55 miljard gebruikers wereldwijd
6 miljoen Belgen
4,5 miljoen Belgen elke dag
90% van de 12-18 jarigen
95% van de 18-26 jarigen
Profiel + Groep + Pagina
56. Identificeer je doelgroepen
• Stel je deze vragen:
• Waar liggen ze wakker
van?
• Welke thema’s
interesseren hen?
• Hoe kijken ze naar de
wereld?
• Wat zijn hun hobby’s?
• Welke muziek/films
vinden ze leuk?
• Naar welke info
zijn ze op zoek?
Wat heb je hen te bieden?
59. Content strategie
Voorbeeld (10 posts)
• 3x grappige content
• 2x content uit de sector
• 1x promo voor activiteiten
• 2x behind the scenes
• 1x inhaken op actualiteit (top topicals)
• 1x per maand: all the way
63. Samengevat
• Afgestemd op je lezers
• Verantwoordelijke aanstellen die overzicht bewaart
• Contentplanning maken
• Je posts spreiden in de tijd
• Facebook: min. 3x per week, max 3x per dag
• Twitter/Instagram: continuïteit garanderen
• Niet automatiseren
64. Aan de slag!
• Maak een planning voor je sociale media voor de
komende twee weken
66. De komende weken op het programma
• Woe 24/2 – Meer halen uit je Facebookpagina
• Do 3/3 – Communiceren met Instagram en Snapchat
• Do 26/5 – Scoren met online video
• Do 12/5 + Vr 13/5: Apestaartjaren 6
Facebook niet meer exclusief, maar blijft wel populair om te babbelen, voor school te overleggen (maar instagram, snapchat is meer hip: nieuwer)
Facebook meer als persoonlijke conversatie (minder status update, foto’s,…)
Tijd voor een aantal conclusies en aanbevelingen
Stap 1: durf experimenteren. Het internet bijt niet
Hoe meer ervaring je opdoet online, hoe beter je gewapend bent tegen de mogelijke risico’s
Tijd voor een aantal conclusies en aanbevelingen
Stap 1: durf experimenteren. Het internet bijt niet
Hoe meer ervaring je opdoet online, hoe beter je gewapend bent tegen de mogelijke risico’s
Als je nog niet veel doet met Facebook, twijfel niet: Facebook is in Vlaanderen nog altijd het meest gebruikte netwerk bij jongeren.
90% heeft een actieve account, 86% logt zelfs dagelijks in. Het is ook de meest bezochte website en meest populaire app.
Let wel op als je als vereniging op Facebook gaat: er zijn drie manieren om met Facebook aan de slag te gaan
Online communiceren is in de eerste plaats babbelen met je publiek,
Maar af en toe mag je gerust ook eens een wedstrijdje doen.
Overdrijf er gewoon niet mee, en zorg vooral dat je goed over de wedstrijd nagedacht hebt.
“De 1000e fan wint iets” bijvoorbeeld, is niet zo’n goed idee… Je frustreert er immers je 995 trouwe fans mee die niet kunnen winnen
College Ten Doorn maakt van de herfstvakantie gebruik om toch iets te posten op Facebook. En met succes
Tijd voor een aantal conclusies en aanbevelingen
Stap 1: durf experimenteren. Het internet bijt niet
Hoe meer ervaring je opdoet online, hoe beter je gewapend bent tegen de mogelijke risico’s
Tijd voor een aantal conclusies en aanbevelingen
Stap 1: durf experimenteren. Het internet bijt niet
Hoe meer ervaring je opdoet online, hoe beter je gewapend bent tegen de mogelijke risico’s
Facebook niet meer exclusief, maar blijft wel populair om te babbelen, voor school te overleggen (maar instagram, snapchat is meer hip: nieuwer)
Facebook meer als persoonlijke conversatie (minder status update, foto’s,…)
Mag wettelijk gezien aangezien het een ‘parodie’ is
Short video
Klasse: playlist met youtubevideo’s met annotaties, met link naar ander filmpje (ook op website)
Een van de populairste apps onder jongeren tegenwoordig: Instagram!
Gebruikt op andere manier dan het doorgaans gebruikt wordt, geen links op instagram, je kan wel klikken op tags op je foto. Allerlei verschillende accounts die getagd worden in foto’s => heel veel werk. Creatief aan de slag met sociale media.
Jeugdhuis wollewei op instagram, heel veel foto’s van dit genre. Vaak ‘zever’, maar het werkt! Veel likes, jongeren gaan in communicate
Afgewisseld met beelden die wel over hun werking gaan, worden op die manier ook opgepikt
Heel weinig jongeren zelf op twitter, maar tijdens evenementen lezen ze wel de hashtags. Federale politie online aanwezig zonder dat ze constant met het vingertje moeten wijzen. Je moet niet op twitter zitten, om dit te kunnen volgen. Extra: inspelen op hashtags die populair zijn bij je doelgroep (natuurlijk op moment zelf)
Ontstaan als privé systeem, maar veel mogelijkheden met stories (filmpje tonen)
Ontstaan als privé systeem, maar veel mogelijkheden met stories (filmpje tonen)
Ontstaan als privé systeem, maar veel mogelijkheden met stories (filmpje tonen)
Laten we beginnen met een mythe de wereld uit te helpen.
Wie heeft hier communicatie gestudeerd? (hand laten opsteken)
Dan moet je zeker het communicatieschema van Jakobson kennen. En zelfs wie geen communicatie gestudeerd heeft, kent dit ongetwijfeld: de basis van alle communicatie: zender – boodschap – ontvanger
En waar start alle communicatie volgens dit schema?
(iemand antwoordt ongetwijfeld ‘zender’)
Fout! Goeie communicatie start eigenlijk bij de ontvanger.
Daarop stem je je boodschap af, en pas in derde instantie is de zender belangrijk
De laatste tip: organiseer je vereniging op je communicatie (zowel online als offline)
Wie doet de communicatie? Iedereen een beetje?
Of stel je iemand verantwoordelijk? Of heb je een heus webteam?
Wat je ook doet, zorg ervoor dat taken duidelijk verdeeld zijn en dat er iemand verantwoordelijk is
‘Content is King’ wordt wel eens gezegd. Al te vaak gebruiken we social media als een publicatiekanaal om de wereld mee te delen waar onze organisatie mee bezig is. Bvb: ‘zit nu in vergadering met de collega’s’ Maar dat interesseert je publiek meestal niet.
De kunst is om je publiek interessante content mee te geven: boeiende links, leuke filmpjes, een opmerkelijke uitspraak of mening… En eigenlijk vooral je expertise in de verf zetten, liever dan enkel maar te vertellen waar jij als organisatie mee bezig bent.
Als je het dan toch in percentages wil uitdrukken: deel 20% over jezelf, 20% over je sector en 60% over wat je publiek interesseert.