4. Denkoefening
•Begin
bij
je
10e
of
12e
•Vertel
je
verhaal,
schrijf
het
op
-‐
waarom
moet
jouw
verhaal
verteld
(je
missie)
-‐
wie
moet
het
weten
-‐
welk
verschil
maak
jij
of
je
verhaal?
•Vertel
zo
veel
mogelijk
in
3
minuten
5. The
9
WHY’s
1. TO
CONTRIBUTE
TO
A
GREATER
CAUSE,
MAKE
A
DIFFERENCE
OR
ADD
VALUE
OR
TO
HELP
OTHERS
2. TO
CREATE
RELATIONSHIPS
BASED
ON
TRUST
3. TO
MAKE
SENSE
OF
THE
SITUATION,
ESPECIALLY
COMPLEX
4. TO
FIND
A
BETTER
WAY
5. TO
DO
THINGS
THE
RIGHT
WAY
6. TO
CHALLENGE
THE
STATUS
QUO
7. TO
MASTER
THINGS
OR
SEEK
KNOWLEDGE
8. TO
CLARIFY,
CREATE
CLARITY
AND
UNDERSTANDING
9. TO
SlMPLIFY
7. Individuele
opdracht:
Speed
Wri3ng
•Kies
1
onderwerp
(JOUW
onderwerp)
•Selecteer
daar
3
woorden
bij
•STOPWATCH
op
5
minuten
•Schrijf
(of
spreek
in)
5
minuten
achter
elkaar
door
over
jouw
onderwerp
•Geen
censuur
of
verbeteringen
10. Een
posi3eve
overtuiging
helpt
je
je
doelen
te
bereiken
Posi3eve
overtuigingen
geven
ons
de
mogelijkheid
onze
talenten
te
ontplooien
11. Een
belemmerende
overtuiging
houdt
je
ervan
af.
Beperkende
overtuigingen
hebben
te
maken
met:
•
Problemen
•
Angst
voor
falen/mislukken
•
Onmogelijkheden
12. Beschouw
een
beperkende
overtuiging
eenvoudig
als
een
feitelijke
constatering
die
alleen
op
dit
moment
van
kracht
is.
Ik
kan
het
NOG
niet