SlideShare ist ein Scribd-Unternehmen logo
1 von 10
Downloaden Sie, um offline zu lesen
‘Zie je die vuurtoren daar?’ Door het schijnsel van de volle maan kan ik nog
net de contouren ontwaren van een witte vuurtoren op een gevaarlijk uitste-
kende rotspunt in de verte. ‘Ja, ik zie ‘m, maar hij werkt niet.’ ‘Precies!’ grijnst
schipper Romeo. ‘Hier kan je op niets vertrouwen. Alles valt of staat met je
karma. Het meedogenloze karma. Welcome to Cape Verde!’
TEKST HANNEKE BEERS | FOTOGRAFIE HANNEKE BEERS & JEROEN VAN DER LEIJÉ
RUIG & PUURAvontuurlijk zeilen langs de Kaapverdische eilanden
80
SCHEEPSPROFIEL
81
O
p de houten pier van Santa
Maria, de vissersplaats van
het bovenwindse Sal, is
het een drukte van belang.
Zeulend met onze zware tassen banen
we ons een weg tussen de menigte
door. Kleurrijke vissersbootjes varen
af en aan met de vangst van de dag.
Vissers, dorpelingen en marktkoop-
vrouwen met baby’s in draagdoeken
op hun rug worden gadegeslagen door
een handjevol toeristen in wetsuits die
net terugkomen van een duik naar een
van de vele wrakken hier voor de kust.
Een enorme blauwe marlijn met een
indrukwekkend zwaard wordt over een
wankel trapje naar boven gesjouwd en in
stukken gesneden door gespierde man-
nen, die nog met het zout in hun – al
dan niet geblondeerde – dreadlocks hun
merchandise aan de man brengen. We
lopen langs big fat mama’s die, zittend
op kratjes Strela achter hun felgekleurde
plastic tonnen, geelvintonijn, Wahoo,
Mahi-mahi, en af en toe een gemeen
kijkende barracuda in de aanbieding
hebben. Tussen de houten bootjes komt
een kleine RIB aangevaren met twee
mannen in felblauwe poloshirts.
We worden verwelkomd door Ro-
meo, de Roemeense schipper van Sail
Cape Verde waarmee we de komende
week een tocht langs de bovenwindse
eilanden van Kaapverdië gaan maken.
Lindani, de Zuid-Afrikaanse first mate,
manoeuvreert de RIB tussen de talloze
Onder:
De Perseve-
rance gean-
kerd voor
het strand
van Santa
Maria.
82
vissersbootjes door over het knalblauwe
water naar de Perseverance of London,
de Jeanneau Sun Odyssey 54 die niet ver
van het spierwitte strand voor anker ligt.
Heerlijk om hier aan boord te stappen.
‘Hebben jullie zin in een Strela?’ Lindani
houdt fotograaf Jeroen en mij een paar
ijskoude biertjes voor. Sure, dat lokale
vocht gaat er wel in. Terwijl we zittend
in de kuip genieten van de zwoele wind
en de warme zon – in Nederland is het
nu herfstachtig – vertelt Romeo ons zijn
ervaringen in dit gebied. Als RYA Yacht
Master heeft hij over de hele wereld ge-
schipperd, en vaart pas sinds een maand
in deze wateren. Ondanks dat hij het
hier helemaal geweldig vindt, kwam hij
er al gauw achter dat zeilen in de Kaap-
verden something completely different
is. ‘Here, karma kills! There’s no mercy!’
In de hele Kaapverdische archipel, die
uit tien eilanden bestaat, is er slechts
één marina. ‘Als je een goed anker hebt
én goed karma, dan ben je oké.’ Mm, ik
weet niet of de Roemeen de zaak drama-
tischer voorstelt dan het is, maar het
feit dat goed karma hier meer zeker-
heid biedt dan goed zeemanschap,
stelt me niet echt gerust...
Moordend tempo
Nadat we ‘s middags het stadje
verkend hebben, besluiten we dat het
de hoogste tijd is voor een aperitief als
we langs een barretje lopen waar een
groot bord op de voorgevel hangt met
Happy Hour 6 - 10 pm. Caipirinha 150
esc. Wow, een vier uur durend happy
hour met Caipirinha’s voor €1,50? Dat
laten we ons geen twee keer zeggen. We
zijn niet de enigen die gevoelig blijken
voor deze bargain, want het terras is –
hoe kan het ook anders – afgeladen met
Nederlanders. Hier verzamelt zich ken-
nelijk iedere avond een grote groep land-
genoten en wat Vlamingen die ons drui-
lerige klimaat een groot deel van het jaar
inruilt voor de warmte. ‘We hebben over
de hele wereld gezworven en ongelofelijk
veel landen bekeken, maar we zijn hier
blijven hangen,’ vertelt een Vlaams stel.
‘De supervriendelijke bevolking, het
relaxte leven, het fantastische klimaat
en ‘t mooie is: ‘t kost allemaal niks.
Helemaal geweldig hier, hè jongens?’ Er
wordt instemmend geknikt. ‘Jaa, daar
gaat ie weer: proooost!’ Die Caipirinha
wordt hier niet met Cachaça gemaakt
maar met Grogue, de lokale rum die met
suikerriet van het naburige Santo Antão
en Sao Nicolão wordt gestookt. Dat
verklaart de bizar lage prijs. Dansend
op swingende Coladeira-muziek wordt
de ene na de andere Caipirinha door de
pensionado’s soldaat gemaakt. Aanvan-
kelijk doen wij vrolijk mee, maar dit
moordende tempo houden we niet lang
vol. Dus besluiten we dat het tijd is voor
een kennismaking met de lokale gastro-
nomie, en verplaatsen ons naar een klein
restaurantje op een straathoek, waar veel
locals zitten. Hier wagen we ons aan het
nationale gerecht van de eilanden:
Cachupa. Een Kaapverdiaanse
delicatesse met mais, uien, groene
bananen, zoete aardappel, yam,
tomaten en vlees. De stevige kost
smaakt voortreffelijk.
The Nothingness of Nothing
De volgende ochtend kopen we van een
jongen op de pier twee verse tonijnen,
gooien het anker los en zeilen een
aantal uren met zo’n 15 tot 20 knopen
bakstagswind langs de westkust van
het vlakke zouteiland, op zoek naar een
geschikte plek om onze vers “gevangen”
tonijn te roosteren. Worden de witte
stranden het eerste stuk nog geflankeerd
door de nodige resorts, al snel wordt de
bebouwing minder, en op een gegeven
moment lijken we alleen op de wereld
te zijn. In de buurt van een maagdelijk,
eenzaam strand gooien we het anker
uit. En terwijl Romeo aan boord blijft
om wacht te houden – ‘I don’t trust our
karma’ – varen wij met de dinghy naar
het steile strand, waar enorme brekers
kapot slaan. Omdat Lindani bang is dat
de motor beschadigt trekt hij ‘m al ver
Boven:
Vis verser
dan deze
zul je niet
vinden.
Al snel lijken we
alleen op de wereld
te zijn
83
strand op. Nog geen twee seconden later
stort met donderend geweld de volgende
breker op het strand, oef.
Vlak achter het paradijselijke strand
dringt zich een woestijn aan ons op. Een
roodbruine, gortdroge steppe met hier
en daar wat bosjes en een eenzame acaci-
aboom. ‘The Nothingness of Nothing,’
zoals schipper Romeo het zo mooi om-
schrijft. Even wanen we ons onderdeel
van Expeditie Robinson. Dan tuigt Lin-
dani de barbecue op en gaat Jeroen de
tonijnen met een enorm mes te lijf. Alsof
hij nooit anders gedaan heeft zijn de vis-
sen binnen no time ontdaan van kop en
ingewanden en keurig gefileerd. Met wat
limoensap, knoflook en zeezout worden
ze op de barbecue gegooid. Terwijl de
heerlijke geur van vers geroosterde
tonijn onze zintuigen prikkelt, schenk
ik een paar glazen ijskoude rosé in, en
proosten we in de ondergaande zon op
deze magnifieke dag. Als we even later
de tonijn proeven, zijn we het er alle drie
over eens: geen van ons heeft ooit zulke
goddelijke tonijn gegeten.
Drie slapende kerels en een sterrenzee
Nadat we de barbecue sissend in zee
hebben afgekoeld en met gevaar voor
eigen leven tussen de brekers door (die
inmiddels nóg groter zijn) weer aan
boord zijn gekomen, bespreken we het
voor de kust omhoog. Dat bete-
kent een flink stuk roeien. ‘Laat
mij maar,’ hoor ik mezelf zeggen, en
ik stort me op de riemen. Het valt
niet mee om een volgeladen RIB
met twee kerels, twee tonijnen, een
barbecue en drie flessen rosé tus-
sen die brekers in te mikken, maar
het lijkt te lukken. Vlak voordat we
landen springen we overboord en
met vereende krachten sleuren we
de RIB – zo snel als we kunnen – het
Links:
De onher-
bergzame
rotskust van
Santa Antão.
84
programma. De komende week zetten
we koers naar het westen, naar de Ilhas
do Baravento, de bovenwindse eilanden.
De eerste etappe is die naar São Nicolão,
zo’n 90 mijl ten westen van Sal. Aange-
zien het levensgevaarlijk is om daar ‘s
nachts aan te komen – ‘Remember, this is
Cape Verde!’ – vertrekken we rond mid-
dernacht, zodat we daar overdag een an-
kerplek kunnen zoeken. We gaan nu een
paar uur slapen en straks om de beurt
drie uur wachtlopen. Romeo zal onder
handbereik zijn, in de kuip, of doet af
en toe een tukkie op een kajuitbank. Be-
halve dat we voor onverlichte obstakels
moeten uitkijken, moeten we ook de
autopilot continue in de gaten hou-
den. Die wil – door lokale magnetische
velden – plotseling wel eens de weg kwijt
zijn. Lindani zal de eerste wacht lopen,
ik neem de tweede wacht voor mijn
rekening en Jeroen de laatste. Nadat het
anker is gelicht en de zeilen gehesen,
duiken we onze hutten in. Slapen blijkt
geen sinecure, want zodra we onder de
beschutting van het eiland uit komen
worden we door de golven als een idioot
heen en weer gebeukt in onze kooien.
Om drie uur los ik Lindani af, nadat
hij me uitlegt hoe ik het logboek invul.
Ieder uur moet niet alleen de positie en
de koers ingevuld worden, maar ook
de snelheid, SOG (speed over ground),
COG (course over ground), windkracht,
luchtdruk, weersgesteldheid, zicht en
golfhoogte. Nadat ik dit gedaan heb
installeer ik me met een kussentje achter
het stuurboord stuurwiel. Lindani
duikt in zijn kooi en dan heb ik het rijk
alleen. De bijna volle maan komt achter
de wolken tevoorschijn en even later
baadt het schip in een zilveren gloed.
Met beneden mij drie slapende kerels
en boven mij duizenden sterren, varen
we verder de nacht in, op weg naar het
westen. Na een uur lijkt het ineens wat
lichter te worden, maar dan realiseer ik
me dat het lichtschijnsel niet van boven
maar van onderen komt: fosforescerend
plankton. Wow, ik word gefêteerd op
een lichtshow van tienduizenden heen
en weer dansende lichtjes. Alsof we door
een zee van sterren varen. In ons kielzog
verzamelen alle lichtpuntjes zich tot één
groot lichtgevend garnizoen...
Onder:
Flinke bre-
kers aan de
noordkust
van Santa
Antão.
85
Kamikazevlucht
Pats! Terwijl ik me mijmerend op laat
slokken door het natuurverschijnsel
word ik ineens opgeschrikt door een
keiharde kledder, vlakbij mijn been. Ik
schrik me helemaal kapot. Wat is dit nou
weer? Het is te donker om wat te zien,
dus tast ik voorzichtig op de plek waar ik
de tik hoorde. Dan voel ik wat glibbe-
rigs. Even later houd ik de veroorzaker
van het kabaal in mijn handen: een
vliegende vis. Die heeft z’n nachtelijke
escapades als een kamikazepiloot met
de dood moeten bekopen. Als eerbetoon
aan zijn fatale stuntvlucht leg ik ‘m naast
mij op het achterdek. In het schijnsel
van de maan ligt hij er vredig bij. En zo
varen we verder, langzaam maar zeker
ingehaald door de naderende dageraad.
Vooralsnog worden we niet geteisterd
door magnetische deviaties, en ook de
wind blijft constant.
Om zes uur lost Jeroen mij af, en
verdwijn ik naar mijn kooi. Slapen is
nog steeds een heikele kwestie door de
enorme golven. Een uur later sleep ik
me dodelijk vermoeid maar weer naar
buiten en aanschouw ik – terwijl ik over
nog een paar vliegende vissen uitglij – in
de ochtendnevel de ruim dertienhonderd
meter hoge contouren van São Nicolão.
De eerste indruk is desolaat. Een woeste
bruine, meedogenloze bergketen kijkt
smalend op ons neer. ‘My goodness. Ik
vraag me af hoe mensen hier kunnen
overleven.’ Wij zijn, net als Romeo, diep
onder de indruk van de nietsontziende
woestenij die voor onze ogen uit zee op-
rijst. Het is bijna niet voor te stellen dat
zich achter die dominerende bergtoppen
overvloedig groene valleien verbergen.
Het plan was om even te ankeren bij
Porto Velho dat, gelegen aan een canyon
met wulpse palmen, er beslist spectacu-
lair uitziet. Maar dat gaat niet lukken.
‘Sorry jongens, er staat hier echt teveel
deining om te ankeren.’ Dus vervolgen
we onze tocht langs het eiland, totdat we
bij het havenplaatsje Tarrafal uitkomen.
In de baai, die gevuld is met scherpjach-
ten, zoeken we een geschikte ankerplek,
nemen een duik in het warme turquoise
water en zwemmen naar het pikzwarte
vulkanische strand verderop.
‘s Middags lopen we door het dorpje,
maken foto’s van de ondergaande zon
en van de bosjes schoolkinderen die –
gehuld in lieve lichtblauwe schortjes
– de weg van school naar huis afleggen.
Uiteindelijk monsteren we aan bij een
visrestaurantje op de hoek van de haven,
en eten we wederom overheerlijke
tonijn met frisse Portugese Vinho Verde.
De eigenaar Manuel blijkt verrassend
genoeg vloeiend Nederlands te spreken.
86
Hij heeft meer dan 40 jaar in Rot-
terdam gewoond, waar zich een grote
enclave van ruim 30.000 Kaapverdianen
bevindt. Sinds acht maanden is hij weer
terug op zijn geboortegrond, maar hij
heeft het moeilijk, want business is slow.
‘Volgende maand beslis ik of we hier
blijven of toch maar weer terug naar
Nederland gaan.’ Ik hoop van harte dat
het de sympathieke man lukt om hier, op
zijn geliefde Cabo Verde, opnieuw een
leven op te bouwen.
Geen wind / teveel wind
De volgende ochtend is het voor het eerst
volledig windstil. We halen het anker
op en motoren de baai uit. Eindbestem-
ming vandaag is Santo Antão, het meest
westelijk gelegen eiland van de Kaap-
verdische archipel. Jammer dat er geen
wind staat, want we hadden graag het
zeil gehesen. Maar we hebben onze wens
nog niet uitgesproken of plotsklaps den-
dert er, binnen een halve minuut, meer
dan 30 knopen wind over ons heen,
bizar. We motoren nog een half uur om
te kijken wat de wind gaat doen. Hij
zwakt iets af en tegen het moment dat er
25 knopen staat hijsen we de zeilen, zij
het met twee riffen. Maar terwijl de wind
steeds verder afneemt, winnen de golven
met het uur aan hoogte, met uitschieters
tot wel vier á vijf meter. Waarschijnlijk
de nazaten van een storm die een paar
honderd mijl ten noorden heeft gewoed.
Gelukkig wordt de bumpy ride goed
gemaakt door de stralende zon. Als we
ten noorden van de onbewoonde Ilhéu
Raso en Ilhéu Branco eilanden zeilen
verzorgt Lindani de lunch en in de buurt
van São Vicente verschijnen er olijven
en andere borrelhappen op tafel, samen
met een paar Strela-biertjes. Dan doemt
het spectaculaire Santo Antão voor ons
op. Vol ontzag blikken we omhoog naar
de onvoorstelbaar hoge bergtoppen. Het
op twee na grootste eiland van de archi-
pel is als enige verantwoordelijk voor
de verde in Cabo Verde, al is dat vanaf
ons viewpoint nauwelijks voor te stellen.
Alweer die droge, bruine woestenij. Alle
regen valt aan de noordoostkant van het
eiland, aan de zuidkant valt er zelden
wat. We varen Porto Novo binnen op
zoek naar een plek voor de nacht. Het
liefst ankeren we in de luwte van de pier,
maar dit is precies het punt waar de
ferry uit Mindelo omkeert voordat hij
afmeert. Dus gooien we het anker een
paar honderd meter verder uit. Vreemd
dat hier geen enkel ander jacht ligt...
Godendrank
Die nacht wordt duidelijk waarom. We
doen geen oog dicht. Doordat de wind
afzwakt en de stroming in het Canal
de São Vicente sterk toeneemt, komen
we precies dwars op de enorme swell te
liggen, en worden we de godganse nacht
in onze kooien heen en weer gesmeten.
‘s Ochtends vroeg zitten we met z’n
vieren slaperig in de kuip. Het is inmid-
dels volstrekt duidelijk waarom het
management van Sail Cape Verde had
geadviseerd om in de haven van Mindelo
te overnachten. Maar ja, Romeo had
hier nog niet geankerd en aanvankelijk
zag het er prima uit. ‘Hmm, ze hadden
echt gelijk!’ zegt hij, terwijl hij vermoeid
in z’n ogen wrijft. Na een duik in het
frisse water en een paar bakken sterke
Kaapverdiaanse koffie ziet de wereld er
weer een stuk beter uit, en varen we met
de RIB naar de wal. Hier worden we
opgewacht door Rony, een lokale gids,
die ons het eiland zal laten zien.
We rijden over een keistenen weg die ons
steil omhoog de hemel in lijkt te voeren
Onder:
Kleurige vis-
sersbootjes
in de haven
van Tarrafal.
Het valt niet mee om een RIB met
twee kerels, twee tonijnen, een
barbecue en drie flessen rosé tussen
die brekers in te mikken
87
en duiken de dichte nevel in die rond de
bergtoppen hangt, totdat we plotseling
in een dennenbos terechtkomen. Het
is hier minstens tien graden koeler dan
beneden. De nevel is zo dik dat er zich op
de takken van de bomen dikke druppels
gevormd hebben, zodat het lijkt alsof
het regent. We passeren de krater van de
1170 meter hoge Cova de Paúl-vulkaan
en rijden kronkelend omhoog en omlaag
over ongelofelijk steile bergkammen
met links en rechts ijzingwekkend diepe
afgronden en prachtige vergezichten, als
ware het de Chinese Muur.
Dan explodeert de omgeving plotsklaps
in een grote tropische oase. Kokos-
palmen, citrus-, papaya- en mango-
bomen, bananen, suikerriet, agave en
passievruchten, omlijst met rozen en
bougainville. Wat een overvloed. En wat
een onvoorstelbaar contrast met het
maanlandschap dat we tot nu toe zagen.
Af en toe stoppen we om wat vruchten te
plukken die hier gewoon langs de kant
van de weg groeien, of kruiden waarvan
Rony de medicinale werking uitlegt.
De weg voert ons naar Ribeira Grande,
de levendige hoofdstad van het eiland.
Hier stoppen we om te lunchen bij The
Place, het piepkleine restaurantje alias
huiskamer van de beeldschone Calinda
en haar man, die met zijn dreadlocks
een rasechte Rastafari is, te zien aan het
portret van Haile Selassie dat in de hal
hangt. Calinda schotelt ons een heerlijke
Cachupa voor, geitenkaas met vijgen-
marmelade als dessert, en na afloop
Caipirinha met passievrucht. Goddelijk.
We vragen Calinda nog anderhalve liter
van de godendrank te maken, die we
meenemen in een plastic waterfles. Die
gaat nog wel van pas komen.
Koning van de Morna
Als we tegen het vallen van de avond
het anker ophalen, staat de innemende
Rony ons op het strand uit te zwaaien.
Met meer dan dertig knopen wind zet-
ten we vervolgens, met een klein stukje
genua als steunzeil, koers naar Mindelo,
de koloniale hoofdstad van het tegen-
overgelegen San Vicente. In de vallende
schemering zijn op een gegeven moment
duidelijk de rug- en staartvin van een
flinke haai in ons kielzog te herkennen.
Het barst er hier kennelijk van. Als we de
baai van Mindelo invaren is goed te zien
dat de stad aan een enorme kratermond
ligt, waarvan de randen deels boven wa-
ter uitsteken. Spectaculair. De vuurtoren
op een van die uitstekende rotspunten
weigert dienst, maar gelukkig kent onze
schipper déze baai inmiddels als z’n
broekzak.
Als we afgemeerd zijn in de marina,
pakken we onze tassen en nemen we –
met tegenzin – afscheid van het schip en
haar geweldige bemanning. We zullen de
laatste paar nachten in Villa St. Aubyn
doorbrengen, een sfeervol guesthouse
middenin de stad, dat ook door Sail
Cape Verde gerund wordt. Eenmaal in
onze prachtige mastersuite aangekomen,
ploffen we – nog zwaar nadeinend – op
de bank. Het is een vreemde gewaar-
wording om opeens weer in een stad te
zijn, in een huis met muren en kamers.
Enfin, we zijn heel nieuwsgierig naar
het nachtleven van Mindelo, dus nemen
we een douche en gaan op pad. Na het
diner bij een fantastische Italiaan komen
we in een swingend straatfeest terecht.
Midden op een kruispunt van een grote
Dan explodeert de omgeving
plotsklaps in een grote
tropische oase
Boven:
Een groene
vallei op
Santa Antão.
88
doorgaande weg is een enorm podium
gebouwd waarop een zangeres prachtige
Coladeira ten gehore geeft. De toeschou-
wers staan heupwiegend te luisteren en
mensen kijken ons vriendelijk aan.
‘Wow, wat zijn die Kaapverdianen toch
ongelofelijk relaxed,’ zeg ik tegen Jeroen.
Op dat moment keert een Kaapver-
diaanse vrouw voor mij zich om, en
reageert in vloeiend Nederlands: ‘Wat
fijn om te horen! En wat vind je van de
muziek?’ Voor ik het weet word ik door
Odette – die al eeuwen in Rotterdam
woont – de dansvloer op gesleurd, even
later staan we met z’n allen uit ons dak
te gaan. Ze stelt ons voor aan haar man
Dick, een rasechte Rotterdammer. Het
hartelijke stel neemt ons op sleeptouw
naar een chique nachtclub, Casa da
Morna. En we hebben mazzel, want van-
avond zal de populaire zanger/muzikant
Tito Paris hier optreden. Waar Cesária
Évora de koningin van de Morna is, is
Tito Paris de koning.
Met z’n vieren nemen we plaats aan een
van de tafeltjes. Om ons heen prachtig
uitgedoste, wat oudere Kaapverdianen.
De meeste van hen immigranten op
familiebezoek. Als de beroemdheid de
zaal in komt lopen springt Odette op,
loopt naar hem toe, en komt even later
gearmd met hem teruggelopen. Ze stelt
de zanger aan ons voor, en vertelt dat
we voor een Nederlands blad een artikel
schrijven over Kaapverdië. De aimabele
Tito toont oprechte interesse in ons
verhaal. Dan wordt hij aangekondigd
op het podium. Hij schudt ons de hand
en even later staat hij met zijn gitaar
de sterren van de hemel te zingen. Zijn
zwoele, omfloerste stem maakt een groot
hart, zijn passie en zijn liefde voor de
Kaapverden voelbaar. De aanwezige
gasten, evenals onze Odette, zingen
zijn melancholische liedjes gepassio-
neerd met hem mee. Er lijkt een golf
van heimwee door de zaal te spoelen.
Begrijpelijk. Want, hoewel de strijd om
het bestaan hier hard is en meer dan de
helft van de Kaapverdianen genoodzaakt
zijn om hun heil elders op de wereld te
zoeken, hebben de meesten één vurige
wens: weer terugkeren naar hun geliefde
geboortegrond.
Als wij die nacht op het dakterras van
Villa St. Aubyn een laatste blik over de
baai werpen, zijn we er stil van. We zijn
diep geraakt door de ongelofelijk relaxte,
gastvrije en vriendelijke bevolking en
de ruige, oorspronkelijke eilanden, die
zoveel extremen in zich verenigen.
Het zeilen hier was een geweldige erva-
ring. Deze reis heeft ons – behalve een
paar slapeloze nachten – een groot goed
gegeven: een enorm gevoel van vrijheid
en rust. Het liefst willen we hier blijven.
Of op z’n minst nog heel vaak terugko-
men... 
LEZERSAANBIEDING
ONTDEK DE KAAPVERDISCHE
EILANDEN MET SAIL CAPE VERDE
Sail Cape Verde, eigenaar van de Sun Odyssey 54 Perseverance of
London en Villa St. Aubyn in Mindelo, is opgericht door de Ne-
derlandse Sarah van Beek en haar Engelse business partner Peter
McCann. Doel is om gasten een avontuurlijke manier te bieden om
het beste van de Kaapverdische Eilanden te ontdekken. Speciaal voor
Nautique-lezers biedt Sail Cape Verde 15% korting op een 7-daagse
combinatiereis: 5 dagen zeilen op de Perseverance gecombineerd
met 2 nachten verblijf in Villa St. Aubyn. De totaalprijs voor de trip
is €4900,- exclusief vluchten voor 2 tot 6 personen. De Perseverance
is een compleet uitgerust schip en beschikt over 4 tweepersoons
hutten, met eigen douche en toilet. De villa beschikt over drie
comfortabele gastenkamers. Het verblijf aan boord is volpension, de
nachten in de villa zijn op basis van logies met ontbijt. Vermeld bij
de boeking SPECIAL OFFER NTQ.
Meer informatie: www.sailcapeverde.com en www.villastaubyn.com
Boven:
Vissers-
plaats
Ponta do
Sol aan de
noordkust
van Santa
Antão.
Rechts:
Schepen
voor anker
voor het
ruige São
Nicolão.
89

Weitere ähnliche Inhalte

Was ist angesagt?

Deel 2, de golf van biskaje
Deel 2, de golf van biskajeDeel 2, de golf van biskaje
Deel 2, de golf van biskajeJan Burgers
 
Deel vII, Van lagos naar las palmas
Deel vII, Van lagos naar las palmasDeel vII, Van lagos naar las palmas
Deel vII, Van lagos naar las palmasJan Burgers
 
Overtocht om in te lijsten
Overtocht om in te lijstenOvertocht om in te lijsten
Overtocht om in te lijstenEdo Ankum
 
De magie van zanzibar
De magie van zanzibarDe magie van zanzibar
De magie van zanzibarHanneke Beers
 
Deel 1, Lowestoft schon wieder
Deel 1, Lowestoft schon wieder  Deel 1, Lowestoft schon wieder
Deel 1, Lowestoft schon wieder Jan Burgers
 
Deel v, Oventhermometers en vuile onderbroeken
Deel v, Oventhermometers en vuile onderbroeken Deel v, Oventhermometers en vuile onderbroeken
Deel v, Oventhermometers en vuile onderbroeken Jan Burgers
 
National Geographic Traveler Lofoten
National Geographic Traveler LofotenNational Geographic Traveler Lofoten
National Geographic Traveler LofotenTekstbureau Link & co
 
Kw04 000 eolischeeilanden-1
Kw04 000 eolischeeilanden-1Kw04 000 eolischeeilanden-1
Kw04 000 eolischeeilanden-1jo_fransen
 

Was ist angesagt? (11)

Deel 2, de golf van biskaje
Deel 2, de golf van biskajeDeel 2, de golf van biskaje
Deel 2, de golf van biskaje
 
Stad-Amsterdam-6-2010x
Stad-Amsterdam-6-2010xStad-Amsterdam-6-2010x
Stad-Amsterdam-6-2010x
 
Deel vII, Van lagos naar las palmas
Deel vII, Van lagos naar las palmasDeel vII, Van lagos naar las palmas
Deel vII, Van lagos naar las palmas
 
Overtocht om in te lijsten
Overtocht om in te lijstenOvertocht om in te lijsten
Overtocht om in te lijsten
 
De magie van zanzibar
De magie van zanzibarDe magie van zanzibar
De magie van zanzibar
 
Deel 1, Lowestoft schon wieder
Deel 1, Lowestoft schon wieder  Deel 1, Lowestoft schon wieder
Deel 1, Lowestoft schon wieder
 
Deel v, Oventhermometers en vuile onderbroeken
Deel v, Oventhermometers en vuile onderbroeken Deel v, Oventhermometers en vuile onderbroeken
Deel v, Oventhermometers en vuile onderbroeken
 
National Geographic Traveler Lofoten
National Geographic Traveler LofotenNational Geographic Traveler Lofoten
National Geographic Traveler Lofoten
 
Planning-comm-exec Nautique_2007juli
Planning-comm-exec Nautique_2007juliPlanning-comm-exec Nautique_2007juli
Planning-comm-exec Nautique_2007juli
 
AMAZONE 2
AMAZONE 2AMAZONE 2
AMAZONE 2
 
Kw04 000 eolischeeilanden-1
Kw04 000 eolischeeilanden-1Kw04 000 eolischeeilanden-1
Kw04 000 eolischeeilanden-1
 

Andere mochten auch

Andere mochten auch (13)

Car maintenance and saving money
Car maintenance and saving moneyCar maintenance and saving money
Car maintenance and saving money
 
Texting and driving with new technologie
Texting and driving with new technologieTexting and driving with new technologie
Texting and driving with new technologie
 
Fuel economy with new legislation
Fuel economy with new legislationFuel economy with new legislation
Fuel economy with new legislation
 
Toyota prius history
Toyota prius historyToyota prius history
Toyota prius history
 
What to look for when buying a used
What to look for when buying a usedWhat to look for when buying a used
What to look for when buying a used
 
A few truths in addition to the risks of reckless driving on the streets
A few truths in addition to the risks of reckless driving on the streetsA few truths in addition to the risks of reckless driving on the streets
A few truths in addition to the risks of reckless driving on the streets
 
Curriculam Vitae
Curriculam VitaeCurriculam Vitae
Curriculam Vitae
 
Electric car benefits
Electric car benefitsElectric car benefits
Electric car benefits
 
Car organization tips
Car organization tipsCar organization tips
Car organization tips
 
Ways to save money on gas
Ways to save money on gasWays to save money on gas
Ways to save money on gas
 
Digital Collaboration between Retailers-Manufacturers
Digital Collaboration between Retailers-ManufacturersDigital Collaboration between Retailers-Manufacturers
Digital Collaboration between Retailers-Manufacturers
 
Akuntansi-untuk-Perusahaan-Pertambangan-011013
Akuntansi-untuk-Perusahaan-Pertambangan-011013Akuntansi-untuk-Perusahaan-Pertambangan-011013
Akuntansi-untuk-Perusahaan-Pertambangan-011013
 
The best vehicles below $25k
The best vehicles below $25kThe best vehicles below $25k
The best vehicles below $25k
 

Ähnlich wie Zeilen langs de Kaapverdische Eilanden.

Deel 3, Kostschool meisjes
Deel 3, Kostschool meisjes Deel 3, Kostschool meisjes
Deel 3, Kostschool meisjes Jan Burgers
 
Over een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalenOver een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalenEdo Ankum
 
Met Piet en 1000 spinnen Biskaje over
Met Piet en 1000 spinnen Biskaje overMet Piet en 1000 spinnen Biskaje over
Met Piet en 1000 spinnen Biskaje overEdo Ankum
 
Lui Lekker Zeilen
Lui Lekker ZeilenLui Lekker Zeilen
Lui Lekker ZeilenEdo Ankum
 
Red time zomer 07 toronto
Red time zomer 07 torontoRed time zomer 07 toronto
Red time zomer 07 torontoJSchilte
 
Peru Onontdekt Duikavontoor
Peru Onontdekt DuikavontoorPeru Onontdekt Duikavontoor
Peru Onontdekt Duikavontoorguestc3708c
 
Sentiero-delle orobie-occidentali
Sentiero-delle orobie-occidentaliSentiero-delle orobie-occidentali
Sentiero-delle orobie-occidentaliJoke van der Meulen
 
La Fenella verrees door Nederlanders als een feniks uit de as
La Fenella verrees door Nederlanders als een feniks uit de asLa Fenella verrees door Nederlanders als een feniks uit de as
La Fenella verrees door Nederlanders als een feniks uit de asJeannette Kalfsterman
 
FietsActief Streekgids West-Zeeuws-Vlaanderen
FietsActief Streekgids West-Zeeuws-VlaanderenFietsActief Streekgids West-Zeeuws-Vlaanderen
FietsActief Streekgids West-Zeeuws-VlaanderenTekstbureau Link & co
 
Kw49 000 ijsland
Kw49 000 ijslandKw49 000 ijsland
Kw49 000 ijslandjo_fransen
 
Den helderlowestoft
Den helderlowestoftDen helderlowestoft
Den helderlowestoftgervien
 

Ähnlich wie Zeilen langs de Kaapverdische Eilanden. (19)

Deel 3, Kostschool meisjes
Deel 3, Kostschool meisjes Deel 3, Kostschool meisjes
Deel 3, Kostschool meisjes
 
artikel Nautique
artikel Nautiqueartikel Nautique
artikel Nautique
 
Over een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalenOver een oceaan met praatpalen
Over een oceaan met praatpalen
 
Privé eiland bij Skye, Parool
Privé eiland bij Skye, ParoolPrivé eiland bij Skye, Parool
Privé eiland bij Skye, Parool
 
Singlesailandsun
SinglesailandsunSinglesailandsun
Singlesailandsun
 
Lowres bahamas
Lowres bahamasLowres bahamas
Lowres bahamas
 
Met Piet en 1000 spinnen Biskaje over
Met Piet en 1000 spinnen Biskaje overMet Piet en 1000 spinnen Biskaje over
Met Piet en 1000 spinnen Biskaje over
 
Lui Lekker Zeilen
Lui Lekker ZeilenLui Lekker Zeilen
Lui Lekker Zeilen
 
Tenerife
TenerifeTenerife
Tenerife
 
noorwegen
noorwegennoorwegen
noorwegen
 
noorwegen
noorwegennoorwegen
noorwegen
 
Red time zomer 07 toronto
Red time zomer 07 torontoRed time zomer 07 toronto
Red time zomer 07 toronto
 
Trouw Noordkaap2
Trouw Noordkaap2Trouw Noordkaap2
Trouw Noordkaap2
 
Peru Onontdekt Duikavontoor
Peru Onontdekt DuikavontoorPeru Onontdekt Duikavontoor
Peru Onontdekt Duikavontoor
 
Sentiero-delle orobie-occidentali
Sentiero-delle orobie-occidentaliSentiero-delle orobie-occidentali
Sentiero-delle orobie-occidentali
 
La Fenella verrees door Nederlanders als een feniks uit de as
La Fenella verrees door Nederlanders als een feniks uit de asLa Fenella verrees door Nederlanders als een feniks uit de as
La Fenella verrees door Nederlanders als een feniks uit de as
 
FietsActief Streekgids West-Zeeuws-Vlaanderen
FietsActief Streekgids West-Zeeuws-VlaanderenFietsActief Streekgids West-Zeeuws-Vlaanderen
FietsActief Streekgids West-Zeeuws-Vlaanderen
 
Kw49 000 ijsland
Kw49 000 ijslandKw49 000 ijsland
Kw49 000 ijsland
 
Den helderlowestoft
Den helderlowestoftDen helderlowestoft
Den helderlowestoft
 

Zeilen langs de Kaapverdische Eilanden.

  • 1. ‘Zie je die vuurtoren daar?’ Door het schijnsel van de volle maan kan ik nog net de contouren ontwaren van een witte vuurtoren op een gevaarlijk uitste- kende rotspunt in de verte. ‘Ja, ik zie ‘m, maar hij werkt niet.’ ‘Precies!’ grijnst schipper Romeo. ‘Hier kan je op niets vertrouwen. Alles valt of staat met je karma. Het meedogenloze karma. Welcome to Cape Verde!’ TEKST HANNEKE BEERS | FOTOGRAFIE HANNEKE BEERS & JEROEN VAN DER LEIJÉ RUIG & PUURAvontuurlijk zeilen langs de Kaapverdische eilanden 80
  • 3. O p de houten pier van Santa Maria, de vissersplaats van het bovenwindse Sal, is het een drukte van belang. Zeulend met onze zware tassen banen we ons een weg tussen de menigte door. Kleurrijke vissersbootjes varen af en aan met de vangst van de dag. Vissers, dorpelingen en marktkoop- vrouwen met baby’s in draagdoeken op hun rug worden gadegeslagen door een handjevol toeristen in wetsuits die net terugkomen van een duik naar een van de vele wrakken hier voor de kust. Een enorme blauwe marlijn met een indrukwekkend zwaard wordt over een wankel trapje naar boven gesjouwd en in stukken gesneden door gespierde man- nen, die nog met het zout in hun – al dan niet geblondeerde – dreadlocks hun merchandise aan de man brengen. We lopen langs big fat mama’s die, zittend op kratjes Strela achter hun felgekleurde plastic tonnen, geelvintonijn, Wahoo, Mahi-mahi, en af en toe een gemeen kijkende barracuda in de aanbieding hebben. Tussen de houten bootjes komt een kleine RIB aangevaren met twee mannen in felblauwe poloshirts. We worden verwelkomd door Ro- meo, de Roemeense schipper van Sail Cape Verde waarmee we de komende week een tocht langs de bovenwindse eilanden van Kaapverdië gaan maken. Lindani, de Zuid-Afrikaanse first mate, manoeuvreert de RIB tussen de talloze Onder: De Perseve- rance gean- kerd voor het strand van Santa Maria. 82
  • 4. vissersbootjes door over het knalblauwe water naar de Perseverance of London, de Jeanneau Sun Odyssey 54 die niet ver van het spierwitte strand voor anker ligt. Heerlijk om hier aan boord te stappen. ‘Hebben jullie zin in een Strela?’ Lindani houdt fotograaf Jeroen en mij een paar ijskoude biertjes voor. Sure, dat lokale vocht gaat er wel in. Terwijl we zittend in de kuip genieten van de zwoele wind en de warme zon – in Nederland is het nu herfstachtig – vertelt Romeo ons zijn ervaringen in dit gebied. Als RYA Yacht Master heeft hij over de hele wereld ge- schipperd, en vaart pas sinds een maand in deze wateren. Ondanks dat hij het hier helemaal geweldig vindt, kwam hij er al gauw achter dat zeilen in de Kaap- verden something completely different is. ‘Here, karma kills! There’s no mercy!’ In de hele Kaapverdische archipel, die uit tien eilanden bestaat, is er slechts één marina. ‘Als je een goed anker hebt én goed karma, dan ben je oké.’ Mm, ik weet niet of de Roemeen de zaak drama- tischer voorstelt dan het is, maar het feit dat goed karma hier meer zeker- heid biedt dan goed zeemanschap, stelt me niet echt gerust... Moordend tempo Nadat we ‘s middags het stadje verkend hebben, besluiten we dat het de hoogste tijd is voor een aperitief als we langs een barretje lopen waar een groot bord op de voorgevel hangt met Happy Hour 6 - 10 pm. Caipirinha 150 esc. Wow, een vier uur durend happy hour met Caipirinha’s voor €1,50? Dat laten we ons geen twee keer zeggen. We zijn niet de enigen die gevoelig blijken voor deze bargain, want het terras is – hoe kan het ook anders – afgeladen met Nederlanders. Hier verzamelt zich ken- nelijk iedere avond een grote groep land- genoten en wat Vlamingen die ons drui- lerige klimaat een groot deel van het jaar inruilt voor de warmte. ‘We hebben over de hele wereld gezworven en ongelofelijk veel landen bekeken, maar we zijn hier blijven hangen,’ vertelt een Vlaams stel. ‘De supervriendelijke bevolking, het relaxte leven, het fantastische klimaat en ‘t mooie is: ‘t kost allemaal niks. Helemaal geweldig hier, hè jongens?’ Er wordt instemmend geknikt. ‘Jaa, daar gaat ie weer: proooost!’ Die Caipirinha wordt hier niet met Cachaça gemaakt maar met Grogue, de lokale rum die met suikerriet van het naburige Santo Antão en Sao Nicolão wordt gestookt. Dat verklaart de bizar lage prijs. Dansend op swingende Coladeira-muziek wordt de ene na de andere Caipirinha door de pensionado’s soldaat gemaakt. Aanvan- kelijk doen wij vrolijk mee, maar dit moordende tempo houden we niet lang vol. Dus besluiten we dat het tijd is voor een kennismaking met de lokale gastro- nomie, en verplaatsen ons naar een klein restaurantje op een straathoek, waar veel locals zitten. Hier wagen we ons aan het nationale gerecht van de eilanden: Cachupa. Een Kaapverdiaanse delicatesse met mais, uien, groene bananen, zoete aardappel, yam, tomaten en vlees. De stevige kost smaakt voortreffelijk. The Nothingness of Nothing De volgende ochtend kopen we van een jongen op de pier twee verse tonijnen, gooien het anker los en zeilen een aantal uren met zo’n 15 tot 20 knopen bakstagswind langs de westkust van het vlakke zouteiland, op zoek naar een geschikte plek om onze vers “gevangen” tonijn te roosteren. Worden de witte stranden het eerste stuk nog geflankeerd door de nodige resorts, al snel wordt de bebouwing minder, en op een gegeven moment lijken we alleen op de wereld te zijn. In de buurt van een maagdelijk, eenzaam strand gooien we het anker uit. En terwijl Romeo aan boord blijft om wacht te houden – ‘I don’t trust our karma’ – varen wij met de dinghy naar het steile strand, waar enorme brekers kapot slaan. Omdat Lindani bang is dat de motor beschadigt trekt hij ‘m al ver Boven: Vis verser dan deze zul je niet vinden. Al snel lijken we alleen op de wereld te zijn 83
  • 5. strand op. Nog geen twee seconden later stort met donderend geweld de volgende breker op het strand, oef. Vlak achter het paradijselijke strand dringt zich een woestijn aan ons op. Een roodbruine, gortdroge steppe met hier en daar wat bosjes en een eenzame acaci- aboom. ‘The Nothingness of Nothing,’ zoals schipper Romeo het zo mooi om- schrijft. Even wanen we ons onderdeel van Expeditie Robinson. Dan tuigt Lin- dani de barbecue op en gaat Jeroen de tonijnen met een enorm mes te lijf. Alsof hij nooit anders gedaan heeft zijn de vis- sen binnen no time ontdaan van kop en ingewanden en keurig gefileerd. Met wat limoensap, knoflook en zeezout worden ze op de barbecue gegooid. Terwijl de heerlijke geur van vers geroosterde tonijn onze zintuigen prikkelt, schenk ik een paar glazen ijskoude rosé in, en proosten we in de ondergaande zon op deze magnifieke dag. Als we even later de tonijn proeven, zijn we het er alle drie over eens: geen van ons heeft ooit zulke goddelijke tonijn gegeten. Drie slapende kerels en een sterrenzee Nadat we de barbecue sissend in zee hebben afgekoeld en met gevaar voor eigen leven tussen de brekers door (die inmiddels nóg groter zijn) weer aan boord zijn gekomen, bespreken we het voor de kust omhoog. Dat bete- kent een flink stuk roeien. ‘Laat mij maar,’ hoor ik mezelf zeggen, en ik stort me op de riemen. Het valt niet mee om een volgeladen RIB met twee kerels, twee tonijnen, een barbecue en drie flessen rosé tus- sen die brekers in te mikken, maar het lijkt te lukken. Vlak voordat we landen springen we overboord en met vereende krachten sleuren we de RIB – zo snel als we kunnen – het Links: De onher- bergzame rotskust van Santa Antão. 84
  • 6. programma. De komende week zetten we koers naar het westen, naar de Ilhas do Baravento, de bovenwindse eilanden. De eerste etappe is die naar São Nicolão, zo’n 90 mijl ten westen van Sal. Aange- zien het levensgevaarlijk is om daar ‘s nachts aan te komen – ‘Remember, this is Cape Verde!’ – vertrekken we rond mid- dernacht, zodat we daar overdag een an- kerplek kunnen zoeken. We gaan nu een paar uur slapen en straks om de beurt drie uur wachtlopen. Romeo zal onder handbereik zijn, in de kuip, of doet af en toe een tukkie op een kajuitbank. Be- halve dat we voor onverlichte obstakels moeten uitkijken, moeten we ook de autopilot continue in de gaten hou- den. Die wil – door lokale magnetische velden – plotseling wel eens de weg kwijt zijn. Lindani zal de eerste wacht lopen, ik neem de tweede wacht voor mijn rekening en Jeroen de laatste. Nadat het anker is gelicht en de zeilen gehesen, duiken we onze hutten in. Slapen blijkt geen sinecure, want zodra we onder de beschutting van het eiland uit komen worden we door de golven als een idioot heen en weer gebeukt in onze kooien. Om drie uur los ik Lindani af, nadat hij me uitlegt hoe ik het logboek invul. Ieder uur moet niet alleen de positie en de koers ingevuld worden, maar ook de snelheid, SOG (speed over ground), COG (course over ground), windkracht, luchtdruk, weersgesteldheid, zicht en golfhoogte. Nadat ik dit gedaan heb installeer ik me met een kussentje achter het stuurboord stuurwiel. Lindani duikt in zijn kooi en dan heb ik het rijk alleen. De bijna volle maan komt achter de wolken tevoorschijn en even later baadt het schip in een zilveren gloed. Met beneden mij drie slapende kerels en boven mij duizenden sterren, varen we verder de nacht in, op weg naar het westen. Na een uur lijkt het ineens wat lichter te worden, maar dan realiseer ik me dat het lichtschijnsel niet van boven maar van onderen komt: fosforescerend plankton. Wow, ik word gefêteerd op een lichtshow van tienduizenden heen en weer dansende lichtjes. Alsof we door een zee van sterren varen. In ons kielzog verzamelen alle lichtpuntjes zich tot één groot lichtgevend garnizoen... Onder: Flinke bre- kers aan de noordkust van Santa Antão. 85
  • 7. Kamikazevlucht Pats! Terwijl ik me mijmerend op laat slokken door het natuurverschijnsel word ik ineens opgeschrikt door een keiharde kledder, vlakbij mijn been. Ik schrik me helemaal kapot. Wat is dit nou weer? Het is te donker om wat te zien, dus tast ik voorzichtig op de plek waar ik de tik hoorde. Dan voel ik wat glibbe- rigs. Even later houd ik de veroorzaker van het kabaal in mijn handen: een vliegende vis. Die heeft z’n nachtelijke escapades als een kamikazepiloot met de dood moeten bekopen. Als eerbetoon aan zijn fatale stuntvlucht leg ik ‘m naast mij op het achterdek. In het schijnsel van de maan ligt hij er vredig bij. En zo varen we verder, langzaam maar zeker ingehaald door de naderende dageraad. Vooralsnog worden we niet geteisterd door magnetische deviaties, en ook de wind blijft constant. Om zes uur lost Jeroen mij af, en verdwijn ik naar mijn kooi. Slapen is nog steeds een heikele kwestie door de enorme golven. Een uur later sleep ik me dodelijk vermoeid maar weer naar buiten en aanschouw ik – terwijl ik over nog een paar vliegende vissen uitglij – in de ochtendnevel de ruim dertienhonderd meter hoge contouren van São Nicolão. De eerste indruk is desolaat. Een woeste bruine, meedogenloze bergketen kijkt smalend op ons neer. ‘My goodness. Ik vraag me af hoe mensen hier kunnen overleven.’ Wij zijn, net als Romeo, diep onder de indruk van de nietsontziende woestenij die voor onze ogen uit zee op- rijst. Het is bijna niet voor te stellen dat zich achter die dominerende bergtoppen overvloedig groene valleien verbergen. Het plan was om even te ankeren bij Porto Velho dat, gelegen aan een canyon met wulpse palmen, er beslist spectacu- lair uitziet. Maar dat gaat niet lukken. ‘Sorry jongens, er staat hier echt teveel deining om te ankeren.’ Dus vervolgen we onze tocht langs het eiland, totdat we bij het havenplaatsje Tarrafal uitkomen. In de baai, die gevuld is met scherpjach- ten, zoeken we een geschikte ankerplek, nemen een duik in het warme turquoise water en zwemmen naar het pikzwarte vulkanische strand verderop. ‘s Middags lopen we door het dorpje, maken foto’s van de ondergaande zon en van de bosjes schoolkinderen die – gehuld in lieve lichtblauwe schortjes – de weg van school naar huis afleggen. Uiteindelijk monsteren we aan bij een visrestaurantje op de hoek van de haven, en eten we wederom overheerlijke tonijn met frisse Portugese Vinho Verde. De eigenaar Manuel blijkt verrassend genoeg vloeiend Nederlands te spreken. 86
  • 8. Hij heeft meer dan 40 jaar in Rot- terdam gewoond, waar zich een grote enclave van ruim 30.000 Kaapverdianen bevindt. Sinds acht maanden is hij weer terug op zijn geboortegrond, maar hij heeft het moeilijk, want business is slow. ‘Volgende maand beslis ik of we hier blijven of toch maar weer terug naar Nederland gaan.’ Ik hoop van harte dat het de sympathieke man lukt om hier, op zijn geliefde Cabo Verde, opnieuw een leven op te bouwen. Geen wind / teveel wind De volgende ochtend is het voor het eerst volledig windstil. We halen het anker op en motoren de baai uit. Eindbestem- ming vandaag is Santo Antão, het meest westelijk gelegen eiland van de Kaap- verdische archipel. Jammer dat er geen wind staat, want we hadden graag het zeil gehesen. Maar we hebben onze wens nog niet uitgesproken of plotsklaps den- dert er, binnen een halve minuut, meer dan 30 knopen wind over ons heen, bizar. We motoren nog een half uur om te kijken wat de wind gaat doen. Hij zwakt iets af en tegen het moment dat er 25 knopen staat hijsen we de zeilen, zij het met twee riffen. Maar terwijl de wind steeds verder afneemt, winnen de golven met het uur aan hoogte, met uitschieters tot wel vier á vijf meter. Waarschijnlijk de nazaten van een storm die een paar honderd mijl ten noorden heeft gewoed. Gelukkig wordt de bumpy ride goed gemaakt door de stralende zon. Als we ten noorden van de onbewoonde Ilhéu Raso en Ilhéu Branco eilanden zeilen verzorgt Lindani de lunch en in de buurt van São Vicente verschijnen er olijven en andere borrelhappen op tafel, samen met een paar Strela-biertjes. Dan doemt het spectaculaire Santo Antão voor ons op. Vol ontzag blikken we omhoog naar de onvoorstelbaar hoge bergtoppen. Het op twee na grootste eiland van de archi- pel is als enige verantwoordelijk voor de verde in Cabo Verde, al is dat vanaf ons viewpoint nauwelijks voor te stellen. Alweer die droge, bruine woestenij. Alle regen valt aan de noordoostkant van het eiland, aan de zuidkant valt er zelden wat. We varen Porto Novo binnen op zoek naar een plek voor de nacht. Het liefst ankeren we in de luwte van de pier, maar dit is precies het punt waar de ferry uit Mindelo omkeert voordat hij afmeert. Dus gooien we het anker een paar honderd meter verder uit. Vreemd dat hier geen enkel ander jacht ligt... Godendrank Die nacht wordt duidelijk waarom. We doen geen oog dicht. Doordat de wind afzwakt en de stroming in het Canal de São Vicente sterk toeneemt, komen we precies dwars op de enorme swell te liggen, en worden we de godganse nacht in onze kooien heen en weer gesmeten. ‘s Ochtends vroeg zitten we met z’n vieren slaperig in de kuip. Het is inmid- dels volstrekt duidelijk waarom het management van Sail Cape Verde had geadviseerd om in de haven van Mindelo te overnachten. Maar ja, Romeo had hier nog niet geankerd en aanvankelijk zag het er prima uit. ‘Hmm, ze hadden echt gelijk!’ zegt hij, terwijl hij vermoeid in z’n ogen wrijft. Na een duik in het frisse water en een paar bakken sterke Kaapverdiaanse koffie ziet de wereld er weer een stuk beter uit, en varen we met de RIB naar de wal. Hier worden we opgewacht door Rony, een lokale gids, die ons het eiland zal laten zien. We rijden over een keistenen weg die ons steil omhoog de hemel in lijkt te voeren Onder: Kleurige vis- sersbootjes in de haven van Tarrafal. Het valt niet mee om een RIB met twee kerels, twee tonijnen, een barbecue en drie flessen rosé tussen die brekers in te mikken 87
  • 9. en duiken de dichte nevel in die rond de bergtoppen hangt, totdat we plotseling in een dennenbos terechtkomen. Het is hier minstens tien graden koeler dan beneden. De nevel is zo dik dat er zich op de takken van de bomen dikke druppels gevormd hebben, zodat het lijkt alsof het regent. We passeren de krater van de 1170 meter hoge Cova de Paúl-vulkaan en rijden kronkelend omhoog en omlaag over ongelofelijk steile bergkammen met links en rechts ijzingwekkend diepe afgronden en prachtige vergezichten, als ware het de Chinese Muur. Dan explodeert de omgeving plotsklaps in een grote tropische oase. Kokos- palmen, citrus-, papaya- en mango- bomen, bananen, suikerriet, agave en passievruchten, omlijst met rozen en bougainville. Wat een overvloed. En wat een onvoorstelbaar contrast met het maanlandschap dat we tot nu toe zagen. Af en toe stoppen we om wat vruchten te plukken die hier gewoon langs de kant van de weg groeien, of kruiden waarvan Rony de medicinale werking uitlegt. De weg voert ons naar Ribeira Grande, de levendige hoofdstad van het eiland. Hier stoppen we om te lunchen bij The Place, het piepkleine restaurantje alias huiskamer van de beeldschone Calinda en haar man, die met zijn dreadlocks een rasechte Rastafari is, te zien aan het portret van Haile Selassie dat in de hal hangt. Calinda schotelt ons een heerlijke Cachupa voor, geitenkaas met vijgen- marmelade als dessert, en na afloop Caipirinha met passievrucht. Goddelijk. We vragen Calinda nog anderhalve liter van de godendrank te maken, die we meenemen in een plastic waterfles. Die gaat nog wel van pas komen. Koning van de Morna Als we tegen het vallen van de avond het anker ophalen, staat de innemende Rony ons op het strand uit te zwaaien. Met meer dan dertig knopen wind zet- ten we vervolgens, met een klein stukje genua als steunzeil, koers naar Mindelo, de koloniale hoofdstad van het tegen- overgelegen San Vicente. In de vallende schemering zijn op een gegeven moment duidelijk de rug- en staartvin van een flinke haai in ons kielzog te herkennen. Het barst er hier kennelijk van. Als we de baai van Mindelo invaren is goed te zien dat de stad aan een enorme kratermond ligt, waarvan de randen deels boven wa- ter uitsteken. Spectaculair. De vuurtoren op een van die uitstekende rotspunten weigert dienst, maar gelukkig kent onze schipper déze baai inmiddels als z’n broekzak. Als we afgemeerd zijn in de marina, pakken we onze tassen en nemen we – met tegenzin – afscheid van het schip en haar geweldige bemanning. We zullen de laatste paar nachten in Villa St. Aubyn doorbrengen, een sfeervol guesthouse middenin de stad, dat ook door Sail Cape Verde gerund wordt. Eenmaal in onze prachtige mastersuite aangekomen, ploffen we – nog zwaar nadeinend – op de bank. Het is een vreemde gewaar- wording om opeens weer in een stad te zijn, in een huis met muren en kamers. Enfin, we zijn heel nieuwsgierig naar het nachtleven van Mindelo, dus nemen we een douche en gaan op pad. Na het diner bij een fantastische Italiaan komen we in een swingend straatfeest terecht. Midden op een kruispunt van een grote Dan explodeert de omgeving plotsklaps in een grote tropische oase Boven: Een groene vallei op Santa Antão. 88
  • 10. doorgaande weg is een enorm podium gebouwd waarop een zangeres prachtige Coladeira ten gehore geeft. De toeschou- wers staan heupwiegend te luisteren en mensen kijken ons vriendelijk aan. ‘Wow, wat zijn die Kaapverdianen toch ongelofelijk relaxed,’ zeg ik tegen Jeroen. Op dat moment keert een Kaapver- diaanse vrouw voor mij zich om, en reageert in vloeiend Nederlands: ‘Wat fijn om te horen! En wat vind je van de muziek?’ Voor ik het weet word ik door Odette – die al eeuwen in Rotterdam woont – de dansvloer op gesleurd, even later staan we met z’n allen uit ons dak te gaan. Ze stelt ons voor aan haar man Dick, een rasechte Rotterdammer. Het hartelijke stel neemt ons op sleeptouw naar een chique nachtclub, Casa da Morna. En we hebben mazzel, want van- avond zal de populaire zanger/muzikant Tito Paris hier optreden. Waar Cesária Évora de koningin van de Morna is, is Tito Paris de koning. Met z’n vieren nemen we plaats aan een van de tafeltjes. Om ons heen prachtig uitgedoste, wat oudere Kaapverdianen. De meeste van hen immigranten op familiebezoek. Als de beroemdheid de zaal in komt lopen springt Odette op, loopt naar hem toe, en komt even later gearmd met hem teruggelopen. Ze stelt de zanger aan ons voor, en vertelt dat we voor een Nederlands blad een artikel schrijven over Kaapverdië. De aimabele Tito toont oprechte interesse in ons verhaal. Dan wordt hij aangekondigd op het podium. Hij schudt ons de hand en even later staat hij met zijn gitaar de sterren van de hemel te zingen. Zijn zwoele, omfloerste stem maakt een groot hart, zijn passie en zijn liefde voor de Kaapverden voelbaar. De aanwezige gasten, evenals onze Odette, zingen zijn melancholische liedjes gepassio- neerd met hem mee. Er lijkt een golf van heimwee door de zaal te spoelen. Begrijpelijk. Want, hoewel de strijd om het bestaan hier hard is en meer dan de helft van de Kaapverdianen genoodzaakt zijn om hun heil elders op de wereld te zoeken, hebben de meesten één vurige wens: weer terugkeren naar hun geliefde geboortegrond. Als wij die nacht op het dakterras van Villa St. Aubyn een laatste blik over de baai werpen, zijn we er stil van. We zijn diep geraakt door de ongelofelijk relaxte, gastvrije en vriendelijke bevolking en de ruige, oorspronkelijke eilanden, die zoveel extremen in zich verenigen. Het zeilen hier was een geweldige erva- ring. Deze reis heeft ons – behalve een paar slapeloze nachten – een groot goed gegeven: een enorm gevoel van vrijheid en rust. Het liefst willen we hier blijven. Of op z’n minst nog heel vaak terugko- men...  LEZERSAANBIEDING ONTDEK DE KAAPVERDISCHE EILANDEN MET SAIL CAPE VERDE Sail Cape Verde, eigenaar van de Sun Odyssey 54 Perseverance of London en Villa St. Aubyn in Mindelo, is opgericht door de Ne- derlandse Sarah van Beek en haar Engelse business partner Peter McCann. Doel is om gasten een avontuurlijke manier te bieden om het beste van de Kaapverdische Eilanden te ontdekken. Speciaal voor Nautique-lezers biedt Sail Cape Verde 15% korting op een 7-daagse combinatiereis: 5 dagen zeilen op de Perseverance gecombineerd met 2 nachten verblijf in Villa St. Aubyn. De totaalprijs voor de trip is €4900,- exclusief vluchten voor 2 tot 6 personen. De Perseverance is een compleet uitgerust schip en beschikt over 4 tweepersoons hutten, met eigen douche en toilet. De villa beschikt over drie comfortabele gastenkamers. Het verblijf aan boord is volpension, de nachten in de villa zijn op basis van logies met ontbijt. Vermeld bij de boeking SPECIAL OFFER NTQ. Meer informatie: www.sailcapeverde.com en www.villastaubyn.com Boven: Vissers- plaats Ponta do Sol aan de noordkust van Santa Antão. Rechts: Schepen voor anker voor het ruige São Nicolão. 89