SlideShare ist ein Scribd-Unternehmen logo
1 von 17
Downloaden Sie, um offline zu lesen
Wanneer werkt participatie?
Een ontwikkelingsmodel voor inspraak en interactie
Colofon
ISBN
NUR
Uitgave
NICIS
Stedelijk Innovatieprogramma
Laan van Nieuw Oost Indië 300
Postbus 90750
2509 LT Den Haag
Telefoon +31 (0)70 - 3440966
Fax: +31 (0)70 - 3440967
E-mail: info@nicis.nl
Web: www.nicis.nl
Grafisch Ontwerp
L.P. Poorter, NICIS
Drukwerk
Veenman, Rotterdam
© NICIS, 2006
Wanneer werkt participatie?
Een ontwikkelingsmodel voor inspraak en interactie
Inhoud
7
9
13
17
21
25
29
Inleiding
Samenvatting
1 Wettelijke inspraak op orde
Consultatie na afloop
2 Interactief werken op projectbasis
Burgers in vroege fase betrokken
3 Een ingeburgerde huisstijl voor participatie
Breed gedragen en feitelijke toegepaste werkwijze
4 Politieke keuzes als inzet van participatie
Zichtbare politiek en de raad op de bok
5 Samenspel met andere partijen staat centraal
Ruim baan voor inbreng en initiatief uit de samenleving
Interactie met de samenleving scoort hoog bij gemeenten. Het bestuur wil inspraak, interactieve
beleidsvorming, overleg, samenwerking en zelfs ‘de stad teruggeven aan de burger’. De burger moet
kunnen bijdragen aan beslissingen die hem direct of indirect aangaan, vinden gemeenten. Toch
blijft de praktijk van participatie weerbarstig.
Gemeenten worstelen met de vraag hoe je de inbreng van burgers mee laat tellen bij beleid. ‘Draag-
vlak voor beleid’ klinkt vaak goed als doelstelling. Maar het blijft nogal een eenzijdige wens; niet de
bijdrage van de burger staat voorop, maar het beleid van de gemeente. De overheid kijkt toch vaak
over de burgers heen in plaats van recht in hun ogen.
Gemeenten willen participatie van de burger. Ze weten wel dat zichtbaar en open lokaal bestuur niet
gemaakt wordt met af en toe een meedenkavond. Participatie werkt pas vanuit een duurzame rela-
tie. Het gaat over wederzijds vertrouwen. Maar hoe creëer je dat? Hoe schep je ruimte voor initiatief
en verantwoordelijkheden van burgers? Hoe betrek je burgers, bedrijven en instellingen constructief
en steeds weer bij beleidskeuzes? En waarom geven inspraakprocedures zo weinig energie en leiden
ze maar zelden tot nieuwe inzichten?
Kortom, wanneer werkt participatie?
Inleiding
wanneer werkt participatie 17
Burgers mogen meepraten
“De burger moet meer bij het beleid betrokken worden. Dat betekent dat burgers actief mogen meepraten over
hun leefomgeving. De alledaagse praktijk leert ons dat de burger niet alleen verwacht dat hij gehoord en beant-
woord wordt, maar dat er ook knopen worden doorgehakt en dat hij weet waar hij aan toe is. Kortom, een goede
visie is mooi, maar beter is als die visie ook werkelijkheid wordt - dus zeggen wat je doet en doen wat je zegt.”
(uit: Kadernota verkoop Openbare Ruimte, gemeente Nijmegen, 2004)
“We zijn er voor de burger, de burger is er niet voor ons,” zeggen bestuurders. Toch heeft parti-
cipatie vaak een vrijblijvend en eenzijdig karakter; burgers mogen meepraten. Dat uitgangspunt
werkt vervreemding tussen burger en bestuur in de hand. Feit is dat de invloed van burgers sterk
achterblijft bij de hoge ambities van bestuurders en de hoge verwachtingen die gemeenten ook
zelf wekken.
Het Stedelijke Innovatieprogramma van NICIS, Maatschappelijk Topinstituut voor de Steden en
het NWO heeft deze handreiking voor bestuurder en ambtenaren gemaakt. Opzet is om met een
actiegerichte benadering de praktijk van participatie te ondersteunen. Deze handreiking is mede
gebaseerd op een recent onderzoek in opdracht van het Stedelijke Innovatieprogramma naar de
praktijk van participatie in twee grotere gemeenten.
Participatie is het deelnemen door burgers, maatschappelijke organisaties en bedrijven aan beleidsprocessen.
Het kan gaan om voorbereiding, bepaling, uitvoering en/of evaluatie van beleid.
Voorwaarden voor zinvolle participatie
Participatie gaat niet vanzelf en niet vanzelf goed. We beginnen met goede moed aan participatie,
maar vaak eindigt het verhaal met een stank-voor-dankgevoel bij het bestuur en teleurstelling bij
bewoners en instellingen. Goede moed is klaarblijkelijk niet voldoende.
‘Wanneer werkt participatie?’ behandelt een aantal cruciale randvoorwaarden en succesfactoren
voor participatie die wel werkt. Heeft de gemeente werkelijk een open houding, is er echt beleids-
ruimte voor burgers of zijn de uitkomsten eigenlijk al min of meer bekend? Staat het beleid van de
wanneer werkt participatie 1982 wanneer werkt participatie
Samenvatting
Participatie werkt
Ambitie 1 Wettelijke inspraak op orde
Professioneel organiseren van verplichte consultatie achteraf: het beleid is al in concept gereed.
Ambitie 2 Interactieve trajecten op projectbasis
Burgers worden op projectbasis in een vroege fase van het beleid betrokken met veel ruimte voor
inbreng en discussie.
Ambitie 3 Een ingeburgerde huisstijl voor participatie
De gemeente ontwikkelt en gebruikt een herkenbare manier van werken voor burgerparticipatie.
Een professionele methode op papier die consequent in de praktijk wordt toegepast.
Ambitie 4 Politieke keuzes als inzet van participatie
De gemeenteraad zit op de bok van het interactieve proces en gaat het gesprek met burgers aan over
politieke keuzevraagstukken.
Ambitie 5 Het samenspel met andere partijen staat centraal
Politiek, bestuur en ambtelijke organisatie zijn volledig ingesteld op samenwerking en op de resulta-
ten daarvan. Iedereen is ervan doordrongen dat het gemeentebestuur één van de spelers is en eigen
besluiten niet verder reiken dan de eigen inbreng in de samenwerking.
In de verschillende ambities ontwikkelt de gemeente verschillende acties om telkens anders met
burgers in contact te komen.
gemeente voorop of vindt de gemeente het samenspel met en het beleid van anderen vooral be-
langrijk? Blijven politieke keuzevraagstukken onder de mat, of staan ze centraal? Herkennen burgers
het probleem en vinden ze het belangrijk? Is het helder dat niet iedereen zijn zin kan krijgen?
Ondanks of dankzij de burger
Het vertrouwen dat je mening er toe doet maar dat zij niet klakkeloos wordt overgenomen, ontstaat
niet zomaar. Het vraagt een duurzame relatie tussen burgers en gemeentebestuur waarin zij op
elkaar ingespeeld zijn om gezamenlijk bij te dragen aan beleidsopgaven. Bestuurlijke successen
komen niet tot stand ondanks de burgers (met lof voor de behendige bestuurder die de hindermacht
van burgers weet te omzeilen), maar dankzij de inbreng en inzet van burgers. Dit vraagt openheid en
bereidheid invloed te delen. ‘Wat doet u zelf, en wat kunnen we doen om dit mogelijk te maken’ is
dan het eerste waarmee een bestuurder richting burgers komt. Het vraagt ook om een reële kijk op
de plaats van het gemeentebestuur in de lokale samenleving. Voor nogal wat beleidsopgaven is het
gemeentebestuur afhankelijk van de samenwerking met burgers, instellingen en bedrijven.
Overspannen of eenzijdige eisen zijn niet bevorderlijk voor een vruchtbare samenwerking.
Vijf ambities voor burgerparticipatie
Als leidraad voor een ontwikkelingsproces van burgerparticipatie formuleren we vijf ambities.
Deze variëren van het nakomen van wettelijke verplichtingen tot een gemeente die initiatieven van
burgers faciliteert. Gemeenten kunnen tegelijkertijd inzetten op meer dan één ambitie.
wanneer werkt participatie 1110 wanneer werkt participatie
De gemeente heeft alle administratieve procedures rond de wettelijke inspraak op orde. Bij wet-
telijke inspraak ligt het accent op het einde van de beleidscyclus. De gemeente raadpleegt burgers
achteraf, op een moment dat het beleid in concept klaar is. Veel gemeenten hebben al grote stappen
gezet om hun wettelijke inspraak te professionaliseren. Met beperkte middelen en tegen relatief
weinig inspanning is al veel winst te behalen.
“We hebben de inspraakverordening en daarnaast een interne handleiding die alle – vanuit diverse wetten
afgeleide – procedures rond inspraak/inspreken behandelt: wat dient wanneer plaats te vinden en welke termijn
is daaraan verbonden? Voor insprekers in commissies is een lijstje met regels en tips beschikbaar.” (ambtenaar,
gemeente Leiden)
Kenmerken van adequate wettelijke inspraak
• administratieve procedures en organisatie voor inspraak liggen vast, worden toegepast en hierop
vindt kwaliteitscontrole plaats;
• vindt plaats voordat het college en/of de gemeenteraad een definitief besluit neemt over een plan
of nieuw beleid;
• het beleid is in grote mate uitgekristalliseerd;
• speelt zich vooral af rond beleid voor ruimtelijke ordening en sociale voorzieningen;
• is relatief ongericht op ‘ingezetenen en belanghebbenden’ en hun ‘mening of zienswijze’;
• kan mondeling of schriftelijk bij de raad of het college.
Wat bereik je met professionalisering van wettelijke inspraak?
Wettelijke inspraak is een uitgelezen manier om plannen te toetsen op aanvaardbaarheid en onvol-
komenheden. Ook nemen burgers kennis van de koers van het gemeentebestuur en de argumenta-
tie daarbij. Dit bevordert het draagvlak van het beleid. Een ander effect is minder tegenwerking van
burgers, minder hindermacht. Door het doel van wettelijke inspraak goed te communiceren: ‘we wil-
len graag een laatste check op ons concept’ neemt het vertrouwen in dat beleid toe. Zo ontstaat er
minder vertraging door bezwaar- en beroepsprocedures als de besluitvorming eenmaal is afgerond.
Wettelijke inspraak op orde 1
Consultatie na afloop
wanneer werkt participatie 1312 wanneer werkt participatie
Een positieve inspraakcultuur
Wettelijke inspraak is de laatste toets van beleidsvorming door burgers die het aangaat. Het bestuur
moet capaciteit investeren en interesse tonen voor de inbreng van insprekers. Wettelijke inspraak
faalt als het een ‘verplicht nummer’ wordt en als een ‘vervelende bijkomstigheid’ wordt ervaren.
Het succes blijft uit en er ontstaat zelfs draagvlakvermindering in plaats van draagvlakvergroting.
Tegenwerking en vertraging van procedures zijn dan mogelijke gevolgen.
Voorbeeld
Een wethouder wapent zich op weg naar de inspraakbijeenkomst met een lijst van mogelijke vra-
gen en reacties uit het publiek en heeft voor iedere opmerking alvast een tegenargument paraat.
Inspraak roept in de gemeente vaak defensieve reacties op. “Als je weinig inspraakreacties krijgt, is
het een goed plan.” En: “Een conceptverordening met veel inspraakreacties leidt tot de conclusie
dat je je werk niet goed hebt gedaan!” Daarom is het belangrijk om naast een goede verordening (op
papier) de inspraakprocedures voldoende in te bedden in de cultuur van de ambtelijke organisatie.
Zicht houden op relevante belangen
Tegenover ieder belang staat een ander belang, ook al melden niet alle belanghebbenden zich voor
inspraak. De gemeente weegt belangen af die dan ook zoveel mogelijk in beeld moeten komen. Als
dit niet gebeurt bestaat het risico van willekeur. De gemeente zet met wettelijke inspraak de ‘deur
open’, maar het is uiteindelijk maar afwachten wie zich melden. Inspraak in de laatste fase van het
beleidsproces mobiliseert vooral de tegenstanders van het voorgenomen beleid. Mensen die de weg
naar het gemeentehuis toch al goed weten te vinden, zogenaamde beroepsinsprekers of wijkbaron-
nen. Het gevaar bestaat dat andere belangen met minder assertieve vertegenwoordigers daardoor
ondersneeuwen. Wettelijke inspraak ontslaat het gemeentebestuur er dan ook niet van anderzins
zicht te ontwikkelen op de belangen in de samenleving en deze bij het conceptbesluit af te wegen.
De wettelijke inspraak kan zich dan richten op nieuwe informatie en feitelijke omstandigheden die
de belangenafweging mogelijk in een ander licht plaatsen.
Voorbeeld
In het kader van het verkeersbeleid Duurzaam Veilig is het college van een gemeente voorne-
mens 60 km/uur-zones in het buitengebied in te stellen. De gemeente wil tevens snelheidsrem-
mende maatregelen via enkele wegversmallingen treffen. Het concept-verkeersbesluit staat
open voor wettelijke inspraak. De regionale Land en Tuinbouw Organisatie (LTO) laat schriftelijk
weten dat wegversmallingen in het buitengebied op problemen stuit bij agrariërs. Zij gebruiken
de wegen met groot rijdend materieel en voorzien problemen bij de toegankelijkheid van wegen.
Op basis van deze inspraakreactie past het college haar plan aan en besluit verkeersdrempels in
plaats van versmallingen aan te brengen.
Wat maakt wettelijke inspraak tot een succes en wat niet?
Een goede inspraakverordening
Op welke manier, wanneer en over welk onderwerp burgers inspreken, moet volkomen duidelijk zijn.
De eerste stap is dus een adequate inspraakverordening. De VNG hanteert hiervoor een model dat
inmiddels door veel gemeenten is overgenomen. Het kan naar keuze worden uitgebreid met algemene
spelregels en omgangsvormen voor zowel betrokken medewerkers als de insprekers zelf. Denk daarbij
aan informatie aan burgers, het bekendmakings- en uitnodigingenbeleid, hanteren van spreektijden
en professioneel gastheerschap door de commissievoorzitter. Cruciaal voor het bewijs van een serieuze
behandeling van de inbreng, is het vastleggen hoe de gemeente inspraakreacties verwerkt en hierover
rapporteert. Waarom de inbreng wel of juist niet wordt gehonoreerd kan dan aan bod komen. De ge-
meente wil tenslotte op andere momenten - soms zelfs tegelijkertijd – weer een beroep kunnen doen
op partijen.
wanneer werkt participatie 1514 wanneer werkt participatie
De gemeente betrekt burgers, bedrijven en instellingen op projectbasis in een vroege fase van het
beleid. Bij deze ambitie is veel ruimte voor discussie en inbreng op inhoud. Aan burgers wordt niet
pas aan het einde van de beleidscyclus om een mening gevraagd over een door de gemeente voor-
gesteld alternatief. Burgers dragen in een vroege fase al bij met alternatieve oplossingsrichtingen of
ze stellen zelfs de probleemdefinitie ter discussie. Andere betrokkenheid is ook mogelijk. Burgers
kunnen bijvoorbeeld op projectbasis (mee)beslissen, of de gemeenten faciliteert het beleid van
burgers. De uitkomst van dit interactieve proces heeft zichtbare gevolgen voor de beleidsinhoud,
ook wanneer de gemeente het eindbesluit neemt.
Voorbeeld
Het college van de gemeente Leiden zoekt in 2005 naar geschikte locaties voor (her)huisvesting
van vijf voorzieningen voor dak- en thuislozen. Het plan sneuvelt in een eerste ronde vanwege
massaal verzet en een groot aantal negatieve inspraakreacties. De raad geeft opdracht tot een
geheel nieuw locatieonderzoek: alles ligt weer open. In de tweede ronde worden groepsgesprek-
ken gehouden met sleutelpersonen uit de wijken. Zonder het beleid te omhelzen geeft een groep
bewoners aan mee te willen denken over een oplossing om de doelgroep van de straat te krijgen.
De bewoners benadrukken wel het belang van een goed omgevingsbeheer. Het college regelt
dit via een convenant. De raadsfracties prijzen tijdens de raadsbehandeling de omwonenden om
hun bereidheid tot meedenken en hun verantwoordelijkheidsgevoel voor de buurt.
Kenmerken van interactie op projectbasis
• burgers, bedrijven en instellingen zijn op een vroeg moment betrokken bij beleid;
• projecten staan minimaal in het teken van participatie in plaats van consultatie aan het eind;
• inhoudelijke openheid en beleidsruimte ook wanneer de gemeente de eindbeslissing neemt;
• beleid van de gemeente staat niet noodzakelijk centraal, er is bijvoorbeeld sprake van gelijkwaar-
dige samenwerking met andere partijen of burgers kunnen (mee)beslissen;
• interactie kan op meerdere momenten in het beleidsproces en vanuit meerdere bestuursstijlen:
meedenken, (mee)beslissen of misschien zelfs (mee)uitvoeren.
Voorkomen van een ‘vooruitgeschoven bezwaarschriftenprocedure’
Het gemeentebestuur moet voorkomen dat wettelijke inspraak inzet wordt van een vooruitgescho-
ven bezwaarschriftenprocedure door ontevreden belanghebbenden. Informele (niet-verplichte)
participatie (ambitie 2) in aanvulling op wettelijke inspraak kan hieraan bijdragen. Pas inspraak ook
toe wanneer het niet verplicht is.
“Burgers hebben vaak hoge verwachtingen van het inspreken. Ze hebben dan bij het college geen gelijk gekregen
en proberen het bij de raad alsnog terug te draaien...”
Voorbeeld
Sommige insprekers herhalen hun standpunt tijdens de inspraak van het college en het inspre-
ken bij de raad. Zij zien de inspraakprocedure als een bezwaarschriftenprocedure, nog voor het
beleid officieel is vastgesteld. Vermijd daarom juridisering van inspraak en breng een sterkere
scheiding aan tussen inspraak vóór besluitvorming en de beroeps- en bezwaarprocedure ná de
besluitvorming.
Interactief werken op projectbasis 2
Burgers in vroege fase betrokken
wanneer werkt participatie 1716 wanneer werkt participatie
het plan staat al vast en op welk deel is het interactieve proces van toepassing? Dat zijn de vragen die
bij inwoners leven en die zeker beantwoord moeten worden.
“De gemeente is ook niet altijd even helder. Wanneer doet men er iets mee, en mag ik dan nog zienswijze indienen
of juist niet en wat gebeurt daar dan weer mee? Welke stap volgt op wat?” (een raadslid)
Onduidelijke spelregels blijken een belangrijke factor voor het mislukken van interactief werken.
Bijvoorbeeld als het doel was het beleid inhoudelijk te verrijken en de gemeente stelt opeens de aan-
vullende eis van representativiteit.
Aandacht voor communicatie tijdens het proces
De gemeente enthousiasmeert partijen door te vertellen waarom zij burgers wil betrekken. Niet:
‘wij willen met u in gesprek raken om draagvlak voor ons beleid te verkrijgen’, maar eerder: ‘het ge-
meentebestuur wil graag uw ideeën en uw mening horen voor de herinrichting van het centrum, het
wil deze informatie gebruiken bij het ontwikkelen van de plannen’. ‘Wij willen met u samenwerken!’,
is geen geschikte boodschap als de bijeenkomst in werkelijkheid gericht is op het presenteren van
een plan of het aanhoren van reacties hierop (consultatie).
De kracht van de herhaling speelt hier een rol, zéker waar het gaat om de aanwezige beleidsruimte
of de rol die partijen hebben. Investeer in creatieve, interactieve werkvormen. Organiseer eens bij-
eenkomsten op locatie (zie bijvoorbeeld www.participatiewijzer.nl). De gemeente voorkomt te allen
tijde de dooddoener: “wij hebben goed naar u geluisterd en nemen alles mee!”.
Voldoende capaciteit en hulpmiddelen
Voor het bereiken van goede resultaten zijn voldoende en adequate personele capaciteit en hulp-
middelen beschikbaar. Organisatie van interactieve trajecten vraagt heel wat. De gemeente beschikt
over professioneel projectmanagement en projectleiders. Het gemeentebestuur zet met burgerpar-
ticipatie ‘oren en ogen’ op het stadhuis. Het roept veel op en maakt veel los. De gemeente is in staat
de signalen op adequate wijze te verwerken.
Wat bereikt een gemeente met interactief werken op projectbasis?
Een gemeente die ruimte creëert voor vroegtijdige betrokkenheid investeert in de relatie met haar
burgers. Burgers willen graag meepraten over een plan, juist als nog niet alles vastligt. Burger-
participatie is dan geen ‘extraatje’ aan het einde van het traject maar een wezenlijk ingrediënt van
herkenbaar en zichtbaar beleid. De gemeente roept bovendien niet alleen reacties op, maar kan,
afhankelijk van de gekozen doelstelling, het beleid bijvoorbeeld verrijken met wat burgers inbren-
gen. Andere doelen van interactieve beleidsvorming zijn: meer realiseren door ideeën, tijd en geld te
bundelen (hoger ambitieniveau), imagoverbetering en versterken van wederzijds begrip.
Wat zijn succes- en faalfactoren van interactief werken op projectbasis?
Managen van verwachtingen
Een van de meest cruciale aspecten van interactief werken is goed management van verwachtingen.
Volstrekte helderheid is er over de rol van de gemeente en van burgers, over de invloed die burgers
krijgen, het kader waaraan het gemeentebestuur de inbreng van burgers toetst en hoe zij deze
weegt in de belangenafweging. Dat is bepalend voor succes of falen.
“Met onze inbreng wordt iets gedaan. Tót een half jaar geleden en dat is juist zo jammer. Het vertrouwen is dan
ineens weg. Als de plannen echt groot worden, worden wij buitengesloten en daar is de gemeente helemaal niet
duidelijk over.” (aldus een deelnemer aan een participatieproces)
De gemeente heeft de taak de rol van burgers helder te communiceren in overeenstemming met de ge-
kozen bestuursstijl. En al lijkt het een open deur: de gemeente moet daadwerkelijk beleidsruimte willen
of kunnen bieden. Als die er niet is, kan het gemeentebestuur beter klip en klaar een besluit meedelen.
Duidelijke spelregels
Door duidelijk te maken wat er met de inbreng van burgers gebeurt, voorkomt het gemeentebestuur
de schijn van willekeur. Wat gaat er gebeuren met de ideeën die inwoners aanreiken? Welk deel van
wanneer werkt participatie 1918 wanneer werkt participatie
De gemeente ontwikkelt en gebruikt een herkenbare manier van werken voor burgerparticipatie.
Een professionele methode op papier die consequent in de praktijk wordt toegepast. De methode
voorziet in een aanpak en een afwegingskader waarmee helder is in welke situatie de burger op
welke wijze wordt betrokken. De gemeente is vanuit een concernbrede methodiek scherp op het
voldoen aan de essentiële randvoorwaarden voor burgerparticipatie. De aanpak voorziet in een wel-
overwogen keuze uit een repertoire aan bestuursstijlen voor participatietrajecten.
Een huisstijl voor burgerparticipatie is beslist méér dan een methodiek op papier: het is een levende
praktijk en een breed gedragen en uitgedragen ambitie.
“De gemeente heeft nu een scholingshuis waar mensen worden getraind op procesvaardigheden. Het proces mag
geen persoonsafhankelijke afweging zijn, maar dient voor iedereen gelijk te zijn. [...] Medewerkers worden gese-
lecteerd op hun houding aangaande de proceskant van burgerparticipatie.” (ambtenaar, gemeente Dordrecht)
Kenmerken van een huisstijl voor participatie
• huisstijl voor participatie is ingeburgerd in de cultuur en in de praktijk;
• methodiek die continu wordt gevoed, bijgesteld en levend gehouden;
• herkenbare aanpak voorziet in afwegingen voor participatietrajecten op maat;
• inschatting van kernvoorwaarden voor participatie leidt in elke situatie vanuit een vaste werkwijze
tot een afgewogen oordeel burgerparticipatie wel of niet toe te passen;
• een fundamenteel open basishouding van waaruit de gemeente het gesprek aangaat met burgers,
instellingen en bedrijven;
• college en ambtelijke organisatie hebben het besef dat burgers ook vakbekwaam zijn en/of rele-
vante ervaringskennis kunnen inbrengen;
• een toename van het aantal burgers en bedrijven dat deelneemt.
Wat bereikt een gemeente met een huisstijl participatie?
Het gemeentebestuur biedt vanuit een breed ingeburgerde huisstijl maatwerk in participatietra-
jecten. De inzet van burgerparticipatie is herkenbaar en iedereen begrijpt het hoe en het waarom.
Burgers, bedrijven en instellingen weten waar zij aan toe zijn: de huisstijl voorziet tevens in adequate
Een ingeburgerde huisstijl voor participatie 3
Breed gedragen en feitelijke toegepaste werkwijze
wanneer werkt participatie 2120 wanneer werkt participatie
• organiseren en stimuleren van intervisie tussen afdelingen en projectleiders;
• antenne voor signalen uit de maatschappelijke omgeving naar de mate waarin en de wijze waarop
de gemeente interactief werkt.
“De dreiging van sleetsheid is heel groot, hoe houd je het levend? Ik weet niet zeker hoe creatief we zijn. De
waarde van procesvoering staat hoog in het vaandel. Ik zeg niet dat we het goed doen. We zijn er theoretisch wel
goed in, maar de praktijk is nog niet geavanceerd.” (een gemeentesecretaris)
Breed gevoelde verantwoordelijkheid
Alle betrokkenen voelen zich verantwoordelijk en dragen bij aan de communicatie. ‘Uitbesteden’
aan de medewerker Communicatie is er dus niet bij. Een nadrukkelijke voortrekkersrol/voorbeeldrol
voor het college is essentieel voor een andere werkwijze. Dit vraagt versterking van de collegialiteit
gericht op burgerparticipatie. De keuze voor interactief werken is daarbij niet afhankelijk van één of
enkele portefeuillehouders, maar een breed gedragen en uitgedragen ambitie.
Up-to-date relatiebeheer
Naarmate een gemeente meer inspraakprocedures en interactieve trajecten opstart, worden onder-
linge samenhang en coördinatie belangrijker. Een relatiebeheersysteem maakt het mogelijk vast te
leggen en bij te houden wie met welke externe partijen contact heeft, vanuit welk vraagstuk en wan-
neer hierover communicatie plaats vindt.
“Ik maak mee dat mensen boos zijn over de onbetrouwbaarheid van de gemeente. Als mensen rond een ander on-
derwerp geen antwoord krijgen werkt dat door op mijn dossier. Op elk dossier van een collega kunnen zich zaken
voordoen waar ik last van heb. Of een bewoner stuurt een brief en die gaat vervolgens naar twintig afdelingen.
We deconcentreren de vraag, maar vergeten antwoord te geven aan de bewoner. Of er komt een paaltje waar
niemand om gevraagd heeft.” (een wethouder)
communicatie over burgerparticipatie. Burgerparticipatie is daarnaast een richtpunt voor profes-
sionalisering en tevens voor het personeelsbeleid. Training, opleiding en werving staan voor een
belangrijk gedeelte in het teken van proces- en communicatieve vaardigheden.
Voorbeeld
De ‘Dordtse aanpak’ is een omvattend en pragmatisch afwegingskader voor participatieproces-
sen. De aanpak besteedt zowel aandacht aan de politiek-bestuurlijke afbakening van het proces
(zoals de inhoudelijke beleidskaders, de rolverdeling tussen raad en college) als aan het ontwerp
van een adequaat projectplan via een startnotitie met de afwegingen voor en tegen interactief
beleid en aandacht voor de communicatiestrategie. (Dordtse Aanpak, 8 maart 2004).
Inburgering van een huisstijl vraagt heel wat: “De Dordtse Aanpak stimuleert om meer te doen
aan burgerparticipatie. Ik heb het gevoel dat dit nog maar heel moeizaam van de grond komt en
zie nog te vaak dat er traditionele inspraakbijeenkomsten worden georganiseerd.” (ambtenaar,
gemeente Dordrecht)
Wat zijn succes- en faalfactoren voor een huisstijl participatie?
Verankering van burgerparticipatie
Participatief werken draait uiteindelijk om de mensen die het doen. Een open houding leren mensen
niet van papier. Dat vraagt om voldoende verankering en continue voeding van de huisstijl. Een en-
thousiaste ‘kerngroep’ onder regie van (bijvoorbeeld) de burgemeester kan voorhoede en vraagbaak
zijn voor inspraak en participatie. Taken van een kerngroep kunnen zijn:
• begeleiden en adviseren van projectleiders, ook tijdens de uitvoering;
• leveren van bijdragen aan training en deskundigheidsbevordering in participatief werken;
• stimuleren en ondersteunen van evaluaties van participatieprocessen;
• periodiek evalueren van het gebruik en de gebruikswaarde van de concernmethodiek op papier;
• vormen van een intern geweten voor participatief werken;
wanneer werkt participatie 2322 wanneer werkt participatie
De gemeenteraad is gezaghebbend in beeld en gaat met burgers het gesprek aan over politieke
keuzevraagstukken. Politieke keuzevraagstukken geven richting aan interactieve processen en ze
vormen de afbakening. De raad versterkt zijn politieke primaat door zich rechtstreeks in de samenle-
ving te oriënteren op de belangen pro en contra politieke keuzevraagstukken.
Voorbeeld
Waarop moet het gemeentebestuur inzetten als het gaat om de kwaliteit van de leefomgeving?
Is dat:
a | vooral aandacht voor hoogwaardig groen en minder aandacht voor straten en wegen;
b | juist het omgekeerde?
Waarop moet het gemeentebestuur inzetten als het gaat om accommodaties?
a | een over de hele gemeente gespreid aanbod van accommodaties met een relatief lage kwaliteit?
b | concentratie van accommodaties door samenvoeging, in het bijzonder culturele accommo-
daties in het stadshart?
Dit zijn twee van de zeven politieke keuzes waarmee de gemeenteraad van Amstelveen in 2004
partijen in de samenleving raadpleegde ten behoeve van een visie voor de heroverweging van
het beleid.
Kenmerken van belangenafweging als inzet participatie
• politieke keuzevraagstukken geven richting aan burgerparticipatie;
• de raad is nadrukkelijk en gezaghebbend in beeld en gaat met de samenleving het gesprek aan
over de keuzevraagstukken;
• de raad versterkt via burgerparticipatie zijn politieke primaat;
• raad, college en ambtelijke organisatie versterken elkaar en treden als een eenheid naar buiten;
• burgers, bedrijven en instellingen worden meegenomen in de belangenafweging en kunnen zich
ook verplaatsen in andere belangen.
Politieke keuzes als inzet van participatie 4
Zichtbare politiek en de raad op de bok
wanneer werkt participatie 2524 wanneer werkt participatie
Participatie suggereert vaak dat voor alle wensen plaats is. Terwijl de inzet juist is om tot een
zorgvuldige en open belangenafweging te komen. Naast luisteren naar burgers, gaat het om het
vermogen hen duidelijke keuzes voor te leggen, daarin een keuze te maken en hierover publieke-
lijk verantwoording af te leggen. (Staats)burgers kunnen argumenten en belangen inbrengen en
beïnvloeden via die weg van het collectieve besluitvormingsproces. Winnaars en verliezers zijn er bij
keuzevraagstukken altijd, dus ook bij burgerparticipatie. Juist dan is het de vraag of de ‘verliezers’
zich kunnen vinden in het proces.
Goede samenwerking raad en college
Binnen het gemeentehuis werken raad, college en ambtelijke organisatie - ondanks hun verschillen-
de rollen - samen om goede resultaten te boeken voor de samenleving. Het college en de ambtelijke
organisatie brengen de raad tijdig in stelling rond de essentiële politieke vraagstukken. De raad
verstrekt met zijn besluit een werkbaar politiek mandaat waarmee het college slagvaardig aan de
slag kan. Raad en college voeren geen strijd en lopen elkaar tijdens interactief werken niet voor de
voeten. Er bestaat overeenstemming over de onderlinge rol- en taakverdeling.
“Rond integratiebeleid hadden we twee gescheiden trajecten. De raad was bezig met het integratiebeleid en
opeens kwam het college met een kant-en-klaar verhaal. Daarna moet je als raad weer bijtrekken. We moeten als
raad en college beter afspraken maken, dat is ook denkbaar in de huidige cultuur.” (een raadslid)
Fracties werken op procesniveau samen
Raadsleden en fracties zijn in staat en bereid samen te werken over de wijze waarop het interactieve
project wordt ingericht en de rol die de raad en burgers daarbij spelen. Dit om ervoor te zorgen dat
de raad voor burgers een herkenbaar en betekenisvol orgaan is. Samenwerking op procesniveau is
niet gericht op inhoudelijke overeenstemming, integendeel, het is er juist op gericht dat de fracties
zich uiteindelijk inhoudelijk beter kunnen profileren op de keuzevraagstukken. Er is met andere
woorden sprake van ‘eenheid in verscheidenheid’. Burgers krijgen goed zicht op de politieke ver-
schillen tussen partijen en de raad kan zijn politieke primaat via burgerparticipatie versterken.
Wat bereikt de gemeente door politieke keuzes onderwerp van participatie te maken?
De raad zit op de bok van het participatietraject. Raadsleden vervullen een spilfunctie tussen bur-
gers en het gemeentebestuur. Zij geven actief invulling aan hun volksvertegenwoordigende rol en
oriënteren zich op de belangen rond dilemma’s waarin zij keuzen willen maken. Burgers zijn betrok-
ken bij de wezenlijke keuzevraagstukken waar de gemeente over gaat en de raad keuzes in wil doen.
Tijdens het raadsdebat verantwoorden fracties nadrukkelijk hoe zij de inbreng van burgers wegen
in hun eigen standpunt op het keuzevraagstuk. Een voor burgers begrijpelijk proces en navolgbaar
besluit is het resultaat.
Voorbeeld
Bij de aanpak van een structuurvisie in de gemeente Den Helder is de raad zichtbaar aanwezig
bij belangrijke keuzes voor de toekomst van Julianadorp (2005). Het gaat om wezenlijke keuze-
vraagstukken in ‘gewone mensentaal’, zoals ‘afwikkelen van toeristisch verkeer over bestaande
wegen versus een nieuwe randweg’. De inzet is helder. In een goed bezocht raadsdebat ne-
men de fracties vervolgens openlijk stelling ten opzichte van elkaar en wordt voor elk politiek
keuzevraagstuk duidelijk hoe de (meerderheid van de) raad hierover denkt. Het college en de
ambtelijke organisatie kunnen nu het stokje overnemen om binnen de gemaakte keuzes verder
invulling en uitvoering te geven aan de plannen.
Wat zijn succes- en faalfactoren van participatie in politieke keuzevraagstukken?
Politieke keuzevraagstukken staan centraal
“Politici die zeggen dat ze het niet precies weten zijn schaars. ‘Ik aarzel tussen A en B’. Dat valt goed bij de
mensen, maar hoor je weinig. Daarnaast geldt dat we qua houding teveel gericht zijn op zenden en te weinig op
luisteren. Wie iedereen te vriend wil houden, krijgt iedereen tot vijand.” (burgemeester Bandell van gemeente
Dordrecht)
wanneer werkt participatie 2726 wanneer werkt participatie
Samenwerking met andere partijen en de resultaten daarvan staat centraal. De gemeente is be-
scheiden over haar eigen rol en haar aandeel in de aanpak van vraagstukken. Het gemeentebestuur
en de ambtelijke organisatie zijn gericht op een zinvolle bijdrage in een samenwerkingsverband
met anderen. Effectief en realistisch beleid komt in samenwerking en onderhandeling met andere
partijen tot stand.
Voorbeeld
Gemeenten willen uitgaansgeweld en overlast op straat aanpakken. De doorzettingsmacht is
echter zeer beperkt. De gemeente gaat bijvoorbeeld niet over het beleid van horecaondernemers
en hun gasten. Toch hebben allen baat bij een veilig uitgaansklimaat. De gemeente bereikt
vooral resultaten door het beleid van andere partijen te ondersteunen en te faciliteren.
De aanpak van een verloederde wijk is niet bij vaststelling van een beleid door college of raad
geregeld, maar heeft pas echte kans van slagen bij een actieve inzet van inwoners, ondernemers
en maatschappelijke instellingen. Een economische impuls via de aanleg van een industriepark
is alleen mogelijk wanneer de gemeente en private partijen hun krachten bundelen.
Kenmerken
• het gemeentebestuur faciliteert inzet van partijen uit de samenleving in plaats van deze te beperken;
• gemeente besluit niet over het geheel maar over haar eigen aandeel in de samenwerking;
• gemeente faciliteert en sluit aan op initiatieven en beleid van andere partijen;
• het gemeentebestuur is maximaal responsief;
• veel burgers, bedrijven en instellingen participeren.
Wat bereikt de gemeente door samenspel met andere partijen centraal te stellen?
De gemeente werkt samen, sluit aan bij en faciliteert de initiatieven van andere partijen. Daarbij
bereikt de gemeente per saldo meer resultaten dan wanneer zij het zelf voor het zeggen houdt.
Samenspel met andere partijen staat centraal 5
Ruim baan voor inbreng en initiatief uit de samenleving
wanneer werkt participatie 2928 wanneer werkt participatie
Voorbeeld
Gemeente Groningen stelt ambitieuze eisen aan een herstructureringslocatie. De gemeente
bepaalt onder meer het type woningen, stelt eisen op gebied van architectuur, parkeren en de
inrichting van de openbare ruimte. Na circa tien jaar is het plan nog niet gerealiseerd. De eisen
zijn te ambitieus voor marktpartijen. Toekomstige bewoners kiezen niet voor een duur appar-
tement, als zij er niet of nauwelijks kunnen parkeren. Projectontwikkelaars zien geen brood
in realisatie van de hoge politieke ambities en verwachtingen. (bron: Rekenkamercommissie
gemeente Groningen, onderzoek naar het CIBOGA-terrein, 2006).
Organiserend vermogen
Oog voor het organiserend vermogen van de samenleving is een belangrijke succesvoorwaarde.
Wat kunnen burgers, instellingen en bedrijven zelf, als zij hiervoor voldoende ruimte krijgen? Wat
kunnen zij wellicht nog beter, als zij adequate ondersteuning van het gemeentebestuur krijgen? Als
vaders in de buurt toezicht willen houden, kan het gemeentebestuur (samen met politie) helpen
door assistentie te bieden wanneer zaken ‘uit de hand lopen’.
De gemeente kent haar eigen rol en beperkingen bij de maatschappelijke vraagstukken. Sterker nog,
zij heeft heeft er oog voor dat zij soms andere partijen frustreert en zelfs een hindermacht vormt.
Voorbeeld
Amsterdam doet met een nieuw Plan- en besluitvormingsproces voor ruimtelijke maatregelen (het
‘Milieu Plaberum’) een poging procedures te versnellen en de hindermacht van de samenleving in
te dammen. Vroegtijdige betrokkenheid en initiatief voor externe partijen wordt volgens sommigen
echter ook ‘weggeregeld’:
“Zelfs ontwikkelaars zeggen inmiddels dat je de visievorming beter kunt beginnen met mensen uit
de buurt. Denk vraaggericht. Zij vormen meestal toch de toekomstige bewoners, ook van wonin-
gen in de duurdere segmenten. Voor kwaliteit wil men best betalen. Haal je die mensen er pas in
fase 3 bij, dan is er in een plan niet veel flexibiliteit meer.” (vertegenwoordiger van het Amsterdams
Steunpunt Wonen, in: NUL20, Tijdschrift voor Amsterdams Woonbeleid, november 2005).
Wat zijn succes- en faalfactoren van samenspel met andere partijen?
Voorkomen van hindermacht
De gemeente stelt niet haar beleid centraal, maar levert haar aandeel in de samenwerking. Een
bestuurscentrische aanpak van burgerparticipatie doet onrecht aan de initiatieven van burgers,
bedrijven instellingen en belemmert het vrijwilligerswerk om zaken van de grond te krijgen. Deze
succesfactor sluit aan bij de ambitie van het Ministerie van VROM: “Van hindermacht wordt VROM
ontwikkelkracht” (bron: website VROM).
wanneer werkt participatie 3130 wanneer werkt participatie
NICIS • Laan van Nieuw Oost Indië 300 • 2593 CE Den Haag • Postbus 90750 • 2509 LT Den Haag
Wanneer werkt Participatie
Deze publicatie is in opdracht van het Stedelijk Innovatieprogramma opgesteld door
Partners+Pröpper, bestuurskundig onderzoek en advies.
Aanleiding voor de publicatie is het onderzoek:
Wanneer Werkt Participatie? Een onderzoek bij de gemeenten Dordrecht en Leiden naar de effec-
tiviteit van burgerparticipatie en inspraak, Partners+Pröpper (2006). In opdracht van het Stedelijk
Innovatieprogramma.
Dit onderzoek en deze publicatie zijn tevens elektronisch beschikbaar op:
www.nicis.nl
www.partnersenpropper.nl
Wanneer werkt Participatie ?
Een ontwikkelingsmodel voor inspraak en interactie
� � � � �
� � � � � � � � � � � � � � � �
ISBN 90-77389-20-2
� � � � �
� � � � � � � � � � � � � � � �

Weitere ähnliche Inhalte

Was ist angesagt?

Sturen met sturende burgers
Sturen met sturende burgersSturen met sturende burgers
Sturen met sturende burgersJumbo Klercq
 
Rapport regel die burgerinitiatieven december 2013 kl
Rapport regel die burgerinitiatieven   december 2013 klRapport regel die burgerinitiatieven   december 2013 kl
Rapport regel die burgerinitiatieven december 2013 klMark Verhijde
 
Bestuurlijke vernieuwing in Nederland: relevantie en schaal heroverwogen’
Bestuurlijke vernieuwing in Nederland: relevantie en schaal heroverwogen’ Bestuurlijke vernieuwing in Nederland: relevantie en schaal heroverwogen’
Bestuurlijke vernieuwing in Nederland: relevantie en schaal heroverwogen’ Jo Horn
 
Professionele gemeenschap - follow up 8 april 2010
Professionele gemeenschap - follow up 8 april 2010Professionele gemeenschap - follow up 8 april 2010
Professionele gemeenschap - follow up 8 april 2010EJWP
 
De uitdagingen van het lokaal cultuurbeleid in een veranderende samenleving
De uitdagingen van het lokaal cultuurbeleid in een veranderende samenlevingDe uitdagingen van het lokaal cultuurbeleid in een veranderende samenleving
De uitdagingen van het lokaal cultuurbeleid in een veranderende samenlevingAvansa Kempen
 
Trefdag Pulse 2018 sessie: participeren als voedingsbodem
Trefdag Pulse 2018 sessie: participeren als voedingsbodemTrefdag Pulse 2018 sessie: participeren als voedingsbodem
Trefdag Pulse 2018 sessie: participeren als voedingsbodempulsenetwerk
 
11 12-13 wie niet verbonden is, is gezien
11 12-13 wie niet verbonden is, is gezien11 12-13 wie niet verbonden is, is gezien
11 12-13 wie niet verbonden is, is gezienWouter Slob
 
Folder meedoen met vervolgacties regel die burgerinitiatieven
Folder meedoen met vervolgacties   regel die burgerinitiatievenFolder meedoen met vervolgacties   regel die burgerinitiatieven
Folder meedoen met vervolgacties regel die burgerinitiatievenMark Verhijde
 
Ruimte voor zelf organisatie 2013
Ruimte voor zelf organisatie 2013Ruimte voor zelf organisatie 2013
Ruimte voor zelf organisatie 2013oatao
 
Inspelen op initiatieven uit de samenleving
Inspelen op initiatieven uit de samenlevingInspelen op initiatieven uit de samenleving
Inspelen op initiatieven uit de samenlevingBart Litjens
 
2014-06-12 Definitieve uitkomsten enquête Expertisepunt Open Overheid
2014-06-12 Definitieve uitkomsten enquête Expertisepunt Open Overheid2014-06-12 Definitieve uitkomsten enquête Expertisepunt Open Overheid
2014-06-12 Definitieve uitkomsten enquête Expertisepunt Open OverheidMariekeSchenk
 
Concept Werkplan Expertisepunt Open Overheid 2014 2015 v0.7 + bijlagen
Concept Werkplan Expertisepunt Open Overheid 2014 2015 v0.7 + bijlagenConcept Werkplan Expertisepunt Open Overheid 2014 2015 v0.7 + bijlagen
Concept Werkplan Expertisepunt Open Overheid 2014 2015 v0.7 + bijlagenMariekeSchenk
 
Presentatie teugels en tegenwichten
Presentatie teugels en tegenwichtenPresentatie teugels en tegenwichten
Presentatie teugels en tegenwichtenHein Albeda
 
Publicatie Nabij is beter - Jos van der Lans en Pieter Hilhorst
Publicatie Nabij is beter - Jos van der Lans en Pieter HilhorstPublicatie Nabij is beter - Jos van der Lans en Pieter Hilhorst
Publicatie Nabij is beter - Jos van der Lans en Pieter HilhorstKING
 
Oonderzoek naar burgerparticipatie in gemeente Haren
Oonderzoek naar burgerparticipatie in gemeente HarenOonderzoek naar burgerparticipatie in gemeente Haren
Oonderzoek naar burgerparticipatie in gemeente HarenBart Litjens
 
Gemeentesecretarissen op avontuur. Ervaringen vanuit de VGS-leerkring ‘Meer B...
Gemeentesecretarissen op avontuur. Ervaringen vanuit de VGS-leerkring ‘Meer B...Gemeentesecretarissen op avontuur. Ervaringen vanuit de VGS-leerkring ‘Meer B...
Gemeentesecretarissen op avontuur. Ervaringen vanuit de VGS-leerkring ‘Meer B...KING
 
Vertrouwen inburgers
Vertrouwen inburgers Vertrouwen inburgers
Vertrouwen inburgers Twittercrisis
 
Vastgoedsamenwerking tussen gemeenten (2013)
Vastgoedsamenwerking tussen gemeenten (2013)Vastgoedsamenwerking tussen gemeenten (2013)
Vastgoedsamenwerking tussen gemeenten (2013)Wicher F. Schönau
 

Was ist angesagt? (20)

Sturen met sturende burgers
Sturen met sturende burgersSturen met sturende burgers
Sturen met sturende burgers
 
Rapport regel die burgerinitiatieven december 2013 kl
Rapport regel die burgerinitiatieven   december 2013 klRapport regel die burgerinitiatieven   december 2013 kl
Rapport regel die burgerinitiatieven december 2013 kl
 
Bestuurlijke vernieuwing in Nederland: relevantie en schaal heroverwogen’
Bestuurlijke vernieuwing in Nederland: relevantie en schaal heroverwogen’ Bestuurlijke vernieuwing in Nederland: relevantie en schaal heroverwogen’
Bestuurlijke vernieuwing in Nederland: relevantie en schaal heroverwogen’
 
Professionele gemeenschap - follow up 8 april 2010
Professionele gemeenschap - follow up 8 april 2010Professionele gemeenschap - follow up 8 april 2010
Professionele gemeenschap - follow up 8 april 2010
 
De uitdagingen van het lokaal cultuurbeleid in een veranderende samenleving
De uitdagingen van het lokaal cultuurbeleid in een veranderende samenlevingDe uitdagingen van het lokaal cultuurbeleid in een veranderende samenleving
De uitdagingen van het lokaal cultuurbeleid in een veranderende samenleving
 
Trefdag Pulse 2018 sessie: participeren als voedingsbodem
Trefdag Pulse 2018 sessie: participeren als voedingsbodemTrefdag Pulse 2018 sessie: participeren als voedingsbodem
Trefdag Pulse 2018 sessie: participeren als voedingsbodem
 
11 12-13 wie niet verbonden is, is gezien
11 12-13 wie niet verbonden is, is gezien11 12-13 wie niet verbonden is, is gezien
11 12-13 wie niet verbonden is, is gezien
 
Participatie anno 2013
Participatie anno 2013Participatie anno 2013
Participatie anno 2013
 
Folder meedoen met vervolgacties regel die burgerinitiatieven
Folder meedoen met vervolgacties   regel die burgerinitiatievenFolder meedoen met vervolgacties   regel die burgerinitiatieven
Folder meedoen met vervolgacties regel die burgerinitiatieven
 
Ruimte voor zelf organisatie 2013
Ruimte voor zelf organisatie 2013Ruimte voor zelf organisatie 2013
Ruimte voor zelf organisatie 2013
 
Inspelen op initiatieven uit de samenleving
Inspelen op initiatieven uit de samenlevingInspelen op initiatieven uit de samenleving
Inspelen op initiatieven uit de samenleving
 
2014-06-12 Definitieve uitkomsten enquête Expertisepunt Open Overheid
2014-06-12 Definitieve uitkomsten enquête Expertisepunt Open Overheid2014-06-12 Definitieve uitkomsten enquête Expertisepunt Open Overheid
2014-06-12 Definitieve uitkomsten enquête Expertisepunt Open Overheid
 
Concept Werkplan Expertisepunt Open Overheid 2014 2015 v0.7 + bijlagen
Concept Werkplan Expertisepunt Open Overheid 2014 2015 v0.7 + bijlagenConcept Werkplan Expertisepunt Open Overheid 2014 2015 v0.7 + bijlagen
Concept Werkplan Expertisepunt Open Overheid 2014 2015 v0.7 + bijlagen
 
Presentatie teugels en tegenwichten
Presentatie teugels en tegenwichtenPresentatie teugels en tegenwichten
Presentatie teugels en tegenwichten
 
Publicatie Nabij is beter - Jos van der Lans en Pieter Hilhorst
Publicatie Nabij is beter - Jos van der Lans en Pieter HilhorstPublicatie Nabij is beter - Jos van der Lans en Pieter Hilhorst
Publicatie Nabij is beter - Jos van der Lans en Pieter Hilhorst
 
Oonderzoek naar burgerparticipatie in gemeente Haren
Oonderzoek naar burgerparticipatie in gemeente HarenOonderzoek naar burgerparticipatie in gemeente Haren
Oonderzoek naar burgerparticipatie in gemeente Haren
 
Zie de-heelheid
Zie de-heelheidZie de-heelheid
Zie de-heelheid
 
Gemeentesecretarissen op avontuur. Ervaringen vanuit de VGS-leerkring ‘Meer B...
Gemeentesecretarissen op avontuur. Ervaringen vanuit de VGS-leerkring ‘Meer B...Gemeentesecretarissen op avontuur. Ervaringen vanuit de VGS-leerkring ‘Meer B...
Gemeentesecretarissen op avontuur. Ervaringen vanuit de VGS-leerkring ‘Meer B...
 
Vertrouwen inburgers
Vertrouwen inburgers Vertrouwen inburgers
Vertrouwen inburgers
 
Vastgoedsamenwerking tussen gemeenten (2013)
Vastgoedsamenwerking tussen gemeenten (2013)Vastgoedsamenwerking tussen gemeenten (2013)
Vastgoedsamenwerking tussen gemeenten (2013)
 

Ähnlich wie Wanneer werkt participatie? Een ontwikkelmodel voor inspraak en interactie

Traditioneel beleid doorbreken - Gemeente HLMR - Cris Zomerdijk - okt 2013
Traditioneel beleid doorbreken - Gemeente HLMR - Cris Zomerdijk - okt 2013Traditioneel beleid doorbreken - Gemeente HLMR - Cris Zomerdijk - okt 2013
Traditioneel beleid doorbreken - Gemeente HLMR - Cris Zomerdijk - okt 2013CrisZomerdijk
 
Interview over opgaven gestuurd werken burgmeestersblad - december 2014
Interview over opgaven gestuurd werken   burgmeestersblad - december 2014Interview over opgaven gestuurd werken   burgmeestersblad - december 2014
Interview over opgaven gestuurd werken burgmeestersblad - december 2014Partners+Pröpper
 
Interactieve beleidsvorming bestuurskunde
Interactieve beleidsvorming bestuurskundeInteractieve beleidsvorming bestuurskunde
Interactieve beleidsvorming bestuurskundetesspoppe
 
Cocreatie bij de overheid: experimenteer met beleid
Cocreatie bij de overheid: experimenteer met beleidCocreatie bij de overheid: experimenteer met beleid
Cocreatie bij de overheid: experimenteer met beleidTwittercrisis
 
Vernieuwing van verantwoording
Vernieuwing van verantwoordingVernieuwing van verantwoording
Vernieuwing van verantwoordingHein Albeda
 
Rkc huizen onderzoek burgerparticipatie - samen bouwen aan huizen - 6 juni ...
Rkc huizen   onderzoek burgerparticipatie - samen bouwen aan huizen - 6 juni ...Rkc huizen   onderzoek burgerparticipatie - samen bouwen aan huizen - 6 juni ...
Rkc huizen onderzoek burgerparticipatie - samen bouwen aan huizen - 6 juni ...Bart Litjens
 
eParticipatie - workshop 3 (ronde 1): Vertrouwen op democratie (14 oktober)
eParticipatie - workshop 3 (ronde 1): Vertrouwen op democratie (14 oktober) eParticipatie - workshop 3 (ronde 1): Vertrouwen op democratie (14 oktober)
eParticipatie - workshop 3 (ronde 1): Vertrouwen op democratie (14 oktober) Burgerlink
 
Ruimte voor zelf organisatie 2013
Ruimte voor zelf organisatie 2013Ruimte voor zelf organisatie 2013
Ruimte voor zelf organisatie 2013oatao
 
Open Innovatie Festival 2010 Amersfoort
Open Innovatie Festival 2010 AmersfoortOpen Innovatie Festival 2010 Amersfoort
Open Innovatie Festival 2010 AmersfoortOtto Thors
 
5 Verlangen en meedoen, publicatie-1
5 Verlangen en meedoen, publicatie-15 Verlangen en meedoen, publicatie-1
5 Verlangen en meedoen, publicatie-1Guus van Bork
 
Presentatie raak schalkhaar
Presentatie raak schalkhaarPresentatie raak schalkhaar
Presentatie raak schalkhaarOvercom
 
Presentatie raak schalkhaar
Presentatie raak schalkhaarPresentatie raak schalkhaar
Presentatie raak schalkhaarOvercom
 
Burgerparticipatie raad hilversum
Burgerparticipatie raad hilversumBurgerparticipatie raad hilversum
Burgerparticipatie raad hilversumHein Albeda
 
De valse romantiek van cocreatie - Het openbaar Ministerie en de burger
De valse romantiek van cocreatie - Het openbaar Ministerie en de burgerDe valse romantiek van cocreatie - Het openbaar Ministerie en de burger
De valse romantiek van cocreatie - Het openbaar Ministerie en de burgerTwittercrisis
 

Ähnlich wie Wanneer werkt participatie? Een ontwikkelmodel voor inspraak en interactie (20)

ppt sessie 29- beleidsparticipatie waar is dat goed voor?
ppt sessie 29- beleidsparticipatie waar is dat goed voor?ppt sessie 29- beleidsparticipatie waar is dat goed voor?
ppt sessie 29- beleidsparticipatie waar is dat goed voor?
 
Traditioneel beleid doorbreken - Gemeente HLMR - Cris Zomerdijk - okt 2013
Traditioneel beleid doorbreken - Gemeente HLMR - Cris Zomerdijk - okt 2013Traditioneel beleid doorbreken - Gemeente HLMR - Cris Zomerdijk - okt 2013
Traditioneel beleid doorbreken - Gemeente HLMR - Cris Zomerdijk - okt 2013
 
Interview over opgaven gestuurd werken burgmeestersblad - december 2014
Interview over opgaven gestuurd werken   burgmeestersblad - december 2014Interview over opgaven gestuurd werken   burgmeestersblad - december 2014
Interview over opgaven gestuurd werken burgmeestersblad - december 2014
 
Burgerparticipatie
BurgerparticipatieBurgerparticipatie
Burgerparticipatie
 
gemd_werkconferentie_v2
gemd_werkconferentie_v2gemd_werkconferentie_v2
gemd_werkconferentie_v2
 
Burgerinitiatieven in Nederland (Paul Dekker)
Burgerinitiatieven in Nederland (Paul Dekker)Burgerinitiatieven in Nederland (Paul Dekker)
Burgerinitiatieven in Nederland (Paul Dekker)
 
Interactieve beleidsvorming bestuurskunde
Interactieve beleidsvorming bestuurskundeInteractieve beleidsvorming bestuurskunde
Interactieve beleidsvorming bestuurskunde
 
Cocreatie bij de overheid: experimenteer met beleid
Cocreatie bij de overheid: experimenteer met beleidCocreatie bij de overheid: experimenteer met beleid
Cocreatie bij de overheid: experimenteer met beleid
 
Vernieuwing van verantwoording
Vernieuwing van verantwoordingVernieuwing van verantwoording
Vernieuwing van verantwoording
 
Rkc huizen onderzoek burgerparticipatie - samen bouwen aan huizen - 6 juni ...
Rkc huizen   onderzoek burgerparticipatie - samen bouwen aan huizen - 6 juni ...Rkc huizen   onderzoek burgerparticipatie - samen bouwen aan huizen - 6 juni ...
Rkc huizen onderzoek burgerparticipatie - samen bouwen aan huizen - 6 juni ...
 
Politiserendwerken.pdf
Politiserendwerken.pdfPolitiserendwerken.pdf
Politiserendwerken.pdf
 
eParticipatie - workshop 3 (ronde 1): Vertrouwen op democratie (14 oktober)
eParticipatie - workshop 3 (ronde 1): Vertrouwen op democratie (14 oktober) eParticipatie - workshop 3 (ronde 1): Vertrouwen op democratie (14 oktober)
eParticipatie - workshop 3 (ronde 1): Vertrouwen op democratie (14 oktober)
 
Ruimte voor zelf organisatie 2013
Ruimte voor zelf organisatie 2013Ruimte voor zelf organisatie 2013
Ruimte voor zelf organisatie 2013
 
Open Innovatie Festival 2010 Amersfoort
Open Innovatie Festival 2010 AmersfoortOpen Innovatie Festival 2010 Amersfoort
Open Innovatie Festival 2010 Amersfoort
 
5 Verlangen en meedoen, publicatie-1
5 Verlangen en meedoen, publicatie-15 Verlangen en meedoen, publicatie-1
5 Verlangen en meedoen, publicatie-1
 
Presentatie raak schalkhaar
Presentatie raak schalkhaarPresentatie raak schalkhaar
Presentatie raak schalkhaar
 
Presentatie raak schalkhaar
Presentatie raak schalkhaarPresentatie raak schalkhaar
Presentatie raak schalkhaar
 
Burgerparticipatie raad hilversum
Burgerparticipatie raad hilversumBurgerparticipatie raad hilversum
Burgerparticipatie raad hilversum
 
De valse romantiek van cocreatie - Het openbaar Ministerie en de burger
De valse romantiek van cocreatie - Het openbaar Ministerie en de burgerDe valse romantiek van cocreatie - Het openbaar Ministerie en de burger
De valse romantiek van cocreatie - Het openbaar Ministerie en de burger
 
milieuraden
milieuradenmilieuraden
milieuraden
 

Mehr von Bart Litjens

Vormgeving en organisatie van de participatie over de toekomst van Europa - A...
Vormgeving en organisatie van de participatie over de toekomst van Europa - A...Vormgeving en organisatie van de participatie over de toekomst van Europa - A...
Vormgeving en organisatie van de participatie over de toekomst van Europa - A...Bart Litjens
 
Onderzoek subsidieverwerving - eindrapportage - 16 augustus 2021
Onderzoek subsidieverwerving - eindrapportage - 16 augustus 2021Onderzoek subsidieverwerving - eindrapportage - 16 augustus 2021
Onderzoek subsidieverwerving - eindrapportage - 16 augustus 2021Bart Litjens
 
Provincie Gelderland: Samenwerken aan bestuurskracht
Provincie Gelderland: Samenwerken aan bestuurskrachtProvincie Gelderland: Samenwerken aan bestuurskracht
Provincie Gelderland: Samenwerken aan bestuurskrachtBart Litjens
 
Voor de toekomst - Onderzoek Jeugdzorg - gemeenten Aalten, Oost Gelre en WInt...
Voor de toekomst - Onderzoek Jeugdzorg - gemeenten Aalten, Oost Gelre en WInt...Voor de toekomst - Onderzoek Jeugdzorg - gemeenten Aalten, Oost Gelre en WInt...
Voor de toekomst - Onderzoek Jeugdzorg - gemeenten Aalten, Oost Gelre en WInt...Bart Litjens
 
Delftse Rekenkamer - Regievoering door gemeente Delft
Delftse Rekenkamer - Regievoering door gemeente DelftDelftse Rekenkamer - Regievoering door gemeente Delft
Delftse Rekenkamer - Regievoering door gemeente DelftBart Litjens
 
Nuenen c.a. met open vizier de bestuurlijke toekomst tegemoet - 9 januari 2018
Nuenen c.a.   met open vizier de bestuurlijke toekomst tegemoet - 9 januari 2018Nuenen c.a.   met open vizier de bestuurlijke toekomst tegemoet - 9 januari 2018
Nuenen c.a. met open vizier de bestuurlijke toekomst tegemoet - 9 januari 2018Bart Litjens
 
Artikel: Opgaven gestuurd werken: startpunt voor de herijking van de bestuurl...
Artikel: Opgaven gestuurd werken: startpunt voor de herijking van de bestuurl...Artikel: Opgaven gestuurd werken: startpunt voor de herijking van de bestuurl...
Artikel: Opgaven gestuurd werken: startpunt voor de herijking van de bestuurl...Bart Litjens
 
Onderzoek naar ICT en informatievoorziening in gemeente winterswijk - 24 okto...
Onderzoek naar ICT en informatievoorziening in gemeente winterswijk - 24 okto...Onderzoek naar ICT en informatievoorziening in gemeente winterswijk - 24 okto...
Onderzoek naar ICT en informatievoorziening in gemeente winterswijk - 24 okto...Bart Litjens
 
Onderzoek sociaal domein - Gemeente Zederik - 28 augustus 2017
Onderzoek sociaal domein - Gemeente Zederik - 28 augustus 2017Onderzoek sociaal domein - Gemeente Zederik - 28 augustus 2017
Onderzoek sociaal domein - Gemeente Zederik - 28 augustus 2017Bart Litjens
 
Artikel tijdschrift Bestuurskunde: De structuur van beleidsnetwerken
Artikel tijdschrift Bestuurskunde: De structuur van beleidsnetwerkenArtikel tijdschrift Bestuurskunde: De structuur van beleidsnetwerken
Artikel tijdschrift Bestuurskunde: De structuur van beleidsnetwerkenBart Litjens
 
Lokale regie uit macht of onmacht onderzoek naar de optimalisering van de g...
Lokale regie uit macht of onmacht   onderzoek naar de optimalisering van de g...Lokale regie uit macht of onmacht   onderzoek naar de optimalisering van de g...
Lokale regie uit macht of onmacht onderzoek naar de optimalisering van de g...Bart Litjens
 
Artikel in City Journal: normen voor burgerparticipatie
Artikel in City Journal: normen voor burgerparticipatieArtikel in City Journal: normen voor burgerparticipatie
Artikel in City Journal: normen voor burgerparticipatieBart Litjens
 
Krijgsmacht als medehandhaver van openbare orde en veiligheid - Artikel
Krijgsmacht als medehandhaver van openbare orde en veiligheid - ArtikelKrijgsmacht als medehandhaver van openbare orde en veiligheid - Artikel
Krijgsmacht als medehandhaver van openbare orde en veiligheid - ArtikelBart Litjens
 
Eindrapport inzet-krijgsmacht-in-openbare-orde-handhaving -14 december 2009
Eindrapport inzet-krijgsmacht-in-openbare-orde-handhaving -14 december 2009Eindrapport inzet-krijgsmacht-in-openbare-orde-handhaving -14 december 2009
Eindrapport inzet-krijgsmacht-in-openbare-orde-handhaving -14 december 2009Bart Litjens
 
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningenEvaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningenBart Litjens
 
Naar een opgaven gestuurde organisatie - Artikel
Naar een opgaven gestuurde organisatie - Artikel Naar een opgaven gestuurde organisatie - Artikel
Naar een opgaven gestuurde organisatie - Artikel Bart Litjens
 
Raadsledenpamflet: de raad gezaghebben in beeld bij burgerparticipatie
Raadsledenpamflet: de raad gezaghebben in beeld bij burgerparticipatieRaadsledenpamflet: de raad gezaghebben in beeld bij burgerparticipatie
Raadsledenpamflet: de raad gezaghebben in beeld bij burgerparticipatieBart Litjens
 
Raadsonderzoek herindicatie huishoudelijke hulp - gemeente Oude IJsselstreek
Raadsonderzoek herindicatie huishoudelijke hulp - gemeente Oude IJsselstreekRaadsonderzoek herindicatie huishoudelijke hulp - gemeente Oude IJsselstreek
Raadsonderzoek herindicatie huishoudelijke hulp - gemeente Oude IJsselstreekBart Litjens
 
De risicoregelreflex-ontleed - Onderzoeksrapportage
De risicoregelreflex-ontleed - OnderzoeksrapportageDe risicoregelreflex-ontleed - Onderzoeksrapportage
De risicoregelreflex-ontleed - OnderzoeksrapportageBart Litjens
 
Onderzoek naar passend onderwijs
Onderzoek naar passend onderwijsOnderzoek naar passend onderwijs
Onderzoek naar passend onderwijsBart Litjens
 

Mehr von Bart Litjens (20)

Vormgeving en organisatie van de participatie over de toekomst van Europa - A...
Vormgeving en organisatie van de participatie over de toekomst van Europa - A...Vormgeving en organisatie van de participatie over de toekomst van Europa - A...
Vormgeving en organisatie van de participatie over de toekomst van Europa - A...
 
Onderzoek subsidieverwerving - eindrapportage - 16 augustus 2021
Onderzoek subsidieverwerving - eindrapportage - 16 augustus 2021Onderzoek subsidieverwerving - eindrapportage - 16 augustus 2021
Onderzoek subsidieverwerving - eindrapportage - 16 augustus 2021
 
Provincie Gelderland: Samenwerken aan bestuurskracht
Provincie Gelderland: Samenwerken aan bestuurskrachtProvincie Gelderland: Samenwerken aan bestuurskracht
Provincie Gelderland: Samenwerken aan bestuurskracht
 
Voor de toekomst - Onderzoek Jeugdzorg - gemeenten Aalten, Oost Gelre en WInt...
Voor de toekomst - Onderzoek Jeugdzorg - gemeenten Aalten, Oost Gelre en WInt...Voor de toekomst - Onderzoek Jeugdzorg - gemeenten Aalten, Oost Gelre en WInt...
Voor de toekomst - Onderzoek Jeugdzorg - gemeenten Aalten, Oost Gelre en WInt...
 
Delftse Rekenkamer - Regievoering door gemeente Delft
Delftse Rekenkamer - Regievoering door gemeente DelftDelftse Rekenkamer - Regievoering door gemeente Delft
Delftse Rekenkamer - Regievoering door gemeente Delft
 
Nuenen c.a. met open vizier de bestuurlijke toekomst tegemoet - 9 januari 2018
Nuenen c.a.   met open vizier de bestuurlijke toekomst tegemoet - 9 januari 2018Nuenen c.a.   met open vizier de bestuurlijke toekomst tegemoet - 9 januari 2018
Nuenen c.a. met open vizier de bestuurlijke toekomst tegemoet - 9 januari 2018
 
Artikel: Opgaven gestuurd werken: startpunt voor de herijking van de bestuurl...
Artikel: Opgaven gestuurd werken: startpunt voor de herijking van de bestuurl...Artikel: Opgaven gestuurd werken: startpunt voor de herijking van de bestuurl...
Artikel: Opgaven gestuurd werken: startpunt voor de herijking van de bestuurl...
 
Onderzoek naar ICT en informatievoorziening in gemeente winterswijk - 24 okto...
Onderzoek naar ICT en informatievoorziening in gemeente winterswijk - 24 okto...Onderzoek naar ICT en informatievoorziening in gemeente winterswijk - 24 okto...
Onderzoek naar ICT en informatievoorziening in gemeente winterswijk - 24 okto...
 
Onderzoek sociaal domein - Gemeente Zederik - 28 augustus 2017
Onderzoek sociaal domein - Gemeente Zederik - 28 augustus 2017Onderzoek sociaal domein - Gemeente Zederik - 28 augustus 2017
Onderzoek sociaal domein - Gemeente Zederik - 28 augustus 2017
 
Artikel tijdschrift Bestuurskunde: De structuur van beleidsnetwerken
Artikel tijdschrift Bestuurskunde: De structuur van beleidsnetwerkenArtikel tijdschrift Bestuurskunde: De structuur van beleidsnetwerken
Artikel tijdschrift Bestuurskunde: De structuur van beleidsnetwerken
 
Lokale regie uit macht of onmacht onderzoek naar de optimalisering van de g...
Lokale regie uit macht of onmacht   onderzoek naar de optimalisering van de g...Lokale regie uit macht of onmacht   onderzoek naar de optimalisering van de g...
Lokale regie uit macht of onmacht onderzoek naar de optimalisering van de g...
 
Artikel in City Journal: normen voor burgerparticipatie
Artikel in City Journal: normen voor burgerparticipatieArtikel in City Journal: normen voor burgerparticipatie
Artikel in City Journal: normen voor burgerparticipatie
 
Krijgsmacht als medehandhaver van openbare orde en veiligheid - Artikel
Krijgsmacht als medehandhaver van openbare orde en veiligheid - ArtikelKrijgsmacht als medehandhaver van openbare orde en veiligheid - Artikel
Krijgsmacht als medehandhaver van openbare orde en veiligheid - Artikel
 
Eindrapport inzet-krijgsmacht-in-openbare-orde-handhaving -14 december 2009
Eindrapport inzet-krijgsmacht-in-openbare-orde-handhaving -14 december 2009Eindrapport inzet-krijgsmacht-in-openbare-orde-handhaving -14 december 2009
Eindrapport inzet-krijgsmacht-in-openbare-orde-handhaving -14 december 2009
 
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningenEvaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen
Evaluatie van de wet gemeentelijke antidiscriminatievoorzieningen
 
Naar een opgaven gestuurde organisatie - Artikel
Naar een opgaven gestuurde organisatie - Artikel Naar een opgaven gestuurde organisatie - Artikel
Naar een opgaven gestuurde organisatie - Artikel
 
Raadsledenpamflet: de raad gezaghebben in beeld bij burgerparticipatie
Raadsledenpamflet: de raad gezaghebben in beeld bij burgerparticipatieRaadsledenpamflet: de raad gezaghebben in beeld bij burgerparticipatie
Raadsledenpamflet: de raad gezaghebben in beeld bij burgerparticipatie
 
Raadsonderzoek herindicatie huishoudelijke hulp - gemeente Oude IJsselstreek
Raadsonderzoek herindicatie huishoudelijke hulp - gemeente Oude IJsselstreekRaadsonderzoek herindicatie huishoudelijke hulp - gemeente Oude IJsselstreek
Raadsonderzoek herindicatie huishoudelijke hulp - gemeente Oude IJsselstreek
 
De risicoregelreflex-ontleed - Onderzoeksrapportage
De risicoregelreflex-ontleed - OnderzoeksrapportageDe risicoregelreflex-ontleed - Onderzoeksrapportage
De risicoregelreflex-ontleed - Onderzoeksrapportage
 
Onderzoek naar passend onderwijs
Onderzoek naar passend onderwijsOnderzoek naar passend onderwijs
Onderzoek naar passend onderwijs
 

Kürzlich hochgeladen

(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Samenwerken met Vrijwilligers
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Samenwerken met Vrijwilligers(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Samenwerken met Vrijwilligers
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Samenwerken met VrijwilligersVNG Realisatie
 
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Kindregeling II Voorbeelden gemeenten
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Kindregeling II Voorbeelden gemeenten(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Kindregeling II Voorbeelden gemeenten
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Kindregeling II Voorbeelden gemeentenVNG Realisatie
 
(Be)spreekuur - 15 april 2024 -vroegsignalering in de routekaart Financiële Z...
(Be)spreekuur - 15 april 2024 -vroegsignalering in de routekaart Financiële Z...(Be)spreekuur - 15 april 2024 -vroegsignalering in de routekaart Financiële Z...
(Be)spreekuur - 15 april 2024 -vroegsignalering in de routekaart Financiële Z...VNG Realisatie
 
(Be)spreekuur - 18 april 2024- Elementen van de basisdienstverlening
(Be)spreekuur - 18 april 2024- Elementen van de basisdienstverlening(Be)spreekuur - 18 april 2024- Elementen van de basisdienstverlening
(Be)spreekuur - 18 april 2024- Elementen van de basisdienstverleningVNG Realisatie
 
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - afdracht maandelijks of jaarlijks
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - afdracht maandelijks of jaarlijks(Be)spreekuur - 18 april 2024 - afdracht maandelijks of jaarlijks
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - afdracht maandelijks of jaarlijksVNG Realisatie
 
(Be)spreekuur 23 april 2024 - Ondernemers bereiken
(Be)spreekuur 23 april 2024 - Ondernemers bereiken(Be)spreekuur 23 april 2024 - Ondernemers bereiken
(Be)spreekuur 23 april 2024 - Ondernemers bereikenVNG Realisatie
 

Kürzlich hochgeladen (6)

(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Samenwerken met Vrijwilligers
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Samenwerken met Vrijwilligers(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Samenwerken met Vrijwilligers
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Samenwerken met Vrijwilligers
 
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Kindregeling II Voorbeelden gemeenten
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Kindregeling II Voorbeelden gemeenten(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Kindregeling II Voorbeelden gemeenten
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - Kindregeling II Voorbeelden gemeenten
 
(Be)spreekuur - 15 april 2024 -vroegsignalering in de routekaart Financiële Z...
(Be)spreekuur - 15 april 2024 -vroegsignalering in de routekaart Financiële Z...(Be)spreekuur - 15 april 2024 -vroegsignalering in de routekaart Financiële Z...
(Be)spreekuur - 15 april 2024 -vroegsignalering in de routekaart Financiële Z...
 
(Be)spreekuur - 18 april 2024- Elementen van de basisdienstverlening
(Be)spreekuur - 18 april 2024- Elementen van de basisdienstverlening(Be)spreekuur - 18 april 2024- Elementen van de basisdienstverlening
(Be)spreekuur - 18 april 2024- Elementen van de basisdienstverlening
 
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - afdracht maandelijks of jaarlijks
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - afdracht maandelijks of jaarlijks(Be)spreekuur - 18 april 2024 - afdracht maandelijks of jaarlijks
(Be)spreekuur - 18 april 2024 - afdracht maandelijks of jaarlijks
 
(Be)spreekuur 23 april 2024 - Ondernemers bereiken
(Be)spreekuur 23 april 2024 - Ondernemers bereiken(Be)spreekuur 23 april 2024 - Ondernemers bereiken
(Be)spreekuur 23 april 2024 - Ondernemers bereiken
 

Wanneer werkt participatie? Een ontwikkelmodel voor inspraak en interactie

  • 1. Wanneer werkt participatie? Een ontwikkelingsmodel voor inspraak en interactie
  • 2. Colofon ISBN NUR Uitgave NICIS Stedelijk Innovatieprogramma Laan van Nieuw Oost Indië 300 Postbus 90750 2509 LT Den Haag Telefoon +31 (0)70 - 3440966 Fax: +31 (0)70 - 3440967 E-mail: info@nicis.nl Web: www.nicis.nl Grafisch Ontwerp L.P. Poorter, NICIS Drukwerk Veenman, Rotterdam © NICIS, 2006 Wanneer werkt participatie? Een ontwikkelingsmodel voor inspraak en interactie
  • 3. Inhoud 7 9 13 17 21 25 29 Inleiding Samenvatting 1 Wettelijke inspraak op orde Consultatie na afloop 2 Interactief werken op projectbasis Burgers in vroege fase betrokken 3 Een ingeburgerde huisstijl voor participatie Breed gedragen en feitelijke toegepaste werkwijze 4 Politieke keuzes als inzet van participatie Zichtbare politiek en de raad op de bok 5 Samenspel met andere partijen staat centraal Ruim baan voor inbreng en initiatief uit de samenleving
  • 4. Interactie met de samenleving scoort hoog bij gemeenten. Het bestuur wil inspraak, interactieve beleidsvorming, overleg, samenwerking en zelfs ‘de stad teruggeven aan de burger’. De burger moet kunnen bijdragen aan beslissingen die hem direct of indirect aangaan, vinden gemeenten. Toch blijft de praktijk van participatie weerbarstig. Gemeenten worstelen met de vraag hoe je de inbreng van burgers mee laat tellen bij beleid. ‘Draag- vlak voor beleid’ klinkt vaak goed als doelstelling. Maar het blijft nogal een eenzijdige wens; niet de bijdrage van de burger staat voorop, maar het beleid van de gemeente. De overheid kijkt toch vaak over de burgers heen in plaats van recht in hun ogen. Gemeenten willen participatie van de burger. Ze weten wel dat zichtbaar en open lokaal bestuur niet gemaakt wordt met af en toe een meedenkavond. Participatie werkt pas vanuit een duurzame rela- tie. Het gaat over wederzijds vertrouwen. Maar hoe creëer je dat? Hoe schep je ruimte voor initiatief en verantwoordelijkheden van burgers? Hoe betrek je burgers, bedrijven en instellingen constructief en steeds weer bij beleidskeuzes? En waarom geven inspraakprocedures zo weinig energie en leiden ze maar zelden tot nieuwe inzichten? Kortom, wanneer werkt participatie? Inleiding wanneer werkt participatie 17
  • 5. Burgers mogen meepraten “De burger moet meer bij het beleid betrokken worden. Dat betekent dat burgers actief mogen meepraten over hun leefomgeving. De alledaagse praktijk leert ons dat de burger niet alleen verwacht dat hij gehoord en beant- woord wordt, maar dat er ook knopen worden doorgehakt en dat hij weet waar hij aan toe is. Kortom, een goede visie is mooi, maar beter is als die visie ook werkelijkheid wordt - dus zeggen wat je doet en doen wat je zegt.” (uit: Kadernota verkoop Openbare Ruimte, gemeente Nijmegen, 2004) “We zijn er voor de burger, de burger is er niet voor ons,” zeggen bestuurders. Toch heeft parti- cipatie vaak een vrijblijvend en eenzijdig karakter; burgers mogen meepraten. Dat uitgangspunt werkt vervreemding tussen burger en bestuur in de hand. Feit is dat de invloed van burgers sterk achterblijft bij de hoge ambities van bestuurders en de hoge verwachtingen die gemeenten ook zelf wekken. Het Stedelijke Innovatieprogramma van NICIS, Maatschappelijk Topinstituut voor de Steden en het NWO heeft deze handreiking voor bestuurder en ambtenaren gemaakt. Opzet is om met een actiegerichte benadering de praktijk van participatie te ondersteunen. Deze handreiking is mede gebaseerd op een recent onderzoek in opdracht van het Stedelijke Innovatieprogramma naar de praktijk van participatie in twee grotere gemeenten. Participatie is het deelnemen door burgers, maatschappelijke organisaties en bedrijven aan beleidsprocessen. Het kan gaan om voorbereiding, bepaling, uitvoering en/of evaluatie van beleid. Voorwaarden voor zinvolle participatie Participatie gaat niet vanzelf en niet vanzelf goed. We beginnen met goede moed aan participatie, maar vaak eindigt het verhaal met een stank-voor-dankgevoel bij het bestuur en teleurstelling bij bewoners en instellingen. Goede moed is klaarblijkelijk niet voldoende. ‘Wanneer werkt participatie?’ behandelt een aantal cruciale randvoorwaarden en succesfactoren voor participatie die wel werkt. Heeft de gemeente werkelijk een open houding, is er echt beleids- ruimte voor burgers of zijn de uitkomsten eigenlijk al min of meer bekend? Staat het beleid van de wanneer werkt participatie 1982 wanneer werkt participatie Samenvatting
  • 6. Participatie werkt Ambitie 1 Wettelijke inspraak op orde Professioneel organiseren van verplichte consultatie achteraf: het beleid is al in concept gereed. Ambitie 2 Interactieve trajecten op projectbasis Burgers worden op projectbasis in een vroege fase van het beleid betrokken met veel ruimte voor inbreng en discussie. Ambitie 3 Een ingeburgerde huisstijl voor participatie De gemeente ontwikkelt en gebruikt een herkenbare manier van werken voor burgerparticipatie. Een professionele methode op papier die consequent in de praktijk wordt toegepast. Ambitie 4 Politieke keuzes als inzet van participatie De gemeenteraad zit op de bok van het interactieve proces en gaat het gesprek met burgers aan over politieke keuzevraagstukken. Ambitie 5 Het samenspel met andere partijen staat centraal Politiek, bestuur en ambtelijke organisatie zijn volledig ingesteld op samenwerking en op de resulta- ten daarvan. Iedereen is ervan doordrongen dat het gemeentebestuur één van de spelers is en eigen besluiten niet verder reiken dan de eigen inbreng in de samenwerking. In de verschillende ambities ontwikkelt de gemeente verschillende acties om telkens anders met burgers in contact te komen. gemeente voorop of vindt de gemeente het samenspel met en het beleid van anderen vooral be- langrijk? Blijven politieke keuzevraagstukken onder de mat, of staan ze centraal? Herkennen burgers het probleem en vinden ze het belangrijk? Is het helder dat niet iedereen zijn zin kan krijgen? Ondanks of dankzij de burger Het vertrouwen dat je mening er toe doet maar dat zij niet klakkeloos wordt overgenomen, ontstaat niet zomaar. Het vraagt een duurzame relatie tussen burgers en gemeentebestuur waarin zij op elkaar ingespeeld zijn om gezamenlijk bij te dragen aan beleidsopgaven. Bestuurlijke successen komen niet tot stand ondanks de burgers (met lof voor de behendige bestuurder die de hindermacht van burgers weet te omzeilen), maar dankzij de inbreng en inzet van burgers. Dit vraagt openheid en bereidheid invloed te delen. ‘Wat doet u zelf, en wat kunnen we doen om dit mogelijk te maken’ is dan het eerste waarmee een bestuurder richting burgers komt. Het vraagt ook om een reële kijk op de plaats van het gemeentebestuur in de lokale samenleving. Voor nogal wat beleidsopgaven is het gemeentebestuur afhankelijk van de samenwerking met burgers, instellingen en bedrijven. Overspannen of eenzijdige eisen zijn niet bevorderlijk voor een vruchtbare samenwerking. Vijf ambities voor burgerparticipatie Als leidraad voor een ontwikkelingsproces van burgerparticipatie formuleren we vijf ambities. Deze variëren van het nakomen van wettelijke verplichtingen tot een gemeente die initiatieven van burgers faciliteert. Gemeenten kunnen tegelijkertijd inzetten op meer dan één ambitie. wanneer werkt participatie 1110 wanneer werkt participatie
  • 7. De gemeente heeft alle administratieve procedures rond de wettelijke inspraak op orde. Bij wet- telijke inspraak ligt het accent op het einde van de beleidscyclus. De gemeente raadpleegt burgers achteraf, op een moment dat het beleid in concept klaar is. Veel gemeenten hebben al grote stappen gezet om hun wettelijke inspraak te professionaliseren. Met beperkte middelen en tegen relatief weinig inspanning is al veel winst te behalen. “We hebben de inspraakverordening en daarnaast een interne handleiding die alle – vanuit diverse wetten afgeleide – procedures rond inspraak/inspreken behandelt: wat dient wanneer plaats te vinden en welke termijn is daaraan verbonden? Voor insprekers in commissies is een lijstje met regels en tips beschikbaar.” (ambtenaar, gemeente Leiden) Kenmerken van adequate wettelijke inspraak • administratieve procedures en organisatie voor inspraak liggen vast, worden toegepast en hierop vindt kwaliteitscontrole plaats; • vindt plaats voordat het college en/of de gemeenteraad een definitief besluit neemt over een plan of nieuw beleid; • het beleid is in grote mate uitgekristalliseerd; • speelt zich vooral af rond beleid voor ruimtelijke ordening en sociale voorzieningen; • is relatief ongericht op ‘ingezetenen en belanghebbenden’ en hun ‘mening of zienswijze’; • kan mondeling of schriftelijk bij de raad of het college. Wat bereik je met professionalisering van wettelijke inspraak? Wettelijke inspraak is een uitgelezen manier om plannen te toetsen op aanvaardbaarheid en onvol- komenheden. Ook nemen burgers kennis van de koers van het gemeentebestuur en de argumenta- tie daarbij. Dit bevordert het draagvlak van het beleid. Een ander effect is minder tegenwerking van burgers, minder hindermacht. Door het doel van wettelijke inspraak goed te communiceren: ‘we wil- len graag een laatste check op ons concept’ neemt het vertrouwen in dat beleid toe. Zo ontstaat er minder vertraging door bezwaar- en beroepsprocedures als de besluitvorming eenmaal is afgerond. Wettelijke inspraak op orde 1 Consultatie na afloop wanneer werkt participatie 1312 wanneer werkt participatie
  • 8. Een positieve inspraakcultuur Wettelijke inspraak is de laatste toets van beleidsvorming door burgers die het aangaat. Het bestuur moet capaciteit investeren en interesse tonen voor de inbreng van insprekers. Wettelijke inspraak faalt als het een ‘verplicht nummer’ wordt en als een ‘vervelende bijkomstigheid’ wordt ervaren. Het succes blijft uit en er ontstaat zelfs draagvlakvermindering in plaats van draagvlakvergroting. Tegenwerking en vertraging van procedures zijn dan mogelijke gevolgen. Voorbeeld Een wethouder wapent zich op weg naar de inspraakbijeenkomst met een lijst van mogelijke vra- gen en reacties uit het publiek en heeft voor iedere opmerking alvast een tegenargument paraat. Inspraak roept in de gemeente vaak defensieve reacties op. “Als je weinig inspraakreacties krijgt, is het een goed plan.” En: “Een conceptverordening met veel inspraakreacties leidt tot de conclusie dat je je werk niet goed hebt gedaan!” Daarom is het belangrijk om naast een goede verordening (op papier) de inspraakprocedures voldoende in te bedden in de cultuur van de ambtelijke organisatie. Zicht houden op relevante belangen Tegenover ieder belang staat een ander belang, ook al melden niet alle belanghebbenden zich voor inspraak. De gemeente weegt belangen af die dan ook zoveel mogelijk in beeld moeten komen. Als dit niet gebeurt bestaat het risico van willekeur. De gemeente zet met wettelijke inspraak de ‘deur open’, maar het is uiteindelijk maar afwachten wie zich melden. Inspraak in de laatste fase van het beleidsproces mobiliseert vooral de tegenstanders van het voorgenomen beleid. Mensen die de weg naar het gemeentehuis toch al goed weten te vinden, zogenaamde beroepsinsprekers of wijkbaron- nen. Het gevaar bestaat dat andere belangen met minder assertieve vertegenwoordigers daardoor ondersneeuwen. Wettelijke inspraak ontslaat het gemeentebestuur er dan ook niet van anderzins zicht te ontwikkelen op de belangen in de samenleving en deze bij het conceptbesluit af te wegen. De wettelijke inspraak kan zich dan richten op nieuwe informatie en feitelijke omstandigheden die de belangenafweging mogelijk in een ander licht plaatsen. Voorbeeld In het kader van het verkeersbeleid Duurzaam Veilig is het college van een gemeente voorne- mens 60 km/uur-zones in het buitengebied in te stellen. De gemeente wil tevens snelheidsrem- mende maatregelen via enkele wegversmallingen treffen. Het concept-verkeersbesluit staat open voor wettelijke inspraak. De regionale Land en Tuinbouw Organisatie (LTO) laat schriftelijk weten dat wegversmallingen in het buitengebied op problemen stuit bij agrariërs. Zij gebruiken de wegen met groot rijdend materieel en voorzien problemen bij de toegankelijkheid van wegen. Op basis van deze inspraakreactie past het college haar plan aan en besluit verkeersdrempels in plaats van versmallingen aan te brengen. Wat maakt wettelijke inspraak tot een succes en wat niet? Een goede inspraakverordening Op welke manier, wanneer en over welk onderwerp burgers inspreken, moet volkomen duidelijk zijn. De eerste stap is dus een adequate inspraakverordening. De VNG hanteert hiervoor een model dat inmiddels door veel gemeenten is overgenomen. Het kan naar keuze worden uitgebreid met algemene spelregels en omgangsvormen voor zowel betrokken medewerkers als de insprekers zelf. Denk daarbij aan informatie aan burgers, het bekendmakings- en uitnodigingenbeleid, hanteren van spreektijden en professioneel gastheerschap door de commissievoorzitter. Cruciaal voor het bewijs van een serieuze behandeling van de inbreng, is het vastleggen hoe de gemeente inspraakreacties verwerkt en hierover rapporteert. Waarom de inbreng wel of juist niet wordt gehonoreerd kan dan aan bod komen. De ge- meente wil tenslotte op andere momenten - soms zelfs tegelijkertijd – weer een beroep kunnen doen op partijen. wanneer werkt participatie 1514 wanneer werkt participatie
  • 9. De gemeente betrekt burgers, bedrijven en instellingen op projectbasis in een vroege fase van het beleid. Bij deze ambitie is veel ruimte voor discussie en inbreng op inhoud. Aan burgers wordt niet pas aan het einde van de beleidscyclus om een mening gevraagd over een door de gemeente voor- gesteld alternatief. Burgers dragen in een vroege fase al bij met alternatieve oplossingsrichtingen of ze stellen zelfs de probleemdefinitie ter discussie. Andere betrokkenheid is ook mogelijk. Burgers kunnen bijvoorbeeld op projectbasis (mee)beslissen, of de gemeenten faciliteert het beleid van burgers. De uitkomst van dit interactieve proces heeft zichtbare gevolgen voor de beleidsinhoud, ook wanneer de gemeente het eindbesluit neemt. Voorbeeld Het college van de gemeente Leiden zoekt in 2005 naar geschikte locaties voor (her)huisvesting van vijf voorzieningen voor dak- en thuislozen. Het plan sneuvelt in een eerste ronde vanwege massaal verzet en een groot aantal negatieve inspraakreacties. De raad geeft opdracht tot een geheel nieuw locatieonderzoek: alles ligt weer open. In de tweede ronde worden groepsgesprek- ken gehouden met sleutelpersonen uit de wijken. Zonder het beleid te omhelzen geeft een groep bewoners aan mee te willen denken over een oplossing om de doelgroep van de straat te krijgen. De bewoners benadrukken wel het belang van een goed omgevingsbeheer. Het college regelt dit via een convenant. De raadsfracties prijzen tijdens de raadsbehandeling de omwonenden om hun bereidheid tot meedenken en hun verantwoordelijkheidsgevoel voor de buurt. Kenmerken van interactie op projectbasis • burgers, bedrijven en instellingen zijn op een vroeg moment betrokken bij beleid; • projecten staan minimaal in het teken van participatie in plaats van consultatie aan het eind; • inhoudelijke openheid en beleidsruimte ook wanneer de gemeente de eindbeslissing neemt; • beleid van de gemeente staat niet noodzakelijk centraal, er is bijvoorbeeld sprake van gelijkwaar- dige samenwerking met andere partijen of burgers kunnen (mee)beslissen; • interactie kan op meerdere momenten in het beleidsproces en vanuit meerdere bestuursstijlen: meedenken, (mee)beslissen of misschien zelfs (mee)uitvoeren. Voorkomen van een ‘vooruitgeschoven bezwaarschriftenprocedure’ Het gemeentebestuur moet voorkomen dat wettelijke inspraak inzet wordt van een vooruitgescho- ven bezwaarschriftenprocedure door ontevreden belanghebbenden. Informele (niet-verplichte) participatie (ambitie 2) in aanvulling op wettelijke inspraak kan hieraan bijdragen. Pas inspraak ook toe wanneer het niet verplicht is. “Burgers hebben vaak hoge verwachtingen van het inspreken. Ze hebben dan bij het college geen gelijk gekregen en proberen het bij de raad alsnog terug te draaien...” Voorbeeld Sommige insprekers herhalen hun standpunt tijdens de inspraak van het college en het inspre- ken bij de raad. Zij zien de inspraakprocedure als een bezwaarschriftenprocedure, nog voor het beleid officieel is vastgesteld. Vermijd daarom juridisering van inspraak en breng een sterkere scheiding aan tussen inspraak vóór besluitvorming en de beroeps- en bezwaarprocedure ná de besluitvorming. Interactief werken op projectbasis 2 Burgers in vroege fase betrokken wanneer werkt participatie 1716 wanneer werkt participatie
  • 10. het plan staat al vast en op welk deel is het interactieve proces van toepassing? Dat zijn de vragen die bij inwoners leven en die zeker beantwoord moeten worden. “De gemeente is ook niet altijd even helder. Wanneer doet men er iets mee, en mag ik dan nog zienswijze indienen of juist niet en wat gebeurt daar dan weer mee? Welke stap volgt op wat?” (een raadslid) Onduidelijke spelregels blijken een belangrijke factor voor het mislukken van interactief werken. Bijvoorbeeld als het doel was het beleid inhoudelijk te verrijken en de gemeente stelt opeens de aan- vullende eis van representativiteit. Aandacht voor communicatie tijdens het proces De gemeente enthousiasmeert partijen door te vertellen waarom zij burgers wil betrekken. Niet: ‘wij willen met u in gesprek raken om draagvlak voor ons beleid te verkrijgen’, maar eerder: ‘het ge- meentebestuur wil graag uw ideeën en uw mening horen voor de herinrichting van het centrum, het wil deze informatie gebruiken bij het ontwikkelen van de plannen’. ‘Wij willen met u samenwerken!’, is geen geschikte boodschap als de bijeenkomst in werkelijkheid gericht is op het presenteren van een plan of het aanhoren van reacties hierop (consultatie). De kracht van de herhaling speelt hier een rol, zéker waar het gaat om de aanwezige beleidsruimte of de rol die partijen hebben. Investeer in creatieve, interactieve werkvormen. Organiseer eens bij- eenkomsten op locatie (zie bijvoorbeeld www.participatiewijzer.nl). De gemeente voorkomt te allen tijde de dooddoener: “wij hebben goed naar u geluisterd en nemen alles mee!”. Voldoende capaciteit en hulpmiddelen Voor het bereiken van goede resultaten zijn voldoende en adequate personele capaciteit en hulp- middelen beschikbaar. Organisatie van interactieve trajecten vraagt heel wat. De gemeente beschikt over professioneel projectmanagement en projectleiders. Het gemeentebestuur zet met burgerpar- ticipatie ‘oren en ogen’ op het stadhuis. Het roept veel op en maakt veel los. De gemeente is in staat de signalen op adequate wijze te verwerken. Wat bereikt een gemeente met interactief werken op projectbasis? Een gemeente die ruimte creëert voor vroegtijdige betrokkenheid investeert in de relatie met haar burgers. Burgers willen graag meepraten over een plan, juist als nog niet alles vastligt. Burger- participatie is dan geen ‘extraatje’ aan het einde van het traject maar een wezenlijk ingrediënt van herkenbaar en zichtbaar beleid. De gemeente roept bovendien niet alleen reacties op, maar kan, afhankelijk van de gekozen doelstelling, het beleid bijvoorbeeld verrijken met wat burgers inbren- gen. Andere doelen van interactieve beleidsvorming zijn: meer realiseren door ideeën, tijd en geld te bundelen (hoger ambitieniveau), imagoverbetering en versterken van wederzijds begrip. Wat zijn succes- en faalfactoren van interactief werken op projectbasis? Managen van verwachtingen Een van de meest cruciale aspecten van interactief werken is goed management van verwachtingen. Volstrekte helderheid is er over de rol van de gemeente en van burgers, over de invloed die burgers krijgen, het kader waaraan het gemeentebestuur de inbreng van burgers toetst en hoe zij deze weegt in de belangenafweging. Dat is bepalend voor succes of falen. “Met onze inbreng wordt iets gedaan. Tót een half jaar geleden en dat is juist zo jammer. Het vertrouwen is dan ineens weg. Als de plannen echt groot worden, worden wij buitengesloten en daar is de gemeente helemaal niet duidelijk over.” (aldus een deelnemer aan een participatieproces) De gemeente heeft de taak de rol van burgers helder te communiceren in overeenstemming met de ge- kozen bestuursstijl. En al lijkt het een open deur: de gemeente moet daadwerkelijk beleidsruimte willen of kunnen bieden. Als die er niet is, kan het gemeentebestuur beter klip en klaar een besluit meedelen. Duidelijke spelregels Door duidelijk te maken wat er met de inbreng van burgers gebeurt, voorkomt het gemeentebestuur de schijn van willekeur. Wat gaat er gebeuren met de ideeën die inwoners aanreiken? Welk deel van wanneer werkt participatie 1918 wanneer werkt participatie
  • 11. De gemeente ontwikkelt en gebruikt een herkenbare manier van werken voor burgerparticipatie. Een professionele methode op papier die consequent in de praktijk wordt toegepast. De methode voorziet in een aanpak en een afwegingskader waarmee helder is in welke situatie de burger op welke wijze wordt betrokken. De gemeente is vanuit een concernbrede methodiek scherp op het voldoen aan de essentiële randvoorwaarden voor burgerparticipatie. De aanpak voorziet in een wel- overwogen keuze uit een repertoire aan bestuursstijlen voor participatietrajecten. Een huisstijl voor burgerparticipatie is beslist méér dan een methodiek op papier: het is een levende praktijk en een breed gedragen en uitgedragen ambitie. “De gemeente heeft nu een scholingshuis waar mensen worden getraind op procesvaardigheden. Het proces mag geen persoonsafhankelijke afweging zijn, maar dient voor iedereen gelijk te zijn. [...] Medewerkers worden gese- lecteerd op hun houding aangaande de proceskant van burgerparticipatie.” (ambtenaar, gemeente Dordrecht) Kenmerken van een huisstijl voor participatie • huisstijl voor participatie is ingeburgerd in de cultuur en in de praktijk; • methodiek die continu wordt gevoed, bijgesteld en levend gehouden; • herkenbare aanpak voorziet in afwegingen voor participatietrajecten op maat; • inschatting van kernvoorwaarden voor participatie leidt in elke situatie vanuit een vaste werkwijze tot een afgewogen oordeel burgerparticipatie wel of niet toe te passen; • een fundamenteel open basishouding van waaruit de gemeente het gesprek aangaat met burgers, instellingen en bedrijven; • college en ambtelijke organisatie hebben het besef dat burgers ook vakbekwaam zijn en/of rele- vante ervaringskennis kunnen inbrengen; • een toename van het aantal burgers en bedrijven dat deelneemt. Wat bereikt een gemeente met een huisstijl participatie? Het gemeentebestuur biedt vanuit een breed ingeburgerde huisstijl maatwerk in participatietra- jecten. De inzet van burgerparticipatie is herkenbaar en iedereen begrijpt het hoe en het waarom. Burgers, bedrijven en instellingen weten waar zij aan toe zijn: de huisstijl voorziet tevens in adequate Een ingeburgerde huisstijl voor participatie 3 Breed gedragen en feitelijke toegepaste werkwijze wanneer werkt participatie 2120 wanneer werkt participatie
  • 12. • organiseren en stimuleren van intervisie tussen afdelingen en projectleiders; • antenne voor signalen uit de maatschappelijke omgeving naar de mate waarin en de wijze waarop de gemeente interactief werkt. “De dreiging van sleetsheid is heel groot, hoe houd je het levend? Ik weet niet zeker hoe creatief we zijn. De waarde van procesvoering staat hoog in het vaandel. Ik zeg niet dat we het goed doen. We zijn er theoretisch wel goed in, maar de praktijk is nog niet geavanceerd.” (een gemeentesecretaris) Breed gevoelde verantwoordelijkheid Alle betrokkenen voelen zich verantwoordelijk en dragen bij aan de communicatie. ‘Uitbesteden’ aan de medewerker Communicatie is er dus niet bij. Een nadrukkelijke voortrekkersrol/voorbeeldrol voor het college is essentieel voor een andere werkwijze. Dit vraagt versterking van de collegialiteit gericht op burgerparticipatie. De keuze voor interactief werken is daarbij niet afhankelijk van één of enkele portefeuillehouders, maar een breed gedragen en uitgedragen ambitie. Up-to-date relatiebeheer Naarmate een gemeente meer inspraakprocedures en interactieve trajecten opstart, worden onder- linge samenhang en coördinatie belangrijker. Een relatiebeheersysteem maakt het mogelijk vast te leggen en bij te houden wie met welke externe partijen contact heeft, vanuit welk vraagstuk en wan- neer hierover communicatie plaats vindt. “Ik maak mee dat mensen boos zijn over de onbetrouwbaarheid van de gemeente. Als mensen rond een ander on- derwerp geen antwoord krijgen werkt dat door op mijn dossier. Op elk dossier van een collega kunnen zich zaken voordoen waar ik last van heb. Of een bewoner stuurt een brief en die gaat vervolgens naar twintig afdelingen. We deconcentreren de vraag, maar vergeten antwoord te geven aan de bewoner. Of er komt een paaltje waar niemand om gevraagd heeft.” (een wethouder) communicatie over burgerparticipatie. Burgerparticipatie is daarnaast een richtpunt voor profes- sionalisering en tevens voor het personeelsbeleid. Training, opleiding en werving staan voor een belangrijk gedeelte in het teken van proces- en communicatieve vaardigheden. Voorbeeld De ‘Dordtse aanpak’ is een omvattend en pragmatisch afwegingskader voor participatieproces- sen. De aanpak besteedt zowel aandacht aan de politiek-bestuurlijke afbakening van het proces (zoals de inhoudelijke beleidskaders, de rolverdeling tussen raad en college) als aan het ontwerp van een adequaat projectplan via een startnotitie met de afwegingen voor en tegen interactief beleid en aandacht voor de communicatiestrategie. (Dordtse Aanpak, 8 maart 2004). Inburgering van een huisstijl vraagt heel wat: “De Dordtse Aanpak stimuleert om meer te doen aan burgerparticipatie. Ik heb het gevoel dat dit nog maar heel moeizaam van de grond komt en zie nog te vaak dat er traditionele inspraakbijeenkomsten worden georganiseerd.” (ambtenaar, gemeente Dordrecht) Wat zijn succes- en faalfactoren voor een huisstijl participatie? Verankering van burgerparticipatie Participatief werken draait uiteindelijk om de mensen die het doen. Een open houding leren mensen niet van papier. Dat vraagt om voldoende verankering en continue voeding van de huisstijl. Een en- thousiaste ‘kerngroep’ onder regie van (bijvoorbeeld) de burgemeester kan voorhoede en vraagbaak zijn voor inspraak en participatie. Taken van een kerngroep kunnen zijn: • begeleiden en adviseren van projectleiders, ook tijdens de uitvoering; • leveren van bijdragen aan training en deskundigheidsbevordering in participatief werken; • stimuleren en ondersteunen van evaluaties van participatieprocessen; • periodiek evalueren van het gebruik en de gebruikswaarde van de concernmethodiek op papier; • vormen van een intern geweten voor participatief werken; wanneer werkt participatie 2322 wanneer werkt participatie
  • 13. De gemeenteraad is gezaghebbend in beeld en gaat met burgers het gesprek aan over politieke keuzevraagstukken. Politieke keuzevraagstukken geven richting aan interactieve processen en ze vormen de afbakening. De raad versterkt zijn politieke primaat door zich rechtstreeks in de samenle- ving te oriënteren op de belangen pro en contra politieke keuzevraagstukken. Voorbeeld Waarop moet het gemeentebestuur inzetten als het gaat om de kwaliteit van de leefomgeving? Is dat: a | vooral aandacht voor hoogwaardig groen en minder aandacht voor straten en wegen; b | juist het omgekeerde? Waarop moet het gemeentebestuur inzetten als het gaat om accommodaties? a | een over de hele gemeente gespreid aanbod van accommodaties met een relatief lage kwaliteit? b | concentratie van accommodaties door samenvoeging, in het bijzonder culturele accommo- daties in het stadshart? Dit zijn twee van de zeven politieke keuzes waarmee de gemeenteraad van Amstelveen in 2004 partijen in de samenleving raadpleegde ten behoeve van een visie voor de heroverweging van het beleid. Kenmerken van belangenafweging als inzet participatie • politieke keuzevraagstukken geven richting aan burgerparticipatie; • de raad is nadrukkelijk en gezaghebbend in beeld en gaat met de samenleving het gesprek aan over de keuzevraagstukken; • de raad versterkt via burgerparticipatie zijn politieke primaat; • raad, college en ambtelijke organisatie versterken elkaar en treden als een eenheid naar buiten; • burgers, bedrijven en instellingen worden meegenomen in de belangenafweging en kunnen zich ook verplaatsen in andere belangen. Politieke keuzes als inzet van participatie 4 Zichtbare politiek en de raad op de bok wanneer werkt participatie 2524 wanneer werkt participatie
  • 14. Participatie suggereert vaak dat voor alle wensen plaats is. Terwijl de inzet juist is om tot een zorgvuldige en open belangenafweging te komen. Naast luisteren naar burgers, gaat het om het vermogen hen duidelijke keuzes voor te leggen, daarin een keuze te maken en hierover publieke- lijk verantwoording af te leggen. (Staats)burgers kunnen argumenten en belangen inbrengen en beïnvloeden via die weg van het collectieve besluitvormingsproces. Winnaars en verliezers zijn er bij keuzevraagstukken altijd, dus ook bij burgerparticipatie. Juist dan is het de vraag of de ‘verliezers’ zich kunnen vinden in het proces. Goede samenwerking raad en college Binnen het gemeentehuis werken raad, college en ambtelijke organisatie - ondanks hun verschillen- de rollen - samen om goede resultaten te boeken voor de samenleving. Het college en de ambtelijke organisatie brengen de raad tijdig in stelling rond de essentiële politieke vraagstukken. De raad verstrekt met zijn besluit een werkbaar politiek mandaat waarmee het college slagvaardig aan de slag kan. Raad en college voeren geen strijd en lopen elkaar tijdens interactief werken niet voor de voeten. Er bestaat overeenstemming over de onderlinge rol- en taakverdeling. “Rond integratiebeleid hadden we twee gescheiden trajecten. De raad was bezig met het integratiebeleid en opeens kwam het college met een kant-en-klaar verhaal. Daarna moet je als raad weer bijtrekken. We moeten als raad en college beter afspraken maken, dat is ook denkbaar in de huidige cultuur.” (een raadslid) Fracties werken op procesniveau samen Raadsleden en fracties zijn in staat en bereid samen te werken over de wijze waarop het interactieve project wordt ingericht en de rol die de raad en burgers daarbij spelen. Dit om ervoor te zorgen dat de raad voor burgers een herkenbaar en betekenisvol orgaan is. Samenwerking op procesniveau is niet gericht op inhoudelijke overeenstemming, integendeel, het is er juist op gericht dat de fracties zich uiteindelijk inhoudelijk beter kunnen profileren op de keuzevraagstukken. Er is met andere woorden sprake van ‘eenheid in verscheidenheid’. Burgers krijgen goed zicht op de politieke ver- schillen tussen partijen en de raad kan zijn politieke primaat via burgerparticipatie versterken. Wat bereikt de gemeente door politieke keuzes onderwerp van participatie te maken? De raad zit op de bok van het participatietraject. Raadsleden vervullen een spilfunctie tussen bur- gers en het gemeentebestuur. Zij geven actief invulling aan hun volksvertegenwoordigende rol en oriënteren zich op de belangen rond dilemma’s waarin zij keuzen willen maken. Burgers zijn betrok- ken bij de wezenlijke keuzevraagstukken waar de gemeente over gaat en de raad keuzes in wil doen. Tijdens het raadsdebat verantwoorden fracties nadrukkelijk hoe zij de inbreng van burgers wegen in hun eigen standpunt op het keuzevraagstuk. Een voor burgers begrijpelijk proces en navolgbaar besluit is het resultaat. Voorbeeld Bij de aanpak van een structuurvisie in de gemeente Den Helder is de raad zichtbaar aanwezig bij belangrijke keuzes voor de toekomst van Julianadorp (2005). Het gaat om wezenlijke keuze- vraagstukken in ‘gewone mensentaal’, zoals ‘afwikkelen van toeristisch verkeer over bestaande wegen versus een nieuwe randweg’. De inzet is helder. In een goed bezocht raadsdebat ne- men de fracties vervolgens openlijk stelling ten opzichte van elkaar en wordt voor elk politiek keuzevraagstuk duidelijk hoe de (meerderheid van de) raad hierover denkt. Het college en de ambtelijke organisatie kunnen nu het stokje overnemen om binnen de gemaakte keuzes verder invulling en uitvoering te geven aan de plannen. Wat zijn succes- en faalfactoren van participatie in politieke keuzevraagstukken? Politieke keuzevraagstukken staan centraal “Politici die zeggen dat ze het niet precies weten zijn schaars. ‘Ik aarzel tussen A en B’. Dat valt goed bij de mensen, maar hoor je weinig. Daarnaast geldt dat we qua houding teveel gericht zijn op zenden en te weinig op luisteren. Wie iedereen te vriend wil houden, krijgt iedereen tot vijand.” (burgemeester Bandell van gemeente Dordrecht) wanneer werkt participatie 2726 wanneer werkt participatie
  • 15. Samenwerking met andere partijen en de resultaten daarvan staat centraal. De gemeente is be- scheiden over haar eigen rol en haar aandeel in de aanpak van vraagstukken. Het gemeentebestuur en de ambtelijke organisatie zijn gericht op een zinvolle bijdrage in een samenwerkingsverband met anderen. Effectief en realistisch beleid komt in samenwerking en onderhandeling met andere partijen tot stand. Voorbeeld Gemeenten willen uitgaansgeweld en overlast op straat aanpakken. De doorzettingsmacht is echter zeer beperkt. De gemeente gaat bijvoorbeeld niet over het beleid van horecaondernemers en hun gasten. Toch hebben allen baat bij een veilig uitgaansklimaat. De gemeente bereikt vooral resultaten door het beleid van andere partijen te ondersteunen en te faciliteren. De aanpak van een verloederde wijk is niet bij vaststelling van een beleid door college of raad geregeld, maar heeft pas echte kans van slagen bij een actieve inzet van inwoners, ondernemers en maatschappelijke instellingen. Een economische impuls via de aanleg van een industriepark is alleen mogelijk wanneer de gemeente en private partijen hun krachten bundelen. Kenmerken • het gemeentebestuur faciliteert inzet van partijen uit de samenleving in plaats van deze te beperken; • gemeente besluit niet over het geheel maar over haar eigen aandeel in de samenwerking; • gemeente faciliteert en sluit aan op initiatieven en beleid van andere partijen; • het gemeentebestuur is maximaal responsief; • veel burgers, bedrijven en instellingen participeren. Wat bereikt de gemeente door samenspel met andere partijen centraal te stellen? De gemeente werkt samen, sluit aan bij en faciliteert de initiatieven van andere partijen. Daarbij bereikt de gemeente per saldo meer resultaten dan wanneer zij het zelf voor het zeggen houdt. Samenspel met andere partijen staat centraal 5 Ruim baan voor inbreng en initiatief uit de samenleving wanneer werkt participatie 2928 wanneer werkt participatie
  • 16. Voorbeeld Gemeente Groningen stelt ambitieuze eisen aan een herstructureringslocatie. De gemeente bepaalt onder meer het type woningen, stelt eisen op gebied van architectuur, parkeren en de inrichting van de openbare ruimte. Na circa tien jaar is het plan nog niet gerealiseerd. De eisen zijn te ambitieus voor marktpartijen. Toekomstige bewoners kiezen niet voor een duur appar- tement, als zij er niet of nauwelijks kunnen parkeren. Projectontwikkelaars zien geen brood in realisatie van de hoge politieke ambities en verwachtingen. (bron: Rekenkamercommissie gemeente Groningen, onderzoek naar het CIBOGA-terrein, 2006). Organiserend vermogen Oog voor het organiserend vermogen van de samenleving is een belangrijke succesvoorwaarde. Wat kunnen burgers, instellingen en bedrijven zelf, als zij hiervoor voldoende ruimte krijgen? Wat kunnen zij wellicht nog beter, als zij adequate ondersteuning van het gemeentebestuur krijgen? Als vaders in de buurt toezicht willen houden, kan het gemeentebestuur (samen met politie) helpen door assistentie te bieden wanneer zaken ‘uit de hand lopen’. De gemeente kent haar eigen rol en beperkingen bij de maatschappelijke vraagstukken. Sterker nog, zij heeft heeft er oog voor dat zij soms andere partijen frustreert en zelfs een hindermacht vormt. Voorbeeld Amsterdam doet met een nieuw Plan- en besluitvormingsproces voor ruimtelijke maatregelen (het ‘Milieu Plaberum’) een poging procedures te versnellen en de hindermacht van de samenleving in te dammen. Vroegtijdige betrokkenheid en initiatief voor externe partijen wordt volgens sommigen echter ook ‘weggeregeld’: “Zelfs ontwikkelaars zeggen inmiddels dat je de visievorming beter kunt beginnen met mensen uit de buurt. Denk vraaggericht. Zij vormen meestal toch de toekomstige bewoners, ook van wonin- gen in de duurdere segmenten. Voor kwaliteit wil men best betalen. Haal je die mensen er pas in fase 3 bij, dan is er in een plan niet veel flexibiliteit meer.” (vertegenwoordiger van het Amsterdams Steunpunt Wonen, in: NUL20, Tijdschrift voor Amsterdams Woonbeleid, november 2005). Wat zijn succes- en faalfactoren van samenspel met andere partijen? Voorkomen van hindermacht De gemeente stelt niet haar beleid centraal, maar levert haar aandeel in de samenwerking. Een bestuurscentrische aanpak van burgerparticipatie doet onrecht aan de initiatieven van burgers, bedrijven instellingen en belemmert het vrijwilligerswerk om zaken van de grond te krijgen. Deze succesfactor sluit aan bij de ambitie van het Ministerie van VROM: “Van hindermacht wordt VROM ontwikkelkracht” (bron: website VROM). wanneer werkt participatie 3130 wanneer werkt participatie
  • 17. NICIS • Laan van Nieuw Oost Indië 300 • 2593 CE Den Haag • Postbus 90750 • 2509 LT Den Haag Wanneer werkt Participatie Deze publicatie is in opdracht van het Stedelijk Innovatieprogramma opgesteld door Partners+Pröpper, bestuurskundig onderzoek en advies. Aanleiding voor de publicatie is het onderzoek: Wanneer Werkt Participatie? Een onderzoek bij de gemeenten Dordrecht en Leiden naar de effec- tiviteit van burgerparticipatie en inspraak, Partners+Pröpper (2006). In opdracht van het Stedelijk Innovatieprogramma. Dit onderzoek en deze publicatie zijn tevens elektronisch beschikbaar op: www.nicis.nl www.partnersenpropper.nl Wanneer werkt Participatie ? Een ontwikkelingsmodel voor inspraak en interactie � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � ISBN 90-77389-20-2 � � � � � � � � � � � � � � � � � � � � �