SlideShare ist ein Scribd-Unternehmen logo
1 von 72
Downloaden Sie, um offline zu lesen
Rapportage v01 – mei 2012

Ervaring van bijnierpatiënten met het Radboud Adrenal Centre
Inhoud

    Inleiding                                                  3-4
    Deel 1a: algemene gegevens volwassen patiënten             5-7
    Deel 1b: opnames van volwassen patiënten                   8 - 23
    Deel 1c: controles onder volwassenen patiënten             24 - 38
    Deel 2a: algemene gegevens kinderen                        39 - 41
    Deel 2b: controles op afdeling kinderendocrinologie        42 - 55
    Deel 2c: specifieke vragen afdeling kinderendocrinologie   56 - 60
    Deel 3: RAC / UMC St Radboud algemeen                      61 - 67
    Conclusies en aanbevelingen                                68 - 71




2
Inleiding (1)

        Algemeen
    Het Radboud Adrenal Centre (RAC) is een samenwerkingsverband tussen artsen en andere
    zorgverleners van verschillende afdelingen van het UMC St Radboud. Doel is om de behandeling
    van bijnierpatiënten onderling optimaal af te stemmen. Het RAC wil graag van haar patiënten
    weten hoe zij de ontvangen zorg hebben ervaren en heeft ADV Market Research (ADV) gevraagd
    om een online onderzoek te verzorgen. Deze rapportage vat de uitkomsten samen.

        Online vragenlijst
    ADV heeft in samenwerking met het RAC en Stichting Vrienden NVACP een vragenlijst opgesteld
    om de ervaringen van de patiënten te meten. De vragenlijst bevat deels dezelfde vagen als de
    CQ-index ziekenhuisopname. In de vragenlijst wordt onderscheid gemaakt tussen de ervaren
    zorg rondom een opname (operatie / ingreep / diagnostisch onderzoek) en rondom controles. Er
    zijn drie varianten opgesteld: volwassenen, adolescenten (12-18 jaar) en ouders (van zowel
    adolescenten als kinderen jonger dan 12 jaar).

        Opbouw rapportage
    Het eerste deel van de rapportage behandelt de ervaringen van volwassenen met opnames en
    controles, het tweede deel van de rapportage behandelt de ervaringen met de controles op de
    afdeling Kinderendocrinologie (niet over opnames, omdat hier slechts 3 vragenlijsten over zijn
    ingevuld). Het laatste deel is algemener van aard deel en daar wordt geen onderscheid gemaakt
    tussen volwassenen en de kinderafdeling (wel worden deze groepen vergeleken).

3
Inleiding (2)

         Benaderen respondenten en respons
    Alle patiënten die in de afgelopen 12 maanden het RAC hebben bezocht zijn half januari 2012 per
    brief benaderd voor deelname. De brief bevatte een link naar de online vragenlijst en een unieke
    inlogcode. Na twee weken volgde een herinnering / bedankje per brief. De vragenlijst kon tot en
    met half maart nog worden ingevuld.

    De respons ziet er als volgt uit:
     Groep                 Aangeschreven     Deelgenomen    Responsprecentage

     Volwassenen                423              222               52%
     Ouders (<12 jr.)            48               26               54%
     Ouders (12-18 jr.)          58               23               40%
     Adolescenten                58               21               36%




         Vergelijkingen in rapportage
    Aan de respondenten is gevraagd over welke afdeling zij de vragenlijst willen invullen en welke
    zorgverlener zij willen beoordelen (op specialisme / functie). Waar mogelijk worden de resultaten
    tussen afdelingen / zorgverleners vergeleken en worden verschillen statistisch getoetst. Dit kan
    echter alleen bij een voldoende groepsgrootte omdat de betrouwbaarheid van de resultaten
    anders in het geding komt (richtlijn: n=50).


4
Deel 1a: algemene gegevens volwassen patiënten




5
Algemene gegevens volwassenen

            Meer vrouwen dan mannen hebben de
            vragenlijst volledig ingevuld.

            De aandoeningen die het meest voorkomen zijn primaire of secundaire
            bijnierschors insufficiëntie (Addison) en het Syndroom van Cushing. AGS
            komt beduidend minder vaak voor (5%).

                                                                                   Welke aandoening heeft u?
                                                                                    n (alle volwassenen) = 222


                                            Primaire of secundaire
                Geslacht                                                                             33%
                                    bijnierschorsinsuf f iciëntie (Addison)
      n (alle volwassenen) = 222
                                                 Syndroom van Cushing                              29%
                           Man
                           41%
                                           Primair hyperaldosteronisme             12%
    Vrouw
     59%                            Feochromocytoom / paraganglioom                11%


                                                                  Anders        10%


                                                                     AGS      5%

                                                                           0%       10%      20%         30%     40%   50%
6
Ontstaan en diagnose van klachten
                                       Stellen diagnose en aanvang klachten      Bij de meeste patiënten die in
                                                                                 2011 het RAC hebben bezocht,
    Langer dan 25 jaar geleden
                                           17%                                   bestaan de klachten al langer
                                         13%
                                                                                 dan 5 jaar.
                                                      28%
           12 - 25 jaar geleden
                                             18%
                                                                                 In 64% van de gevallen was de
          5 tot 12 jaar geleden
                                              20%
                                                    26%                          diagnose van de klachten in
                                                                                 dezelfde periode als de aanvang
                                                22%
           2 tot 5 jaar geleden
                                                      29%                        van de klachten.
                                   5%
           1 tot 2 jaar geleden
                                          15%


       6 - 12 maanden geleden
                                    0%
                                   4%
                                                                                             Bijna alle volwassen patiënten
                                                                                             hadden in 2011 controle(s), 17%
                                   1%
        0 - 6 maanden geleden
                                  1%                                                         had (ook) een opname.
                                  0%      10%      20%      30%   40%   50%          Bent u in de afgelopen 12 maanden in het UMC Radboud ziekenh
                                                                                                   geweest in verband met uw aandoening?
                                                                                                          n (alle volwassenen) = 222
                                          Wanneer zijn uw klachten
                                          begonnen? (n=209)

                                          Hoe lang geleden werd de diagnose      Ja, voor controle                                 93%
                                          van deze aandoening gesteld?
                                          (n=222)
                                                                              Ja, voor een opname         17%



                                                                                             Nee      0%


7                                                                                                    0%         20%   40%   60%   80%    100%
Deel 1b: opnames van volwassen patiënten




8
Diagnostisch onderzoek komt meeste voor

                              Kunt u aangeven welke operatie / ingreep u heeft ondergaan?
                                             n (opname volwassenen) = 35


              Diagnostisch onderzoek met opname                    37%

                           Wegnemen van 1 bijnier            29%

                         Operatie van de hypof yse     11%

                    Wegnemen van beide bijnieren       6%

                        Bestraling van de hypof yse    3%

         Operatie van de uitwendige geslachtsdelen     0%

                          Geen van bovenstaande              26%

                                                      0%     20%         40%   60%   80%    100%



    Een kwart (26%) geeft aan geen van de genoemde ingrepen / onderzoeken te hebben
    ondergaan. Mogelijk zijn deze patiënten in verband met een andere aandoening
    opgenomen geweest of onbekend met de terminologie.
    De meeste patiënten zijn in verband met een diagnostisch onderzoek opgenomen
    geweest.


9
Keuze afdeling en zorgverlener

         Afdeling waarover men vragen wil beantwoorden              Zorgverlener over wie men vragen wil beantwoorden
     n (opname volwassenen en ingreep / afdeling bekend) = 25   n (opname volwassenen, ingreep en zorgverlener bekend) = 26


                           Overig                                                 Overig        Chirurg
                            20%                                                  23% (n=6)     23% (n=6)
                 Algemeen
                                         Endocriene                                     Specialist /
                   Interne
                                          Ziekten                                      behandelend
                Geneeskunde
                                            56%                                            arts
                     24%
                                                                                        54% (n=14)




      Bij de beoordeling van de afdelingen wordt rekening gehouden met de keuze van
      de patiënt voor een specifieke afdeling. De meeste patiënten willen de afdeling
      Endocriene ziekten beoordelen. Onder ‘overig’ valt onder andere de verpleging.


      Er zal onderscheid worden gemaakt tussen beoordelingen per afdeling en per
      zorgverlener. Het aantal patiënten dat de vragen hierover heeft beantwoord is
      echter te klein om betrouwbaar statistisch te kunnen vergelijken. Weergegeven
      verschillen in beoordeling zijn daarom indicatief en kunnen niet naar groepsniveau
      (‘de hele afdeling’ of ‘alle chirurgen’) worden gegeneraliseerd. We hebben toch het
      onderscheid aangebracht om het RAC meer specifiek van feedback te kunnen
      voorzien.

10
Bij 60% verandering in medicatiegebruik

     Heeft u voorafgaand aan de opname (operatie / ingreep /
        onderzoek) medicatie moeten gebruiken of moeten
            bijstellen (bijv. afbouwen, stress schema)?
     n (opname volwassenen en ingreep / afdeling bekend) = 25
                                                                Hoe beoordeelt u de begeleiding / uitleg die u hierbij heeft ontvangen?
                                 N.v.t.
                                                                                     n (ontving begeleiding) = 14
                                  4%
                                 (n=1)
                     Nee
                    36%                      Ja                    7%                    64%                          29%
                    (n=9)                   60%
                                           (n=15)
                                                                 0%           20%            40%       60%         80%          100%

                                                                      Zeer slecht   Slecht     Matig   Redelijk   Goed      Zeer goed




       Bij zes op de tien patiënten vond verandering in medicatiegebruik plaats; bijna
       iedereen kreeg hier uitleg over (14 van de 15).

       De uitleg wordt positief gewaardeerd door 93%, 1 persoon vond de uitleg redelijk.
       Niemand was uitgesproken negatief.




11
Ruim 8 op de 10 positief over zorg vooraf
       (afdeling)
                          Hoe beoordeelt u de zorg die u van de afdeling voorafgaand aan de opname
                                      heeft ontvangen (bijv. voorbereiding op operatie)?
                                   n (opname volwassenen en ingreep / afdeling bekend) = 25


                              Gemiddeld      4% 12%                   52%                         32%




                             Overig (n=5)        20%                  40%                20%          20%


      Algemeen Interne Geneeskunde (n=6)         17%                        67%                         17%


                Endocriene Ziekten (n=14)                    57%                               43%

                                            0%         20%            40%          60%          80%           100%

                                             Zeer slecht     Slecht    Matig      Redelijk     Goed     Zeer goed




     Gemiddeld beoordelen alle patiënten die zijn opgenomen de zorg vooraf als (zeer)
     goed (84%). Bij de afdeling Endocriene ziekten is dit zelfs 100%.




12
Bijna 9 op de 10 positief over zorg vooraf
       (zorgverlener)
                                  Hoe beoordeelt u de informatie die u voorafgaand aan de opname (operatie /
                                     ingreep / onderzoek) van de zorgverlener heeft gehad in zijn geheel?
                                         n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26


                          Gemiddeld (n=26)      4 8%              38%                             50%




                               Overig (n=6)         17%               33%                   33%           17%


        Specialist / behandelend arts (n=14)              36%                               64%


                               Chirurg (n=6)                    50%                               50%

                                               0%          20%              40%       60%           80%         100%

                                                Zeer slecht      Slecht      Matig   Redelijk     Goed    Zeer goed




     Over de geboden zorg voorafgaand aan de opname is iedereen tevreden.
     Slechts één persoon is ontevreden (17%) over een van de overige zorgverleners.




13
Bijna alle zorgverleners vertellen reden, inhoud
       opname en mogelijke bijwerkingen
                                        Informatievoorziening door zorgverlener (reden, inhoud en mogelijke
                                            bijwerkingen van opname). Vertelde u zorgverlener hierover?
                                             n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26


                          Gemiddeld (n=26)          12%                      88%




                               Overig (n=6)                 50%                          50%


        Specialist / behandelend arts (n=14)                             100%


                               Chirurg (n=6)                             100%

                                               0%         20%      40%          60%         80%        100%

                                                          Nee          Ja             Weet niet meer




     Bijna alle patiënten geven aan dat de zorgverlener vertelde waarom de opname
     nodig was, wat de opname / ingreep / het onderzoek inhield en of er mogelijke
     bijwerkingen / andere gevolgen waren.
     Omdat het antwoordpatroon gelijk is voor deze drie vragen, is er één figuur
     opgesteld.
14
Ruim 9 op de 10 positief over zorg na afloop van
       ingreep
                            Hoe beoordeelt u de informatie die u na afloop van de opname (operatie / ingreep
                                                     / onderzoek) heeft ontvangen?
                                n (opname volwassenen en ingreep / afdeling bekend, zorg ontvangen) = 24


                          Gemiddeld (n=24) 4%                      63%                               33%




                               Overig (n=5)        20%         20%                          60%


        Algemeen Interne Geneeskunde (n=6)                                    100%


                  Endocriene Ziekten (n=13)                     62%                                 38%

                                              0%         20%            40%           60%          80%         100%

                                               Zeer slecht     Slecht    Matig       Redelijk     Goed     Zeer goed




     Opnieuw zijn bijna alle patiënten positief over de ontvangen zorg, op de afdeling
     Algemene Interne Geneeskunde en Endocriene ziekten is zelfs 100% positief.
     Slechts één persoon is ontevreden (20%) vond de zorg na afloop zeer slecht.



15
‘Overige’ zorgverleners niet altijd beleefd

                                                          Was de zorgverlener beleefd tegen u?
                                                n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26



                          Gemiddeld (n=26) 4% 8%                                88%




                               Overig (n=6)         17%          33%                          50%


        Specialist / behandelend arts (n=14)                                 100%


                               Chirurg (n=6)                                 100%

                                               0%         20%          40%          60%         80%          100%

                                                      Nooit         Soms            Meestal           100%




     Alle respondenten vinden dat de eigen specialist / behandelend arts en de chirurg altijd
     beleefd zijn. Bij de overige zorgverleners is het beeld wisselend. Let wel: 17% is in dit
     geval slechts 1 persoon.



16
Verschillende ervaringen wat betreft het
       aandachtig luisteren, toch overwegend positief
                                                       Luisterde de zorgverlener aandachtig naar u?
                                                n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26


                          Gemiddeld (n=26)      8% 8% 4%                          81%




                               Overig (n=6)               33%         17%                     50%


        Specialist / behandelend arts (n=14)    7%                            93%


                               Chirurg (n=6)        17%                          83%

                                               0%            20%     40%          60%           80%            100%

                                                          Nooit     Soms            Meestal           Altijd




     Acht op de tien respondenten vinden dat de zorgverlener altijd aandachtig luistert, bij
     de behandelend arts / specialist zijn dit er negen op de tien. Wat betreft overige
     zorgverleners zijn de meningen verdeeld.



17
Patiënten van ‘ overige’ zorgverleners verdeeld
       over het serieus nemen
                                                              Nam de zorgverlener u serieus?
                                                n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26


                          Gemiddeld (n=26)      8% 8%         12%                   73%




                               Overig (n=6)               33%         17%                    50%


        Specialist / behandelend arts (n=14)    7%    14%                         79%


                               Chirurg (n=6)        17%                          83%

                                               0%            20%     40%          60%          80%            100%

                                                          Nooit     Soms           Meestal           Altijd




     Ook wat betreft het serieus nemen van de patiënt zijn de meningen bij overige
     zorgverleners verdeeld. Twee van de zes respondenten geven aan dat de
     zorgverlener hun nooit serieus nam.



18
Ook wat betreft het genoeg tijd hebben voor de
       patiënt verschillende ervaringen
                                                         Had de zorgverlener genoeg tijd voor u?
                                                n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26


                          Gemiddeld (n=26)          15%           23%                   62%




                               Overig (n=6)                       50%                        50%


        Specialist / behandelend arts (n=14)    7%         21%                      71%


                               Chirurg (n=6)                      50%                        50%

                                               0%            20%        40%       60%          80%            100%

                                                          Nooit         Soms       Meestal           Altijd




     De chirurg en de behandelend arts hadden volgens de respondenten meestal of altijd
     genoeg tijd voor de patiënt, bij de overige zorgverleners vindt de helft dat er juist nooit
     genoeg tijd was.



19
Uitleg van chirurgen door alle respondenten als
       ‘altijd begrijpelijk’ beoordeeld
                                               Legde de zorgverlener dingen op een begrijpelijke manier uit?
                                                n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26


                          Gemiddeld (n=26)          12% 4% 12%                      73%




                               Overig (n=6)             33%           17%                     50%


        Specialist / behandelend arts (n=14)    7%       21%                        71%


                               Chirurg (n=6)                                100%

                                               0%          20%       40%           60%          80%            100%

                                                        Nooit       Soms            Meestal           Altijd




     De uitleg van de chirurg was volgens alle zes respondenten altijd duidelijk, ook de
     uitleg van de specialist was meestal of altijd duidelijk. Wat betreft de overige
     zorgverleners is er opnieuw verdeeldheid.



20
Informatie door verschillende zorgverleners
       komt bijna altijd overeen
                                     Gaf de zorgverlener u informatie die tegenstrijdig was met
                                         informatie die u van andere zorgverleners kreeg?
                          n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend, indien van toepassing) = 19

                        Gemiddeld (n=19)       5% 5%                        89%




                              Overig (n=4)           25%                          75%


        Specialist / behandelend arts (n=9)    11%                          89%


                             Chirurg (n=6)                              100%

                                              0%           20%    40%          60%          80%           100%

                                                       Altijd    Meestal           Soms           Nooit




     Negen op de tien respondenten vinden dat de informatie die de zorgverlener gaf nooit
     tegenstrijdig was met de informatie van andere zorgverleners. Slechts één persoon
     vond dat een van de overige zorgverleners meestal tegenstrijdige informatie gaf.



21
Volgens driekwart worden afspraken altijd
       nagekomen
                                       Kwam de zorgverlener de afspraken na die hij/ zij met u had gemaakt?
                                           n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 22


                          Gemiddeld (n=22)      9% 5%        14%                  73%




                               Overig (n=5)          20%           20%                 60%


        Specialist / behandelend arts (n=13)        15%                         85%


                               Chirurg (n=4)          25%                25%                50%

                                               0%            20%          40%    60%          80%            100%

                                                          Nooit          Soms     Meestal           Altijd




     Enkele respondenten hebben de ervaring (met overige zorgverleners en één met de
     chirurg) dat afspraken niet worden nagekomen. Al algehele beeld laat echter zien dat
     driekwart van de respondenten vindt dat afspraken altijd worden nagekomen.



22
De chirurg en de behandelend arts worden met
       het hoogte cijfer beoordeeld
                                                          Welk cijfer geeft u de zorgverlener?
                                              n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26
                                                                                                                   Gemiddelde:

                         Gemiddeld (n=26)      11%   8%        23%                            58%                      8,2



                              Overig (n=6)             33%             17%            17%            33%               6,0

       Specialist / behandelend arts (n=14)    7% 7%         21%                            65%                        8,6

                              Chirurg (n=6)            33%                                  67%                        9,2
                                              0%        20%           40%             60%           80%        100%

                                               Onvoldoende (0-5)     Redelijk (6-7)     Goed (8)    Zeer goed (9-10)




     De wisselende ervaringen met de overige zorgverlener komen ook in het gemiddelde
     cijfer tot uitdrukking: dit is lager dan bij de andere zorgverleners.
     Uit nadere analyse blijkt dat de negatieve ervaringen met ‘overige zorgverleners’ in
     twee gevallen op de anesthesist betrekking hadden en een keer op het verplegend
     personeel.
     Niemand beoordeelt de chirurg met een onvoldoende (alleen cijfer 8 of hoger).
23
Deel 1c: controles onder volwassenen patiënten




24
Controle bloed- en speekselwaarde komt het
              meest voor. Aantal controles precies goed.
                                 Kunt u aangeven welke controle(s) u heeft ondergaan?
                                             n (controle volwassenen) = 188


     Controle van bloed- of speekselwaarden                                84%


         Lichamelijk onderzoek (bijv. wegen)                         68%

                     Controle van medicatie
                                                                     66%
                      (medicatiebewaking)
                                                                                               Wat vindt u van de hoeveelheid controles per jaar in het
            Evaluatie van eventuele klachten                   55%                                                  UMC St Radboud?
                                                                                                         n (controle volwassenen - type controle
                                                                                                                      bekend) = 185
                         Röntgenf oto / scan         20%
                                                                                                                        Te veel Veel
                                                                                                                    Te weinig
                                                                                                                          0%    1%
                    Geen van bovenstaande       2%                                                                     2%
                                                                                                                Weinig
                                                                                                                 10%
                                               0%     20%   40%      60%     80%        100%


                                                                                                                     Precies goed
                                                                                                                         87%




           Ruim acht op de tien respondenten hebben het afgelopen jaar controle van bloed- of
           speekselwaarden gehad. Een Röntgenfoto of scan komt slechts in 20% van de
           gevallen voor.
           Bijna negen op de tien respondenten vinden het aantal controles precies goed (87%),
           bijna niemand vindt het aantal controles veel.
25
Keuze afdeling en zorgverlener

                                                                             Zorgverlener over wie men vragen wil beantwoorden
          Afdeling waarover men vragen wil beantwoorden              n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188
     n (controle volwassenen - type controle en afdeling bekend) =
                                  181
                                                                                 Verpleegkundig       Verplegend
                                                                                    consulent          personeel
                                                                                       4%                 4%

                      Algemeen                                           Assistent
                                                                           4%
                        Interne
                     Geneeskunde
                          23%
                                      Endocriene                                                      Specialist /
                                       Ziekten                                                     behandelend arts
                                         77%                                                            88%




       Bij de beoordeling van de afdelingen wordt rekening gehouden met de keuze van
       de patiënt voor een specifieke afdeling. De meeste patiënten willen de afdeling
       Endocriene Ziekten en de behandelend arts / specialist beoordelen.


       Er zal onderscheid worden gemaakt tussen beoordelingen per afdeling en per
       zorgverlener. Het aantal patiënten dat de vragen over andere zorgverleners dan
       de specialist / behandelend arts heeft beantwoord is echter te klein om
       betrouwbaar statistisch te kunnen vergelijken. Het onderscheid wordt desondanks
       weergegeven om het RAC meer specifiek van feedback te kunnen voorzien.

26
Bij 62% moest de medicatie worden bijgesteld


     Heeft u uw medicatie naar aanleiding van de uitslagen van
         de controle(s) moeten bijstellen (bijv. afbouwen)?      Hoe beoordeelt u de begeleiding / uitleg die u hierbij heeft ontvangen?
        n (controle volwassenen - type controle bekend) = 185                         n (ontving begeleiding) = 85


                           N.v.t.
                           12%                                     2%                54%                           44%
                   Nee                    Ja
                   27%                   62%
                                                                  0%           20%            40%       60%         80%         100%

                                                                       Zeer slecht   Slecht     Matig   Redelijk   Goed    Zeer goed




        Bij ruim zes op de tien vond een verandering in medicatiegebruik plaats, driekwart
        geeft aan daarbij uitleg te hebben ontvangen (75%).

        De ontvangen uitleg wordt door bijna iedereen (98%) als (zeer) goed beoordeeld.



27
9 op de 10: informatie tijdens controle goed

                            Hoe beoordeelt u de informatie die u door de medewerker(s) van de afdeling
                                             tijdens de controle(s) kreeg in zijn geheel?
                                  n (controle volwassenen - type controle en afdeling bekend) = 181



                         Gemiddeld (n=181)     2 6%                  52%                         40%




             Algemeen Interne Geneeskunde
                                               7%                    54%                         39%
                         (n=41)

                 Endocriene Ziekten (n=140)    2 5%                 51%                          41%

                                              0%            20%            40%       60%         80%       100%

                                                   Zeer slecht    Slecht     Matig   Redelijk   Goed   Zeer goed




     Tussen de afdeling Endocriene Ziekten (EZ) en Algemene Interne Geneeskunde (AIG)
     zijn geen verschillen wat betreft de informatievoorziening tijdens de controle: de
     overgrote meerderheid beoordeelt de informatie als goed of zeer goed.




28
Noodzaak / reden controle niet altijd verteld

                              Vertelden de medewerkers van de afdeling waarom een controle nodig was?
                                     n (controle volwassenen - type controle en afdeling bekend) = 181




                      Gemiddeld (n=181)     8% 10%          22%                60%




           Algemeen Interne Geneeskunde
                                        5% 12%          15%                  68%
                       (n=41)


              Endocriene Ziekten (n=140)    9%   9%         24%                 58%


                                           0%         20%         40%    60%          80%       100%

                                                  Nooit           Soms   Meestal       Altijd




     Meer dan de helft van de respondenten geeft aan dat er altijd wordt verteld waarom
     een controle nodig is, het percentage ‘altijd’ is hoger voor de afdeling AIG (ten kosten
     van ‘meestal’).
     Bijna twee op de tien (18%) respondenten geven aan dat er slechts soms of nooit
     wordt verteld waarom een controle nodig is.
29
Inhoud van de controle bij 62% altijd verteld
                              Vertelden de medewerkers van de afdeling u wat de controle(s) inhield(en)?
                                     n (controle volwassenen - type controle en afdeling bekend) = 181




                      Gemiddeld (n=181)     7% 10%            21%                62%




           Algemeen Interne Geneeskunde
                                        5% 12%                22%                61%
                       (n=41)


              Endocriene Ziekten (n=140)    8%   9%           21%                62%


                                           0%         20%           40%    60%         80%        100%

                                                      Nooit         Soms   Meestal       Altijd




     De ruime meerderheid geeft aan dat er altijd wordt verteld wat de controle inhoudt, er
     zijn geen verschillen tussen de afdelingen gevonden.
     17% geeft aan dat de inhoud soms of nooit wordt toegelicht.



30
De zorgverlener is volgens 96% altijd beleefd

                                                                Was de zorgverlener beleefd tegen u?
                                                n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188


                          Gemiddeld (n=188) 1 3%                                 96%




                 Verplegend personeel (n=7)          14%            29%                       57%

                Verpleegkundig consulent (8)         13%     13%                        75%

                         Arts assistent (n=7)        14%                           86%

         Specialist / behandelend arts (n=166) 1%                                99%

                                                0%            20%         40%          60%          80%            100%

                                                           Nooit          Soms          Meestal           Altijd




     Gemiddeld genomen vindt 96% van de respondenten de zorgverlener altijd beleefd.
     Meer variatie in antwoorden zien we bij het verplegend personeel en de verplegend
     consulent: hier vindt niet iedereen de zorgverleners beleefd. NB: 14% klinkt meer dan
     het is: het gaat hier slechts om 1 persoon.

31
Overgrote meerderheid (86%) vindt dat
       zorgverlener altijd aandachtig luistert
                                                              Luisterde de zorgverlener aandachtig naar u?
                                                  n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188


                            Gemiddeld (n=188) 2% 13%                                 86%




                   Verplegend personeel (n=7)                29%                           71%

                 Verpleegkundig consulent (8)            25%                             75%

                           Arts assistent (n=7)              29%                           71%

          Specialist / behandelend arts (n=166)        12%                           87%

                                                  0%            20%       40%          60%          80%            100%

                                                             Nooit       Soms            Meestal          Altijd




     Gemiddeld genomen vindt 86% dat de zorgverlener altijd luisterde.
     Twee personen (25%) vinden dat de verpleegkundig consulent slechts ‘soms’
     aandachtig luisterde.



32
9 op de 10: zorgverlener neemt mij altijd serieus

                                                                 Nam de zorgverlener u serieus?
                                               n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188


                         Gemiddeld (n=188) 1% 9%                                  90%




                Verplegend personeel (n=7)                                     100%

              Verpleegkundig consulent (8)          13%     13%                         75%

                        Arts assistent (n=7)              29%                             71%

       Specialist / behandelend arts (n=166)        8%                           91%

                                               0%           20%          40%          60%        80%         100%

                                                Nooit             Soms          Meestal         Altijd




     Gemiddeld vindt bijna iedereen dat de zorgverlener hen serieus neemt (90%).
     Alle respondenten die het verplegend personeel beoordelen voelen zich altijd serieus
     genomen.
     Eén persoon voelde zich soms serieus genomen door de verplegend consulent, twee
     personen voelde zich soms serieus genomen door de specialist.
33
Zorgverlener had bij 8 op de 10 altijd genoeg tijd

                                                        Had de zorgverlener genoeg tijd voor u?
                                          n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188


                       Gemiddeld (n=188) 5% 13%                                 82%




               Verplegend personeel (n=7)          14%            29%                     57%

              Verpleegkundig consulent (8)           25%                           75%

                       Arts assistent (n=7)              29%                        71%

       Specialist / behandelend arts (n=166) 4% 13%                             84%

                                              0%            20%         40%      60%            80%            100%

                                                         Nooit          Soms       Meestal            Altijd




     Over het geheel genomen vindt 82% dat de zorgverlener genoeg tijd had voor de
     patiënt.
     Bij de verpleegkundig consulent vonden twee personen dat er slechts soms genoeg
     tijd werd genomen, bij de specialist waren dit 6 personen, en bij de verpleging één.

34
Uitleg van zorgverleners voor 83% altijd
       begrijpelijk
                                                 Legde de zorgverlener dingen op een begrijpelijke manier uit?
                                               n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188


                         Gemiddeld (n=188)      3    14%                           83%




                Verplegend personeel (n=7)          14%                           86%

              Verpleegkundig consulent (8)          13%     13%                       75%

                        Arts assistent (n=7)              29%                           71%

       Specialist / behandelend arts (n=166)    2    14%                           84%

                                               0%            20%       40%          60%          80%            100%

                                                          Nooit       Soms            Meestal          Altijd




     De uitleg van de zorgverleners wordt over het algemeen goed begrepen; 83% vindt de
     uitleg begrijpelijk / duidelijk.
     Geen enkele respondent heeft aangegeven dat de uitleg nooit duidelijk was.



35
8 op de 10: nooit tegenstrijdige informatie

                                              Gaf de zorgverlener u informatie die tegenstrijdig was met
                                                   informatie die u van andere zorgverleners kreeg?
                                          n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188

                       Gemiddeld (n=188) 4% 3 12%                                  81%




               Verplegend personeel (n=7)                                   100%

              Verpleegkundig consulent (8)         13%                         88%

                       Arts assistent (n=7)              29%                         71%

       Specialist / behandelend arts (n=166) 4%2% 13%                              81%

                                              0%    10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100%

                                                         Altijd   Meestal            Soms          Nooit




     Gemiddeld genomen vindt 81% dat de gegeveninformatie altijd overeen met
     informatie van andere zorgverleners, voor het verplegend personeel is dat zelfs 100%.
     Bijna een derde (twee personen) vindt dat de informatie die de arts assistent geeft
     soms niet overeenkomt met informatie van andere zorgverleners.

36
9 op de 10: afspraken worden altijd nagekomen

                                         Kwam de zorgverlener de afspraken na die hij/ zij met u had gemaakt?
                                          n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188


                          Gemiddeld (n=188) 1 11%                                     89%




                 Verplegend personeel (n=7)                                        100%

                Verpleegkundig consulent (8)          13%           25%                         63%

                          Arts assistent (n=7)                                     100%

        Specialist / behandelend arts (n=166)     11%                                 89%

                                                 0%    10%     20%    30%   40%    50%    60%   70%   80%   90% 100%

                                                            Nooit           Soms            Meestal         Altijd




     Behalve één wat negatievere ervaring (afspraken worden soms nagekomen –
     verplegend consulent) – worden afspraken meestal en bij het verplegend personeel
     en arts assistenten zelfs 100% altijd nagekomen.



37
Twee derde geeft zeer hoge beoordeling
       zorgverlener
                                                               Welk cijfer geeft u de zorgverlener?
                                              n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188
                                                                                                                         Gemiddelde:
                        Gemiddeld (n=188) 1 8%             21%                           70%                             9,0



               Verplegend personeel (n=7)                      43%                              48%                      8,9

             Verpleegkundig consulent (8)          13%         25%                           63%                         8,4

                       Arts assistent (n=7)              28%         14%                       57%                       8,3

      Specialist / behandelend arts (n=166)     9%         20%                           71%                             9,0
                                              0%           20%         40%             60%           80%         100%

                                               Onvoldoende (0-5)      Redelijk (6-7)    Goed (8)      Zeer goed (9-10)




     Er is één persoon die een onvoldoende heeft gegeven aan een zorgverlener
     (verpleegkundig consulent) – voor de rest zijn alle zorgverleners met een voldoende
     beoordeeld. Gemiddeld geeft maar liefst 70% een 9 of 10 aan de zorgverlener.



38
Deel 2a: algemene gegevens kinderen




39
Algemene gegevens kinderen
                        Geslacht                                                  Geslacht
              n (ouders over hun kind) = 49                                n (adolescenten) = 21

                                                                                                             De verdeling van
               Meisje
                45%
                                                                  Meisje
                                                                                               Jongen
                                                                                                             jongens en meisjes is
                                                                   48%
                                        Jongen
                                          55%
                                                                                                52%          redelijk gelijk, met name
                                                                                                             bij de adolescenten.



                                               Welke aandoening heeft uw kind / heb jij?
                                           n (ouders over hun kind) = 49, n (adolescenten) = 21


                                                                                                          De meeste kinderen hebben
                                                                                 71%
                                      AGS                                                                 AGS, gevolgd door Addison.
                                                                                       82%
                                                                                                          Cushing komt nauwelijks voor
             Primaire of secundaire                      24%                                              (bij 1 kind onder de 12 en 1
     bijnierschorsinsuf f iciëntie (Addison)    12%                                                       boven de 12, in beide gevallen
                                                                                                          oorzaak in hypofyse).
                                    Anders
                                                    4%                                                    AGS: tweederde lijdt aan de
                                                    5%                                                    zoutverliezende vorm.
                  Syndroom van Cushing
                                                2%

                                               0%         20%      40%         60%       80%       100%


40                                                       Adolescenten        Ouders over hun kind
Ontstaan en diagnose van klachten
                                           Stellen diagnose en aanvang klachten
                             (geen onderscheid ouders over kind en adolescenten i.v.m. lage n,
                             antwoordcategorie '12-18 jaar geleden' komt niet bij <12 jaar voor)


                                            12%
              12 - 18 jaar geleden
                                            11%

                                                                          46%
              5 tot 12 jaar geleden
                                                                        44%

                                                     23%
               2 tot 5 jaar geleden
                                                      25%

                                             13%                                         Wanneer zijn de klachten
               1 tot 2 jaar geleden                                                      begonnen? (n=61)
                                              14%
                                                                                         Hoe lang geleden werd de
                                       2%                                                diagnose van deze aandoening
           6 - 12 maanden geleden
                                       2%                                                gesteld? (n=64)

                                       5%
            0 - 6 maanden geleden
                                       5%

                                      0%      10%     20%      30%      40%       50%


     De meeste kinderen en adolescenten die de vragenlijst hebben ingevuld
     hebben langer dan twee jaar een gediagnosticeerde aandoening.

     In 83% van de gevallen was de diagnose van de klachten in dezelfde periode
     als de aanvang van de klachten.


41
Deel 2b: controles op afdeling kinderendocrinologie




42
Lichamelijk onderzoek en controle van waarden
       komen het meeste voor
                           Kunt u aangeven welke controle(s) uw kind heeft / jij hebt gehad?
                                   n (ouders over hun kind) = 48, n (adolescenten) = 20

                Lichamelijk onderzoek                                        100%
                     (bijv. wegen)                                         92%

                Controle van bloed- of                                      95%
                  speekselwaarden                                          92%

               Controle van medicatie                          65%
                (medicatiebewaking)                                        92%

                                                        50%
                   Röntgenf oto / scan
                                                              60%

               Evaluatie van eventuele                       60%
                      klachten                             56%
                                                                                         Adolescenten
              Geen van bovenstaande       0%                                             Ouders over hun kind

                                         0%    20%     40%      60%      80%      100%




     Alle adolescenten die de vragenlijst hebben ingevuld hebben lichamelijk onderzoek
     gehad, voor kinderen onder de twaalf is dit 92%.
     Röntgenfoto's of scans komen vaker voor dan onder de volwassenen die controle
     ondergaan.

43
9 op de 10 vinden aantal controles precies goed

           Wat vindt u van de hoeveelheid controles   Wat vind je van het aantal controles
               per jaar in het UMC St Radboud?         per jaar in het UMC St Radboud?
                  n (ouders over hun kind) = 48               n (adolescenten) = 20

                   Weinig   Te veel   Veel
                    2%        2%      4%

                                                                           Veel
                                                                           10%


                                                            Precies goed
                  Precies goed;                                 90%
                      92%




     De ouders van kinderen en adolescenten vinden bijna allemaal dat het aantal
     controles per jaar precies goed is.

     10% van de adolescenten (n=2!) vindt het aantal controles veel. Bij de ouders die het
     aantal controles niet precies goed vinden, zijn de meningen verdeeld over of het
     aantal te laag of te hoog is.


44
Bijna alle (ouders van) kinderen vinden
       informatie tijdens controle (zeer) goed
                          Hoe beoordeelt u / beoordeel je de informatie die u door de medewerker(s) van de
                             polikliniek kindergeneeskunde tijdens de controle(s) kreeg in zijn geheel?



                  Adolescenten (n=20)     5% 10%                         55%                           30%



           Ouders over hun kind (n=48)    2%4%                     54%                                38%


                                         0%      10%    20%    30%     40%       50%   60%    70%   80%     90% 100%

                                              Zeer slecht     Slecht     Matig     Redelijk    Goed       Zeer goed




     85% van de adolescenten en 92% van de ouders vinden de informatie van de
     polikliniek kindergeneeskunde tijdens de controles (zeer) goed.
     Eén adolescent en twee ouders beoordelen de informatievoorziening als
     matig / slecht.
     Uit de open reacties blijkt dat de heldere uitleg, de deskundigheid en het
     openstaan voor vragen gewaardeerd worden. Respondenten die de uitleg niet
     begrijpelijk vonden geven aan dat er soms moeilijke taal / vaktaal werd gebruikt.
     Twee respondenten vonden dat de uitleg de aandoening ‘erger’ liet leken dan dat
     deze werd ervaren en één respondent gaf aan dat hij/zij liever meer informatie had
     gehad.
45
Niet altijd uitgelegd waarom controle nodig was
                                             Vertelden de medewerkers van de polikliniek kindergeneeskunde
                                                            waarom een controle nodig was?



                Adolescenten (n=20)      10%            20%                30%                 40%



         Ouders over hun kind (n=48)    2     15%               33%                          50%


                                       0%     10%       20%   30%     40%    50%   60%   70%   80%     90% 100%

                                               Nooit                Soms           Meestal            Altijd


                                         Vertelden de medewerkers van de polikliniek kindergeneeskunde
                                                         wat de controle(s) inhield(en)?



                 Adolescenten (n=20)                          55%                              45%



          Ouders over hun kind (n=48)       10%                38%                           52%


                                        0%     10%      20%    30%    40%    50%   60%   70%    80%     90% 100%

                                                Nooit               Soms           Meestal            Altijd



     De meningen wat betreft de uitleg over waarom een controle nodig is lopen sterk
     uiteen, met name onder de adolescenten.
     De inhoud van de controle(s) werd wel in de meeste of alle gevallen toegelicht.
46
Bijna iedereen positief over uitleg medicatie
         Heeft u de medicatie van uw kind naar aanleiding                        Heb jij jouw medicatie naar aanleiding van de
      van de uitslag(en) van de controle(s) moeten bijstellen?                  uitslag(en) van de controle(s) moeten bijstellen?
                n (controle - ouders over hun kind) = 48                                  n (controle adolescenten) = 20

                              N.v.t.                                                                      Nee
                               2%                                                                         5%

                        Nee
                        21%
                                      Ja                                                             Ja
                                     77%                                                            95%



                                          Hoe beoordeelt u / beoordeel je de begeleiding / uitleg die u
                                                         / je hierbij hebt ontvangen?




              Adolescenten (n=18) 6%                                78%                         17%



       Ouders over hun kind (n=37)     3%                    68%                            30%


                                     0%            20%            40%       60%         80%           100%

                                          Zeer slecht    Slecht     Matig   Redelijk   Goed       Zeer goed



     Alle ouders en bijna all adolescenten (op 1 na) kregen uitleg wanneer de medicatie
     moest worden bijgesteld. De ouders beoordeelden deze informatie vaker als ‘zeer
     goed’ dan de adolescenten. In beide gevallen zijn bijna alle respondenten positief
     over de uitleg.

47
Toepassen instructies medicatie meestal
       moeiteloos
                                             Lukte het u / jou om de instructies over de medicatie
                                            (bijv. stress schema) thuis toe te passen (bij uw kind)?



                Adolescenten (n=21)           19%                            81%




         Ouders over hun kind (n=47)        15%                             85%


                                       0%           20%          40%          60%         80%          100%


                                             Nee, veel             Soms, een beetje           Ja, geen
                                             moeite mee            moeite mee                 moeite mee




     Ruim acht op de tien respondenten geven aan geen moeite te hebben met het thuis
     toepassen van de instructies omtrent medicatie.

     Zeven ouders (15%) en vier adolescenten (19%) geven aan dat ze hier soms
     moeite mee hebben.


48
Kinderarts bijna altijd beleefd en luistert
       aandachtig                            Was de kinderarts beleefd tegen u en uw kind / jou?




                 Adolescenten (n=20)     10%                             90%




                Ouders over hun kind
                                         2%                            96%
                       (n=48)


                                        0%            20%       40%          60%             80%     100%

                                              Nooit           Soms                 Meestal           Altijd

                                         Luisterde de kinderarts aandachtig naar u en uw kind / jou?




                 Adolescenten (n=20)                                  100%




          Ouders over hun kind (n=48)         19%                            81%


                                        0%            20%       40%          60%             80%     100%

                                              Nooit           Soms             Meestal             Altijd

     Slechts 1 ouder is van mening dat de kinderarts niet beleefd was, overige ouders en
     alle adolescenten vinden de kinderarts meestal of altijd beleefd.
     Alle adolescenten en 81% van de ouders vinden dat de kinderarts altijd aandachtig
     luistert.
49
(Ouders van) kinderen voelen zich serieus
       genomen                                   Nam de kinderarts u en uw kind / jou serieus?




                  Adolescenten (n=20)                                   100%




           Ouders over hun kind (n=48)    4%                             96%


                                         0%             20%       40%          60%        80%             100%


                                               Nooit           Soms             Meestal           Altijd

                                               Had de kinderarts genoeg tijd voor u en uw kind / jou?




                  Adolescenten (n=20)            25%                            75%



           Ouders over hun kind (n=48)    6%           23%                       71%


                                         0%             20%      40%           60%        80%           100%

                                                Nooit          Soms             Meestal          Altijd



     Bijna alle respondenten voelen zicht door de kinderarts serieus genomen, onder de
     adolescenten is dit zelfs 100%.
     Op de mening van drie ouders na had de kinderarts meestal of altijd genoeg tijd.
50
40% van de adolescenten: niet altijd eenduidige
       informatie                              Legde de kinderarts dingen op een begrijpelijke manier uit?




                   Adolescenten (n=20)          25%                              75%




            Ouders over hun kind (n=48)    4% 15%                            81%


                                          0%             20%       40%       60%             80%        100%

                                                Nooit            Soms            Meestal           Altijd

                              Gaf de kinderarts u / jou informatie die tegenstrijdig was met informatie die u / jij
                                                       van andere zorgverleners kreeg?



                   Adolescenten (n=20) 5% 5%               30%                         60%




            Ouders over hun kind (n=48)    2 6% 2                          90%


                                          0%             20%       40%       60%             80%        100%

                                                Altijd           Meestal          Soms             Nooit


     De uitleg van de kinderarts was voor (bijna) acht op de tien altijd begrijpelijk, 2
     ouders vonden de uitleg soms begrijpelijk.
     40% van de adolescenten vond dat er soms informatie werd gegeven door de
     kinderarts die niet overeenkwam met informatie van andere zorgverleners.
51
Gemaakte afspraken bij 85% altijd nagekomen


                                    Kwam de kinderarts de afspraken na die hij/ zij met u en uw kind / jou had
                                                                  gemaakt?



                 Adolescenten (n=20)         15%                        85%




          Ouders over hun kind (n=48)    2 13%                          85%


                                        0%            20%    40%          60%         80%          100%

                                              Nooit         Soms            Meestal           Altijd




     85% vindt dat gemaakte afspraken met de kinderarts altijd weren nagekomen. Slechts
     één ouder is van mening dat dit slechts soms gebeurde.




52
Geen onvoldoendes voor de kinderarts,
       tweederde geeft zeer hoge beoordeling

                                                  Welk cijfer geeft u de kinderarts?
                                                                                                     Gemiddelde:

             Adolescenten (n=20) 5%       25%                                70%                       8,9


            Ouders over hun kind
                   (n=48)
                                 4%      23%                             73%                            9,0

                               0%           20%           40%         60%              80%       100%

                                      Onvoldoende (0-5)     Redelijk (6-7)         Goed (8)   Zeer goed (9-10)




     Ruim tweederde van de respondenten beoordeelt de kinderarts met cijfer 9 of 10.
     Geen enkele ouder of adolescent geeft de kinderarts een onvoldoende.




53
Deel 2c: specifieke vragen afdeling
           kinderendocrinologie




54
Alle ouders tevreden over omgang met kind

                                                                   Vragen specifiek voor de ouders


              Deed de kinderarts zijn of haar best om u als
                                                            2 4%                    93%
               ouder(s) op uw gemak te stellen? (n=45)


         Deed de kinderarts zijn of haar best om uw kind op
                                                            2                      98%
               zijn of haar gemak te stellen? (n=46)


         Was u tevreden met hoe de kinderarts met uw kind
                                                                                   100%
                         omging? (n=47)

                                                            0%     20%       40%          60%    80%        100%

                                                                    Nee            Enigszins           Ja




     Bijna alle ouders geven aan dat de kinderarts zijn of haar best deed om zowel de
     ouder(s) als het kind op zijn of haar gemak te stellen. Drie ouders vonden dat zij zelf in
     mindere mate op hun gemak werden gesteld, één ouder vond dat de kinderarts
     enigszins zijn / haar best deed om het kind op zijn / haar gemak te stellen.

     Alle ouders zijn tevreden over hoe de kinderarts met hun kind omging.

55
Tweederde van de adolescenten altijd op zijn/
       haar gemak bij kinderarts

                             Voelde je je op je gemak bij de kinderarts van het UMC St Radboud?
                                                  n (controle adolescenten) = 20




                               5%           30%                        65%



                              0%            20%      40%         60%         80%            100%

                                    Nooit         Soms           Meestal           Altijd




     65% van de adolescenten geeft aan zich altijd op zijn of haar gemak te voelen bij de
     kinderarts.

     Slechts één adolescent geeft aan dat dit slechts soms het geval was. Uit de open
     toelichting bleek dit te komen door zenuwen.



56
20% adolescenten: te weinig vermaak


                             Vindt u / vind je dat de polikliniek kindergeneeskunde leuke dingen heeft voor uw
                                       kind / voor jou om zich / je te vermaken (bijv. spelletjes, boeken)



                  Adolescenten (n=21)       10%   10%                       71%                         10%




           Ouders over hun kind (n=48)      8%           33%                           58%


                                         0%           20%         40%           60%          80%         100%

                                         Nee, veel te weinig   Nee, beetje te weinig   Ja, een beetje    Ja, heel veel




     De ouders van (jongere) kinderen vinden vaker dat er veel leuke dingen voor hun
     kind op de kinderafdeling zijn dan adolescenten.

     Vier van de 21 adolescenten vinden dat er te weinig vermaak is op de
     kinderafdeling.


57
Eerder (te) veel ondersteuning dan te weinig
                                 Bent u als ouder(s) / ben jij door het UMC St Radboud ondersteund in verband
                                              met de aandoening van uw kind / jouw aandoening?



                                                                        29%
                      Ja, en daar had ik ook behoef te aan
                                                                               42%

                                                                        29%
            Ja, maar ik had er eigenlijk geen behoef te aan
                                                                                44%

                                                               5%
                  Nee, maar ik had daar wel behoef te aan
                                                               2%

                                                                              38%
            Nee, maar daar had ik ook geen behoef te aan
                                                               13%

                                                              0%       20%          40%   60%    80%   100%

                                                                   Adolescenten (n=21)
                                                                   Ouders over hun kind (n=48)


     Bijna alle ouders geven aan ondersteund te zijn in de omgang met de aandoening van
     hun kind (85%), bij de adolescenten is dit ruim de helft (57%). Van de respondenten
     die steun hebben ontvangen zijn de meningen gelijk verdeeld wat betreft de behoefte
     aan steun.
     Bijna niemand geeft aan geen steun te hebben gehad terwijl dit wel wenselijk was. De
     adolescent die wel graag steun had gehad geeft aan graag in contact gekomen te zijn
     met andere kinderen met dezelfde aandoening.
     Respondenten die steun ontvingen waarderen de (ouder)bijeenkomsten en dat ze op
     de hoogte worden gesteld van speciale websites / patiëntenvereniging.
58
Ervaring en voorkeur aantal artsen lopen uiteen
           Heeft u in het UMC St Radboud
      steeds contact gehad met één kinderarts                      Wat heeft uw voorkeur?
         of met verschillende kinderartsen?                     n (ouders over hun kind) = 48
             n (ouders over hun kind) = 48

                                                                     Geen
                              Steeds                 Met         voorkeur 21%     Steeds met
                              met één           verschillende
                  Met                                                              dezelf de
                               25%              kinderartsen
              verschillende                                                        kinderarts
              kinderartsen                         contact                          contact
                                                     8%                               71%
                  75%




           Heb je in het UMC St Radboud                           Wat heb je zelf het liefst?
     steeds contact gehad met één kinderarts                       n (adolescenten) = 21
        of met verschillende kinderartsen?
                n (adolescenten) = 21

                                                                      Geen
                                                                                  Steeds met
                              Steeds                                 voorkeur
               Met                                                                 dezelf de
                              met één                                  29%
           verschillende                                                           kinderarts
                               38%                                                  contact
           kinderartsen
               62%                                                                    71%




            De meeste ouders en de meeste adolescenten hebben contact met
            verschillende kinderartsen, terwijl de meerderheid van beide groepen het liefst
            steeds met één kinderarts contact heeft.
59
Bekendheid 24 uur bereikbaarheid beperkter
     onder adolescenten
                             Is het u / jou bekend dat de kinderendocrinologen 24 uur per dag bereikbaar zijn
                                   om u / jou te helpen als dat nodig is, ook voor vragen over medicatie?



                  Adolescenten (n=21)               43%                            57%




           Ouders over hun kind (n=47)        15%                           85%


                                         0%         20%          40%         60%         80%           100%

                                                    Nee, dat wist ik niet            Ja, dat wist ik




     De overgrote meerderheid van de ouders is er bekend mee dat
     kinderendocrinologen 24 uur per dag bereikbaar zijn voor vragen.

     De adolescenten zijn wat minder bekend met deze dienst: een kleine meerderheid
     (57%) wist van de 24-uurs bereikbaarheid. Mogelijk weten hun ouders wel van het
     bestaan af.


60
Deel 3: RAC / UMC St Radboud algemeen




61
8 op de 10 vinden telefonische bereikbaarheid
       (zeer) goed, ook bij spoed
                                                   Hoe beoordeelt u de telefonische bereikbaarheid van
                                                         het UMC St Radboud in het algemeen?



           Ouders van kinderen (n=47)        9%         23%                            62%                       6%



                 Volwassenen (n=192) 1 12%                                   66%                           21%


                                        0%        10%   20%    30%     40%     50%   60%      70%   80%    90% 100%

                                             Zeer slecht      Slecht     Redelijk tot matig     Goed      Zeer goed

                                                   Hoe beoordeelt u de telefonische bereikbaarheid van
                                                            het UMC St Radboud bij Spoed?



           Ouders van kinderen (n=29)    4 3% 14%                            59%                          21%



                Volwassenen (n=123) 12         14%                       53%                           30%


                                        0%     10%      20%   30%      40%   50%     60%      70%   80%    90% 100%

                                             Zeer slecht      Slecht    Redelijk tot matig      Goed      Zeer goed


     Zowel de algemene telefonische bereikbaarheid als de bereikbaarheid bij spoed
     worden door gemiddeld 80% van de respondenten als (zeer) goed beoordeeld.
     Ouders van kinderen vinden de telefonische bereikbaarheid vaker slecht dan
62   volwassenen.
Wachttijd voor opname volgens helft te lang


                       Wat was de wachttijd voor uw opname?
                          n (volwassenen met opname) = 35
                                                                                           Wat vond u van deze wachttijd?
                                                                                  n (volwassenen met opname, wachttijd bekend) = 29



             26%              23%         17%         17%       17%
                                                                                          Te lang              Precies goed
                                                                                           48%                     52%

     0%            20%          40%        60%           80%          100%


          Minder dan     Tussen de      Tussen de 8     Langer dan    Weet ik
          4 weken        4 en 8 weken   en 12 weken     12 weken      niet meer




      Zowel de wachttijd zelf als de meningen daarover zijn sterk verdeeld.

      Alle respondenten die binnen 4 weken zijn opgenomen beoordelen deze wachttijd
      als ‘precies goed’. Omgekeerd beoordelen alle respondenten die langer dan 12
      weken moesten wachten deze wachttijd als ‘te lang’. Binnen de andere twee
      termijnen zijn de meningen verdeeld.


63
Wachttijd controle voor 8 op de 10 precies goed
                                   Wat was de wachttijd voor de (laatste) controle (van uw kind)?



                                                                                                             Van de respondenten
     Ouders van kinderen (n=48)        21%       8% 8%           23%                  40%
                                                                                                             die de wachttijd nog
                                                                                                             weten, moesten de
                                                                                                             meeste minder dan 4
          Volwassenen (n=193)           25%         13%     7%         21%             34%                   weken wachten of juist
                                                                                                             langer dan 12 weken.
                                  0%          20%         40%           60%           80%        100%

                                                                                                             (Ruim) acht op de tien
                                    Minder dan
                                    4 weken
                                                 Tussen de
                                                 4 en 8 weken
                                                                  Tussen de 8
                                                                  en 12 weken
                                                                                   Langer dan
                                                                                   12 weken
                                                                                                 Weet ik
                                                                                                 niet meer   vinden de wachttijd
                                                                                                             voor de controle(s)
                                                                                                             precies goed.

           Wat vond u van deze wachttijd?                        Wat vond u van deze wachttijd?              Alle respondenten die
       n (volwassenen, wachttijd bekend) = 193            n (ouders van kinderen, wachttijd bekend) = 48
                                                                                                             binnen twee weken op
                          Te kort
                            2%
                                                                                  Te kort
                                                                                    3%
                                                                                                             controle konden
                   Te lang
                                                                        Te lang                              vonden deze wachttijd
                                                                         10%
                    19%                                                                                      ‘precies goed’. Daarna
                                                                                                             zijn de meningen
                             Precies goed                                         Precies goed
                                 79%                                                  86%                    verdeeld.


64
Samenwerking met andere zorgverleners
       overwegend positief beoordeeld

                                                 Hoe beoordeelt u de samenwerking van het
                                                 UMC St Radboud met andere zorgverleners?



          Ouders van kinderen (n=32)        9%      16%                     56%                        19%



               Volwassenen (n=159)          9%    13%                        62%                        15%


                                       0%     10%    20%   30%      40%   50%     60%     70%   80%    90% 100%

                                            Zeer slecht    Slecht    Redelijk tot matig     Goed      Zeer goed




     Hoewel de ervaringen qua samenwerking met andere zorgverleners overwegend
     positief zijn, vindt grofweg een kwart deze samenwerking niet optimaal. Dit geldt
     voor zowel ouders van kinderen als volwassen patiënten.



65
Ruim twee derde ‘actieve promotors’ van het
             RAC UMC St Radboud
     Deze      grafiek     geeft     een                              In hoeverre zou u / je het UMC St Radboud aanbevelen aan
     samenvatting van de zogeheten                                            andere patiënten met dezelfde aandoening?
     ‘ultimate question’ op basis                                                                                                NPS
     waarvan een aanbevelingsscore
     berekend kan worden (NPS – Net
     Promotor Score). Deze NPS             Adolescenten (n=21) 5%        24%                             71%                     +66
     score geeft in dit geval aan wat
     het aandeel patiënten is dat het
     UMC St Radboud actief zou                   Ouders (n=48)          31%                               69%                    +69
     aanbevelen aan anderen. Hoe
     hoger de score hoe beter,
     negatieve scores duiden erop dat      Volwassenen (n=207)    2    23%                              74%                      +72
     er meer mensen zijn die kritisch
     spreken over de organisatie (deze                           0%         20%         40%           60%          80%        100%
     eerder afraden). De NPS wordt
     berekend door het percentage dat                                 0 t/m6 -                7 en 8 -                   9 en 10 -
     een 9 of 10 geeft af te trekken van                              'Criticasters'          'Passief tevreden'         'Promotors'
     het percentage dat een 0 t/m 6
     geeft.



           Bijna alle respondenten zouden het St Radboud in meer of mindere mate aanbevelen aan andere
           patiënten met dezelfde aandoening. Het UMC St Radboud heeft tweederde actieve promotors:
           mensen die positieve reclame maken voor het UMC St Radboud (zij gaven een 9 of 10 wat
           betreft het aanbevelen). Er zijn nauwelijks criticasters (zij zouden het St Radboud niet
           aanbevelen). Dit resulteert voor alle patiëntgroepen in een zeer hoge positieve NPS score; naar
           alle waarschijnlijkheid wordt er actief positieve reclame voor het ziekenhuis gemaakt door
66         patiënten – zij treden als het ware als ambassadeur van het ziekenhuis op.
Samenvatting open reacties van respondenten*
         Van volwassenen:
     De betrokkenheid en de algehele zorg wordt gewaardeerd. Ook noemen respondenten
     het openstaan voor vragen en de deskundigheid. Sommige respondenten geven aan
     met verschillende specialisten verschillende ervaringen te hebben. Enkele
     respondenten geven als kritiekpunt dat de communicatie tussen afdelingen en met de
     huisarts beter kan. Als tips worden het beter bekendmaken van het spoednummer
     genoemd. Ook wordt de voorkeur voor mailcontact direct met zorgverleners
     uitgesproken (i.p.v. bellen met algemeen nummer). Twee respondenten hadden graag
     meer geïnformeerd geworden over lichamelijke veranderingen door de aandoening /
     medicatiegebruik.

        Van ouders en adolescenten:
     Met name de betrokkenheid en de deskundigheid van de medewerkers worden zeer
     gewaardeerd. Ook het bieden van ‘een veilig gevoel’ wordt door de ouders benoemd
     als positief punt. Daarnaast vinden respondenten het prettig dat er duidelijke uitleg
     gegeven wordt en dat men altijd terecht kan bij vragen.
     Als verbetertips noemen sommige adolescenten ‘vermaak’ voor hun leeftijdscategorie
     (+/- 16 jaar), bijvoorbeeld tijdschriften. Verder noemen sommige ouders dat
     zorgverleners buiten het RAC niet goed op de hoogte zijn van de ziektebeelden.
     Sommige vinden het aantal controles en bijbehorende reistijd een belasting.

     *Voor specifieke verbetertips en open opmerkingen wordt verwezen naar een apart opgeleverd Excel bestand met
67   alle open toelichtingen.
Conclusies en aanbevelingen




68
Conclusies en aanbevelingen (1)
         Opname (volwassenen)
     Over de algemene zorg en de ingreep zelf zijn de respondenten (zeer) tevreden. Dit geldt ook voor
     de ervaringen met de chirurgen en de eigen behandelend arts / specialist. Uit de open antwoorden
     blijkt wel dat er in het verleden wisselende ervaringen met andere specialisten zijn geweest. Enkele
     respondenten waren minder positief over respectievelijk de anesthesist en een lid van het
     verplegend personeel, met name op aspecten wat betreft de bejegening. Gezien het lage aantal
     respondenten dat vragen over deze zorgverleners heeft ingevuld, zijn deze resultaten helaas niet
     betrouwbaar genoeg om generaliserende uitspraken te doen en dienen ze met voorzichtigheid
     geïnterpreteerd te worden.


         Controle (volwassenen)
     Ook de ervaringen met de afdeling en de zorgverleners bij controles zijn zeer positief. Behalve één
     negatieve beoordeling van een verpleegkundig consulent is iedereen (zeer) tevreden. Een mogelijk
     verbeterpunt is het geven van informatie over de noodzaak van een controle en wat de controle
     precies inhoudt: 17% geeft aan dat deze informatie nooit of slechts soms wordt gegeven. Dit wil
     echter niet zeggen dat deze respondenten dergelijke informatie missen. Niemand vindt namelijk de
     informatie tijdens controles slecht. In de open reacties wordt benadrukt dat men het fijn vindt altijd
     met vragen terecht te kunnen en dat deze helder worden beantwoord. Sommige respondenten
     geven aan dat ze graag meer informatie hadden gehad over de lichamelijke (en geestelijke)
     consequenties van de aandoening en medicatiegebruik (bijv. gewichtstoename).




69
Conclusies en aanbevelingen (2)
         Controle (ouders en adolescenten)
     Over de controles op de kinderpoli Endocrinologie zijn de ervaringen van zowel ouders als
     adolescenten (zeer) positief. Ook hier komt naar voren dat er niet altijd wordt uitgelegd waarom een
     controle nodig is (of deze informatie blijft niet hangen) – wellicht kan dit bij adolescenten extra
     benadrukt worden. Ook kan een herhaling van de instructies voor medicatiegebruik thuis raadzaam
     zijn: 19% van de adolescenten en 15% van de ouders geven aan hier soms moeite mee te hebben.
     Wellicht kan daarbij ook de 24-uurs bereikbaarheid worden aangestipt: niet iedereen is daarvan op
     de hoogte.
     Alle ouders zijn tevreden over hoe de kinderarts met hun kind omging, ook voelden kinderen en
     adolescenten zich op hun gemak tijdens de controles. Sommige adolescenten (en enkele ouders)
     vinden dat er iets meer (leeftijdsgericht) vermaak mag komen op de kinderafdeling.
     Bij tweederde van de adolescenten en ruim de helft van de ouders kwam de geboden
     ondersteuning in het omgaan met de aandoening overeen met de eigen wensen. Mogelijk kan er
     jaarlijks besproken worden hoeveel / welke steun men wenst om te voorkomen dat patiënten meer
     ondersteuning krijgen dan zij wensen (nu ongeveer een derde), of geen steun ontvangen die wel
     geboden kan worden (komt nu nauwelijks voor).
     Wellicht kan het belang van het werken met meerdere kinderartsen per patiënt worden toegelicht,
     omdat nu de voorkeur (1 arts) en de realiteit (meerdere artsen) uiteenlopen.
     Uit de open reacties blijkt dat patiënten de betrokkenheid van de zorgverleners zeer waarderen.
     Ook de informatiebijeenkomsten (AGS) worden expliciet als positief punt benoemd.




70
Conclusies en aanbevelingen (3)
         UMC St Radboud algemeen
     De telefonische bereikbaarheid wordt, ook bij spoed, door 8 van de 10 patiënten met (zeer) goed
     beoordeeld, enkele ouders van kinderen hebben slechtere ervaringen. Sommige respondenten
     gaven expliciet aan graag het spoednummer te willen weten – mogelijk kan dit (nogmaals) onder de
     aandacht worden gebracht. Ook gaven enkele respondenten aan liever per mail direct met de
     zorgverlener contact te hebben.
     Wat betreft de wachttijd geldt dat de zeer korte wachttijden (< 2 weken) door iedereen als ‘precies
     goed’ worden beoordeeld en dat patiënten 12 weken of langer ‘te lang’ vinden, met name bij een
     opname. De vraag is echter of het RAC hier iets aan kan doen (behalve dan erover te
     communiceren).
     Over de samenwerking met andere zorgverleners wordt door ruim driekwart positief geoordeeld.
     Sommige respondenten geven expliciet aan dat de samenwerking met de huisarts / andere
     ziekenhuizen minder goed verliep (o.a. door gebrek aan kennis van de externe zijde). Een enkeling
     maakte een opmerking over de samenwerking tussen afdelingen binnen het UMC St Radboud (o.a.
     urologie). Wellicht kan het RAC (externe) zorgverleners hierin bijstaan door informatie over de
     specifieke aandoeningen beschikbaar te stellen (voor zover dat nog niet gebeurt).


     Al met al zijn (ouders van) patiënten zeer tevreden met het UMC St Radboud en haar medewerkers
     en zou tweederde het ziekenhuis vrijwel zeker aanbevelen. Deze mensen kunnen als
     ambassadeurs van het ziekenhuis en het RAC worden gezien. Gezien het soms lage aantal
     respondenten dat bepaalde vragen heeft ingevuld, is het lastig om betrouwbaar onderscheid te
     maken tussen afdelingen en zorgverleners. Onderscheid is alleen gemaakt om het RAC van
     specifiekere informatie te kunnen voorzien.


71
ADV Market Research BV
            Willem Arntszlaan 115 C
              3734 EE Den Dolder

030 – 6910943 | info@adv-mr.com | www.adv-mr.com

Weitere ähnliche Inhalte

Was ist angesagt?

Presentatie seminariewerk
Presentatie seminariewerkPresentatie seminariewerk
Presentatie seminariewerkAnneliesBelmnas
 
Verslaving onder én door artsen: Marcel Marijnissen, donderdag 24 november 2016.
Verslaving onder én door artsen: Marcel Marijnissen, donderdag 24 november 2016.Verslaving onder én door artsen: Marcel Marijnissen, donderdag 24 november 2016.
Verslaving onder én door artsen: Marcel Marijnissen, donderdag 24 november 2016.Triora
 
Intercollegiale opvang na ingrijpende gebeurtenissen - APOG 2016
Intercollegiale opvang na ingrijpende gebeurtenissen - APOG 2016Intercollegiale opvang na ingrijpende gebeurtenissen - APOG 2016
Intercollegiale opvang na ingrijpende gebeurtenissen - APOG 2016Claire Stramrood
 
‘Indicatiestelling, zorgtoewijzing en AA’: Vincent Hendriks, donderdag 24 nov...
‘Indicatiestelling, zorgtoewijzing en AA’: Vincent Hendriks, donderdag 24 nov...‘Indicatiestelling, zorgtoewijzing en AA’: Vincent Hendriks, donderdag 24 nov...
‘Indicatiestelling, zorgtoewijzing en AA’: Vincent Hendriks, donderdag 24 nov...Triora
 
Maarten van der Ven
Maarten van der VenMaarten van der Ven
Maarten van der VenRadboudumc
 
‘Hoe gaat een verslavingsarts te werk?’ Han Luijkx, donderdag 24 november 2016
‘Hoe gaat een verslavingsarts te werk?’ Han Luijkx, donderdag 24 november 2016‘Hoe gaat een verslavingsarts te werk?’ Han Luijkx, donderdag 24 november 2016
‘Hoe gaat een verslavingsarts te werk?’ Han Luijkx, donderdag 24 november 2016Triora
 
Presentatie Wilsverklaring
Presentatie WilsverklaringPresentatie Wilsverklaring
Presentatie WilsverklaringGuda Scholten
 
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshare
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshareAlrijne medische staf 19 november 2018 slideshare
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshareMarkus Oei
 
Vrijheidsbeperkende interventies, 2014
Vrijheidsbeperkende interventies, 2014Vrijheidsbeperkende interventies, 2014
Vrijheidsbeperkende interventies, 2014Miran van Eijk
 
Symposium 'de-kracht-van-schakels'
Symposium 'de-kracht-van-schakels'Symposium 'de-kracht-van-schakels'
Symposium 'de-kracht-van-schakels'Radboudumc
 
Presentatie eindwerk overgewicht en obesitas
Presentatie eindwerk overgewicht en obesitas Presentatie eindwerk overgewicht en obesitas
Presentatie eindwerk overgewicht en obesitas Saartje Verwaest
 
Kritische kijk op de Belgische aanbeveling "Depressie bij volwassenen: aanpak...
Kritische kijk op de Belgische aanbeveling "Depressie bij volwassenen: aanpak...Kritische kijk op de Belgische aanbeveling "Depressie bij volwassenen: aanpak...
Kritische kijk op de Belgische aanbeveling "Depressie bij volwassenen: aanpak...Julie Mincke
 

Was ist angesagt? (13)

Beslishulp menopauze
Beslishulp menopauzeBeslishulp menopauze
Beslishulp menopauze
 
Presentatie seminariewerk
Presentatie seminariewerkPresentatie seminariewerk
Presentatie seminariewerk
 
Verslaving onder én door artsen: Marcel Marijnissen, donderdag 24 november 2016.
Verslaving onder én door artsen: Marcel Marijnissen, donderdag 24 november 2016.Verslaving onder én door artsen: Marcel Marijnissen, donderdag 24 november 2016.
Verslaving onder én door artsen: Marcel Marijnissen, donderdag 24 november 2016.
 
Intercollegiale opvang na ingrijpende gebeurtenissen - APOG 2016
Intercollegiale opvang na ingrijpende gebeurtenissen - APOG 2016Intercollegiale opvang na ingrijpende gebeurtenissen - APOG 2016
Intercollegiale opvang na ingrijpende gebeurtenissen - APOG 2016
 
‘Indicatiestelling, zorgtoewijzing en AA’: Vincent Hendriks, donderdag 24 nov...
‘Indicatiestelling, zorgtoewijzing en AA’: Vincent Hendriks, donderdag 24 nov...‘Indicatiestelling, zorgtoewijzing en AA’: Vincent Hendriks, donderdag 24 nov...
‘Indicatiestelling, zorgtoewijzing en AA’: Vincent Hendriks, donderdag 24 nov...
 
Maarten van der Ven
Maarten van der VenMaarten van der Ven
Maarten van der Ven
 
‘Hoe gaat een verslavingsarts te werk?’ Han Luijkx, donderdag 24 november 2016
‘Hoe gaat een verslavingsarts te werk?’ Han Luijkx, donderdag 24 november 2016‘Hoe gaat een verslavingsarts te werk?’ Han Luijkx, donderdag 24 november 2016
‘Hoe gaat een verslavingsarts te werk?’ Han Luijkx, donderdag 24 november 2016
 
Presentatie Wilsverklaring
Presentatie WilsverklaringPresentatie Wilsverklaring
Presentatie Wilsverklaring
 
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshare
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshareAlrijne medische staf 19 november 2018 slideshare
Alrijne medische staf 19 november 2018 slideshare
 
Vrijheidsbeperkende interventies, 2014
Vrijheidsbeperkende interventies, 2014Vrijheidsbeperkende interventies, 2014
Vrijheidsbeperkende interventies, 2014
 
Symposium 'de-kracht-van-schakels'
Symposium 'de-kracht-van-schakels'Symposium 'de-kracht-van-schakels'
Symposium 'de-kracht-van-schakels'
 
Presentatie eindwerk overgewicht en obesitas
Presentatie eindwerk overgewicht en obesitas Presentatie eindwerk overgewicht en obesitas
Presentatie eindwerk overgewicht en obesitas
 
Kritische kijk op de Belgische aanbeveling "Depressie bij volwassenen: aanpak...
Kritische kijk op de Belgische aanbeveling "Depressie bij volwassenen: aanpak...Kritische kijk op de Belgische aanbeveling "Depressie bij volwassenen: aanpak...
Kritische kijk op de Belgische aanbeveling "Depressie bij volwassenen: aanpak...
 

Andere mochten auch

THE SINGLE PARENT LAW, LABOR SUPPLY AND POVERTY
 THE SINGLE PARENT LAW, LABOR SUPPLY AND POVERTY THE SINGLE PARENT LAW, LABOR SUPPLY AND POVERTY
THE SINGLE PARENT LAW, LABOR SUPPLY AND POVERTYpleasure16
 
Q &amp; a solo parent's welfare act and parental leave
Q &amp; a solo parent's welfare act and parental leaveQ &amp; a solo parent's welfare act and parental leave
Q &amp; a solo parent's welfare act and parental leavevincent random
 
Child Care Programs Help Parents Find and Keep Jobs: Funding ...
Child Care Programs Help Parents Find and Keep Jobs: Funding ...Child Care Programs Help Parents Find and Keep Jobs: Funding ...
Child Care Programs Help Parents Find and Keep Jobs: Funding ...pleasure16
 
Park & Pay Stations
Park & Pay StationsPark & Pay Stations
Park & Pay Stationspleasure16
 
Communications Level 5 Learner's Record
Communications Level 5 Learner's RecordCommunications Level 5 Learner's Record
Communications Level 5 Learner's RecordClassroom Guidance
 

Andere mochten auch (9)

THE SINGLE PARENT LAW, LABOR SUPPLY AND POVERTY
 THE SINGLE PARENT LAW, LABOR SUPPLY AND POVERTY THE SINGLE PARENT LAW, LABOR SUPPLY AND POVERTY
THE SINGLE PARENT LAW, LABOR SUPPLY AND POVERTY
 
Ns561notes
Ns561notesNs561notes
Ns561notes
 
Anuario fsi acciones 2013
Anuario fsi acciones 2013Anuario fsi acciones 2013
Anuario fsi acciones 2013
 
Ansi Sql
Ansi SqlAnsi Sql
Ansi Sql
 
Q &amp; a solo parent's welfare act and parental leave
Q &amp; a solo parent's welfare act and parental leaveQ &amp; a solo parent's welfare act and parental leave
Q &amp; a solo parent's welfare act and parental leave
 
Rubedo tutorial: dynamic content types
Rubedo tutorial: dynamic content typesRubedo tutorial: dynamic content types
Rubedo tutorial: dynamic content types
 
Child Care Programs Help Parents Find and Keep Jobs: Funding ...
Child Care Programs Help Parents Find and Keep Jobs: Funding ...Child Care Programs Help Parents Find and Keep Jobs: Funding ...
Child Care Programs Help Parents Find and Keep Jobs: Funding ...
 
Park & Pay Stations
Park & Pay StationsPark & Pay Stations
Park & Pay Stations
 
Communications Level 5 Learner's Record
Communications Level 5 Learner's RecordCommunications Level 5 Learner's Record
Communications Level 5 Learner's Record
 

Ähnlich wie RAC ENDO Resultaten patiëntenenquete radboud bijniercentrum 2012

Kritische kijk op de Belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...
Kritische kijk op de Belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...Kritische kijk op de Belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...
Kritische kijk op de Belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...Julie Mincke
 
kritische kijk op de belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...
kritische kijk op de belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...kritische kijk op de belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...
kritische kijk op de belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...Julie Mincke
 
Medisch specialisten in de de eerstelijnspraktijk Agora 2013
Medisch specialisten in de de eerstelijnspraktijk Agora 2013Medisch specialisten in de de eerstelijnspraktijk Agora 2013
Medisch specialisten in de de eerstelijnspraktijk Agora 2013Raedelijn
 
Julius verloskunde igz schellekens 02122011
Julius verloskunde igz schellekens 02122011Julius verloskunde igz schellekens 02122011
Julius verloskunde igz schellekens 02122011WimSchellekens
 
Kinderen en jongeren facts and figures
Kinderen en jongeren   facts and figuresKinderen en jongeren   facts and figures
Kinderen en jongeren facts and figuresJan Van Speybroeck
 

Ähnlich wie RAC ENDO Resultaten patiëntenenquete radboud bijniercentrum 2012 (6)

Kritische kijk op de Belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...
Kritische kijk op de Belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...Kritische kijk op de Belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...
Kritische kijk op de Belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...
 
kritische kijk op de belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...
kritische kijk op de belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...kritische kijk op de belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...
kritische kijk op de belgische aanbeveling 'depressie bij volwassenen aanpak ...
 
Medisch specialisten in de de eerstelijnspraktijk Agora 2013
Medisch specialisten in de de eerstelijnspraktijk Agora 2013Medisch specialisten in de de eerstelijnspraktijk Agora 2013
Medisch specialisten in de de eerstelijnspraktijk Agora 2013
 
Kwaliteit oncologische zorg RUCO
Kwaliteit oncologische zorg RUCOKwaliteit oncologische zorg RUCO
Kwaliteit oncologische zorg RUCO
 
Julius verloskunde igz schellekens 02122011
Julius verloskunde igz schellekens 02122011Julius verloskunde igz schellekens 02122011
Julius verloskunde igz schellekens 02122011
 
Kinderen en jongeren facts and figures
Kinderen en jongeren   facts and figuresKinderen en jongeren   facts and figures
Kinderen en jongeren facts and figures
 

Mehr von Radboud universitair medisch centrum

UMC St Radboud: Jubileumsymposium kinderoncologie 'Kracht van schakels'
UMC St Radboud: Jubileumsymposium kinderoncologie 'Kracht van schakels' UMC St Radboud: Jubileumsymposium kinderoncologie 'Kracht van schakels'
UMC St Radboud: Jubileumsymposium kinderoncologie 'Kracht van schakels' Radboud universitair medisch centrum
 

Mehr von Radboud universitair medisch centrum (20)

UMC St Radboud: Jubileumsymposium kinderoncologie 'Kracht van schakels'
UMC St Radboud: Jubileumsymposium kinderoncologie 'Kracht van schakels' UMC St Radboud: Jubileumsymposium kinderoncologie 'Kracht van schakels'
UMC St Radboud: Jubileumsymposium kinderoncologie 'Kracht van schakels'
 
Umc st radboud cardiologie-hartfalenpoli-baltussen-mei-2013
Umc st radboud cardiologie-hartfalenpoli-baltussen-mei-2013Umc st radboud cardiologie-hartfalenpoli-baltussen-mei-2013
Umc st radboud cardiologie-hartfalenpoli-baltussen-mei-2013
 
Umc st radboud cardiologie-presentatie-bos-28-05-2013
Umc st radboud cardiologie-presentatie-bos-28-05-2013Umc st radboud cardiologie-presentatie-bos-28-05-2013
Umc st radboud cardiologie-presentatie-bos-28-05-2013
 
ZZG zorggroep
ZZG zorggroepZZG zorggroep
ZZG zorggroep
 
Zorg en Welzijns Info Portaal (ZWIP)
Zorg en Welzijns Info Portaal (ZWIP)Zorg en Welzijns Info Portaal (ZWIP)
Zorg en Welzijns Info Portaal (ZWIP)
 
Sociale wijkteams
Sociale wijkteamsSociale wijkteams
Sociale wijkteams
 
Up to date in erfelijke kanker (2013)
Up to date in erfelijke kanker (2013)Up to date in erfelijke kanker (2013)
Up to date in erfelijke kanker (2013)
 
Leukocorie
LeukocorieLeukocorie
Leukocorie
 
Corticosteroïden en Bacteriële cornea ulcera
Corticosteroïden en Bacteriële cornea ulceraCorticosteroïden en Bacteriële cornea ulcera
Corticosteroïden en Bacteriële cornea ulcera
 
Uveitis bij rifabutin gebruik
Uveitis bij rifabutin gebruik Uveitis bij rifabutin gebruik
Uveitis bij rifabutin gebruik
 
Glasvocht halfleeg of halfvol
Glasvocht halfleeg of halfvolGlasvocht halfleeg of halfvol
Glasvocht halfleeg of halfvol
 
OOG/ZOG: Intermediaire uveïtis 1 12-2012.pdf
OOG/ZOG: Intermediaire uveïtis 1 12-2012.pdfOOG/ZOG: Intermediaire uveïtis 1 12-2012.pdf
OOG/ZOG: Intermediaire uveïtis 1 12-2012.pdf
 
Voorlichting klinische fase
Voorlichting klinische faseVoorlichting klinische fase
Voorlichting klinische fase
 
OOG/ZOG: Van huet foveal sparing in patienten met m. stargardt
OOG/ZOG: Van huet   foveal sparing in patienten met m. stargardtOOG/ZOG: Van huet   foveal sparing in patienten met m. stargardt
OOG/ZOG: Van huet foveal sparing in patienten met m. stargardt
 
OOG/ZOG: Theelen, eengewonekeratitis
OOG/ZOG: Theelen, eengewonekeratitisOOG/ZOG: Theelen, eengewonekeratitis
OOG/ZOG: Theelen, eengewonekeratitis
 
OOG/ZOG: Phan oog zog 2012
OOG/ZOG: Phan oog zog 2012OOG/ZOG: Phan oog zog 2012
OOG/ZOG: Phan oog zog 2012
 
OOG/ZOG: Nobacht oogzog12
OOG/ZOG: Nobacht oogzog12OOG/ZOG: Nobacht oogzog12
OOG/ZOG: Nobacht oogzog12
 
OOG/ZOG: Keunen valmonte 2012
OOG/ZOG: Keunen valmonte 2012OOG/ZOG: Keunen valmonte 2012
OOG/ZOG: Keunen valmonte 2012
 
OOG/ZOG: Keijser zog oog
OOG/ZOG: Keijser zog oogOOG/ZOG: Keijser zog oog
OOG/ZOG: Keijser zog oog
 
Eggink oog zog 2012 creatief met cornea samenvatting eggink
Eggink oog zog 2012 creatief met cornea samenvatting egginkEggink oog zog 2012 creatief met cornea samenvatting eggink
Eggink oog zog 2012 creatief met cornea samenvatting eggink
 

RAC ENDO Resultaten patiëntenenquete radboud bijniercentrum 2012

  • 1. Rapportage v01 – mei 2012 Ervaring van bijnierpatiënten met het Radboud Adrenal Centre
  • 2. Inhoud Inleiding 3-4 Deel 1a: algemene gegevens volwassen patiënten 5-7 Deel 1b: opnames van volwassen patiënten 8 - 23 Deel 1c: controles onder volwassenen patiënten 24 - 38 Deel 2a: algemene gegevens kinderen 39 - 41 Deel 2b: controles op afdeling kinderendocrinologie 42 - 55 Deel 2c: specifieke vragen afdeling kinderendocrinologie 56 - 60 Deel 3: RAC / UMC St Radboud algemeen 61 - 67 Conclusies en aanbevelingen 68 - 71 2
  • 3. Inleiding (1) Algemeen Het Radboud Adrenal Centre (RAC) is een samenwerkingsverband tussen artsen en andere zorgverleners van verschillende afdelingen van het UMC St Radboud. Doel is om de behandeling van bijnierpatiënten onderling optimaal af te stemmen. Het RAC wil graag van haar patiënten weten hoe zij de ontvangen zorg hebben ervaren en heeft ADV Market Research (ADV) gevraagd om een online onderzoek te verzorgen. Deze rapportage vat de uitkomsten samen. Online vragenlijst ADV heeft in samenwerking met het RAC en Stichting Vrienden NVACP een vragenlijst opgesteld om de ervaringen van de patiënten te meten. De vragenlijst bevat deels dezelfde vagen als de CQ-index ziekenhuisopname. In de vragenlijst wordt onderscheid gemaakt tussen de ervaren zorg rondom een opname (operatie / ingreep / diagnostisch onderzoek) en rondom controles. Er zijn drie varianten opgesteld: volwassenen, adolescenten (12-18 jaar) en ouders (van zowel adolescenten als kinderen jonger dan 12 jaar). Opbouw rapportage Het eerste deel van de rapportage behandelt de ervaringen van volwassenen met opnames en controles, het tweede deel van de rapportage behandelt de ervaringen met de controles op de afdeling Kinderendocrinologie (niet over opnames, omdat hier slechts 3 vragenlijsten over zijn ingevuld). Het laatste deel is algemener van aard deel en daar wordt geen onderscheid gemaakt tussen volwassenen en de kinderafdeling (wel worden deze groepen vergeleken). 3
  • 4. Inleiding (2) Benaderen respondenten en respons Alle patiënten die in de afgelopen 12 maanden het RAC hebben bezocht zijn half januari 2012 per brief benaderd voor deelname. De brief bevatte een link naar de online vragenlijst en een unieke inlogcode. Na twee weken volgde een herinnering / bedankje per brief. De vragenlijst kon tot en met half maart nog worden ingevuld. De respons ziet er als volgt uit: Groep Aangeschreven Deelgenomen Responsprecentage Volwassenen 423 222 52% Ouders (<12 jr.) 48 26 54% Ouders (12-18 jr.) 58 23 40% Adolescenten 58 21 36% Vergelijkingen in rapportage Aan de respondenten is gevraagd over welke afdeling zij de vragenlijst willen invullen en welke zorgverlener zij willen beoordelen (op specialisme / functie). Waar mogelijk worden de resultaten tussen afdelingen / zorgverleners vergeleken en worden verschillen statistisch getoetst. Dit kan echter alleen bij een voldoende groepsgrootte omdat de betrouwbaarheid van de resultaten anders in het geding komt (richtlijn: n=50). 4
  • 5. Deel 1a: algemene gegevens volwassen patiënten 5
  • 6. Algemene gegevens volwassenen Meer vrouwen dan mannen hebben de vragenlijst volledig ingevuld. De aandoeningen die het meest voorkomen zijn primaire of secundaire bijnierschors insufficiëntie (Addison) en het Syndroom van Cushing. AGS komt beduidend minder vaak voor (5%). Welke aandoening heeft u? n (alle volwassenen) = 222 Primaire of secundaire Geslacht 33% bijnierschorsinsuf f iciëntie (Addison) n (alle volwassenen) = 222 Syndroom van Cushing 29% Man 41% Primair hyperaldosteronisme 12% Vrouw 59% Feochromocytoom / paraganglioom 11% Anders 10% AGS 5% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 6
  • 7. Ontstaan en diagnose van klachten Stellen diagnose en aanvang klachten Bij de meeste patiënten die in 2011 het RAC hebben bezocht, Langer dan 25 jaar geleden 17% bestaan de klachten al langer 13% dan 5 jaar. 28% 12 - 25 jaar geleden 18% In 64% van de gevallen was de 5 tot 12 jaar geleden 20% 26% diagnose van de klachten in dezelfde periode als de aanvang 22% 2 tot 5 jaar geleden 29% van de klachten. 5% 1 tot 2 jaar geleden 15% 6 - 12 maanden geleden 0% 4% Bijna alle volwassen patiënten hadden in 2011 controle(s), 17% 1% 0 - 6 maanden geleden 1% had (ook) een opname. 0% 10% 20% 30% 40% 50% Bent u in de afgelopen 12 maanden in het UMC Radboud ziekenh geweest in verband met uw aandoening? n (alle volwassenen) = 222 Wanneer zijn uw klachten begonnen? (n=209) Hoe lang geleden werd de diagnose Ja, voor controle 93% van deze aandoening gesteld? (n=222) Ja, voor een opname 17% Nee 0% 7 0% 20% 40% 60% 80% 100%
  • 8. Deel 1b: opnames van volwassen patiënten 8
  • 9. Diagnostisch onderzoek komt meeste voor Kunt u aangeven welke operatie / ingreep u heeft ondergaan? n (opname volwassenen) = 35 Diagnostisch onderzoek met opname 37% Wegnemen van 1 bijnier 29% Operatie van de hypof yse 11% Wegnemen van beide bijnieren 6% Bestraling van de hypof yse 3% Operatie van de uitwendige geslachtsdelen 0% Geen van bovenstaande 26% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Een kwart (26%) geeft aan geen van de genoemde ingrepen / onderzoeken te hebben ondergaan. Mogelijk zijn deze patiënten in verband met een andere aandoening opgenomen geweest of onbekend met de terminologie. De meeste patiënten zijn in verband met een diagnostisch onderzoek opgenomen geweest. 9
  • 10. Keuze afdeling en zorgverlener Afdeling waarover men vragen wil beantwoorden Zorgverlener over wie men vragen wil beantwoorden n (opname volwassenen en ingreep / afdeling bekend) = 25 n (opname volwassenen, ingreep en zorgverlener bekend) = 26 Overig Overig Chirurg 20% 23% (n=6) 23% (n=6) Algemeen Endocriene Specialist / Interne Ziekten behandelend Geneeskunde 56% arts 24% 54% (n=14) Bij de beoordeling van de afdelingen wordt rekening gehouden met de keuze van de patiënt voor een specifieke afdeling. De meeste patiënten willen de afdeling Endocriene ziekten beoordelen. Onder ‘overig’ valt onder andere de verpleging. Er zal onderscheid worden gemaakt tussen beoordelingen per afdeling en per zorgverlener. Het aantal patiënten dat de vragen hierover heeft beantwoord is echter te klein om betrouwbaar statistisch te kunnen vergelijken. Weergegeven verschillen in beoordeling zijn daarom indicatief en kunnen niet naar groepsniveau (‘de hele afdeling’ of ‘alle chirurgen’) worden gegeneraliseerd. We hebben toch het onderscheid aangebracht om het RAC meer specifiek van feedback te kunnen voorzien. 10
  • 11. Bij 60% verandering in medicatiegebruik Heeft u voorafgaand aan de opname (operatie / ingreep / onderzoek) medicatie moeten gebruiken of moeten bijstellen (bijv. afbouwen, stress schema)? n (opname volwassenen en ingreep / afdeling bekend) = 25 Hoe beoordeelt u de begeleiding / uitleg die u hierbij heeft ontvangen? N.v.t. n (ontving begeleiding) = 14 4% (n=1) Nee 36% Ja 7% 64% 29% (n=9) 60% (n=15) 0% 20% 40% 60% 80% 100% Zeer slecht Slecht Matig Redelijk Goed Zeer goed Bij zes op de tien patiënten vond verandering in medicatiegebruik plaats; bijna iedereen kreeg hier uitleg over (14 van de 15). De uitleg wordt positief gewaardeerd door 93%, 1 persoon vond de uitleg redelijk. Niemand was uitgesproken negatief. 11
  • 12. Ruim 8 op de 10 positief over zorg vooraf (afdeling) Hoe beoordeelt u de zorg die u van de afdeling voorafgaand aan de opname heeft ontvangen (bijv. voorbereiding op operatie)? n (opname volwassenen en ingreep / afdeling bekend) = 25 Gemiddeld 4% 12% 52% 32% Overig (n=5) 20% 40% 20% 20% Algemeen Interne Geneeskunde (n=6) 17% 67% 17% Endocriene Ziekten (n=14) 57% 43% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Zeer slecht Slecht Matig Redelijk Goed Zeer goed Gemiddeld beoordelen alle patiënten die zijn opgenomen de zorg vooraf als (zeer) goed (84%). Bij de afdeling Endocriene ziekten is dit zelfs 100%. 12
  • 13. Bijna 9 op de 10 positief over zorg vooraf (zorgverlener) Hoe beoordeelt u de informatie die u voorafgaand aan de opname (operatie / ingreep / onderzoek) van de zorgverlener heeft gehad in zijn geheel? n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26 Gemiddeld (n=26) 4 8% 38% 50% Overig (n=6) 17% 33% 33% 17% Specialist / behandelend arts (n=14) 36% 64% Chirurg (n=6) 50% 50% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Zeer slecht Slecht Matig Redelijk Goed Zeer goed Over de geboden zorg voorafgaand aan de opname is iedereen tevreden. Slechts één persoon is ontevreden (17%) over een van de overige zorgverleners. 13
  • 14. Bijna alle zorgverleners vertellen reden, inhoud opname en mogelijke bijwerkingen Informatievoorziening door zorgverlener (reden, inhoud en mogelijke bijwerkingen van opname). Vertelde u zorgverlener hierover? n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26 Gemiddeld (n=26) 12% 88% Overig (n=6) 50% 50% Specialist / behandelend arts (n=14) 100% Chirurg (n=6) 100% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nee Ja Weet niet meer Bijna alle patiënten geven aan dat de zorgverlener vertelde waarom de opname nodig was, wat de opname / ingreep / het onderzoek inhield en of er mogelijke bijwerkingen / andere gevolgen waren. Omdat het antwoordpatroon gelijk is voor deze drie vragen, is er één figuur opgesteld. 14
  • 15. Ruim 9 op de 10 positief over zorg na afloop van ingreep Hoe beoordeelt u de informatie die u na afloop van de opname (operatie / ingreep / onderzoek) heeft ontvangen? n (opname volwassenen en ingreep / afdeling bekend, zorg ontvangen) = 24 Gemiddeld (n=24) 4% 63% 33% Overig (n=5) 20% 20% 60% Algemeen Interne Geneeskunde (n=6) 100% Endocriene Ziekten (n=13) 62% 38% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Zeer slecht Slecht Matig Redelijk Goed Zeer goed Opnieuw zijn bijna alle patiënten positief over de ontvangen zorg, op de afdeling Algemene Interne Geneeskunde en Endocriene ziekten is zelfs 100% positief. Slechts één persoon is ontevreden (20%) vond de zorg na afloop zeer slecht. 15
  • 16. ‘Overige’ zorgverleners niet altijd beleefd Was de zorgverlener beleefd tegen u? n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26 Gemiddeld (n=26) 4% 8% 88% Overig (n=6) 17% 33% 50% Specialist / behandelend arts (n=14) 100% Chirurg (n=6) 100% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal 100% Alle respondenten vinden dat de eigen specialist / behandelend arts en de chirurg altijd beleefd zijn. Bij de overige zorgverleners is het beeld wisselend. Let wel: 17% is in dit geval slechts 1 persoon. 16
  • 17. Verschillende ervaringen wat betreft het aandachtig luisteren, toch overwegend positief Luisterde de zorgverlener aandachtig naar u? n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26 Gemiddeld (n=26) 8% 8% 4% 81% Overig (n=6) 33% 17% 50% Specialist / behandelend arts (n=14) 7% 93% Chirurg (n=6) 17% 83% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Acht op de tien respondenten vinden dat de zorgverlener altijd aandachtig luistert, bij de behandelend arts / specialist zijn dit er negen op de tien. Wat betreft overige zorgverleners zijn de meningen verdeeld. 17
  • 18. Patiënten van ‘ overige’ zorgverleners verdeeld over het serieus nemen Nam de zorgverlener u serieus? n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26 Gemiddeld (n=26) 8% 8% 12% 73% Overig (n=6) 33% 17% 50% Specialist / behandelend arts (n=14) 7% 14% 79% Chirurg (n=6) 17% 83% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Ook wat betreft het serieus nemen van de patiënt zijn de meningen bij overige zorgverleners verdeeld. Twee van de zes respondenten geven aan dat de zorgverlener hun nooit serieus nam. 18
  • 19. Ook wat betreft het genoeg tijd hebben voor de patiënt verschillende ervaringen Had de zorgverlener genoeg tijd voor u? n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26 Gemiddeld (n=26) 15% 23% 62% Overig (n=6) 50% 50% Specialist / behandelend arts (n=14) 7% 21% 71% Chirurg (n=6) 50% 50% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd De chirurg en de behandelend arts hadden volgens de respondenten meestal of altijd genoeg tijd voor de patiënt, bij de overige zorgverleners vindt de helft dat er juist nooit genoeg tijd was. 19
  • 20. Uitleg van chirurgen door alle respondenten als ‘altijd begrijpelijk’ beoordeeld Legde de zorgverlener dingen op een begrijpelijke manier uit? n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26 Gemiddeld (n=26) 12% 4% 12% 73% Overig (n=6) 33% 17% 50% Specialist / behandelend arts (n=14) 7% 21% 71% Chirurg (n=6) 100% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd De uitleg van de chirurg was volgens alle zes respondenten altijd duidelijk, ook de uitleg van de specialist was meestal of altijd duidelijk. Wat betreft de overige zorgverleners is er opnieuw verdeeldheid. 20
  • 21. Informatie door verschillende zorgverleners komt bijna altijd overeen Gaf de zorgverlener u informatie die tegenstrijdig was met informatie die u van andere zorgverleners kreeg? n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend, indien van toepassing) = 19 Gemiddeld (n=19) 5% 5% 89% Overig (n=4) 25% 75% Specialist / behandelend arts (n=9) 11% 89% Chirurg (n=6) 100% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Altijd Meestal Soms Nooit Negen op de tien respondenten vinden dat de informatie die de zorgverlener gaf nooit tegenstrijdig was met de informatie van andere zorgverleners. Slechts één persoon vond dat een van de overige zorgverleners meestal tegenstrijdige informatie gaf. 21
  • 22. Volgens driekwart worden afspraken altijd nagekomen Kwam de zorgverlener de afspraken na die hij/ zij met u had gemaakt? n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 22 Gemiddeld (n=22) 9% 5% 14% 73% Overig (n=5) 20% 20% 60% Specialist / behandelend arts (n=13) 15% 85% Chirurg (n=4) 25% 25% 50% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Enkele respondenten hebben de ervaring (met overige zorgverleners en één met de chirurg) dat afspraken niet worden nagekomen. Al algehele beeld laat echter zien dat driekwart van de respondenten vindt dat afspraken altijd worden nagekomen. 22
  • 23. De chirurg en de behandelend arts worden met het hoogte cijfer beoordeeld Welk cijfer geeft u de zorgverlener? n (opname volwassenen en ingreep / zorgverlener bekend) = 26 Gemiddelde: Gemiddeld (n=26) 11% 8% 23% 58% 8,2 Overig (n=6) 33% 17% 17% 33% 6,0 Specialist / behandelend arts (n=14) 7% 7% 21% 65% 8,6 Chirurg (n=6) 33% 67% 9,2 0% 20% 40% 60% 80% 100% Onvoldoende (0-5) Redelijk (6-7) Goed (8) Zeer goed (9-10) De wisselende ervaringen met de overige zorgverlener komen ook in het gemiddelde cijfer tot uitdrukking: dit is lager dan bij de andere zorgverleners. Uit nadere analyse blijkt dat de negatieve ervaringen met ‘overige zorgverleners’ in twee gevallen op de anesthesist betrekking hadden en een keer op het verplegend personeel. Niemand beoordeelt de chirurg met een onvoldoende (alleen cijfer 8 of hoger). 23
  • 24. Deel 1c: controles onder volwassenen patiënten 24
  • 25. Controle bloed- en speekselwaarde komt het meest voor. Aantal controles precies goed. Kunt u aangeven welke controle(s) u heeft ondergaan? n (controle volwassenen) = 188 Controle van bloed- of speekselwaarden 84% Lichamelijk onderzoek (bijv. wegen) 68% Controle van medicatie 66% (medicatiebewaking) Wat vindt u van de hoeveelheid controles per jaar in het Evaluatie van eventuele klachten 55% UMC St Radboud? n (controle volwassenen - type controle bekend) = 185 Röntgenf oto / scan 20% Te veel Veel Te weinig 0% 1% Geen van bovenstaande 2% 2% Weinig 10% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Precies goed 87% Ruim acht op de tien respondenten hebben het afgelopen jaar controle van bloed- of speekselwaarden gehad. Een Röntgenfoto of scan komt slechts in 20% van de gevallen voor. Bijna negen op de tien respondenten vinden het aantal controles precies goed (87%), bijna niemand vindt het aantal controles veel. 25
  • 26. Keuze afdeling en zorgverlener Zorgverlener over wie men vragen wil beantwoorden Afdeling waarover men vragen wil beantwoorden n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188 n (controle volwassenen - type controle en afdeling bekend) = 181 Verpleegkundig Verplegend consulent personeel 4% 4% Algemeen Assistent 4% Interne Geneeskunde 23% Endocriene Specialist / Ziekten behandelend arts 77% 88% Bij de beoordeling van de afdelingen wordt rekening gehouden met de keuze van de patiënt voor een specifieke afdeling. De meeste patiënten willen de afdeling Endocriene Ziekten en de behandelend arts / specialist beoordelen. Er zal onderscheid worden gemaakt tussen beoordelingen per afdeling en per zorgverlener. Het aantal patiënten dat de vragen over andere zorgverleners dan de specialist / behandelend arts heeft beantwoord is echter te klein om betrouwbaar statistisch te kunnen vergelijken. Het onderscheid wordt desondanks weergegeven om het RAC meer specifiek van feedback te kunnen voorzien. 26
  • 27. Bij 62% moest de medicatie worden bijgesteld Heeft u uw medicatie naar aanleiding van de uitslagen van de controle(s) moeten bijstellen (bijv. afbouwen)? Hoe beoordeelt u de begeleiding / uitleg die u hierbij heeft ontvangen? n (controle volwassenen - type controle bekend) = 185 n (ontving begeleiding) = 85 N.v.t. 12% 2% 54% 44% Nee Ja 27% 62% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Zeer slecht Slecht Matig Redelijk Goed Zeer goed Bij ruim zes op de tien vond een verandering in medicatiegebruik plaats, driekwart geeft aan daarbij uitleg te hebben ontvangen (75%). De ontvangen uitleg wordt door bijna iedereen (98%) als (zeer) goed beoordeeld. 27
  • 28. 9 op de 10: informatie tijdens controle goed Hoe beoordeelt u de informatie die u door de medewerker(s) van de afdeling tijdens de controle(s) kreeg in zijn geheel? n (controle volwassenen - type controle en afdeling bekend) = 181 Gemiddeld (n=181) 2 6% 52% 40% Algemeen Interne Geneeskunde 7% 54% 39% (n=41) Endocriene Ziekten (n=140) 2 5% 51% 41% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Zeer slecht Slecht Matig Redelijk Goed Zeer goed Tussen de afdeling Endocriene Ziekten (EZ) en Algemene Interne Geneeskunde (AIG) zijn geen verschillen wat betreft de informatievoorziening tijdens de controle: de overgrote meerderheid beoordeelt de informatie als goed of zeer goed. 28
  • 29. Noodzaak / reden controle niet altijd verteld Vertelden de medewerkers van de afdeling waarom een controle nodig was? n (controle volwassenen - type controle en afdeling bekend) = 181 Gemiddeld (n=181) 8% 10% 22% 60% Algemeen Interne Geneeskunde 5% 12% 15% 68% (n=41) Endocriene Ziekten (n=140) 9% 9% 24% 58% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Meer dan de helft van de respondenten geeft aan dat er altijd wordt verteld waarom een controle nodig is, het percentage ‘altijd’ is hoger voor de afdeling AIG (ten kosten van ‘meestal’). Bijna twee op de tien (18%) respondenten geven aan dat er slechts soms of nooit wordt verteld waarom een controle nodig is. 29
  • 30. Inhoud van de controle bij 62% altijd verteld Vertelden de medewerkers van de afdeling u wat de controle(s) inhield(en)? n (controle volwassenen - type controle en afdeling bekend) = 181 Gemiddeld (n=181) 7% 10% 21% 62% Algemeen Interne Geneeskunde 5% 12% 22% 61% (n=41) Endocriene Ziekten (n=140) 8% 9% 21% 62% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd De ruime meerderheid geeft aan dat er altijd wordt verteld wat de controle inhoudt, er zijn geen verschillen tussen de afdelingen gevonden. 17% geeft aan dat de inhoud soms of nooit wordt toegelicht. 30
  • 31. De zorgverlener is volgens 96% altijd beleefd Was de zorgverlener beleefd tegen u? n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188 Gemiddeld (n=188) 1 3% 96% Verplegend personeel (n=7) 14% 29% 57% Verpleegkundig consulent (8) 13% 13% 75% Arts assistent (n=7) 14% 86% Specialist / behandelend arts (n=166) 1% 99% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Gemiddeld genomen vindt 96% van de respondenten de zorgverlener altijd beleefd. Meer variatie in antwoorden zien we bij het verplegend personeel en de verplegend consulent: hier vindt niet iedereen de zorgverleners beleefd. NB: 14% klinkt meer dan het is: het gaat hier slechts om 1 persoon. 31
  • 32. Overgrote meerderheid (86%) vindt dat zorgverlener altijd aandachtig luistert Luisterde de zorgverlener aandachtig naar u? n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188 Gemiddeld (n=188) 2% 13% 86% Verplegend personeel (n=7) 29% 71% Verpleegkundig consulent (8) 25% 75% Arts assistent (n=7) 29% 71% Specialist / behandelend arts (n=166) 12% 87% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Gemiddeld genomen vindt 86% dat de zorgverlener altijd luisterde. Twee personen (25%) vinden dat de verpleegkundig consulent slechts ‘soms’ aandachtig luisterde. 32
  • 33. 9 op de 10: zorgverlener neemt mij altijd serieus Nam de zorgverlener u serieus? n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188 Gemiddeld (n=188) 1% 9% 90% Verplegend personeel (n=7) 100% Verpleegkundig consulent (8) 13% 13% 75% Arts assistent (n=7) 29% 71% Specialist / behandelend arts (n=166) 8% 91% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Gemiddeld vindt bijna iedereen dat de zorgverlener hen serieus neemt (90%). Alle respondenten die het verplegend personeel beoordelen voelen zich altijd serieus genomen. Eén persoon voelde zich soms serieus genomen door de verplegend consulent, twee personen voelde zich soms serieus genomen door de specialist. 33
  • 34. Zorgverlener had bij 8 op de 10 altijd genoeg tijd Had de zorgverlener genoeg tijd voor u? n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188 Gemiddeld (n=188) 5% 13% 82% Verplegend personeel (n=7) 14% 29% 57% Verpleegkundig consulent (8) 25% 75% Arts assistent (n=7) 29% 71% Specialist / behandelend arts (n=166) 4% 13% 84% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Over het geheel genomen vindt 82% dat de zorgverlener genoeg tijd had voor de patiënt. Bij de verpleegkundig consulent vonden twee personen dat er slechts soms genoeg tijd werd genomen, bij de specialist waren dit 6 personen, en bij de verpleging één. 34
  • 35. Uitleg van zorgverleners voor 83% altijd begrijpelijk Legde de zorgverlener dingen op een begrijpelijke manier uit? n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188 Gemiddeld (n=188) 3 14% 83% Verplegend personeel (n=7) 14% 86% Verpleegkundig consulent (8) 13% 13% 75% Arts assistent (n=7) 29% 71% Specialist / behandelend arts (n=166) 2 14% 84% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd De uitleg van de zorgverleners wordt over het algemeen goed begrepen; 83% vindt de uitleg begrijpelijk / duidelijk. Geen enkele respondent heeft aangegeven dat de uitleg nooit duidelijk was. 35
  • 36. 8 op de 10: nooit tegenstrijdige informatie Gaf de zorgverlener u informatie die tegenstrijdig was met informatie die u van andere zorgverleners kreeg? n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188 Gemiddeld (n=188) 4% 3 12% 81% Verplegend personeel (n=7) 100% Verpleegkundig consulent (8) 13% 88% Arts assistent (n=7) 29% 71% Specialist / behandelend arts (n=166) 4%2% 13% 81% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Altijd Meestal Soms Nooit Gemiddeld genomen vindt 81% dat de gegeveninformatie altijd overeen met informatie van andere zorgverleners, voor het verplegend personeel is dat zelfs 100%. Bijna een derde (twee personen) vindt dat de informatie die de arts assistent geeft soms niet overeenkomt met informatie van andere zorgverleners. 36
  • 37. 9 op de 10: afspraken worden altijd nagekomen Kwam de zorgverlener de afspraken na die hij/ zij met u had gemaakt? n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188 Gemiddeld (n=188) 1 11% 89% Verplegend personeel (n=7) 100% Verpleegkundig consulent (8) 13% 25% 63% Arts assistent (n=7) 100% Specialist / behandelend arts (n=166) 11% 89% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Behalve één wat negatievere ervaring (afspraken worden soms nagekomen – verplegend consulent) – worden afspraken meestal en bij het verplegend personeel en arts assistenten zelfs 100% altijd nagekomen. 37
  • 38. Twee derde geeft zeer hoge beoordeling zorgverlener Welk cijfer geeft u de zorgverlener? n (controle volwassenen - type controle en zorgverlener bekend) = 188 Gemiddelde: Gemiddeld (n=188) 1 8% 21% 70% 9,0 Verplegend personeel (n=7) 43% 48% 8,9 Verpleegkundig consulent (8) 13% 25% 63% 8,4 Arts assistent (n=7) 28% 14% 57% 8,3 Specialist / behandelend arts (n=166) 9% 20% 71% 9,0 0% 20% 40% 60% 80% 100% Onvoldoende (0-5) Redelijk (6-7) Goed (8) Zeer goed (9-10) Er is één persoon die een onvoldoende heeft gegeven aan een zorgverlener (verpleegkundig consulent) – voor de rest zijn alle zorgverleners met een voldoende beoordeeld. Gemiddeld geeft maar liefst 70% een 9 of 10 aan de zorgverlener. 38
  • 39. Deel 2a: algemene gegevens kinderen 39
  • 40. Algemene gegevens kinderen Geslacht Geslacht n (ouders over hun kind) = 49 n (adolescenten) = 21 De verdeling van Meisje 45% Meisje Jongen jongens en meisjes is 48% Jongen 55% 52% redelijk gelijk, met name bij de adolescenten. Welke aandoening heeft uw kind / heb jij? n (ouders over hun kind) = 49, n (adolescenten) = 21 De meeste kinderen hebben 71% AGS AGS, gevolgd door Addison. 82% Cushing komt nauwelijks voor Primaire of secundaire 24% (bij 1 kind onder de 12 en 1 bijnierschorsinsuf f iciëntie (Addison) 12% boven de 12, in beide gevallen oorzaak in hypofyse). Anders 4% AGS: tweederde lijdt aan de 5% zoutverliezende vorm. Syndroom van Cushing 2% 0% 20% 40% 60% 80% 100% 40 Adolescenten Ouders over hun kind
  • 41. Ontstaan en diagnose van klachten Stellen diagnose en aanvang klachten (geen onderscheid ouders over kind en adolescenten i.v.m. lage n, antwoordcategorie '12-18 jaar geleden' komt niet bij <12 jaar voor) 12% 12 - 18 jaar geleden 11% 46% 5 tot 12 jaar geleden 44% 23% 2 tot 5 jaar geleden 25% 13% Wanneer zijn de klachten 1 tot 2 jaar geleden begonnen? (n=61) 14% Hoe lang geleden werd de 2% diagnose van deze aandoening 6 - 12 maanden geleden 2% gesteld? (n=64) 5% 0 - 6 maanden geleden 5% 0% 10% 20% 30% 40% 50% De meeste kinderen en adolescenten die de vragenlijst hebben ingevuld hebben langer dan twee jaar een gediagnosticeerde aandoening. In 83% van de gevallen was de diagnose van de klachten in dezelfde periode als de aanvang van de klachten. 41
  • 42. Deel 2b: controles op afdeling kinderendocrinologie 42
  • 43. Lichamelijk onderzoek en controle van waarden komen het meeste voor Kunt u aangeven welke controle(s) uw kind heeft / jij hebt gehad? n (ouders over hun kind) = 48, n (adolescenten) = 20 Lichamelijk onderzoek 100% (bijv. wegen) 92% Controle van bloed- of 95% speekselwaarden 92% Controle van medicatie 65% (medicatiebewaking) 92% 50% Röntgenf oto / scan 60% Evaluatie van eventuele 60% klachten 56% Adolescenten Geen van bovenstaande 0% Ouders over hun kind 0% 20% 40% 60% 80% 100% Alle adolescenten die de vragenlijst hebben ingevuld hebben lichamelijk onderzoek gehad, voor kinderen onder de twaalf is dit 92%. Röntgenfoto's of scans komen vaker voor dan onder de volwassenen die controle ondergaan. 43
  • 44. 9 op de 10 vinden aantal controles precies goed Wat vindt u van de hoeveelheid controles Wat vind je van het aantal controles per jaar in het UMC St Radboud? per jaar in het UMC St Radboud? n (ouders over hun kind) = 48 n (adolescenten) = 20 Weinig Te veel Veel 2% 2% 4% Veel 10% Precies goed Precies goed; 90% 92% De ouders van kinderen en adolescenten vinden bijna allemaal dat het aantal controles per jaar precies goed is. 10% van de adolescenten (n=2!) vindt het aantal controles veel. Bij de ouders die het aantal controles niet precies goed vinden, zijn de meningen verdeeld over of het aantal te laag of te hoog is. 44
  • 45. Bijna alle (ouders van) kinderen vinden informatie tijdens controle (zeer) goed Hoe beoordeelt u / beoordeel je de informatie die u door de medewerker(s) van de polikliniek kindergeneeskunde tijdens de controle(s) kreeg in zijn geheel? Adolescenten (n=20) 5% 10% 55% 30% Ouders over hun kind (n=48) 2%4% 54% 38% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Zeer slecht Slecht Matig Redelijk Goed Zeer goed 85% van de adolescenten en 92% van de ouders vinden de informatie van de polikliniek kindergeneeskunde tijdens de controles (zeer) goed. Eén adolescent en twee ouders beoordelen de informatievoorziening als matig / slecht. Uit de open reacties blijkt dat de heldere uitleg, de deskundigheid en het openstaan voor vragen gewaardeerd worden. Respondenten die de uitleg niet begrijpelijk vonden geven aan dat er soms moeilijke taal / vaktaal werd gebruikt. Twee respondenten vonden dat de uitleg de aandoening ‘erger’ liet leken dan dat deze werd ervaren en één respondent gaf aan dat hij/zij liever meer informatie had gehad. 45
  • 46. Niet altijd uitgelegd waarom controle nodig was Vertelden de medewerkers van de polikliniek kindergeneeskunde waarom een controle nodig was? Adolescenten (n=20) 10% 20% 30% 40% Ouders over hun kind (n=48) 2 15% 33% 50% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Vertelden de medewerkers van de polikliniek kindergeneeskunde wat de controle(s) inhield(en)? Adolescenten (n=20) 55% 45% Ouders over hun kind (n=48) 10% 38% 52% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Nooit Soms Meestal Altijd De meningen wat betreft de uitleg over waarom een controle nodig is lopen sterk uiteen, met name onder de adolescenten. De inhoud van de controle(s) werd wel in de meeste of alle gevallen toegelicht. 46
  • 47. Bijna iedereen positief over uitleg medicatie Heeft u de medicatie van uw kind naar aanleiding Heb jij jouw medicatie naar aanleiding van de van de uitslag(en) van de controle(s) moeten bijstellen? uitslag(en) van de controle(s) moeten bijstellen? n (controle - ouders over hun kind) = 48 n (controle adolescenten) = 20 N.v.t. Nee 2% 5% Nee 21% Ja Ja 77% 95% Hoe beoordeelt u / beoordeel je de begeleiding / uitleg die u / je hierbij hebt ontvangen? Adolescenten (n=18) 6% 78% 17% Ouders over hun kind (n=37) 3% 68% 30% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Zeer slecht Slecht Matig Redelijk Goed Zeer goed Alle ouders en bijna all adolescenten (op 1 na) kregen uitleg wanneer de medicatie moest worden bijgesteld. De ouders beoordeelden deze informatie vaker als ‘zeer goed’ dan de adolescenten. In beide gevallen zijn bijna alle respondenten positief over de uitleg. 47
  • 48. Toepassen instructies medicatie meestal moeiteloos Lukte het u / jou om de instructies over de medicatie (bijv. stress schema) thuis toe te passen (bij uw kind)? Adolescenten (n=21) 19% 81% Ouders over hun kind (n=47) 15% 85% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nee, veel Soms, een beetje Ja, geen moeite mee moeite mee moeite mee Ruim acht op de tien respondenten geven aan geen moeite te hebben met het thuis toepassen van de instructies omtrent medicatie. Zeven ouders (15%) en vier adolescenten (19%) geven aan dat ze hier soms moeite mee hebben. 48
  • 49. Kinderarts bijna altijd beleefd en luistert aandachtig Was de kinderarts beleefd tegen u en uw kind / jou? Adolescenten (n=20) 10% 90% Ouders over hun kind 2% 96% (n=48) 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Luisterde de kinderarts aandachtig naar u en uw kind / jou? Adolescenten (n=20) 100% Ouders over hun kind (n=48) 19% 81% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Slechts 1 ouder is van mening dat de kinderarts niet beleefd was, overige ouders en alle adolescenten vinden de kinderarts meestal of altijd beleefd. Alle adolescenten en 81% van de ouders vinden dat de kinderarts altijd aandachtig luistert. 49
  • 50. (Ouders van) kinderen voelen zich serieus genomen Nam de kinderarts u en uw kind / jou serieus? Adolescenten (n=20) 100% Ouders over hun kind (n=48) 4% 96% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Had de kinderarts genoeg tijd voor u en uw kind / jou? Adolescenten (n=20) 25% 75% Ouders over hun kind (n=48) 6% 23% 71% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Bijna alle respondenten voelen zicht door de kinderarts serieus genomen, onder de adolescenten is dit zelfs 100%. Op de mening van drie ouders na had de kinderarts meestal of altijd genoeg tijd. 50
  • 51. 40% van de adolescenten: niet altijd eenduidige informatie Legde de kinderarts dingen op een begrijpelijke manier uit? Adolescenten (n=20) 25% 75% Ouders over hun kind (n=48) 4% 15% 81% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd Gaf de kinderarts u / jou informatie die tegenstrijdig was met informatie die u / jij van andere zorgverleners kreeg? Adolescenten (n=20) 5% 5% 30% 60% Ouders over hun kind (n=48) 2 6% 2 90% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Altijd Meestal Soms Nooit De uitleg van de kinderarts was voor (bijna) acht op de tien altijd begrijpelijk, 2 ouders vonden de uitleg soms begrijpelijk. 40% van de adolescenten vond dat er soms informatie werd gegeven door de kinderarts die niet overeenkwam met informatie van andere zorgverleners. 51
  • 52. Gemaakte afspraken bij 85% altijd nagekomen Kwam de kinderarts de afspraken na die hij/ zij met u en uw kind / jou had gemaakt? Adolescenten (n=20) 15% 85% Ouders over hun kind (n=48) 2 13% 85% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd 85% vindt dat gemaakte afspraken met de kinderarts altijd weren nagekomen. Slechts één ouder is van mening dat dit slechts soms gebeurde. 52
  • 53. Geen onvoldoendes voor de kinderarts, tweederde geeft zeer hoge beoordeling Welk cijfer geeft u de kinderarts? Gemiddelde: Adolescenten (n=20) 5% 25% 70% 8,9 Ouders over hun kind (n=48) 4% 23% 73% 9,0 0% 20% 40% 60% 80% 100% Onvoldoende (0-5) Redelijk (6-7) Goed (8) Zeer goed (9-10) Ruim tweederde van de respondenten beoordeelt de kinderarts met cijfer 9 of 10. Geen enkele ouder of adolescent geeft de kinderarts een onvoldoende. 53
  • 54. Deel 2c: specifieke vragen afdeling kinderendocrinologie 54
  • 55. Alle ouders tevreden over omgang met kind Vragen specifiek voor de ouders Deed de kinderarts zijn of haar best om u als 2 4% 93% ouder(s) op uw gemak te stellen? (n=45) Deed de kinderarts zijn of haar best om uw kind op 2 98% zijn of haar gemak te stellen? (n=46) Was u tevreden met hoe de kinderarts met uw kind 100% omging? (n=47) 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nee Enigszins Ja Bijna alle ouders geven aan dat de kinderarts zijn of haar best deed om zowel de ouder(s) als het kind op zijn of haar gemak te stellen. Drie ouders vonden dat zij zelf in mindere mate op hun gemak werden gesteld, één ouder vond dat de kinderarts enigszins zijn / haar best deed om het kind op zijn / haar gemak te stellen. Alle ouders zijn tevreden over hoe de kinderarts met hun kind omging. 55
  • 56. Tweederde van de adolescenten altijd op zijn/ haar gemak bij kinderarts Voelde je je op je gemak bij de kinderarts van het UMC St Radboud? n (controle adolescenten) = 20 5% 30% 65% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nooit Soms Meestal Altijd 65% van de adolescenten geeft aan zich altijd op zijn of haar gemak te voelen bij de kinderarts. Slechts één adolescent geeft aan dat dit slechts soms het geval was. Uit de open toelichting bleek dit te komen door zenuwen. 56
  • 57. 20% adolescenten: te weinig vermaak Vindt u / vind je dat de polikliniek kindergeneeskunde leuke dingen heeft voor uw kind / voor jou om zich / je te vermaken (bijv. spelletjes, boeken) Adolescenten (n=21) 10% 10% 71% 10% Ouders over hun kind (n=48) 8% 33% 58% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nee, veel te weinig Nee, beetje te weinig Ja, een beetje Ja, heel veel De ouders van (jongere) kinderen vinden vaker dat er veel leuke dingen voor hun kind op de kinderafdeling zijn dan adolescenten. Vier van de 21 adolescenten vinden dat er te weinig vermaak is op de kinderafdeling. 57
  • 58. Eerder (te) veel ondersteuning dan te weinig Bent u als ouder(s) / ben jij door het UMC St Radboud ondersteund in verband met de aandoening van uw kind / jouw aandoening? 29% Ja, en daar had ik ook behoef te aan 42% 29% Ja, maar ik had er eigenlijk geen behoef te aan 44% 5% Nee, maar ik had daar wel behoef te aan 2% 38% Nee, maar daar had ik ook geen behoef te aan 13% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Adolescenten (n=21) Ouders over hun kind (n=48) Bijna alle ouders geven aan ondersteund te zijn in de omgang met de aandoening van hun kind (85%), bij de adolescenten is dit ruim de helft (57%). Van de respondenten die steun hebben ontvangen zijn de meningen gelijk verdeeld wat betreft de behoefte aan steun. Bijna niemand geeft aan geen steun te hebben gehad terwijl dit wel wenselijk was. De adolescent die wel graag steun had gehad geeft aan graag in contact gekomen te zijn met andere kinderen met dezelfde aandoening. Respondenten die steun ontvingen waarderen de (ouder)bijeenkomsten en dat ze op de hoogte worden gesteld van speciale websites / patiëntenvereniging. 58
  • 59. Ervaring en voorkeur aantal artsen lopen uiteen Heeft u in het UMC St Radboud steeds contact gehad met één kinderarts Wat heeft uw voorkeur? of met verschillende kinderartsen? n (ouders over hun kind) = 48 n (ouders over hun kind) = 48 Geen Steeds Met voorkeur 21% Steeds met met één verschillende Met dezelf de 25% kinderartsen verschillende kinderarts kinderartsen contact contact 8% 71% 75% Heb je in het UMC St Radboud Wat heb je zelf het liefst? steeds contact gehad met één kinderarts n (adolescenten) = 21 of met verschillende kinderartsen? n (adolescenten) = 21 Geen Steeds met Steeds voorkeur Met dezelf de met één 29% verschillende kinderarts 38% contact kinderartsen 62% 71% De meeste ouders en de meeste adolescenten hebben contact met verschillende kinderartsen, terwijl de meerderheid van beide groepen het liefst steeds met één kinderarts contact heeft. 59
  • 60. Bekendheid 24 uur bereikbaarheid beperkter onder adolescenten Is het u / jou bekend dat de kinderendocrinologen 24 uur per dag bereikbaar zijn om u / jou te helpen als dat nodig is, ook voor vragen over medicatie? Adolescenten (n=21) 43% 57% Ouders over hun kind (n=47) 15% 85% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Nee, dat wist ik niet Ja, dat wist ik De overgrote meerderheid van de ouders is er bekend mee dat kinderendocrinologen 24 uur per dag bereikbaar zijn voor vragen. De adolescenten zijn wat minder bekend met deze dienst: een kleine meerderheid (57%) wist van de 24-uurs bereikbaarheid. Mogelijk weten hun ouders wel van het bestaan af. 60
  • 61. Deel 3: RAC / UMC St Radboud algemeen 61
  • 62. 8 op de 10 vinden telefonische bereikbaarheid (zeer) goed, ook bij spoed Hoe beoordeelt u de telefonische bereikbaarheid van het UMC St Radboud in het algemeen? Ouders van kinderen (n=47) 9% 23% 62% 6% Volwassenen (n=192) 1 12% 66% 21% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Zeer slecht Slecht Redelijk tot matig Goed Zeer goed Hoe beoordeelt u de telefonische bereikbaarheid van het UMC St Radboud bij Spoed? Ouders van kinderen (n=29) 4 3% 14% 59% 21% Volwassenen (n=123) 12 14% 53% 30% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Zeer slecht Slecht Redelijk tot matig Goed Zeer goed Zowel de algemene telefonische bereikbaarheid als de bereikbaarheid bij spoed worden door gemiddeld 80% van de respondenten als (zeer) goed beoordeeld. Ouders van kinderen vinden de telefonische bereikbaarheid vaker slecht dan 62 volwassenen.
  • 63. Wachttijd voor opname volgens helft te lang Wat was de wachttijd voor uw opname? n (volwassenen met opname) = 35 Wat vond u van deze wachttijd? n (volwassenen met opname, wachttijd bekend) = 29 26% 23% 17% 17% 17% Te lang Precies goed 48% 52% 0% 20% 40% 60% 80% 100% Minder dan Tussen de Tussen de 8 Langer dan Weet ik 4 weken 4 en 8 weken en 12 weken 12 weken niet meer Zowel de wachttijd zelf als de meningen daarover zijn sterk verdeeld. Alle respondenten die binnen 4 weken zijn opgenomen beoordelen deze wachttijd als ‘precies goed’. Omgekeerd beoordelen alle respondenten die langer dan 12 weken moesten wachten deze wachttijd als ‘te lang’. Binnen de andere twee termijnen zijn de meningen verdeeld. 63
  • 64. Wachttijd controle voor 8 op de 10 precies goed Wat was de wachttijd voor de (laatste) controle (van uw kind)? Van de respondenten Ouders van kinderen (n=48) 21% 8% 8% 23% 40% die de wachttijd nog weten, moesten de meeste minder dan 4 Volwassenen (n=193) 25% 13% 7% 21% 34% weken wachten of juist langer dan 12 weken. 0% 20% 40% 60% 80% 100% (Ruim) acht op de tien Minder dan 4 weken Tussen de 4 en 8 weken Tussen de 8 en 12 weken Langer dan 12 weken Weet ik niet meer vinden de wachttijd voor de controle(s) precies goed. Wat vond u van deze wachttijd? Wat vond u van deze wachttijd? Alle respondenten die n (volwassenen, wachttijd bekend) = 193 n (ouders van kinderen, wachttijd bekend) = 48 binnen twee weken op Te kort 2% Te kort 3% controle konden Te lang Te lang vonden deze wachttijd 10% 19% ‘precies goed’. Daarna zijn de meningen Precies goed Precies goed 79% 86% verdeeld. 64
  • 65. Samenwerking met andere zorgverleners overwegend positief beoordeeld Hoe beoordeelt u de samenwerking van het UMC St Radboud met andere zorgverleners? Ouders van kinderen (n=32) 9% 16% 56% 19% Volwassenen (n=159) 9% 13% 62% 15% 0% 10% 20% 30% 40% 50% 60% 70% 80% 90% 100% Zeer slecht Slecht Redelijk tot matig Goed Zeer goed Hoewel de ervaringen qua samenwerking met andere zorgverleners overwegend positief zijn, vindt grofweg een kwart deze samenwerking niet optimaal. Dit geldt voor zowel ouders van kinderen als volwassen patiënten. 65
  • 66. Ruim twee derde ‘actieve promotors’ van het RAC UMC St Radboud Deze grafiek geeft een In hoeverre zou u / je het UMC St Radboud aanbevelen aan samenvatting van de zogeheten andere patiënten met dezelfde aandoening? ‘ultimate question’ op basis NPS waarvan een aanbevelingsscore berekend kan worden (NPS – Net Promotor Score). Deze NPS Adolescenten (n=21) 5% 24% 71% +66 score geeft in dit geval aan wat het aandeel patiënten is dat het UMC St Radboud actief zou Ouders (n=48) 31% 69% +69 aanbevelen aan anderen. Hoe hoger de score hoe beter, negatieve scores duiden erop dat Volwassenen (n=207) 2 23% 74% +72 er meer mensen zijn die kritisch spreken over de organisatie (deze 0% 20% 40% 60% 80% 100% eerder afraden). De NPS wordt berekend door het percentage dat 0 t/m6 - 7 en 8 - 9 en 10 - een 9 of 10 geeft af te trekken van 'Criticasters' 'Passief tevreden' 'Promotors' het percentage dat een 0 t/m 6 geeft. Bijna alle respondenten zouden het St Radboud in meer of mindere mate aanbevelen aan andere patiënten met dezelfde aandoening. Het UMC St Radboud heeft tweederde actieve promotors: mensen die positieve reclame maken voor het UMC St Radboud (zij gaven een 9 of 10 wat betreft het aanbevelen). Er zijn nauwelijks criticasters (zij zouden het St Radboud niet aanbevelen). Dit resulteert voor alle patiëntgroepen in een zeer hoge positieve NPS score; naar alle waarschijnlijkheid wordt er actief positieve reclame voor het ziekenhuis gemaakt door 66 patiënten – zij treden als het ware als ambassadeur van het ziekenhuis op.
  • 67. Samenvatting open reacties van respondenten* Van volwassenen: De betrokkenheid en de algehele zorg wordt gewaardeerd. Ook noemen respondenten het openstaan voor vragen en de deskundigheid. Sommige respondenten geven aan met verschillende specialisten verschillende ervaringen te hebben. Enkele respondenten geven als kritiekpunt dat de communicatie tussen afdelingen en met de huisarts beter kan. Als tips worden het beter bekendmaken van het spoednummer genoemd. Ook wordt de voorkeur voor mailcontact direct met zorgverleners uitgesproken (i.p.v. bellen met algemeen nummer). Twee respondenten hadden graag meer geïnformeerd geworden over lichamelijke veranderingen door de aandoening / medicatiegebruik. Van ouders en adolescenten: Met name de betrokkenheid en de deskundigheid van de medewerkers worden zeer gewaardeerd. Ook het bieden van ‘een veilig gevoel’ wordt door de ouders benoemd als positief punt. Daarnaast vinden respondenten het prettig dat er duidelijke uitleg gegeven wordt en dat men altijd terecht kan bij vragen. Als verbetertips noemen sommige adolescenten ‘vermaak’ voor hun leeftijdscategorie (+/- 16 jaar), bijvoorbeeld tijdschriften. Verder noemen sommige ouders dat zorgverleners buiten het RAC niet goed op de hoogte zijn van de ziektebeelden. Sommige vinden het aantal controles en bijbehorende reistijd een belasting. *Voor specifieke verbetertips en open opmerkingen wordt verwezen naar een apart opgeleverd Excel bestand met 67 alle open toelichtingen.
  • 69. Conclusies en aanbevelingen (1) Opname (volwassenen) Over de algemene zorg en de ingreep zelf zijn de respondenten (zeer) tevreden. Dit geldt ook voor de ervaringen met de chirurgen en de eigen behandelend arts / specialist. Uit de open antwoorden blijkt wel dat er in het verleden wisselende ervaringen met andere specialisten zijn geweest. Enkele respondenten waren minder positief over respectievelijk de anesthesist en een lid van het verplegend personeel, met name op aspecten wat betreft de bejegening. Gezien het lage aantal respondenten dat vragen over deze zorgverleners heeft ingevuld, zijn deze resultaten helaas niet betrouwbaar genoeg om generaliserende uitspraken te doen en dienen ze met voorzichtigheid geïnterpreteerd te worden. Controle (volwassenen) Ook de ervaringen met de afdeling en de zorgverleners bij controles zijn zeer positief. Behalve één negatieve beoordeling van een verpleegkundig consulent is iedereen (zeer) tevreden. Een mogelijk verbeterpunt is het geven van informatie over de noodzaak van een controle en wat de controle precies inhoudt: 17% geeft aan dat deze informatie nooit of slechts soms wordt gegeven. Dit wil echter niet zeggen dat deze respondenten dergelijke informatie missen. Niemand vindt namelijk de informatie tijdens controles slecht. In de open reacties wordt benadrukt dat men het fijn vindt altijd met vragen terecht te kunnen en dat deze helder worden beantwoord. Sommige respondenten geven aan dat ze graag meer informatie hadden gehad over de lichamelijke (en geestelijke) consequenties van de aandoening en medicatiegebruik (bijv. gewichtstoename). 69
  • 70. Conclusies en aanbevelingen (2) Controle (ouders en adolescenten) Over de controles op de kinderpoli Endocrinologie zijn de ervaringen van zowel ouders als adolescenten (zeer) positief. Ook hier komt naar voren dat er niet altijd wordt uitgelegd waarom een controle nodig is (of deze informatie blijft niet hangen) – wellicht kan dit bij adolescenten extra benadrukt worden. Ook kan een herhaling van de instructies voor medicatiegebruik thuis raadzaam zijn: 19% van de adolescenten en 15% van de ouders geven aan hier soms moeite mee te hebben. Wellicht kan daarbij ook de 24-uurs bereikbaarheid worden aangestipt: niet iedereen is daarvan op de hoogte. Alle ouders zijn tevreden over hoe de kinderarts met hun kind omging, ook voelden kinderen en adolescenten zich op hun gemak tijdens de controles. Sommige adolescenten (en enkele ouders) vinden dat er iets meer (leeftijdsgericht) vermaak mag komen op de kinderafdeling. Bij tweederde van de adolescenten en ruim de helft van de ouders kwam de geboden ondersteuning in het omgaan met de aandoening overeen met de eigen wensen. Mogelijk kan er jaarlijks besproken worden hoeveel / welke steun men wenst om te voorkomen dat patiënten meer ondersteuning krijgen dan zij wensen (nu ongeveer een derde), of geen steun ontvangen die wel geboden kan worden (komt nu nauwelijks voor). Wellicht kan het belang van het werken met meerdere kinderartsen per patiënt worden toegelicht, omdat nu de voorkeur (1 arts) en de realiteit (meerdere artsen) uiteenlopen. Uit de open reacties blijkt dat patiënten de betrokkenheid van de zorgverleners zeer waarderen. Ook de informatiebijeenkomsten (AGS) worden expliciet als positief punt benoemd. 70
  • 71. Conclusies en aanbevelingen (3) UMC St Radboud algemeen De telefonische bereikbaarheid wordt, ook bij spoed, door 8 van de 10 patiënten met (zeer) goed beoordeeld, enkele ouders van kinderen hebben slechtere ervaringen. Sommige respondenten gaven expliciet aan graag het spoednummer te willen weten – mogelijk kan dit (nogmaals) onder de aandacht worden gebracht. Ook gaven enkele respondenten aan liever per mail direct met de zorgverlener contact te hebben. Wat betreft de wachttijd geldt dat de zeer korte wachttijden (< 2 weken) door iedereen als ‘precies goed’ worden beoordeeld en dat patiënten 12 weken of langer ‘te lang’ vinden, met name bij een opname. De vraag is echter of het RAC hier iets aan kan doen (behalve dan erover te communiceren). Over de samenwerking met andere zorgverleners wordt door ruim driekwart positief geoordeeld. Sommige respondenten geven expliciet aan dat de samenwerking met de huisarts / andere ziekenhuizen minder goed verliep (o.a. door gebrek aan kennis van de externe zijde). Een enkeling maakte een opmerking over de samenwerking tussen afdelingen binnen het UMC St Radboud (o.a. urologie). Wellicht kan het RAC (externe) zorgverleners hierin bijstaan door informatie over de specifieke aandoeningen beschikbaar te stellen (voor zover dat nog niet gebeurt). Al met al zijn (ouders van) patiënten zeer tevreden met het UMC St Radboud en haar medewerkers en zou tweederde het ziekenhuis vrijwel zeker aanbevelen. Deze mensen kunnen als ambassadeurs van het ziekenhuis en het RAC worden gezien. Gezien het soms lage aantal respondenten dat bepaalde vragen heeft ingevuld, is het lastig om betrouwbaar onderscheid te maken tussen afdelingen en zorgverleners. Onderscheid is alleen gemaakt om het RAC van specifiekere informatie te kunnen voorzien. 71
  • 72. ADV Market Research BV Willem Arntszlaan 115 C 3734 EE Den Dolder 030 – 6910943 | info@adv-mr.com | www.adv-mr.com