Veel mensen met een laag inkomen tekenen noodgedwongen een kleine ecologische voetafdruk op. Toch dreigen zij de rekening te betalen voor een klimaatbeleid zonder sociale component. Zo treffen de lage emissiezones en een koolstoftaks hen harder, terwijl zij niet de grootste uitstoters van broeikasgas zijn. Ook mensen in armoedesituaties liggen wakker van de ecologische uitdagingen, maar ze worden nauwelijks betrokken in het publieke overleg over de toekomst van onze planeet. Net omdat hun toekomst vandaag al onder druk staat, willen mensen in armoede mee denken en praten. Een sociaal klimaatbeleid is nochtans perfect mogelijk. Zo bestrijdt energiezuinig renoveren in de sociale huisvesting energiearmoede en dragen investeringen in openbaar vervoer bij aan de strijd tegen klimaatopwarming en vervoersarmoede. Het is hoog tijd om op een andere manier over armoede en sociale ongelijkheid na te denken. Het 10de ‘Tweejaarlijks Verslag van het Steunpunt tot bestrijding van armoede, bestaansonzekerheid en sociale uitsluiting’ laat er geen twijfel over bestaan: “klimaatbeleid zal sociaal zijn of zal niet zijn.” En ondertussen tonen ook tal van inspirerende en innoverende sociaal-culturele praktijken hoe duurzaam en sociaal hand in hand kunnen gaan. Veerle Stroobants (Steunpunt tot bestrijding van armoede) neemt je mee in de bevindingen van het tweejaarlijkse Verslag 2018-2019: “Duurzaamheid en armoede. Een bijdrage aan politiek debat en politieke actie.”. Dat rapport kwam tot stand in overleg met mensen in armoede en hun verenigingen en met actoren uit sociale en milieuorganisaties, instellingen en administraties.