2. Waartoe op aard?
Sportverenigingen zijn een ‘bijproduct’ van
de eigen wens van een groep mensen om
samen te sporten
– Vrijwillige participatie
– Gelijkwaardigheid
– Democratische besluitvormingsstructuur
– Strijd
– Stabiliteit / veranderingsresistent
4. Gemeentelijke bezuinigingen
Hellendoorn: € 114.500,- in 2013 Amersfoort
Coevoorden: € 535.000,- vanaf 2014 Sint-Michielsgestel
Zaanstad: “In de sport moet er de komende jaren bezuinigd worden. Het
betreft een structureel bedrag van € 100.000,- in 2013 tot € 600.000,- vanaf
2016.”
Tilburg
Nieuwegein
Zoetermeer
6. Consumentisme in de
sportvereniging
Ontwikkeling waarbij het (potentiële) lid van de
sportvereniging zich steeds meer als consument opstelt.
De binding met de club krijgt hierdoor een andere vorm en
betekenis.
7. Instrumentalisering van de sport
Ontwikkeling waarbij de sport steeds meer
als middel wordt gezien en ingezet voor
het bereiken van niet-sportspecifieke
maatschappelijke doelstellingen
9. Top 10 meest genoemde beleidsterreinen in
sportgemeente essays (in procenten, N=34)
1. Gezondheidsbevordering 59
2. Sociale cohesie 41
3. Sportparticipatie onder specifieke doelgroepen 38
4. BOS-impuls 32
5. Leefbaarheid in wijken 26
6. Sociale integratie van bevolkingsgroepen 24
7. Maatschappelijke functie (algemeen) 21
8. Maatschappelijke participatie van burgers 15
9. City Marketing 9
10. Kinderopvang 9
10. Oriëntaties verenigingsbestuurders
Waar zet het bestuur zich het komende jaar met
name voor in?
% verenigingen (n=539)
Ledenbehoud 54
Ledenwerving 51
Behoud vrijwilligers 32
Sfeer en cultuur van de vereniging 27
Werving vrijwilligers 25
Financiën 18
Beheer en onderhoud accommodatie 18
Professioneel kader (werven en behouden) 12
Publiciteit en reclame 11
Samenwerking met andere vereniging(en) 11
Realiseren van (top)sportambities 9
Ontwikkelen van nieuw sportaanbod 4 Bron: Mulier Instituut,
Verenigingsmonitor Thema
Opzetten van aanvullende diensten 3 2011
Anders, namelijk 4
12. Realistische ambities
1. Erkenning en acceptatie diversiteit verenigingen
2. Allianties met overheid en markt welkom, mits
verenigingsoriëntatie als basis
3. Leden zijn geen klanten, ze worden het misschien als je ze
als zodanig tegemoet treedt
Bedankt Paulien Dames en heren, ik begeef mij op glad ijs… Ik weet nauwelijks iets over ‘de schaatsvereniging’. Maar in zijn algemeenheid kan ik u wel iets vertellen over ‘de sportvereniging’. Ik wil het vandaag met u hebben over passie. Passie voor de sport, voor competitie, voor topprestaties, voor sociaal contact, voor het beste voor uw kinderen, dat is waarom u als actieve vrijwilliger hier zit en wat uw vereniging bij elkaar houdt. Als beginnend sporter merk je meestal niet zoveel van die passie. Vanaf mijn jeugd heb ik veel verschillende sporten beoefend. Ook wel eens een jaartje bij een schaatsvereniging: bij de recreatieve schaatsvereniging Noord-Limburg schaatste ik een seizoen lang rondjes in Grefrath. Met passie van anderen was ik toen niet bezig, je neemt het voor lief aan. Door het onderzoek dat ik de laatste jaren heb mogen verrichten bij tientallen sportverenigingen is mij één ding duidelijk geworden: de sportvereniging drijft op passie.
Die passie staat ook centraal in de wijze waarop wij sportverenigingen beschouwen Je neemt vrijwillig deel aan de club; niemand heeft je gedwongen het lidmaatschap aan te gaan. Ja, je ouders de eerste keer misschien, socialisatie heet dat. Maar u zult hier zitten op basis van vrijwilligheid Besluiten komen tot stand op basis van gelijkwaardigheid en een democratische structuur Dat wil niet zeggen dat er geen strijd is in de club: emoties tussen personen, conflicten tussen afdelingen of trainers die hun invloed hebben op de koers van de vereniging Tegelijkertijd zijn verenigingen weer heel stabiel. Veranderingsresistent is dat ook wel genoemd in de Duitse literatuur over sportverenigingen. Ga maar na hoe zeer sportverenigingen van nu in de structuur en cultuur nog altijd lijken op de eerste verenigingen zo’n 150 jaar geleden Naast die interne kenmerken hebben verenigingsbestuurders ook te maken met uitdagingen die de omgeving met zich meebrengt.
Individualisering > veel ambiguïteit rond dit begrip. We hebben het gevoel dat we bijv. Meer keuzevrijheid hebben, maar cijfers van SCP laten zien dat er sinds de jaren ’70 jusit sprake is van toename in kuddegedrag op basis van sociaal-demografische kenmerken. Regeldruk > ledenregistratie bij bond, formele bezwaarprocedures, regels voor sociale hygiëne, geluid, licht, alcohol- en rookverboden, brandveiligheidvoorschriften, milieuvoorschriften, belastingregels, werknemerscontracten en –regelingen (workshop WOS), subsidieprocedures en bijbehorende verantwoording, BHV voorschriften, en ga zo maar door. Het is door mijn collega Jan Janssens ook wel het ‘sjoelbaksyndroom’ genoemd. Als sjoelbakstenen in een overvolle sjoelbak waardoor taken zich opstapelen, de werkdruk toeneemt en ambities vastlopen. Gelukkig is er inmiddels een Taskforce belemmeringen op instigatie van het ministerie in het leven geroepen. Daarbovenop zijn er uiteraard de bezuinigingen. Vraag: welke vereniging ondervindt of heeft al effecten ondervonden van gemeentelijke bezuinigingen? Paulien kan zaal in voor uitleg
Veel gemeenten bezuinigen nu op hun accommodatiebeleid, en op ledensubsidies. Wellicht kan heeft dit de komende jaren invloed op uw bestuurstaken.
Reactie vanuit bonden: Ontwikkelen individueel lidmaatschap: mijnzwemcoach.nl Kennismakingsprogramma’s: zoals uurchallenge & start to run De sportconsument wordt gecreëerd in het sportbeleid: beleidsplannen 15 grootste sportbonden + NOC*NSF Maar is er wel sprake van consumentisme? … of gaat het om een veranderende betekenis van betrokkenheid en moeten we daar nog mee leren omgaan? Percentage vrijwilligers in sport al jaren stabiel (rapportage Sport 2010: 72) Verschillende methodieken laten zien dat het vinden van vrijwilligers geen probleem hoeft te zijn. Collega Jan-Willem van der Roest gaat dit nauwkeurig op basis van grote datasets voor u uitzoeken
Legio beleidsprogramma’s waar sportverenigingen een belangrijke rol spelen in het behalen van de doelstellingen. Welke van de aanwezige verenigingen heeft deelgenomen of neemt deel aan een dergelijk beleidsprogramma? - Paulien kan zaal in voor toelichting
Demissionair Minister (en ik verwacht ook komend minister) Schippers legt daarbij nadruk op lokale particuliere initiatieven Maar wil wel regie houden door te sturen op activiteiten in de wijk (=alternatieve locatie) en aanbod creëeren voor doelgroepen die minder deelnemen aan de sportvereniging Dat levert de vraag op of er werkelijk gesproken kan worden van een particulier initiatief. En, hoe duurzaam zijn ingezette projecten. Bij een programma als Meedoen zijn vele miljoenen geïnvesteerd, maar is de opbrengst relatief mager en hebben vele deelnemende verenigingen hun destijds opgezette activiteiten alweer laten varen.
De instrumentaliteit wordt ook goed duidelijk wanneer we gemeentelijke sportbeleidsdocumenten erop naslaan.
Daartegenover staan de speerpunten voor verenigingsbestuurders Doel SV = interne organisatieontwikkeling!
Geprobeerd de processen consumentisme en instrumentalisering in een figuur te plaatsen Het samengaan van deze processen leidt tot vier spanningsvelden 1. Passie vs. doelrationaliteit 2. Vrijwilligheid vs. professionaliteit 3. Autonomie vs. Sturing (instrumentalisering) 4. Profijt vs. publieke belangen
Iedere sportvereniging heeft haar waarde voor de sport en voor de samenleving. 2. Sportverenigingen zijn steeds meer bereid zich te richten op externe ontwikkelingen c.q. vragen van externe partijen. Dat gaat gepaard met een afname van de waardering van de traditionele (interne) verenigingsoriëntatie door beleidspartners 3: Vorig jaar filmpje Back2Basics Berend Rubingh zegt hetzelfde Hoe om te gaan met ontwikkelingen komt aan orde bij workshops Bedankt