2. Het moment Toen de tijd naderde dat Jezus van de aarde zou worden weggenomen, ging hij vastberaden op weg naar Jeruzalem. Lucas 9,51
3. De opdracht Ik zend je als lammeren onder de wolven (10,3) Wat je gaat doen roept veel weerstand op (10,10-16) Je krijgt niets mee voor onderweg (10,4) Je gaat leven van de geef en eten wat de pot schaft (10,7)
4. Het verhaal De tweeënzeventig keerden vol vreugde terug en zeiden: ‘Heer, zelfs de demonen onderwerpen zich aan ons bij het horen van uw naam.’ (Lucas 10,17)
5. De reactie van Jezus Hij zei tegen hen: ‘Ik heb Satan als een lichtflits uit de hemel zien vallen! (Lucas 10,18)
6. Twee lezingen Ik zag Satan uit de hemel vallen … als een lichtflits(nederlaag) Ik zag Satan … als een bliksem (werkwijze)
7. Groter vreugde Verheug je er echter niet over dat de geesten zich aan jullie onderwerpen, maar verheug je omdat jullie naam in de hemel opgetekend is. Lucas 10,20
8. Jezus vreugde over Gods plan Dan zegt hij: ‘Hier ben ik, ik ben gekomen om uw wil te doen, (…) Op grond van die wil zijn wij voor eens en altijd geheiligd, door het offer van het lichaam van Jezus Christus. Hebreeën 10,9-10