18 006 cie SZW Europese arbeidsautoriteit brief Tweede kamer Koolmees
1. POSTADRES
Postbus 2475
3500 GL Utrecht
BEZOEKADRES
Tiberdreef 4
3561 GG Utrecht
TELEFOON
030 - 751 1100
INTERNET
www.cnv.nl
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
t.a.v. de vaste commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid
cc. de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de heer W. Koolmees
CONTACTPERSOON PLAATS ONS KENMERK
Ruben van der Ploeg Utrecht 18-006/ML/ja
TELEFOONNUMMER
DATUM
UW KENMERK
06-14478812 23 april 2018
E-MAIL
r.vanderploeg@cnv.nl
BETREFT
Europese Arbeidsautoriteit
Geachte leden van de Commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Op 25 april aanstaande bespreekt u het voorstel van de Europese Commissie voor
een Europese Arbeidsautoriteit (hierna: EA). Het Christelijk Nationaal Vakverbond
(CNV) verwelkomt het voorstel voor de EA en ziet een toegevoegde waarde van een
Europese instantie om fraude bij grensoverschrijdende arbeidsmobiliteit en de
coördinatie van sociale zekerheid aan te pakken. Wanneer dergelijke fraude
plaatsvindt, ontstaan er vragen wie de bevoegde instantie is voor controle, naleving
en sanctionering. Die vragen worden geadresseerd met de EA, maar niet altijd
afdoende beantwoord. Het CNV heeft dan ook een aantal zorgpunten over dit
voorstel. Enkele van deze zorgpunten zien wij terug in de kabinetsinzet zoals
verwoord in het BNC Fiche Verordening oprichting Europese Arbeidsautoriteit1
. Op
onderdelen zou het CNV de kabinetsinzet echter aangescherpt willen zien. Onze
zorgen en suggesties voor aanpassingen van de kabinetsinzet zijn onder te verdelen
in vier punten:
1. Meer focus van de Europese Arbeidsautoriteit om effectiviteit te vergroten
2. Handhaving van regels en tegengaan van fraude moet de kern zijn, niet het
bevorderen van het vrije verkeer van personen en diensten.
1
Kst 34924 -3 d.d. 6 april 2018
Bij beantwoording ons
kenmerk vermelden
a.u.b.
2. DATUM
23 april 2018
ONS KENMERK
18-006/ML/ja
PAGINA
2/3
3. Meer bevoegdheden voor nationale inspecties, zoals onze eigen Inspectie
SZW
4. Verplicht meedoen aan gezamenlijke inspecties om misbruik effectief te
bestrijden
1. Meer focus van de Europese Arbeidsautoriteit om effectiviteit te vergroten
Eerlijke arbeidsmobiliteit is de hoofdoelstelling van de EA (artikel 2 van het voorstel).
Het CNV maakt zich sterk voor een eerlijke en fatsoenlijke Europese arbeidsmarkt,
waar geen plaats is voor oneerlijke concurrentie en uitbuiting. Dit is niet alleen van
groot belang voor werknemers maar ook cruciaal om draagvlak voor Europa te
behouden. Het CNV is van mening dat de hoofddoelstelling ook de enige doelstelling
moet zijn: de EA moet zich richten op het uitbannen van fraude bij
grensoverschrijdende arbeid2
. De EA heeft echter ook het doel gekregen om het vrije
verkeer van werknemers en diensten te bevorderen3
en om taken van verschillende
comités en organen te concentreren door taken van vijf EU organisaties samen te
brengen4
. Hierbij signaleren wij een gevaar dat de EA onnodig groot wordt opgetuigd
en dat ook taken die geen relatie hebben met fraudebestrijding aan de EA worden
toegedicht. Concreet vragen wij de Minister in Europa om ervoor te zorgen dat het
Europees Portaal voor Beroepsmobiliteit (EURES) geen onderdeel moet uitmaken van
de EA.
2. Handhaving van regels en tegengaan van fraude moet de kern zijn, niet het
bevorderen van het vrije verkeer van personen en diensten.
De Europese Commissie heeft met dit voorstel niet alleen handhaving van regels voor
eerlijke grensoverschrijdende arbeidsmobiliteit en het tegengaan van fraude voor
ogen. In overwegingen 7, 11 en 36 van het voorstel staat duidelijk dat de Autoriteit
het vrije verkeer van personen, werknemers en diensten moet “bevorderen”. Wat
het CNV betreft heeft de EA daarmee de verkeerde focus. Dit komt tot uiting in de
eerste taak van de autoriteit: het bevorderen van “toegang van personen en
werkgevers tot informatie over hun rechten en plichten, en tot relevante diensten”
(artikel 2). Wij vragen de minister om de inzet van het kabinet hierop aan te
scherpen: de doelen van de EA moeten worden teruggebracht tot doel 2/a)
samenwerking tussen lidstaten (inclusief gezamenlijke inspecties) en doel 3/b):
bemiddelen bij geschillen tussen nationale autoriteiten.
3. Meer bevoegdheden voor nationale inspecties, zoals onze eigen Inspectie SZW
Het CNV deelt de kabinetsinzet dat de EA geen onnodige administratieve
verplichtingen opgelegd moet krijgen. Het CNV is van mening dat de EA zo ‘licht’ en
gestroomlijnd mogelijk moet zijn. Het huidige voorstel voor de raad van bestuur
bestaande uit een vertegenwoordiger per lidstaat en daarbij nog twee van de
Commissie, zal bijvoorbeeld in de praktijk leiden tot een onnodige zware optuiging
van de EA. Lidstaten zouden in het kader van deze Verordening aangemoedigd
moeten worden om maximaal te investeren in de kwaliteit en capaciteit van hun
eigen inspectiediensten. Signalering van misstanden moet immers in eerste instantie
2
Die fraude is onder te verdelen in fraude met a) arbeidsvoorwaarden; b) afdracht van sociale
zekerheidsbijdragen en; c) belastingen.
3
Opgenomen in overweging 36.
4
Deze zijn genoemd op p. 4 van het BNC Fiche.
3. DATUM
23 april 2018
ONS KENMERK
18-006/ML/ja
PAGINA
3/3
plaatsvinden op het grondgebied van een lidstaat. Ook in bilaterale contacten met
andere inspecties en de eisen die in dat verband gesteld kunnen worden, aan bv het
tijdig ontvangen van informatie, zouden nationale inspectiediensten meer
bevoegdheden moeten krijgen. De bevoegdheid om betrouwbaarheid van
documenten voor grensoverschrijdende activiteiten te controleren en, indien nodig,
deze documenten in te trekken, zou moeten liggen bij autoriteiten in zowel het
verzendende als het ontvangende land. Ook moeten nationale instanties aan een EA
kunnen rapporteren wanneer lidstaten Europese regels onvoldoende naleven.
Nationale autoriteiten moeten bovendien verplicht worden om gevraagde informatie
te verstrekken. Wij vragen de minister hiervoor te pleiten.
4. Verplicht meedoen aan gezamenlijke inspecties om misbruik effectief te bestrijden
In het voorstel is aangegeven dat voor gezamenlijke inspecties voorafgaande
toestemming van de deelnemende lidstaten vereist is, en lidstaten de bevoegdheid
houden om niet deel te namen aan de gezamenlijke inspecties. Terecht geeft de
minister aan dat dit onderdeel vragen oproept over de effectiviteit wanneer lidstaten
(structureel) niet deelnemen. De minister geeft aan dat het kabinet hier bij de
behandeling van het voorstel aandacht voor zal vragen. Het CNV roept de minister op
om hierin een steviger standpunt te nemen. Deelname aan inspecties kan niet op
basis van vrijwilligheid; de EA moet nationale instanties hiertoe onderbouwd kunnen
verplichten.
Uiteraard ben ik van harte bereid om deze brief nader aan u toe te lichten. Tot slot
wens ik u veel wijsheid toe bij uw beraadslagingen hieromtrent.
Hoogachtend,
CNV Vakcentrale
Maurice Limmen
voorzitter