6. lerende organisatie
De essentie van systeemdenken bestaat volgens
Senge uit twee zaken:
• het zien van onderlinge verbanden in plaats van een
lineaire opeenvolging van oorzaak en gevolg
• het zien van processen van verandering in plaats van
momentopnames.
Thursday, December 9, 2010
7. het systeem verandert?
van informatie naar identificatie?
: ?
Thursday, December 9, 2010
11. wat verandert er dan bij gebruik van sociale media?
de samenstelling en/of
verhouding van de
ingrediënten en
eventueel de methode
/
Thursday, December 9, 2010
12. sociale media + educatie
in 10 stappen en 1 beweging
aan de slag
/
Thursday, December 9, 2010
13. bepaal de ingrediënten van educatie
binnen jouw organisatie
Ingrediënten kunnen zijn:
• (key) activiteiten
• (key) resources
• relaties
• diverse grondstoffen (bijv. collectie, data, kennis, maar ook drukwerk,
website, bezoek, openingstijden)
• de manier waarop we doorgaans projecten organiseren (bijvoorbeeld
werkgroepen, teams, volgorde van bezigheden)
• uiteindelijke producten (dit evt. als nieuwe gesloten wereld beschouwen)
/
Thursday, December 9, 2010
14. op basis waarvan kiezen we ingredienten,
of maken we een heel nieuw menu?
•kenmerken sociale media (mediumspecifiek)
•in huis, buitenshuis, mobiel, online
•kunnen we onszelf tijd besparen?
•kunnen we niet een bestaand product hervormen?
/
Thursday, December 9, 2010
15. we gaan een nieuwe aanpak bedenken
om van het recept een gerecht te maken
We gaan kijken of er een volgorde / prioriteit in is aan te brengen. Dat doen
we door aan de verschillende ingrediënten een categorie te verbinden:
•inhoud > waar gaat het over?
•doelgroep > voor wie doen we dit?
•wat willen wij weten?
•motivatie > hoe past dit binnen de (leer)doelen van onze instelling? wat is
onze persoonlijke passie?
•creatie > wat maakt ons idee uniek, onderscheidend?
•organisatie > wie doet wat en wie kan ons daarbij helpen, misschien de
gebruiker?
•realisatie > wat is ervoor nodig in de zin van materialen, budget, tijdspad?
•met welke netwerken hebben we te maken
•verspreiding / vergaring > langs welke kanalen gaan we dit verspreiden /
vergaren? welke media passen daarbij?
•kunnen we daarmee bijdragen aan > de werking van) het gekozen medium /
platform / community?
•resultaat > gaan we meten en evalueren wat de respons en opbrengst is?
welke media passen daarbij?
/
Thursday, December 9, 2010
16. sociale media + educatie
in 10 stappen en 1 beweging
inventariseren
selecteren
analyseren
terugkoppelen
/
Thursday, December 9, 2010
17. sociale media + educatie
in 10 stappen en 1 beweging
terug naar het grotere geheel:
de organisatie als BIG IDEA
met een eigen verhaal
/
Thursday, December 9, 2010
18. sociale media + educatie
in 10 stappen en 1 beweging
volgorde van de (eigen) stappen bepalen
/
Thursday, December 9, 2010
19. • wie wil iets leren > doelgroep analyse?
• is leren ook een gesprek, zo ja welk gesprek?
• waar vindt dat gesprek plaats (locatie, ontmoetingsplek)?
• wie gaat dat gesprek voeren, wie gaat onderrichten / leren? > HRM / CRM / PR
• met wie en waar wordt dit leren gedeeld?
• hoe lang zijn we daarmee bezig?
• hoe kunnen we blijven venieuwen?
• hoe meten we de respons?
• wat is er nodig (organisatie) om dat te kunnen faciliteren?
• waaraan moeten (sociale) media voldoen om ons daarbij te helpen?
• zorg dat de organisatie zich als netwerk in netwerken begeeft, relaties
aangaat, leert en dit deelt met anderen
/
Thursday, December 9, 2010
21. visie, missie, relatie
definieer wie u bent... als organisatie
én als persoon binnen/buiten die organisatie
bedenk met wie u een gesprek wilt onderhouden
/
Thursday, December 9, 2010
22. beleid volgens business model
bedenk bij welk onderdeel van dit model de ingrediënten
ondergebracht kunnen worden. Wat verandert er aan het
geheel als 1 van de onderdelen verandert?
/
Thursday, December 9, 2010
23. wat betekent dat voor het verhaal van de organisatie, van
de thematiek, de collectie, van de tentoonstelling... ?
/
Thursday, December 9, 2010
24. locaal, analoog, digitaal én sociaal!
kunnen de verhalen (door)verteld worden?
+ + +
/
Thursday, December 9, 2010
26. en verder nog wat goede raad...
1. denk in groeiende netwerken, begin echter klein
2. werk procesmatig, maar stel intussen doelen
3. leer met z’n allen door te doen
4. deel de ervaring direct met anderen, intern en extern
5. wees spin in het web (2.0) van je eigen plan
6. combineer offline en online
7. denk vanuit conversaties en bereik binnen netwerken
8. plaats de bezoeker centraal
9. wees facilitair
10. ga uit van passie en amateurisme
11. gebruik de wijsheid en creativiteit van velen
12. maak het verhaal (historytelling)
13. zorg dat het verhaal kan worden doorverteld
14. maak een gebruikersscenario
15. hergebruik bestaande successen
16. maak gebruik van bestaande platforms en communities
17. leg verbanden, durf onconventioneel te zijn
18. interactie = redactie: schenk aandacht, neem de tijd
/
Thursday, December 9, 2010
27. bedankt voor de aandacht :-)
meer op Erfgoed 2.0
Erfgoed 2.0 / plansmederij COMMiDEA
erfgoed20.com
theo @ commidea . nl
+31 6 48777421
/
Thursday, December 9, 2010
30. S.I.T. : pad van de meeste weerstand:
hoe had de Titanic 6 uur gebrek aan drijfvermogen kunnen
overbruggen?
Thursday, December 9, 2010
31. S.I.T. :
we gaan een nieuw recept bedenken
Tools / denkmethoden zijn. Ga met de ingrediënten
aan de slag:
• Verwijderen/vervangen
• Verbinden
• Vermenigvuldigen
• Opdelen en herschikken
• Veranderen van afhankelijkheden
De te gebruiken tools en ingrediënten kunnen variëren per groep
Thursday, December 9, 2010
34. social:
• bookmarking
• tagging
• networks
1. Social bookmarking is een manier voor internet gebruikers om
bookmarks van online bronnen te organiseren, op te slaan, te beheren
en te doorzoeken en dit te delen met anderen
2. Social tagging of folksonomy is een classificatiesysteem gebaseerd op
de praktijk en de manier van het gezamenlijk aanmaken en beheren
van tags om content te annoteren en te categoriseren. Dit is ook
bekend als ‘collaborative tagging’, ‘social classification’, ‘social
indexing’
3. Een sociaal netwerk is een sociale structuur die ontstaat uit
individuen of organisaties die ook wel "nodes" worden genoemd
(knooppunten of ontmoetingsplekken). Die zijn verbonden (connected)
door één of meer specifieke types van onderlinge afhankelijkheid,
zoals vriendschap, verwantschap, gedeelde interesse, ruilhandel,
ongenoegen, seksuele relaties, geloofsovertuiging, wetenschap, kennis,
deskundigheid of aanzien.
Thursday, December 9, 2010