SlideShare ist ein Scribd-Unternehmen logo
1 von 21
Downloaden Sie, um offline zu lesen
Kleurtemperatuur - Witbalans
De kleurtemperatuur van een lichtbron voor wit licht is gedefinieerd als
de temperatuur van een zwart lichaam waarvan het uitgestraalde licht dezelfde kleurindruk
geeft als de werkelijke lichtbron.



De kleurtemperatuur wordt meestal uitgedrukt in Kelvin (K).


Volgens de wet van Wien neemt de golflengte van het uitgestraalde licht af met toenemende
temperatuur en heeft blauwig licht (korte golflengte) een hogere kleurtemperatuur dan roo-
dachtig licht.


Vreemd genoeg wordt licht met een lage kleurtemperatuur als “warmer” ervaren dan licht met
een hoge kleurtemperatuur.

licht met lage kleurtemperatuur = ‘warme ervaring’
licht met hoge kleurtemperatuur = ‘koude ervaring’
Correctie door oog
De kleur van het licht dat door een vel helder wit papier weerkaatst wordt is in feite afhankelijk
van het omgevingslicht. Bij verlichting door kunstlicht is de kleur anders dan bij verlichting door
daglicht. Het oog corrigeert deze schijnkleur doordat de betreffende kleurgevoelige cellen (de keg-
eltjes) na korte tijd sterker uitgeput raken en minder sterke signalen naar de hersenen leiden.




Juiste filmkeuze
Bij foto- en filmopnamen vindt deze aanpassing echter niet automatisch plaats. Bij toepassing van
lichtgevoelige films (zoals bij gewone fotografie) wordt daarom een filmtype gekozen, dat is afge-
stemd op de kleurtemperatuur van de lichtbron. Vooral bij omkeerfilm, waarbij achteraf geen cor-
rectie mogelijk is, is het van belang het juiste filmtype te kiezen.
Witbalans
Bij digitale opnamen moet de witbalans (Engels: white balance, WB) worden ingesteld. Moderne
apparatuur kan dit ook automatisch. TL-lampen vragen om een handmatige witbalans, omdat elke
TL-lamp een andere kleurtemperatuur kan hebben (discontinu spectrum). Dit is te zien aan de laat-
ste twee cijfers op de lamp.


Als bij het filmen of fotograferen de kleurgevoeligheid niet goed op de kleurtemperatuur van de
lichtbron is afgestemd, zal dit tot onnatuurlijke kleuren leiden. Wanneer er sprake is van twee of
meer lichtbronnen met een verschillende kleurtemperatuur, bijvoorbeeld daglicht (5500 K - 10.000
K) en kunstlicht (2800 K - 3300 K), zal men een keuze moeten maken voor een van de lichtbron-
nen. Een compromis kan men sluiten door voor beide te kiezen, bijvoorbeeld 4300 K. Voor de beste
resultaten zal de kleurtemperatuur van kunstlichtbronnen door middel van correctiefilters op het
daglicht afgestemd moeten worden.
Om kleuren warmer te maken: meting op lichtblauw kaartje
Om kleuren warmer te maken: instelling ‘bewolkt’
Om kleuren warmer te maken: instelling ‘bewolkt’
Om kleuren kouder te maken: bij daglicht de instelling gloeilampen kiezen.
Mired
De kleurtemperatuur wordt behalve in Kelvin ook uitgedrukt in Mired, wat staat voor Micro recip-
rocal degree, ofwel 1 miljoen gedeeld door de kleurtemperatuur in Kelvin.

Daglicht van 5000 K heeft dan een waarde van 200 Mired. Deze eenheid heeft het voordeel dat er
eenvoudig mee gerekend kan worden.

Een kleurcorrectiefilter veroorzaakt een vaste verschuiving van bijvoorbeeld 20 Mired in de kleur-
temperatuur.
Een blauw filter van 20 Mired geeft dan een daglichttemperatuur van 180 Mired (5555 K),
een rood filter van 20 Mired geeft dan 220 Mired (4545 K).
Mired
Mired (M), afkomstig van de term micro reciprocal degree, is een maat gelijk aan 1.000.000 gedeeld door de kleurtemperatuur
in Kelvin, de formule is:

M=1.000.000
     K

Als voorbeeld:
Een blauwe lucht met een kleurtemperatuur T van ongeveer 25.000 K
heeft een Miredwaarde M=40 mireds,

een fotografieflitser heeft een kleurtemperatuur van 5000 K
met een Miredwaarde van M=200 mireds.



De Mired is een eenvoudig toepasbare kleurtemperatuurschaal in de fotografie, waar het gebruikt kan worden als indicatie voor
kleurcorrectiefilters voor een bepaalde filmsoort of lichtbron.

Een gelig filter waarmee de kleurtemperatuur verlaagd wordt heeft een positieve waarde, een blauwig filter een negatieve.
De mate van correctie kan eenvoudig bepaald worden door de Mired waarde van het filter bij die van de lichtbron op te tellen.
Omgekeerd geeft het verschil tussen de waarde van het gewenste licht en van die van het beschikbare licht meteen de benodigde
sterkte van het filter.

bijvoorbeeld: als voor een interieurfoto licht van een flitser (200 Mired) gemengd moet worden met dat van halogeenlampen
(310 Mired) zou de flitser voorzien kunnen worden van een (oranje-gelig) +110 Mired filter zodat de kleuren in balans komen.
Als er op dezelfde foto ook nog daglicht naar binnen komt zouden de halogeenlampen voorzien kunnen worden van een nega-
tief (blauwig) filter.

Soms worden ‘decamireds’ (daM) toegepast waarbij elke decamired 10 Mireds bevat.

Weitere ähnliche Inhalte

Mehr von Faye

Partyyourpicture & Filliers
Partyyourpicture & FilliersPartyyourpicture & Filliers
Partyyourpicture & FilliersFaye
 
Eugene Atget Willy Van Gastel
Eugene Atget Willy Van GastelEugene Atget Willy Van Gastel
Eugene Atget Willy Van GastelFaye
 
S Test
S TestS Test
S TestFaye
 
Meteringmodes01
Meteringmodes01Meteringmodes01
Meteringmodes01Faye
 
Belichting02
Belichting02Belichting02
Belichting02Faye
 
Belichting02
Belichting02Belichting02
Belichting02Faye
 
Belichting02
Belichting02Belichting02
Belichting02Faye
 
Bestandsgrootten02
Bestandsgrootten02Bestandsgrootten02
Bestandsgrootten02Faye
 
Witbalans01
Witbalans01Witbalans01
Witbalans01Faye
 
Witbalans01
Witbalans01Witbalans01
Witbalans01Faye
 
Witbalans01
Witbalans01Witbalans01
Witbalans01Faye
 
F01
F01F01
F01Faye
 
Fotografen
FotografenFotografen
FotografenFaye
 
Creativemodes
CreativemodesCreativemodes
CreativemodesFaye
 
Slideshare
SlideshareSlideshare
SlideshareFaye
 

Mehr von Faye (15)

Partyyourpicture & Filliers
Partyyourpicture & FilliersPartyyourpicture & Filliers
Partyyourpicture & Filliers
 
Eugene Atget Willy Van Gastel
Eugene Atget Willy Van GastelEugene Atget Willy Van Gastel
Eugene Atget Willy Van Gastel
 
S Test
S TestS Test
S Test
 
Meteringmodes01
Meteringmodes01Meteringmodes01
Meteringmodes01
 
Belichting02
Belichting02Belichting02
Belichting02
 
Belichting02
Belichting02Belichting02
Belichting02
 
Belichting02
Belichting02Belichting02
Belichting02
 
Bestandsgrootten02
Bestandsgrootten02Bestandsgrootten02
Bestandsgrootten02
 
Witbalans01
Witbalans01Witbalans01
Witbalans01
 
Witbalans01
Witbalans01Witbalans01
Witbalans01
 
Witbalans01
Witbalans01Witbalans01
Witbalans01
 
F01
F01F01
F01
 
Fotografen
FotografenFotografen
Fotografen
 
Creativemodes
CreativemodesCreativemodes
Creativemodes
 
Slideshare
SlideshareSlideshare
Slideshare
 

Witbalans01

  • 2.
  • 3.
  • 4.
  • 5.
  • 6.
  • 7. De kleurtemperatuur van een lichtbron voor wit licht is gedefinieerd als de temperatuur van een zwart lichaam waarvan het uitgestraalde licht dezelfde kleurindruk geeft als de werkelijke lichtbron. De kleurtemperatuur wordt meestal uitgedrukt in Kelvin (K). Volgens de wet van Wien neemt de golflengte van het uitgestraalde licht af met toenemende temperatuur en heeft blauwig licht (korte golflengte) een hogere kleurtemperatuur dan roo- dachtig licht. Vreemd genoeg wordt licht met een lage kleurtemperatuur als “warmer” ervaren dan licht met een hoge kleurtemperatuur. licht met lage kleurtemperatuur = ‘warme ervaring’ licht met hoge kleurtemperatuur = ‘koude ervaring’
  • 8.
  • 9. Correctie door oog De kleur van het licht dat door een vel helder wit papier weerkaatst wordt is in feite afhankelijk van het omgevingslicht. Bij verlichting door kunstlicht is de kleur anders dan bij verlichting door daglicht. Het oog corrigeert deze schijnkleur doordat de betreffende kleurgevoelige cellen (de keg- eltjes) na korte tijd sterker uitgeput raken en minder sterke signalen naar de hersenen leiden. Juiste filmkeuze Bij foto- en filmopnamen vindt deze aanpassing echter niet automatisch plaats. Bij toepassing van lichtgevoelige films (zoals bij gewone fotografie) wordt daarom een filmtype gekozen, dat is afge- stemd op de kleurtemperatuur van de lichtbron. Vooral bij omkeerfilm, waarbij achteraf geen cor- rectie mogelijk is, is het van belang het juiste filmtype te kiezen.
  • 10. Witbalans Bij digitale opnamen moet de witbalans (Engels: white balance, WB) worden ingesteld. Moderne apparatuur kan dit ook automatisch. TL-lampen vragen om een handmatige witbalans, omdat elke TL-lamp een andere kleurtemperatuur kan hebben (discontinu spectrum). Dit is te zien aan de laat- ste twee cijfers op de lamp. Als bij het filmen of fotograferen de kleurgevoeligheid niet goed op de kleurtemperatuur van de lichtbron is afgestemd, zal dit tot onnatuurlijke kleuren leiden. Wanneer er sprake is van twee of meer lichtbronnen met een verschillende kleurtemperatuur, bijvoorbeeld daglicht (5500 K - 10.000 K) en kunstlicht (2800 K - 3300 K), zal men een keuze moeten maken voor een van de lichtbron- nen. Een compromis kan men sluiten door voor beide te kiezen, bijvoorbeeld 4300 K. Voor de beste resultaten zal de kleurtemperatuur van kunstlichtbronnen door middel van correctiefilters op het daglicht afgestemd moeten worden.
  • 11.
  • 12.
  • 13.
  • 14. Om kleuren warmer te maken: meting op lichtblauw kaartje
  • 15. Om kleuren warmer te maken: instelling ‘bewolkt’
  • 16. Om kleuren warmer te maken: instelling ‘bewolkt’
  • 17. Om kleuren kouder te maken: bij daglicht de instelling gloeilampen kiezen.
  • 18.
  • 19.
  • 20. Mired De kleurtemperatuur wordt behalve in Kelvin ook uitgedrukt in Mired, wat staat voor Micro recip- rocal degree, ofwel 1 miljoen gedeeld door de kleurtemperatuur in Kelvin. Daglicht van 5000 K heeft dan een waarde van 200 Mired. Deze eenheid heeft het voordeel dat er eenvoudig mee gerekend kan worden. Een kleurcorrectiefilter veroorzaakt een vaste verschuiving van bijvoorbeeld 20 Mired in de kleur- temperatuur. Een blauw filter van 20 Mired geeft dan een daglichttemperatuur van 180 Mired (5555 K), een rood filter van 20 Mired geeft dan 220 Mired (4545 K).
  • 21. Mired Mired (M), afkomstig van de term micro reciprocal degree, is een maat gelijk aan 1.000.000 gedeeld door de kleurtemperatuur in Kelvin, de formule is: M=1.000.000 K Als voorbeeld: Een blauwe lucht met een kleurtemperatuur T van ongeveer 25.000 K heeft een Miredwaarde M=40 mireds, een fotografieflitser heeft een kleurtemperatuur van 5000 K met een Miredwaarde van M=200 mireds. De Mired is een eenvoudig toepasbare kleurtemperatuurschaal in de fotografie, waar het gebruikt kan worden als indicatie voor kleurcorrectiefilters voor een bepaalde filmsoort of lichtbron. Een gelig filter waarmee de kleurtemperatuur verlaagd wordt heeft een positieve waarde, een blauwig filter een negatieve. De mate van correctie kan eenvoudig bepaald worden door de Mired waarde van het filter bij die van de lichtbron op te tellen. Omgekeerd geeft het verschil tussen de waarde van het gewenste licht en van die van het beschikbare licht meteen de benodigde sterkte van het filter. bijvoorbeeld: als voor een interieurfoto licht van een flitser (200 Mired) gemengd moet worden met dat van halogeenlampen (310 Mired) zou de flitser voorzien kunnen worden van een (oranje-gelig) +110 Mired filter zodat de kleuren in balans komen. Als er op dezelfde foto ook nog daglicht naar binnen komt zouden de halogeenlampen voorzien kunnen worden van een nega- tief (blauwig) filter. Soms worden ‘decamireds’ (daM) toegepast waarbij elke decamired 10 Mireds bevat.