2. Tems of use
You may use this document for your own purpose only if you leave the document as is.
Copyright 2010 Prolector.
For more information please visit http://www.prolector.nl
2
3. Vraag 1:
Welke HTTP methods behoren tot het HTTP response.
A GET
B POST
C DELETE
D TRACE
E Geen van alle bovengenoemde opties.
3
4. Vraag 1:
Welke HTTP methods behoren tot het HTTP response.
A GET
B POST
C DELETE
D TRACE
E Geen van alle bovengenoemde opties.
3-Antwoord
5. Vraag 2:
Wat is een servlet?
A Een Java class
B Een Html pagina
C Een deployment descriptor
D Een path mapping
E Geen van alle bovengenoemde opties.
4
6. Vraag 2:
Wat is een servlet?
A Een Java class
B Een Html pagina
C Een deployment descriptor
D Een path mapping
E Geen van alle bovengenoemde opties.
4-Antwoord
7. Vraag 3:
Wat betekent HTTP?
A HyperType Transfer Protocol
B HyperText Type Protocol
C HyperText Transfer Protocol
D HyperType Text Protocol
E Geen van alle bovengenoemde opties.
5
8. Vraag 3:
Wat betekent HTTP?
A HyperType Transfer Protocol
B HyperText Type Protocol
C HyperText Transfer Protocol
D HyperType Text Protocol
E Geen van alle bovengenoemde opties.
5-Antwoord
9. Vraag 4:
Als een response van een server een html pagina is, en er zijn geen problemen
ontstaan gedurende de verwerking van het orginele request, dan
A wordt de inhoud van de html in de header gezet.
B wordt de inhoud van de html gelijk aan de message body van het response.
C wordt het aantal bytes gezet in de header 'Content-Lenght'
D wordt de het mimetype gezet in de de header 'Content-Type'
E wordt de status code 200 gezet in het response.
F Geen van alle bovengenoemde opties.
6
10. Vraag 4:
Als een response van een server een html pagina is, en er zijn geen problemen
ontstaan gedurende de verwerking van het orginele request, dan
A wordt de inhoud van de html in de header gezet.
B wordt de inhoud van de html gelijk aan de message body van het response.
C wordt het aantal bytes gezet in de header 'Content-Lenght'
D wordt de het mimetype gezet in de de header 'Content-Type'
E wordt de status code 200 gezet in het response.
F Geen van alle bovengenoemde opties.
6-Antwoord
11. Vraag 5:
Bij welke http method wordt de verstuurde gegevens van een client ge-include in de
body van het request?
A GET
B POST
C Geen van alle bovengenoemde opties.
7
12. Vraag 5:
Bij welke http method wordt de verstuurde gegevens van een client ge-include in de
body van het request?
A GET
B POST
C Geen van alle bovengenoemde opties.
7-Antwoord
13. Vraag 6:
Bij welke http method wordt de data toegevoegd aan de URL als een query string?
A GET
B POST
C Geen van alle bovengenoemde opties.
8
14. Vraag 6:
Bij welke http method wordt de data toegevoegd aan de URL als een query string?
A GET
B POST
C Geen van alle bovengenoemde opties.
8-Antwoord
15. Vraag 7:
Hoe weet een browser het soort content dat het gaat ontvangen van een server?
A Door de reponse header 'Content-length' uit te lezen.
B Door de reponse header 'Content-type' uit te lezen.
C Door de reponse header 'Mime-type' uit te lezen.
D Geen van alle bovengenoemde opties.
9
16. Vraag 7:
Hoe weet een browser het soort content dat het gaat ontvangen van een server?
A Door de reponse header 'Content-length' uit te lezen.
B Door de reponse header 'Content-type' uit te lezen.
C Door de reponse header 'Mime-type' uit te lezen.
D Geen van alle bovengenoemde opties.
9-Antwoord
17. Vraag 8:
Wat betekend URL?
A Uniform Reference Locator
B Unique Resource Locator
C Unique Reference Locator
D Uniform Resource Locator
E Geen van alle bovengenoemde opties.
10
18. Vraag 8:
Wat betekend URL?
A Uniform Reference Locator
B Unique Resource Locator
C Unique Reference Locator
D Uniform Resource Locator
E Geen van alle bovengenoemde opties.
10-Antwoord
19. Vraag 9:
Welke onderdelen kun je terug vinden in een URL?
A Protocol
B Poort nummer
C Domein naam
D Path
E De geappende data bij de GET method
F De ge-include data bij een POST method
G De query string bij een GET method
H De query string bij een POST method
I Geen van alle bovengenoemde opties.
11
20. Vraag 9:
Welke onderdelen kun je terug vinden in een URL?
A Protocol
B Poort nummer
C Domein naam
D Path
E De geappende data bij de GET method
F De ge-include data bij een POST method
G De query string bij een GET method
H De query string bij een POST method
I Geen van alle bovengenoemde opties.
11-Antwoord
21. Vraag 10:
Welke reden(en) zijn er te bedenken dat je geen html-code in een servlet wil
programmeren.
A Ziet er lelijk uit.
B Erg fout gevoelig
C Een jsp is bedoeld voor dit soort doeleinden en is daarmee geschikter om te
gebruiken.
D Geen van alle bovengenoemde opties.
12
22. Vraag 10:
Welke reden(en) zijn er te bedenken dat je geen html-code in een servlet wil
programmeren.
A Ziet er lelijk uit.
B Erg fout gevoelig
C Een jsp is bedoeld voor dit soort doeleinden en is daarmee geschikter om te
gebruiken.
D Geen van alle bovengenoemde opties.
12-Antwoord
23. Vraag 11:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl/index.html'
Wat is het poort nummer?
A Er is geen poort nummer opgegeven, dus geen poort
B 80
C 8080
D 8090
E 443
F Geen van alle bovengenoemde opties.
13
24. Vraag 11:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl/index.html'
Wat is het poort nummer?
A Er is geen poort nummer opgegeven, dus geen poort
B 80
C 8080
D 8090
E 443
F Geen van alle bovengenoemde opties.
13-Antwoord
25. Vraag 12:
Welke HTTP method(s) wordt gebruikt om gegevens op te halen zonder dat er mutaties
plaatsvinden?
A GET
B POST
C DELETE
D TRACE
E Geen van alle bovengenoemde opties.
14
26. Vraag 12:
Welke HTTP method(s) wordt gebruikt om gegevens op te halen zonder dat er mutaties
plaatsvinden?
A GET
B POST
C DELETE
D TRACE
E Geen van alle bovengenoemde opties.
14-Antwoord
27. Vraag 13:
Gegeven de url 'https://okidoki-praktijk.nl/index.html'
Wat is het poort nummer?
A Er is geen poort nummer opgegeven, dus geen poort
B 80
C 8080
D 8090
E 443
F Geen van alle bovengenoemde opties.
15
28. Vraag 13:
Gegeven de url 'https://okidoki-praktijk.nl/index.html'
Wat is het poort nummer?
A Er is geen poort nummer opgegeven, dus geen poort
B 80
C 8080
D 8090
E 443
F Geen van alle bovengenoemde opties.
15-Antwoord
29. Vraag 14:
Welke overeenkomsten zijn er tussen het HTTP request en het HTTP response?
A HTTP Method
B Header
C Status code
D Geen van alle bovengenoemde opties.
16
30. Vraag 14:
Welke overeenkomsten zijn er tussen het HTTP request en het HTTP response?
A HTTP Method
B Header
C Status code
D Geen van alle bovengenoemde opties.
16-Antwoord
31. Vraag 15:
Wat geldt voor MIME-type?
A Is hetzelfde als de response header 'Content-Type' waarbij er maar 1 opgegeven
kan worden
B Is gedefinieerd in de request header 'Accept' waarbij meerdere MIME types
opgegeven kunnen worden.
C MIME-types gelden alleen voor tekstuele content.
D Zegt iets over de soort content.
E Geen van alle bovengenoemde opties.
17
32. Vraag 15:
Wat geldt voor MIME-type?
A Is hetzelfde als de response header 'Content-Type' waarbij er maar 1 opgegeven
kan worden
B Is gedefinieerd in de request header 'Accept' waarbij meerdere MIME types
opgegeven kunnen worden.
C MIME-types gelden alleen voor tekstuele content.
D Zegt iets over de soort content.
E Geen van alle bovengenoemde opties.
17-Antwoord
33. Vraag 16:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl:8090/index.html'
Welk deel geeft het protocol aan?
A http://
B okidoki-praktijk.nl
C :8090
D index.html
E Geen van alle bovengenoemde opties.
18
34. Vraag 16:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl:8090/index.html'
Welk deel geeft het protocol aan?
A http://
B okidoki-praktijk.nl
C :8090
D index.html
E Geen van alle bovengenoemde opties.
18-Antwoord
35. Vraag 17:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl:8090/index.html'
Welk deel geeft het domein aan?
A http://
B okidoki-praktijk.nl
C :8090
D index.html
E Geen van alle bovengenoemde opties.
19
36. Vraag 17:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl:8090/index.html'
Welk deel geeft het domein aan?
A http://
B okidoki-praktijk.nl
C :8090
D index.html
E Geen van alle bovengenoemde opties.
19-Antwoord
37. Vraag 18:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl:8090/index.html'
Welk deel geeft het query string aan?
A http://
B okidoki-praktijk.nl
C :8090
D index.html
E Geen van alle bovengenoemde opties.
20
38. Vraag 18:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl:8090/index.html'
Welk deel geeft het query string aan?
A http://
B okidoki-praktijk.nl
C :8090
D index.html
E Geen van alle bovengenoemde opties.
20-Antwoord
39. Vraag 19:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl:8090/index.html'
Welk deel geeft het poortnummer aan?
A http://
B okidoki-praktijk.nl
C :8090
D index.html
E Geen van alle bovengenoemde opties.
21
40. Vraag 19:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl:8090/index.html'
Welk deel geeft het poortnummer aan?
A http://
B okidoki-praktijk.nl
C :8090
D index.html
E Geen van alle bovengenoemde opties.
21-Antwoord
41. Vraag 20:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl:8090/index.html'
Welk deel geeft het 'path' aan?
A http://
B okidoki-praktijk.nl
C :8090
D index.html
E Geen van alle bovengenoemde opties.
22
42. Vraag 20:
Gegeven de url 'http://okidoki-praktijk.nl:8090/index.html'
Welk deel geeft het 'path' aan?
A http://
B okidoki-praktijk.nl
C :8090
D index.html
E Geen van alle bovengenoemde opties.
22-Antwoord