SlideShare a Scribd company logo
1 of 44
Inleiding Spaanse
taalkunde
Fonetiek en Fonologie:
Hualde pag. 45-95
Colleges
•   Eerste college:
-   Uitleg termen Fonetiek en Fonologie
-   Spraakketen
-   Fonetisch schrift
-   Articulatie van consonanten

•   Tweede college:
-   Herhaling fonetisch schrift
-   Vocalen
-   Verschillende uitspraken in Spanje
fonetiek en fonologie
• Fonetiek en fonologie gaan over spraak
  (klanken): het gebruik van de stem om te
  communiceren.
• Spraak is het belangrijkste en meest
  gebruikte communicatiemedium tussen
  mensen.
• Fonetiek: beschrijft meetbare, fysieke
 eigenschappen van klanken
• Fonologie: bestudeert kennis en regels over
 klanken die mensen hebben
Spraakketen 1:
De spreker bedenkt een boodschap en uit
 deze door middel van spierbewegingen
Spraakketen 2

De spierbewegingen veroorzaken trillingen (geluid).
Spraakketen 3
De geluiden worden gehoord door de luisteraar.
Spraakketen 4
De luisteraar decodeert de boodschap van de
                   uiting.
McGurk effect



• http://www.youtube.com/watch?v=jtsfidRq2tw
Focus fonetiek in spraakketen
 De fonetiek houdt zich bezig met de productie,
akoestiek en waarneming van het spraakgeluid

                     [a]
Focus fonologie in spraakketen
 De fonologie houdt zich bezig met het coderen en
             decoderen van de uiting

                      /a/
Fonetici
• Fonetici houden zich bezig met:
• •productie van spraak
• •akoestiek van spraak
• •perceptie van spraak


• Vragen die een foneticus stelt zijn:
• •Wat gebeurt er in de mond van de spreker wanneer hij het
  woord "bal" zegt?
• •Waarin klinkt de "a" van "bal" anders dan de "aa" van "baal"?
• •Hoe horen we het verschil tussen een mannenstem en een
  vrouwenstem?
Spreken doe je met:

• •je stembanden
• •je longen
• •de articulatoren:
–tong
–lippen
–zacht verhemelte
–huig
Hoe ziet dat er eigenlijk
uit?
http://www.youtube.com/watch?v=0-aEN2xHBCc

http://www.youtube.com/watch?v=G4QShGCr588&feature=rela
lucht langs de stembanden
• je spreekt al “uitademend”
• •er stroomt lucht langs je aangespannen
  stembanden
  http://www.youtube.com/watch?v=v9Wdf-RwLcs
Geluid bij uitademen:
• Om verschillende spraakgeluiden te maken
  gebruiken we o.a. onze tong en lippen om de vorm
  en van de "klankkast" te veranderen.
• Fonetici delen spraakgeluiden in twee
  soorten in: klinkers en medeklinkers.
• •Klinkers zijn spraakgeluiden waarbij de luchtstroom
  “vrije doorgang” heeft.
• •Medeklinkers zijn spraakgeluiden waarbij de
  luchtstroom geheel of gedeeltelijk “geblokkeerd”
  wordt
Medeklinkers
• “versperring van de luchtstroom”
• Fonetici gebruiken drie distinctieve kenmerken om
  medeklinkers te onderscheiden:
• 1 Waar wordt de versperring gemaakt? (plaats)
• 2 Hoe wordt de versperring gemaakt? (manier)
• 3 Trillen de stembanden bij het maken van de
  klank? (stemhebbendheid)
• Verschil in stemhebbendheid, bv. de eerste
  klanken van:
• •Nederlands pot (stemloos) versus bot (stemhebbend)
• •Engels thing (stemloos) versus this (stemhebbend)
• •Frans coûte (stemloos) versus goût (stemhebbend)
Klinkers
• Klinkers worden meestal beschreven aan de hand
  van drie distinctieve kenmerken:
• 1.Hoe hoog of laag is de tong?
• 2.Ligt de tong meer voor of meer achter in de
  mond?
• 3.Zijn de lippen gerond of gespreid?

• Vb. "ie", "ee", "aa", "oo" en "oe“:
Nederlandse klinkers:
schema toont dus mond met tongpositie
Spaanse klinkers (IPA)




ICTO project Carmen Lie   22 nov.2012
Tabel 4. Indeling van klinkers / Clasificación de las
vocales

                voor/ anterior          centraal / central   achter / posterior
hoog /alta      i                                            u
midden /media   e                                            o
laag / baja                             a
                Niet gerond / no redondeada                  gerond / redondeada




                                                                                   Drs. Carmen Lie - Lahuerta
Klanken ≠ letters!
1.andere letters voor zelfde
klank.



2.soms twee letters, 1 klank



3.veel letters voor weinig…
letters - fonemen
• ideaal: één-op-één verhouding tussen letters en
  fonemen
• Spaans:
   • van schrift naar foneem vrijwel perfect: er is
     meestal maar één manier om een bepaalde reeks
     letters te lezen
   • van foneem naar letter niet helemaal perfect: er
     zijn een aantal klanken die je op verschillende
     manieren kunt schrijven: /k/: queso, casa, kilo
IPA              (Oefening pag. 49-1)
• Internationaal Fonetisch Alfabet, het IPA: preciezer
  tekensysteem
• om kleine uitspraakverschillen weer te geven wordt het
  uitgebreide IPA gebruikt (broad phonetic transcription)
fonologie: fonemen
• betekenisonderscheidende klanken
 sopa
 • sopa betekent ‘soep’, maar elk apart (/s/, /o/, /p/,
   /a/) betekenen de klanken niets
 • met deze klanken kun je ook sopa, paso, posa,
   sapo maken - dezelfde vier klanken, maar hun
   betekenis heeft niks met elkaar te maken
 • /s/ op zichzelf betekent niets, alleen in combinatie
   met andere klanken; als we de s op een andere
   plaats zetten, verandert de betekenis
 • deze klanken zijn fonemen:
   betekenisonderscheidend, dus als we een foneem
   veranderen hebben we niet meer hetzelfde woord
Fonologie
• Fonologen kijken naar de regels waarmee klanken in een taal
  gebruikt worden om een boodschap te coderen.
• Vragen die fonologen bijvoorbeeld stellen, zijn:
1.Hoeveel verschillende klanken gebruikt een bepaalde taal om
  woorden mee te maken?
2.Hoe leert een Nederlands kind dat het meervoud van hond niet
  honten is, maar honden?
3.Waarom wordt de laatste t in Frans petit soms wel
  uitgesproken (un petit ami) en soms niet (un petit garcon)?
4.Waarom spreekt een Spanjaard Spanje uit als España?
Een testje

•   Wat is het meervoud van deze onzinwoorden?
•   Voorbeeld: Een kluk, twee klukken.
•   •Een kluus, twee ...?
•   •Een kes, twee ...?
•   •Een guif, twee ...?
•   •Een tif, twee ...?

• Het lijkt erop dat we bepaalde regels toepassen op de klanken
  van woorden, zelfs als we die woorden nog nooit hebben
  gezien of gehoord!
minimale paren
 • je komt erachter of een bepaalde klank een
   betekenisonderscheidende functie heeft met behulp van
   minimale paren
 • Spaanse voorbeelden:
   pero/perro; peso/beso
 • Nederlandse voorbeelden:
   peren/beren; boom/bom; kous/kuis
 • vergelijk: Eng. wing/win; Nds. bang/ban; Sp. banco/van
Samenvattend:

• Fonologen proberen de regels, die mensen lijken te
  hebben, te vinden.
  Een voorbeeld van zo'n regel in het Nederlands is:
   “eindklankverscherping” / “ final devoicing”
Stemhebbende klanken worden stemloos aan het
  eind van een lettergreep. Dus: z wordt s, d wordt t...
  “roos” in lexicon als “rooz” net zo “bed” als “bed”
   EN
• De fonetiek houdt zich bezig met de productie,
  akoestiek en waarneming van het spraakgeluid
Enkele termen:
1. Segmentele en suprasegmentele
   fonemen.

2. Fonemen – Allofonen
1. segmentele versus
suprasegmentele fonemen
• segmentele fonemen: klinkers, medeklinkers
• suprasegmentele fonemen: bv. klemtoon,
  (beklemtoond- niet beklemtoond [hard-zacht]),
  toonhoogte (hoog – laag – midden – stijgend –
  dalend) Chinees), lengte (tijdsduur: lang/ kort)
• naast segmentele fonemen heeft het Spaans
  suprasegmentele fonemen: ook beklemtoning is
  fonemisch (betekenis-onderscheidend):paso-pasó
2. fonen - fonemen: vb. /r/
• de foon /r/ wordt in het Nederlands op
  verschillende manieren uitgesproken:
 •   tongpunt-r
 •   één keer gerolde r
 •   huig-r wrijfklank
 •   huig-r trill
  maar dit zijn geen fonemen – ze zijn niet
  betekenisonderscheidend.
• Spaans: /ɾ/ en /ř/ twee verschillende fonemen:
  pero/perro; quería/querría; vara/barra;
  moro/morro; caro/carro
allofoon
• een foneem wordt niet altijd op dezelfde manier
  uitgesproken
• afhankelijk van: klanken waar ze mee in contact
  staan, snel/langzaam spreken, formeel/informeel
 allofoon: varianten van een foneem
  • preciezer gezegd: systematische varianten van een
    foneem die geen betekenisverschil met zich meebrengen
• schrijfwijze: foneem /d/; allofoon [d]
foneem - allofoon
  foneem        allofonen          context
  /d/           [d]                na een pauze, /l/ en /n/
                [đ]                elders

• de /d/ wordt op verschillende manieren uitgesproken:
  • als occlusief (plosive), d.w.z. articulatie begint met sluiting (oclusion) –
    tongpunt tegen tandwortel (bv. in director, aldea, con dos)
  • als approximant: tongpunt raakt tanden niet, komt wel in de buurt (bv. in
    nada, Granada)
• het fonetisch verschil tussen [d] en [đ] is niet
  betekenisonderscheidend: sprekers van het Spaans vatten deze
  verschillende realisaties op alsof ze hetzelfde waren; ze ‘horen
  hetzelfde woord’
• de ene allofoon komt voor in de context waar de andere niet
  voorkomt: complementaire distributie
• Oefening 2 pag. 52
Medeklinkers
(consonantes)
• voor de classificatie en beschrijving van
  medeklinkers zijn drie parameters
  nodig:
  • articulatieplaats
  • articulatiewijze
  • stemgebruik
articulatiepunten (medeklinkers)
puntos de articulación (consonantes)
                             • bilabiaal: onderlip tegen bovenlip: [p],
                               [b], [β], [m]
                             • labiodentaal: onderlip tegen
                               boventanden: [f]
                             • interdentaal: tongpunt tegen rand
                               boventanden: [θ]
                             • dentaal: tongpunt tegen boventanden:
                               [t], [d], [đ]
                             • alveolair: tongpunt/blad tegen
                               tandkassen: [n], [l], [r], [ř], [s], [n]
                             • palato-alveolair (prepalataal): tongblad
                               tegen gebied ts. tandkassen en harde
                               verhemelte: [ʧ]
                             • palataal: contact tussen tong en harde
                               verhemelte: [ʎ], [ɲ]
                             • velair: achterkant tong richting zachte
                               verhemelte: [k], [g], [x], [ɣ], [ŋ]
    órganos articulatorios   • Oefening p. 57- 4
stemgebruik
•  trillen de stembanden of niet?
  • stemloos: sordo
  • stemhebbend: sonoro
• voorbeelden stemloos - stemhebbend:
   [p] versus [b]
   [t] versus [d]
   [k] versus [g]
articulatiewijzen (medeklinkers)
modos de articulación (consonantes)
• occlusieven (plofklank: sluiting & explosie; kun je niet aanhouden)
  • stemloos [p], [t], [k]                 pan, tan, can
  • stemhebbend [b], [d], [g]              con barro, con dos, con gana
• fricatieven (wrijfklank, ‘frictie’: lucht schuurt door nauwe opening)
  • stemloos [f], [θ], [s], [x] feo, cena, sal, ajo
  • stemhebbend [j]                        playa
• africaat (combinatie van occlusief & fricatief; stemloos)
     [ʧ]                       hacha (vgl. zeit, mezzo, tsaar, tsjakka)
• approximanten (er is nauwelijks sprake van contact)
     [β], [đ], [ɣ]                         sabe, cada, lago
• nasalen (lucht gaat door neusholte naar buiten; stemhebbend)
     [m], [n], [ɲ], [ŋ]                    cama, cana, caña, tengo
• lateralen (lucht gaat langs zijkanten naar buiten)
     [l], [ʎ]                              lado, llora
• vibranten (trillers: tongpunt gaat op en neer en maakt contact met de tanden)
     [ɾ], [ř]                              toro, torre
Tabel 3. Wijzen van articulatie van medeklinkers / Modos
de articulación de las consonantes


occlusive / oclusivas (oclusión +         [p], [t], [k], [b], [d], [g]
explosión)
fricatieven / fricativas (turbulencia o   [f], [s], [θ], [ʃ],[x], [ʝ]
fricción)




                                                                         Drs. Carmen Lie - Lahuerta
affricaten / africadas (oclusión +        [ʧ]
fricción)
approximanten / aproximantes              [β], [ð], [ɣ]
nasalen / nasales                         [m], [n], [ɲ], [ɳ]
lateralen / laterales                     [I] [ʎ]
vibraten / vibrantes                      [ɾ], [ṝ]
Tabel 1. Tabel van medeklinker fonemen van de Spaanse /
       Cuadro de fonemas consonánticos del español


                bilabiaal/  labiodentaal/   interdental   dentaal/   alveolair/      pre palataal /  palataal /  Velaar / 
                bilabial    labiodental                   dental     alveolar        prepalatal      palatal     velar
occlusieve /    p    b                                    t    d                                                 k     g
oclusivas
fricatieven                f                (θ)                      s                                           x
/fricativas
approximant                                                                                                 ʆ




                                                                                                                             Drs. Carmen Lie - Lahuerta
en / 
aproximante
s
affricaten /                                                                         ʧ
africadas
nasales              m                                                      n                               ɲ
laterale                                                                    l                        (ʎ )
/laterales
vibrantes                                                                        ɾ
simples
vibrantes                                                                    ṝ
múltiples
liquidae
• lateralen [l] en vibranten [r]: beide klanken
  met een vloeiend karakter en weinig
  obstructie
• oefenen ‘rondende’ invloed uit op klank van
  voorafgaande klinker
• Nl: keel versus keet; kool versus koot
• Spaans: consonantclusters aan het begin v.e.
  woord/lettergreep hebben als tweede lid
  altijd een liquida (/pɾ/, /pl/ etc.)
• Japans: [l] en [r] zijn varianten van hetzelfde
  foneem
Andere medeklinkers:

• Resonanten = nasalen en liquidae



• Obstruyent = occlusieven, fricatieven en
  africaten

• Oefeningen p. 73 – 5,6,7
• Huiswerk: p. 79-8; p. 80-9; 86- 12; p.87-13,14; p.
  94-15,16,17; p. 95-18,19
noord-midden peninsulair Spaans
• fonologisch contrast tussen /θ/ en /s/ (casa ≠
  caza)
• traditioneel: fonologisch contrast tussen
  /j/ en [ʃ] (cayó ≠ calló, valla ≠ vaya); echter aan
  het toenemen (‘yeísmo’)
• apico-alveolaire /s/: tongpunt tegen rand tandkas,
  fluitend effect. (i.t.t. grote delen Andalusië en
  Spaans Amerika)
• /θ/ voor de -d aan het eind van een
  woord/lettergreep: [mađríθ], [θiuđáθ], [salúθ]
• /d/ valt weg in -ado (m.n. participia): [kansao],
  [peskao]; is in andere gebieden minder
  geaccepteerd
zuidelijk peninsulair Spaans
• geen fonologisch contrast tussen /θ/ en /s/ (casa=caza,
  rosa=roza; masa=maza, tasa=taza) (‘seseo’) (echter niet
  overal)
• aspiratie of verlies van /s/ aan het eind v.e. woord en voor
  een medeklinker: [éhte], [lahkása], [no aβlámo]
• aspiratie van /x/: [muhé]
• velarisering of verlies van eind /n/: [paŋ] of [pa]
• neutralisatie van /r/ en /l/ voor een andere medeklinker:
  [karma]
• /r/, /l/ vallen weg aan het eind ve woord: [ohpitá], [kantá]
• /d/ valt weg tussen klinkers: [komío], [kaéna], [pasá] (voor
  pasada)
• afzwakking van affricaat /t/ tot fricatief []: [muao]

More Related Content

What's hot

Electric current
Electric currentElectric current
Electric currentPalak Soni
 
Antigen antibody interaction
Antigen antibody interactionAntigen antibody interaction
Antigen antibody interactionAftab Khan
 
Introduction to immunology
Introduction to immunologyIntroduction to immunology
Introduction to immunologyOmär ßäiømi
 
Resumen inmunidad
Resumen inmunidadResumen inmunidad
Resumen inmunidadEpul RRmz
 
alternating current
 alternating current alternating current
alternating currentvishal gupta
 

What's hot (8)

Austin Journal of Clinical Immunology
Austin Journal of Clinical ImmunologyAustin Journal of Clinical Immunology
Austin Journal of Clinical Immunology
 
Voltmeter
VoltmeterVoltmeter
Voltmeter
 
Transformer
TransformerTransformer
Transformer
 
Electric current
Electric currentElectric current
Electric current
 
Antigen antibody interaction
Antigen antibody interactionAntigen antibody interaction
Antigen antibody interaction
 
Introduction to immunology
Introduction to immunologyIntroduction to immunology
Introduction to immunology
 
Resumen inmunidad
Resumen inmunidadResumen inmunidad
Resumen inmunidad
 
alternating current
 alternating current alternating current
alternating current
 

Similar to Tk fonetiek college 1

Coll1.taal cultuurverschillen
Coll1.taal cultuurverschillenColl1.taal cultuurverschillen
Coll1.taal cultuurverschillenkoetschruiter
 
5 de leerinhouden van het leren lezen 130410
5 de leerinhouden van het leren lezen 1304105 de leerinhouden van het leren lezen 130410
5 de leerinhouden van het leren lezen 130410Lexima
 
Aard van prototaal
Aard van prototaalAard van prototaal
Aard van prototaalPieterUys7
 
Germaanse oorsprong
Germaanse oorsprong Germaanse oorsprong
Germaanse oorsprong PieterUys7
 
Spelling is best moeilijk
Spelling is best moeilijkSpelling is best moeilijk
Spelling is best moeilijkkustersm
 
Afroasiaties Amerind en Dene-Sino-Kaukasies
Afroasiaties Amerind en Dene-Sino-KaukasiesAfroasiaties Amerind en Dene-Sino-Kaukasies
Afroasiaties Amerind en Dene-Sino-KaukasiesPieterUys7
 
Onlogische dubbele vocalen_theorie
Onlogische dubbele vocalen_theorieOnlogische dubbele vocalen_theorie
Onlogische dubbele vocalen_theoriemonballieu
 
100_07_Alem_Boers_De_bovenkamer
100_07_Alem_Boers_De_bovenkamer100_07_Alem_Boers_De_bovenkamer
100_07_Alem_Boers_De_bovenkamerMarieke Boers
 
Sint-Niklaas dialect West Vlaanderen Ost
Sint-Niklaas dialect West Vlaanderen OstSint-Niklaas dialect West Vlaanderen Ost
Sint-Niklaas dialect West Vlaanderen Ostvloamienklouis
 
Afscheidsrede van Heuven_as published
Afscheidsrede van Heuven_as publishedAfscheidsrede van Heuven_as published
Afscheidsrede van Heuven_as publishedV.J.J.P. van Heuven
 

Similar to Tk fonetiek college 1 (20)

Coll1.taal cultuurverschillen
Coll1.taal cultuurverschillenColl1.taal cultuurverschillen
Coll1.taal cultuurverschillen
 
Update taalgeschiedenis
Update taalgeschiedenisUpdate taalgeschiedenis
Update taalgeschiedenis
 
Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 1Hoofdstuk 1
Hoofdstuk 1
 
5 de leerinhouden van het leren lezen 130410
5 de leerinhouden van het leren lezen 1304105 de leerinhouden van het leren lezen 130410
5 de leerinhouden van het leren lezen 130410
 
Aard van prototaal
Aard van prototaalAard van prototaal
Aard van prototaal
 
Ezel poster
Ezel posterEzel poster
Ezel poster
 
Germaanse oorsprong
Germaanse oorsprong Germaanse oorsprong
Germaanse oorsprong
 
Spelling is best moeilijk
Spelling is best moeilijkSpelling is best moeilijk
Spelling is best moeilijk
 
Klinkende klinkers
Klinkende klinkers Klinkende klinkers
Klinkende klinkers
 
Afroasiaties Amerind en Dene-Sino-Kaukasies
Afroasiaties Amerind en Dene-Sino-KaukasiesAfroasiaties Amerind en Dene-Sino-Kaukasies
Afroasiaties Amerind en Dene-Sino-Kaukasies
 
Onlogische dubbele vocalen_theorie
Onlogische dubbele vocalen_theorieOnlogische dubbele vocalen_theorie
Onlogische dubbele vocalen_theorie
 
Hoera poster
Hoera posterHoera poster
Hoera poster
 
Oe eu theorie
Oe eu theorieOe eu theorie
Oe eu theorie
 
100_07_Alem_Boers_De_bovenkamer
100_07_Alem_Boers_De_bovenkamer100_07_Alem_Boers_De_bovenkamer
100_07_Alem_Boers_De_bovenkamer
 
Kei in Taal
Kei in Taal Kei in Taal
Kei in Taal
 
Klinkende Klinkers
Klinkende Klinkers Klinkende Klinkers
Klinkende Klinkers
 
Sint-Niklaas dialect West Vlaanderen Ost
Sint-Niklaas dialect West Vlaanderen OstSint-Niklaas dialect West Vlaanderen Ost
Sint-Niklaas dialect West Vlaanderen Ost
 
Taalvaardigheid
TaalvaardigheidTaalvaardigheid
Taalvaardigheid
 
Aanelkaar of aan elkaar
Aanelkaar of aan elkaarAanelkaar of aan elkaar
Aanelkaar of aan elkaar
 
Afscheidsrede van Heuven_as published
Afscheidsrede van Heuven_as publishedAfscheidsrede van Heuven_as published
Afscheidsrede van Heuven_as published
 

Tk fonetiek college 1

  • 1. Inleiding Spaanse taalkunde Fonetiek en Fonologie: Hualde pag. 45-95
  • 2. Colleges • Eerste college: - Uitleg termen Fonetiek en Fonologie - Spraakketen - Fonetisch schrift - Articulatie van consonanten • Tweede college: - Herhaling fonetisch schrift - Vocalen - Verschillende uitspraken in Spanje
  • 3. fonetiek en fonologie • Fonetiek en fonologie gaan over spraak (klanken): het gebruik van de stem om te communiceren. • Spraak is het belangrijkste en meest gebruikte communicatiemedium tussen mensen. • Fonetiek: beschrijft meetbare, fysieke eigenschappen van klanken • Fonologie: bestudeert kennis en regels over klanken die mensen hebben
  • 4. Spraakketen 1: De spreker bedenkt een boodschap en uit deze door middel van spierbewegingen
  • 5. Spraakketen 2 De spierbewegingen veroorzaken trillingen (geluid).
  • 6. Spraakketen 3 De geluiden worden gehoord door de luisteraar.
  • 7. Spraakketen 4 De luisteraar decodeert de boodschap van de uiting.
  • 9. Focus fonetiek in spraakketen De fonetiek houdt zich bezig met de productie, akoestiek en waarneming van het spraakgeluid [a]
  • 10. Focus fonologie in spraakketen De fonologie houdt zich bezig met het coderen en decoderen van de uiting /a/
  • 11. Fonetici • Fonetici houden zich bezig met: • •productie van spraak • •akoestiek van spraak • •perceptie van spraak • Vragen die een foneticus stelt zijn: • •Wat gebeurt er in de mond van de spreker wanneer hij het woord "bal" zegt? • •Waarin klinkt de "a" van "bal" anders dan de "aa" van "baal"? • •Hoe horen we het verschil tussen een mannenstem en een vrouwenstem?
  • 12. Spreken doe je met: • •je stembanden • •je longen • •de articulatoren: –tong –lippen –zacht verhemelte –huig
  • 13. Hoe ziet dat er eigenlijk uit? http://www.youtube.com/watch?v=0-aEN2xHBCc http://www.youtube.com/watch?v=G4QShGCr588&feature=rela
  • 14. lucht langs de stembanden • je spreekt al “uitademend” • •er stroomt lucht langs je aangespannen stembanden http://www.youtube.com/watch?v=v9Wdf-RwLcs
  • 15. Geluid bij uitademen: • Om verschillende spraakgeluiden te maken gebruiken we o.a. onze tong en lippen om de vorm en van de "klankkast" te veranderen. • Fonetici delen spraakgeluiden in twee soorten in: klinkers en medeklinkers. • •Klinkers zijn spraakgeluiden waarbij de luchtstroom “vrije doorgang” heeft. • •Medeklinkers zijn spraakgeluiden waarbij de luchtstroom geheel of gedeeltelijk “geblokkeerd” wordt
  • 16. Medeklinkers • “versperring van de luchtstroom” • Fonetici gebruiken drie distinctieve kenmerken om medeklinkers te onderscheiden: • 1 Waar wordt de versperring gemaakt? (plaats) • 2 Hoe wordt de versperring gemaakt? (manier) • 3 Trillen de stembanden bij het maken van de klank? (stemhebbendheid)
  • 17. • Verschil in stemhebbendheid, bv. de eerste klanken van: • •Nederlands pot (stemloos) versus bot (stemhebbend) • •Engels thing (stemloos) versus this (stemhebbend) • •Frans coûte (stemloos) versus goût (stemhebbend)
  • 18. Klinkers • Klinkers worden meestal beschreven aan de hand van drie distinctieve kenmerken: • 1.Hoe hoog of laag is de tong? • 2.Ligt de tong meer voor of meer achter in de mond? • 3.Zijn de lippen gerond of gespreid? • Vb. "ie", "ee", "aa", "oo" en "oe“:
  • 19. Nederlandse klinkers: schema toont dus mond met tongpositie
  • 20. Spaanse klinkers (IPA) ICTO project Carmen Lie 22 nov.2012
  • 21. Tabel 4. Indeling van klinkers / Clasificación de las vocales voor/ anterior centraal / central achter / posterior hoog /alta i u midden /media e o laag / baja a Niet gerond / no redondeada gerond / redondeada Drs. Carmen Lie - Lahuerta
  • 22. Klanken ≠ letters! 1.andere letters voor zelfde klank. 2.soms twee letters, 1 klank 3.veel letters voor weinig…
  • 23. letters - fonemen • ideaal: één-op-één verhouding tussen letters en fonemen • Spaans: • van schrift naar foneem vrijwel perfect: er is meestal maar één manier om een bepaalde reeks letters te lezen • van foneem naar letter niet helemaal perfect: er zijn een aantal klanken die je op verschillende manieren kunt schrijven: /k/: queso, casa, kilo
  • 24. IPA (Oefening pag. 49-1) • Internationaal Fonetisch Alfabet, het IPA: preciezer tekensysteem • om kleine uitspraakverschillen weer te geven wordt het uitgebreide IPA gebruikt (broad phonetic transcription)
  • 25. fonologie: fonemen • betekenisonderscheidende klanken sopa • sopa betekent ‘soep’, maar elk apart (/s/, /o/, /p/, /a/) betekenen de klanken niets • met deze klanken kun je ook sopa, paso, posa, sapo maken - dezelfde vier klanken, maar hun betekenis heeft niks met elkaar te maken • /s/ op zichzelf betekent niets, alleen in combinatie met andere klanken; als we de s op een andere plaats zetten, verandert de betekenis • deze klanken zijn fonemen: betekenisonderscheidend, dus als we een foneem veranderen hebben we niet meer hetzelfde woord
  • 26. Fonologie • Fonologen kijken naar de regels waarmee klanken in een taal gebruikt worden om een boodschap te coderen. • Vragen die fonologen bijvoorbeeld stellen, zijn: 1.Hoeveel verschillende klanken gebruikt een bepaalde taal om woorden mee te maken? 2.Hoe leert een Nederlands kind dat het meervoud van hond niet honten is, maar honden? 3.Waarom wordt de laatste t in Frans petit soms wel uitgesproken (un petit ami) en soms niet (un petit garcon)? 4.Waarom spreekt een Spanjaard Spanje uit als España?
  • 27. Een testje • Wat is het meervoud van deze onzinwoorden? • Voorbeeld: Een kluk, twee klukken. • •Een kluus, twee ...? • •Een kes, twee ...? • •Een guif, twee ...? • •Een tif, twee ...? • Het lijkt erop dat we bepaalde regels toepassen op de klanken van woorden, zelfs als we die woorden nog nooit hebben gezien of gehoord!
  • 28. minimale paren • je komt erachter of een bepaalde klank een betekenisonderscheidende functie heeft met behulp van minimale paren • Spaanse voorbeelden: pero/perro; peso/beso • Nederlandse voorbeelden: peren/beren; boom/bom; kous/kuis • vergelijk: Eng. wing/win; Nds. bang/ban; Sp. banco/van
  • 29. Samenvattend: • Fonologen proberen de regels, die mensen lijken te hebben, te vinden. Een voorbeeld van zo'n regel in het Nederlands is: “eindklankverscherping” / “ final devoicing” Stemhebbende klanken worden stemloos aan het eind van een lettergreep. Dus: z wordt s, d wordt t... “roos” in lexicon als “rooz” net zo “bed” als “bed” EN • De fonetiek houdt zich bezig met de productie, akoestiek en waarneming van het spraakgeluid
  • 30. Enkele termen: 1. Segmentele en suprasegmentele fonemen. 2. Fonemen – Allofonen
  • 31. 1. segmentele versus suprasegmentele fonemen • segmentele fonemen: klinkers, medeklinkers • suprasegmentele fonemen: bv. klemtoon, (beklemtoond- niet beklemtoond [hard-zacht]), toonhoogte (hoog – laag – midden – stijgend – dalend) Chinees), lengte (tijdsduur: lang/ kort) • naast segmentele fonemen heeft het Spaans suprasegmentele fonemen: ook beklemtoning is fonemisch (betekenis-onderscheidend):paso-pasó
  • 32. 2. fonen - fonemen: vb. /r/ • de foon /r/ wordt in het Nederlands op verschillende manieren uitgesproken: • tongpunt-r • één keer gerolde r • huig-r wrijfklank • huig-r trill maar dit zijn geen fonemen – ze zijn niet betekenisonderscheidend. • Spaans: /ɾ/ en /ř/ twee verschillende fonemen: pero/perro; quería/querría; vara/barra; moro/morro; caro/carro
  • 33. allofoon • een foneem wordt niet altijd op dezelfde manier uitgesproken • afhankelijk van: klanken waar ze mee in contact staan, snel/langzaam spreken, formeel/informeel  allofoon: varianten van een foneem • preciezer gezegd: systematische varianten van een foneem die geen betekenisverschil met zich meebrengen • schrijfwijze: foneem /d/; allofoon [d]
  • 34. foneem - allofoon foneem allofonen context /d/ [d] na een pauze, /l/ en /n/ [đ] elders • de /d/ wordt op verschillende manieren uitgesproken: • als occlusief (plosive), d.w.z. articulatie begint met sluiting (oclusion) – tongpunt tegen tandwortel (bv. in director, aldea, con dos) • als approximant: tongpunt raakt tanden niet, komt wel in de buurt (bv. in nada, Granada) • het fonetisch verschil tussen [d] en [đ] is niet betekenisonderscheidend: sprekers van het Spaans vatten deze verschillende realisaties op alsof ze hetzelfde waren; ze ‘horen hetzelfde woord’ • de ene allofoon komt voor in de context waar de andere niet voorkomt: complementaire distributie • Oefening 2 pag. 52
  • 35. Medeklinkers (consonantes) • voor de classificatie en beschrijving van medeklinkers zijn drie parameters nodig: • articulatieplaats • articulatiewijze • stemgebruik
  • 36. articulatiepunten (medeklinkers) puntos de articulación (consonantes) • bilabiaal: onderlip tegen bovenlip: [p], [b], [β], [m] • labiodentaal: onderlip tegen boventanden: [f] • interdentaal: tongpunt tegen rand boventanden: [θ] • dentaal: tongpunt tegen boventanden: [t], [d], [đ] • alveolair: tongpunt/blad tegen tandkassen: [n], [l], [r], [ř], [s], [n] • palato-alveolair (prepalataal): tongblad tegen gebied ts. tandkassen en harde verhemelte: [ʧ] • palataal: contact tussen tong en harde verhemelte: [ʎ], [ɲ] • velair: achterkant tong richting zachte verhemelte: [k], [g], [x], [ɣ], [ŋ] órganos articulatorios • Oefening p. 57- 4
  • 37. stemgebruik • trillen de stembanden of niet? • stemloos: sordo • stemhebbend: sonoro • voorbeelden stemloos - stemhebbend: [p] versus [b] [t] versus [d] [k] versus [g]
  • 38. articulatiewijzen (medeklinkers) modos de articulación (consonantes) • occlusieven (plofklank: sluiting & explosie; kun je niet aanhouden) • stemloos [p], [t], [k] pan, tan, can • stemhebbend [b], [d], [g] con barro, con dos, con gana • fricatieven (wrijfklank, ‘frictie’: lucht schuurt door nauwe opening) • stemloos [f], [θ], [s], [x] feo, cena, sal, ajo • stemhebbend [j] playa • africaat (combinatie van occlusief & fricatief; stemloos) [ʧ] hacha (vgl. zeit, mezzo, tsaar, tsjakka) • approximanten (er is nauwelijks sprake van contact) [β], [đ], [ɣ] sabe, cada, lago • nasalen (lucht gaat door neusholte naar buiten; stemhebbend) [m], [n], [ɲ], [ŋ] cama, cana, caña, tengo • lateralen (lucht gaat langs zijkanten naar buiten) [l], [ʎ] lado, llora • vibranten (trillers: tongpunt gaat op en neer en maakt contact met de tanden) [ɾ], [ř] toro, torre
  • 39. Tabel 3. Wijzen van articulatie van medeklinkers / Modos de articulación de las consonantes occlusive / oclusivas (oclusión + [p], [t], [k], [b], [d], [g] explosión) fricatieven / fricativas (turbulencia o [f], [s], [θ], [ʃ],[x], [ʝ] fricción) Drs. Carmen Lie - Lahuerta affricaten / africadas (oclusión + [ʧ] fricción) approximanten / aproximantes [β], [ð], [ɣ] nasalen / nasales [m], [n], [ɲ], [ɳ] lateralen / laterales [I] [ʎ] vibraten / vibrantes [ɾ], [ṝ]
  • 40. Tabel 1. Tabel van medeklinker fonemen van de Spaanse / Cuadro de fonemas consonánticos del español   bilabiaal/  labiodentaal/ interdental dentaal/ alveolair/ pre palataal /  palataal /  Velaar /  bilabial labiodental dental alveolar prepalatal palatal velar occlusieve /  p b t d k g oclusivas fricatieven  f (θ) s x /fricativas approximant ʆ Drs. Carmen Lie - Lahuerta en /  aproximante s affricaten /  ʧ africadas nasales m n ɲ laterale  l (ʎ ) /laterales vibrantes ɾ simples vibrantes ṝ múltiples
  • 41. liquidae • lateralen [l] en vibranten [r]: beide klanken met een vloeiend karakter en weinig obstructie • oefenen ‘rondende’ invloed uit op klank van voorafgaande klinker • Nl: keel versus keet; kool versus koot • Spaans: consonantclusters aan het begin v.e. woord/lettergreep hebben als tweede lid altijd een liquida (/pɾ/, /pl/ etc.) • Japans: [l] en [r] zijn varianten van hetzelfde foneem
  • 42. Andere medeklinkers: • Resonanten = nasalen en liquidae • Obstruyent = occlusieven, fricatieven en africaten • Oefeningen p. 73 – 5,6,7 • Huiswerk: p. 79-8; p. 80-9; 86- 12; p.87-13,14; p. 94-15,16,17; p. 95-18,19
  • 43. noord-midden peninsulair Spaans • fonologisch contrast tussen /θ/ en /s/ (casa ≠ caza) • traditioneel: fonologisch contrast tussen /j/ en [ʃ] (cayó ≠ calló, valla ≠ vaya); echter aan het toenemen (‘yeísmo’) • apico-alveolaire /s/: tongpunt tegen rand tandkas, fluitend effect. (i.t.t. grote delen Andalusië en Spaans Amerika) • /θ/ voor de -d aan het eind van een woord/lettergreep: [mađríθ], [θiuđáθ], [salúθ] • /d/ valt weg in -ado (m.n. participia): [kansao], [peskao]; is in andere gebieden minder geaccepteerd
  • 44. zuidelijk peninsulair Spaans • geen fonologisch contrast tussen /θ/ en /s/ (casa=caza, rosa=roza; masa=maza, tasa=taza) (‘seseo’) (echter niet overal) • aspiratie of verlies van /s/ aan het eind v.e. woord en voor een medeklinker: [éhte], [lahkása], [no aβlámo] • aspiratie van /x/: [muhé] • velarisering of verlies van eind /n/: [paŋ] of [pa] • neutralisatie van /r/ en /l/ voor een andere medeklinker: [karma] • /r/, /l/ vallen weg aan het eind ve woord: [ohpitá], [kantá] • /d/ valt weg tussen klinkers: [komío], [kaéna], [pasá] (voor pasada) • afzwakking van affricaat /t/ tot fricatief []: [muao]

Editor's Notes

  1. Uvular = huig Velar = achterkant gehemelte Glotal = stembanden Larynx = keel
  2. Fricativa interdental sorda= solo existe fonema en España: ves – vez; rosa –roza  minimale paren. Fricativa apicoalveolar sorda = /s/ : auxilio = [ausilio] más culto es [auksilio] ; a veces sonora en el norte y centro de España: desde, esbelto (asimilatie) /s/  alofoon /s/ voor een stemloze medeklinker en alofoon [z] voor een stemhebbende medeklinker. Soms /s/ wordt het niet uitgesproken of is het geaspireerd: mosca [mohka] ; más o menos [mahomeno]
  3. /x/ fricatief dorsovelar sorda: [xaula] puede variar desde una fricativa posvelar o uvular con mucha fricción en el norte de España hasta una fricativa laringea suave [h] en Andalucía. La obstruyente palatal /y/ tiene dos alofonos: Aproximante/fricativa / ʝ / p.e. mayo Oclusiva/africado / ʎ /; aparece tras nasal y lateral p.e. enyesar, el yeso.