SlideShare ist ein Scribd-Unternehmen logo
1 von 25
Downloaden Sie, um offline zu lesen
Een doelgroepbenadering voor 
      het structureel verlagen van 
             energieverbruik
                  i    b ik

                        (→ VAN TRIAS ENERGETICA NAAR 
                               QUATTUOR ENERGETICA)
Liander, afdeling Business Intelligence
Li d      fd li B i        I lli
Michiel van Mens, januari 2011
Quattuor Energetica
                   Quattuor Energetica
•    Gangbaar concept bij klimaatbeleid 
     is de Trias Energetica:
     is de Trias Energetica:                                       Quattuor Energetica
                                                                   Quattuor Energetica
            • Terugdringen van onnodig 
                                                                           Terug‐
               energieverbruik                                            dringen
                                                                          onnodig 
            • Inzetten duurzame energie                                   energie‐
                                                                          gebruik
               voor de resterende 
               energiebehoefte
                                                                                          Bewust‐
            • Zuinig en efficiënt omgaan                   Inzetten 
                                                          duurzame 
                                                                                          wording
                                                                                             en 
                                                                          energie
               met fossiele brandstoffen                    energie                      aanpassen 
                                                                                         van gedrag
•    In deze benadering is het menselijke 
     gedrag niet meegenomen.  
                                                                           efficiënt 
•    Bewustwording en veranderen van                                       omgaan 
                                                                             met 
     menselijk gedrag is een voorwaarde                                    fossiele 
                                                                           energie
     om energiebesparing succesvol te 
     realiseren. Daarom:
     =  Quattuor Energetica

28‐1‐2011                         Michiel van Mens, januari 2011                                      2
Overtuig niet iedereen!
            Overtuig niet iedereen!
                                                                 Involvement  /interest




                                                            ns
• B
  Bewustwording en veranderen 
               di           d




                                                 # huishouden
  van menselijk gedrag is 
  relevant.
• Particuliere huishoudens 
  verschillen als het gaat om                                     Involvement  /interest
                                                                                             tijd

  betrokkenheid en interesse
  b      kk h id i




                                                 # huishoudens
• Succesvol beleid voor 
  energiebesparing = benader de 
  energiebesparing = benader de
  juiste doelgroepen met de 
  juiste instrumenten op het                                                               tijd
  juiste
  j i moment.
• Hoe? 

28‐1‐2011             Michiel van Mens, januari 2011                                                3
Beschikbare data:

                    Smart energy!
                    Smart energy!                                                     Energie
                                                                                      E    i
                                                                                      •Standaard Jaar Verbruik (SJV) data voor 
                                                                                      gas, elektra en teruglevering gecorrigeerd 
                                                                                      voor graaddagen
                                                                                      •Postcode
• D
  De netwerkbedrijven Liander en 
        t    kb d ij   Li d                                                           •Adresgegevens
                                                                                      •Kleinverbruik/grootverbruik
  Enexis beschikken over de                                                           •Energieleverancier

  energieverbruiks gegevens van 5,5                                                   Kadastrale gegevens:
                                                                                      •Gebouwtype
  miljoen Nederlandse huishoudens.                                                    •Bestemming (wonen, werken etc.)

  (Maar ook van bedrijven,                                                            •Bouwjaar
                                                                                      •Inhoud (M3)
  nutsvoorzieningen etc.)
                 g      )                                                             •Oppervlakte (M2)

                                                                                      Bedrijfsinformatie (Kamer van 
• Deze gegevens zijn aangevuld met                                                    Koophandel)
  informatie over gebouwen,                                                           •SBI‐code
                                                                                      •Branche omschrijving
  bedrijven en huishoudens.
  bedrijven en huishoudens                                                            Geo‐informatie
• Combineer deze data met slimme                                                      •Buurtnaam
                                                                                      •Plaatsnaam
  datamining algoritmen en wie                                                        •Gemeentnaam

  vinden we?                                                                          Socio‐demografisch
                                                                                      •Gezinssamenstelling
• Verschillende doelgroepen!                                                          •Profiel huishouden
                                                                                      •Welstandsklasse
                                                                                      •Opleidingsniveau
      *) analyse gedaan op basis van 53.850 particuliere huishoudens van gemeente X   •Etc.
                                                                                                                             4
28‐1‐2011                                         Michiel van Mens, januari 2011
Het eerste doel: het vinden van verklarende variabelen in relatie tot CO2. Inhoud van de woning, woningtype, 
H t      t d l h t i d             kl    d     i b l i        l ti t t CO I h d       d     i       i t
de waarde van de woning maar ook besteding dagelijkse boodschappen, autobezit maar ook tuinen hebben 
een sterke relatie met de CO2‐productie van een gemiddeld gezin.
 28‐1‐2011                                Michiel van Mens, januari 2011                                    5
Wat zijn de relevante dimensies bij het verklaren van totaal elektriciteitsverbruik particuliere 
Wat zijn de relevante dimensies bij het verklaren van totaal elektriciteitsverbruik particuliere
huishouden.  De linker staafdiagram laat zien dat oppervlakte van de woning, inhoud en waarde de 
belangrijkste dimensies zijn.  Nemen we M3 en M2 op een indirecte manier op in de analyse (rechter 
staafdiagram) dan zijn besteedbaar inkomen en gezinsgrootte relevante kenmerken.


 28‐1‐2011                           Michiel van Mens, januari 2011                            6
Wat zijn de relevante dimensies bij het verklaren van totaal gasverbruik 2010 particuliere 
huishouden in de gemeente X.  De linker staafdiagram laat zien dat inhoud van de woning, waarde 
h i h d i d                        li k       fdi      l     i d i h d         d        i    d
en woningtype de belangrijkste verklarende dimensies zijn.  Nemen we M3 op een indirecte 
manier op in de analyse (rechter staafdiagram) dan zijn buurt en besteedbaar inkomen relevante 
variabelen.

 28‐1‐2011                          Michiel van Mens, januari 2011                           7
De CO Short list
            De CO2‐Short list
• Deze analyse geeft direct inzicht in de mate 
           g j
  van belangrijkheid van de verschillende 
  verklarende variabelen
• Kortom we hebben een short list Wat komen
  Kortom, we hebben een short list. Wat komen 
  we te weten als we deze verder analyseren?




28‐1‐2011        Michiel van Mens, januari 2011   8
Relatie woningtype, 
                                        bouwjaar en 
                                        gemiddeld CO2 bij 
                                        particuliere woningen. 

                                        Hoek‐ en geschakelde 
                                        Hoek en geschakelde
                                        woningen is voor 
                                        gemeente X 
                                        interessant om zich op 
                                        te richten.  De 
                                        woningvoorraad is 
                                        daarvan groot en 
                                        beide hebben een 
                                        beide hebben een
                                        relatief grote bijdrage 
                                        aan de CO2 productie




28‐1‐2011   el van Mens, januari 2011                        9
In deze analyse is gebruik gemaakt van de werkelijke verbruiksgegevens van 53.850 particuliere
    huishoudens van een gemeente in Nederland (verzorgingsgebied Liander) met als bestemming ‘woning’
    en waarvan Inhoud en vloeroppervlakte in de database bekend is Per woningtype en bouwjaar is de
                                                                  is.
    gemiddelde Kg CO2 over 2009 berekend. Dezelfde berekening is ook gedaan voor 5,5 miljoen
    huishoudens. Wanneer we beide berekeningen met elkaar vergelijken dan zien we grote verschillen.
    Bijvoorbeeld, benedenwoningen gebouwd in de periode 1960-1970 produceren gem. 1409 Kg CO2
    minder dan het landelijk gemiddelde voor dezelfde woningtype en bouwjaar. Gemeenten kunnen sterk
    van elkaar verschillen als het gaat om woningvoorraad,en samenstelling bevolking.


28‐1‐2011                                 Michiel van Mens, januari 2011                                10
Relatie  waardeklasse en gemiddeld kWh elektra en M3 gas. De relatie is 
      overduidelijk.  Bruikbaar als een van de kaders voor het definiëren van 
      doelgroepen.

28‐1‐2011                           Michiel van Mens, januari 2011               11
We kunnen de relatie 
                                                                                                                                                  tussen energieverbruik 
                              relatie elektriciteit en gasverbruik versus waarde van de woning                                                    en de waardeklasse van 
                                                                                                                                                  een gebouw ook op een 
                                                                                                                                                  andere manier 
                                                                                                                                                  visualiseren. 

                                                                                                                                                  In de linker grafiek staat 
                                                                                                                                                  In de linker grafiek staat
                        35                                                                                                                        op de X‐as het 
                        30
                                                                                                                                                  elektriciteitsverbruik, op 
                                                                                                                                                  de  Y‐as het gasverbruik 
                        25                                                                                                                        en de hoogte (Z‐as) geeft 
                                                                                                                                                  de waarde van het 
                                                                                                                                                  de waarde van het
        W AARDEKLASSE




                         20
                                                                                                                                                  gebouw weer. 
                         15

                         10
                                                                                                                                                  Natuurlijk moeten we 
                             5                                                                                                                    ook nog rekening 
                              0                                                                                                                   houden met het aantal 
                                                                                                                                 12
                                                                                                                          10
                                                                                                                                   00
                                                                                                                                     0            huizen  in een bepaalde 
                          00




                                                                                                                            00
                                                                                                                              0
                                                                                                                                                  klasse.  Waarschijnlijk is 
                        70




                                                                                                                   80
                                    00




                                                                                                                     00
                                  60


                                       00




                                                                                                            60                                    dan het ‘gele gebied’ in 
                                     50




                                                                                                              00




                                                                                                                              09
                                               00




                                                                                                                            20
                                             40




                                                                                                     40
                                     tot                                                               00                                         de linkergrafiek een 
                                                                                                                                                  de linkergrafiek een



                                                                                                                            it
                                                      00




                                                                                                                                         >   30



                                                                                                                        it e
                                           aa
                                                    30




                                                                                                                    ric
                                             lg                                               20
                                                             00




                                                                                                                    t
                                               as                                               00
                                                                                                                                                  interessante doelgroep 

                                                                                                                 ek
                                                           20




                                                                                                                                         <   29
                                                                                                              el
                                                  20
                                                                    00




                                                    09                                   0
                                                                                                           al
                                                                  10




                                                                                                         ta
                                                                                                                                                  (voldoende aantal 
                                                                                                       to
                                                                         0




                                                                                 -20
                                                                                    00                                                   <   24
                                                                             0
                                                                           00




                                                                                                                                                  huishouden en het 
                                                                         -1




                                                                                                                                         <   19
                                                                                                                                         <   14   besparingspotentieel)
                                                                                                                                         <   9
                                                                                                                                         <   4




28‐1‐2011                                                                                    Michiel van Mens, januari 2011                                             12
Er is eveneens een 
                                             relatie tussen 
                                             welstandsklasse en 
                                                 l    d kl
                                             ouderdom van de 
                                             woning. 50% van de 
                                             gezinnen met een 
                                             gezinnen met een
                                             hogere 
                                             welstandsklasse 
                                             wonen in een woning 
                                             ouder dan 1940. Rond 
                                                d d 1940 R d
                                             de 45% van de 
                                             mensen met een laag 
                                             of minimum 
                                             welstandsklasse 
                                             woont in een huis 
                                             gebouwd in de 
                                             periode 1950‐1970. 
                                                  i d 1950 1970

                                             Een vergelijkbare 
                                             relatie is aanwezig bij 
                                                               g j
                                             opleidingsniveau.




28‐1‐2011   Michiel van Mens, januari 2011                       13
De aanwezigheid van 
                                             tuinen heeft een 
                                             directe relatie met het 
                                             di         l i      h
                                             energieverbruik van 
                                             de woning. Dit is 
                                             aannemelijk omdat er 
                                             aannemelijk omdat er
                                             een direct verband 
                                             bestaat tussen tuinen 
                                             en woningtype. En 
                                             dus is er een direct 
                                             d i            di
                                             verband tussen de 
                                             aanwezigheid van 
                                             tuinen, de inhouw van 
                                                    ,
                                             de woning en 
                                             bouwjaar.

                                             Interessant zijn de 
                                             I t        t ij d
                                             buurten waar meer 
                                             dan de helft een 
                                             kleine tuin heeft.  
                                             Daarvan zijn er binnen 
                                             deze gemeente veel 
                                             van en ze hebben ook 
                                             een relatief grote 
                                                   l ti f    t
                                             bijdrage aan de CO2
28‐1‐2011   Michiel van Mens, januari 2011                       14
De gezinslevenscyclus 
                                             geeft informatie over 
                                             de samenstelling van 
                                             d            lli
                                             een huishouden wat 
                                             betreft personen.  Het 
                                             is aannemelijk dat het 
                                             is aannemelijk dat het
                                             aantal personen en de 
                                             leeftijdsopbouw van 
                                             directe invloed zijn op 
                                             bijvoorbeeld het 
                                             bij     b ld h
                                             apparaatbezit, de 
                                             gebruiksfrequentie en 
                                             het energieverbruik.
                                                      g

                                             Er is een correlatie 
                                             van 0,98 tussen het 
                                             aantal personen in 
                                                  t l           i
                                             een huishouden en de 
                                             CO2 productie (lees 
                                             energieverbruik). 
                                                   g          )
                                             Geen ‘breaking news’. 
                                             Wel een bruikbaar 
                                             puzzle‐stukje.


28‐1‐2011   Michiel van Mens, januari 2011                       15
Gasverbruik++
     13.468 huishoudens (25%)                                                     8.995 huishoudens (17%)
         Totaal Kg CO 66.668.547 (30%)
         Totaal Kg CO2 66 668 547 (30%)                                               Totaal Kg CO 53.780.013  (24%)
                                                                                      Totaal Kg CO2 53 780 013 (24%)
         Totaal kW elektra 32.254.738                                                 Totaal kW elektra 36.907.625 
         Totaal M3 gas 26.763.063                                                     Totaal M3 gas 17.980.064

                                                          3       4                                   Elektriciteitsverbruik++


                                                          1       2




                                                                                  8.642 huishoudens (16%)
                                                                                                     (   )
    20.047 huishoudens (37%)
    20 047 h i h d      (37%)
                                                                                      Totaal Kg CO2 36.886.079 (16%)
        Totaal Kg CO2 62.565.812  (28%)
                                                                                      Totaal kW elektra 34.503.415 
        Totaal kW elektra 43.428.398 
                                                                                      Totaal M3 gas 9.285.991
        Totaal M3 gas 20 754 526
        Totaal M gas 20.754.526 



Verdeling van consumenten/huishoudens over de vier energie‐segmenten bij gemeente X in 2009:  Elektriciteitsverbruik versus 
gasverbruik. (2.696 huishoudens kunnen niet worden ingedeeld.) 17% van alle huishouden in deze gemeente zitten in segment 4, 
d.w.z. verhoudingsgewijs een hoog gas en elektriciteitsverbruik. Deze groep is goed voor 24% van de CO2
uik++
              Sociale gelovigen                       12%                               Stoere muziekfanaten                         13%




                                                             Gasverbru
                                                                                           Groene hobbyisten                    10%
                Gulle donateurs             6%
                                                                                           Startende gezinnen              7%
           Financieel beperkten             6%
                                                                                       Regionale risicomijders
                                                                                         g               j                 7%
            Groene hobbyisten              5%                                           Sportieve luxezoekers              7%
                                                                                         Modieuze twintigers              6%
                                                                                       I     i    i
                                                                                       Intensieve internetters           5%
                                                             3               4                                   Elektriciteitsverbruik++


                                                             1               2

               Gezonde genieters                       8%                           Fanatieke sportliefhebbers                       16%

          Culturele intellectuelen                    7%                             Chattende pubergezinnen                   10%

                                                                             Nieuwsgierige amusementszoekers              7%

                                                                                       Intensieve internetters          6%




 Wat is het profiel van  particuliere huishoudens in relatie tot het energieverbruik? En hoe ziet het profiel eruit in combinatie
 met de energiematrix.  Dan zien we opeens dat de ‘stoere muziekfanaten in segment 4 sterk opkomen. En een overduidelijke 
 oververtegenwoordiging van de ‘fanatieke sportliefhebbers ’in segment 2. 2011
28‐1‐2011                                          Michiel van Mens, januai                                                       17
De Prijsbewuste consumenten 
                                                 letten goed op de prijs van de 
                                                 l           d   d            d
                                               producten waaraan ze hun geld 
                                             besteden. Levensmiddelen kopen ze 
                                                dan ook bij Lidl en Aldi. Kleding 
                                              kopen ze bij Zeeman, Wibra, Hans 
                                                 p         j
                                              Textiel en C&A. Voor de inrichting 
                                                  van hun woning gaan ze naar 
                                                Kwantum en Leen Bakker. Ook 
                                             maken ze zelf regelmatig kleding en 
                                              doen ze aan handwerken Ze lezen
                                              doen ze aan handwerken. Ze lezen 
                                              roddelbladen en kijken naar soaps 
                                                     en kinderprogramma’s.




28‐1‐2011   Michiel van Mens, januari 2011                                           18
Relatief belang Kg CO2
           GROENE HOBBYISTEN                                                                                 %
                                                                                                           16%
   PRIJSBEWUSTE CONSUMENTEN                                       7%
          FINANCIEEL BEPERKTEN                                    7%
        WELGESTELDE BELEGGERS                                    7%
             GULLE DONATEURS
             GULLE DONATEURS                                   6%
        SPORTIEVE LUXEZOEKERS                                  6%
            GEZONDE GENIETERS                                 6%             De Groene hobbyisten weten zichzelf goed te 
                                                                         vermaken. Ze hebben erg veel hobby’s, waaronder 
    FANATIEKE SPORTLIEFHEBBERS                         4%
                                                                            tuinieren, bloemen en planten, doe‐het‐zelven, 
       REGIONALE RISICOMIJDERS
       REGIONALE RISICOMIJDERS                         4%                      fotograferen, kokkerellen, handwerken en 
            SOCIALE GELOVIGEN                        4%                 schilderen. Ook zijn ze veel buitenshuis, bij voorkeur 
           REISLUSTIGE FAMILIES                     3%                    in de natuur. Zo maken ze veel uitstapjes in eigen 
          EXCLUSIEVE SHOPPERS                      3%                      land, en gaan ze regelmatig fietsen of wandelen. 
                                                                                    Daarnaast gaan ze naar musea, 
                                                                                    Daarnaast gaan ze naar musea,
      CULTURELE INTELLECTUELEN                2%                          theatervoorstellingen en restaurants. De Groene 
       INTENSIEVE INTERNETTERS              1%                            hobbyisten lezen veel woon‐ en hobbybladen en 
NIEUWSGIERIGE AMUSEMENTSZOEK               1%                            besteden veel geld bij warenhuizen, bouwmarkten 
           HUISELIJKE SENIOREN             1%                                                en tuincentra.
     CHATTENDE PUBERGEZINNEN          0%
        STOERE MUZIEKFANATEN         0%
         MODIEUZE TWINTIGERS         0%
           STARTENDE GEZINNEN     ‐1%

    Wat zijn de relevante klantprofielen bij het verklaren van totaal CO2 particuliere huishouden in de 
    gemeente X.  De ‘Groene Hobbyist’ is een klantprofiel met een duidelijke energie signatuur.


      28‐1‐2011                                    Michiel van Mens, januari 2011                                                 19
elektriciteit                            gas
           GROENE HOBBYISTEN
           GROENE HOBBYISTEN                                       4%                                           18%
          FINANCIEEL BEPERKTEN                              3%                     6%
    FANATIEKE SPORTLIEFHEBBERS                             3%               3%
       REGIONALE RISICOMIJDERS                            3%               3%
        SPORTIEVE LUXEZOEKERS                             3%                       6%
           REISLUSTIGE FAMILIES                         2%                3%
       WELGESTELDE BELEGGERS                            2%                              7%
            GEZONDE GENIETERS                           2%                         5%
   PRIJSBEWUSTE CONSUMENTEN                            2%                  De Sportieve luxezoekers zijn buitengewoon 
                                                                                       8%
                                                                          sportief. Ze doen aan wintersport, zeilen, golf, 
       INTENSIEVE INTERNETTERS                    1%                  1%
                                                                         hockey en tennis, maar houden ook hun conditie 
             GULLE DONATEURS                    1%                                  7%
                                                                         op peil in de sportschool of door te gaan joggen. 
          EXCLUSIEVE SHOPPERS
          EXCLUSIEVE SHOPPERS                  0%                        Daarnaast leggen ze zichzelf graag in de watten: 
                                                                         D3%        tl         i h lf        i d     tt
            SOCIALE GELOVIGEN           ‐1%                               ze bezoeken vaak een sauna, kopen kleding bij 
                                                                              5%
                                                                          exclusieve zaken en gaan vaak op vakantie. De 
           HUISELIJKE SENIOREN        ‐1%                             1% Sportieve luxezoekers hebben veel luxegoederen 
     CHATTENDE PUBERGEZINNEN          ‐1%                           0% en rijden een dure auto, bij voorkeur van BMW, 
         MODIEUZE TWINTIGERS         ‐1%                            0%                     Audi of Volvo. 
           STARTENDE GEZINNEN        ‐1%                    ‐1%
     CULTURELE INTELLECTUELEN        ‐1%                                      3%
NIEUWSGIERIGE AMUSEMENTSZOEK
NIEUWSGIERIGE AMUSEMENTSZOEK        1%
                                   ‐1%                                   2%
        STOERE MUZIEKFANATEN      ‐1%                                   1%

      De mate waarin profielen van huishouden een relatie hebben met het elektriciteit en gasverbruik.  De ‘groene hobbyist’ heeft een
      du de j e e at e et e e g eco su pt e e Stoe e u e a ate             ee t a s u s oud p o e et o au e j s ee e ba d et
      duidelijke relatie met energieconsumptie. De ‘Stoere muziekfanaten’ heeft als huishoud profiel niet of nauwelijks een verband met 
      de  energieconsumptie. 

    28‐1‐2011                                       Michiel van Mens, januari 2011                                                20
Het energieverbruik (elektra, gas, CO2) kunnen we ook geografisch visualiseren op verschillende aggregatie niveaus (6 positie
p        , p        p        , p       p         )                 g      g
postcode, 5 positie postcode, 4 positiepostcode). De kleur van een gebied geeft informatie over de mate van verbruik.  In veel 
gevallen zijn deze analyses nog te gedetailleerd. 

 28‐1‐2011                                        Michiel van Mens, januari 2011                                                  21
Het visualiseren van 
                                             de CO2 op vier positie 
                                             postcode (2011) is 
                                             postcode (2011) is
                                             alleen maar logisch 
                                             voor de 
                                             postbezorging. De 
                                             begrenzing van een 4 
                                             begrenzing van een 4
                                             positie postcode 
                                             gebied zegt niets over 
                                             de mensen die daar 
                                             binnen wonen.
                                             binnen wonen

                                             Een stad is een 
                                             optelsom van 
                                             buurten, elk met haar 
                                             buurten elk met haar
                                             eigen karakteristieke 
                                             kenmerken zoals 
                                             bevolkingsopbouw, 
                                             bouwstijlen,  periode 
                                             bouwstijlen periode
                                             dat die buurten zijn 
                                             gebouwd. 

                                             We zullen dus op zoek 
                                             We zullen dus op zoek
                                             moeten gaan naar 
                                             mensen in de buurt. 
                                             Maar laten we 
                                             beginnen met de 
                                             beginnen met de
                                             buurten zelf

28‐1‐2011   Michiel van Mens, januari 2011                        22
In plaats van geografische kaarten kunnen we ook gebruik maken van een matrix.  Op die manier kunnen 
we CBS buurten met elkaar vergelijken. De grootte van  de bol zegt iets over de totale CO2 uitstoot van die 
    CBS b t         t lk         lijk D       tt       d b l     ti t        d t t l CO2 it t t         di
buurt.
28‐1‐2011                                  Michiel van Mens, januari 2011                                      23
Hebben doelgroepen een gezicht? 
•           2 voorbeelden
     Deze prijsbewuste consument 
     woont in een appartement in buurt 
                                                                              •   Deze Reislustige familie met 
                                                                                  gemiddeld tussen de 2 en 2,5 
       ,g               p
     X, gebouwd in de periode 1960‐                                               p
                                                                                  personen wonen in een geschakelde 
                                                                                                           g
     1970 met een gemiddelde inhoud                                               woning met een gem. inhoud van 
     van 283M3.  De gemiddelde                                                    324 M3, gebouwd in de periode 
     gezinsgrootte is tussen de 1,5 en 2                                          1920‐1930 in buurt Y. Het zijn 
     personen en  zijn doorgaans                                                  vooral gezinnen met alleen jonge 
     middelbare, alleenstaande mensen.                                                                   g
                                                                                  kinderen en meer dan gemiddeld 
     De woningen hebben een waarde                                                tweeverdiener. 
     tussen de 175 en 200 honderd                                             •   De woningen hebben een 
     duizend euro en de waarde van de                                             gemiddelde waarde tussen de 3 en 
     woning stijgt tussen de 0 en 5%.                                             4 ton.  Maar de woningen dalen in 
     Binnen deze groep is het aantal                                              waarde tussen de 0 en 5%.
     verhuizers praktisch nul als ook het                                     •   Ze besteden per week meer dan 125 
     aantal tweeverdieners.                                                       euro aan boodschappen. Maar zijn 
•    Binnen deze groep huishoudens zijn                                           ook meer dan gemiddelde 
     zeer veel mensen switchgevoelig                                              switchgevoelig voor 
     voor hun ziektekostenverzekering,                                            ziektekostenverzekeringen. Tevens 
                                                                                  ziektekostenverzekeringen. Tevens
     we zien extreem veel mensen die                                              zien we een grote groep spaarders 
     geld lenen,  ze sparen niet, kopen                                           maar ook leners. Tussen de 1% en 
     niet of nauwelijks bij een                                                   10% van de mensen verhuisd uit dit 
     postorderbedrijf en besteden                                                 postcodegebied
     minder dan 125 euro per week aan                                         •   In deze buurt wonen weinig mensen  
                                                                                  In deze buurt wonen weinig mensen
     dagelijkse boodschappen.                                                     met een  2e hands auto’s 
•    In  deze doelgroep heeft praktische 
     iedereen een 2e hands auto die 
     doorgaans al wat ouder is.

En wie interesseer je gemakkelijker voor energie besparingsmogelijkheden in huis. Voor mijn 
part een slimme meter. Of zonnepanelen? Of  dubbelglas?
28‐1‐2011                                    Michiel van Mens, januari 2011                                     24
Deze (en andere analyses)
laten zien dat de combinatie van
huishoudprofiel, type woning,
leeftijd van de woning als ook
gezinslevenscyclus,de buurt
waar men woont (en nog vele
                   (     g
andere socio-demografische
variabelen) een sterke
samenhangen hebben met het
energieverbruik.
     g

Op basis daarvan kunnen we
doelgroepen samenstellen met
een voldoende omvang en
                      g
besparingspotentieel.

Aanvullend marktonderzoek
g
geeft inzicht in de mate van
interesse in energiebesparing
en welke instrumenten moeten
worden ingezet om deze
doelgroepen te bereiken.

Op die manier kunnen we
verschillende energie
besparingsprogramma’s
opzetten voor verschillende
                                   QUATTUOR ENERGETICA
doelgroepen.
28‐1‐2011                                                25

Weitere ähnliche Inhalte

Empfohlen

Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie InsightsSocial Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
Kurio // The Social Media Age(ncy)
 

Empfohlen (20)

PEPSICO Presentation to CAGNY Conference Feb 2024
PEPSICO Presentation to CAGNY Conference Feb 2024PEPSICO Presentation to CAGNY Conference Feb 2024
PEPSICO Presentation to CAGNY Conference Feb 2024
 
Content Methodology: A Best Practices Report (Webinar)
Content Methodology: A Best Practices Report (Webinar)Content Methodology: A Best Practices Report (Webinar)
Content Methodology: A Best Practices Report (Webinar)
 
How to Prepare For a Successful Job Search for 2024
How to Prepare For a Successful Job Search for 2024How to Prepare For a Successful Job Search for 2024
How to Prepare For a Successful Job Search for 2024
 
Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie InsightsSocial Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
Social Media Marketing Trends 2024 // The Global Indie Insights
 
Trends In Paid Search: Navigating The Digital Landscape In 2024
Trends In Paid Search: Navigating The Digital Landscape In 2024Trends In Paid Search: Navigating The Digital Landscape In 2024
Trends In Paid Search: Navigating The Digital Landscape In 2024
 
5 Public speaking tips from TED - Visualized summary
5 Public speaking tips from TED - Visualized summary5 Public speaking tips from TED - Visualized summary
5 Public speaking tips from TED - Visualized summary
 
ChatGPT and the Future of Work - Clark Boyd
ChatGPT and the Future of Work - Clark Boyd ChatGPT and the Future of Work - Clark Boyd
ChatGPT and the Future of Work - Clark Boyd
 
Getting into the tech field. what next
Getting into the tech field. what next Getting into the tech field. what next
Getting into the tech field. what next
 
Google's Just Not That Into You: Understanding Core Updates & Search Intent
Google's Just Not That Into You: Understanding Core Updates & Search IntentGoogle's Just Not That Into You: Understanding Core Updates & Search Intent
Google's Just Not That Into You: Understanding Core Updates & Search Intent
 
How to have difficult conversations
How to have difficult conversations How to have difficult conversations
How to have difficult conversations
 
Introduction to Data Science
Introduction to Data ScienceIntroduction to Data Science
Introduction to Data Science
 
Time Management & Productivity - Best Practices
Time Management & Productivity -  Best PracticesTime Management & Productivity -  Best Practices
Time Management & Productivity - Best Practices
 
The six step guide to practical project management
The six step guide to practical project managementThe six step guide to practical project management
The six step guide to practical project management
 
Beginners Guide to TikTok for Search - Rachel Pearson - We are Tilt __ Bright...
Beginners Guide to TikTok for Search - Rachel Pearson - We are Tilt __ Bright...Beginners Guide to TikTok for Search - Rachel Pearson - We are Tilt __ Bright...
Beginners Guide to TikTok for Search - Rachel Pearson - We are Tilt __ Bright...
 
Unlocking the Power of ChatGPT and AI in Testing - A Real-World Look, present...
Unlocking the Power of ChatGPT and AI in Testing - A Real-World Look, present...Unlocking the Power of ChatGPT and AI in Testing - A Real-World Look, present...
Unlocking the Power of ChatGPT and AI in Testing - A Real-World Look, present...
 
12 Ways to Increase Your Influence at Work
12 Ways to Increase Your Influence at Work12 Ways to Increase Your Influence at Work
12 Ways to Increase Your Influence at Work
 
ChatGPT webinar slides
ChatGPT webinar slidesChatGPT webinar slides
ChatGPT webinar slides
 
More than Just Lines on a Map: Best Practices for U.S Bike Routes
More than Just Lines on a Map: Best Practices for U.S Bike RoutesMore than Just Lines on a Map: Best Practices for U.S Bike Routes
More than Just Lines on a Map: Best Practices for U.S Bike Routes
 
Ride the Storm: Navigating Through Unstable Periods / Katerina Rudko (Belka G...
Ride the Storm: Navigating Through Unstable Periods / Katerina Rudko (Belka G...Ride the Storm: Navigating Through Unstable Periods / Katerina Rudko (Belka G...
Ride the Storm: Navigating Through Unstable Periods / Katerina Rudko (Belka G...
 
Barbie - Brand Strategy Presentation
Barbie - Brand Strategy PresentationBarbie - Brand Strategy Presentation
Barbie - Brand Strategy Presentation
 

Doelgroepen En Energieverbruik

  • 1. Een doelgroepbenadering voor  het structureel verlagen van  energieverbruik i b ik (→ VAN TRIAS ENERGETICA NAAR  QUATTUOR ENERGETICA) Liander, afdeling Business Intelligence Li d fd li B i I lli Michiel van Mens, januari 2011
  • 2. Quattuor Energetica Quattuor Energetica • Gangbaar concept bij klimaatbeleid  is de Trias Energetica: is de Trias Energetica: Quattuor Energetica Quattuor Energetica • Terugdringen van onnodig  Terug‐ energieverbruik dringen onnodig  • Inzetten duurzame energie  energie‐ gebruik voor de resterende  energiebehoefte Bewust‐ • Zuinig en efficiënt omgaan  Inzetten  duurzame  wording en  energie met fossiele brandstoffen energie aanpassen  van gedrag • In deze benadering is het menselijke  gedrag niet meegenomen.   efficiënt  • Bewustwording en veranderen van  omgaan  met  menselijk gedrag is een voorwaarde  fossiele  energie om energiebesparing succesvol te  realiseren. Daarom: =  Quattuor Energetica 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 2
  • 3. Overtuig niet iedereen! Overtuig niet iedereen! Involvement  /interest ns • B Bewustwording en veranderen  di d # huishouden van menselijk gedrag is  relevant. • Particuliere huishoudens  verschillen als het gaat om  Involvement  /interest tijd betrokkenheid en interesse b kk h id i # huishoudens • Succesvol beleid voor  energiebesparing = benader de  energiebesparing = benader de juiste doelgroepen met de  juiste instrumenten op het  tijd juiste j i moment. • Hoe?  28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 3
  • 4. Beschikbare data: Smart energy! Smart energy! Energie E i •Standaard Jaar Verbruik (SJV) data voor  gas, elektra en teruglevering gecorrigeerd  voor graaddagen •Postcode • D De netwerkbedrijven Liander en  t kb d ij Li d •Adresgegevens •Kleinverbruik/grootverbruik Enexis beschikken over de  •Energieleverancier energieverbruiks gegevens van 5,5  Kadastrale gegevens: •Gebouwtype miljoen Nederlandse huishoudens.  •Bestemming (wonen, werken etc.) (Maar ook van bedrijven,  •Bouwjaar •Inhoud (M3) nutsvoorzieningen etc.) g ) •Oppervlakte (M2) Bedrijfsinformatie (Kamer van  • Deze gegevens zijn aangevuld met  Koophandel) informatie over gebouwen,  •SBI‐code •Branche omschrijving bedrijven en huishoudens. bedrijven en huishoudens Geo‐informatie • Combineer deze data met slimme  •Buurtnaam •Plaatsnaam datamining algoritmen en wie  •Gemeentnaam vinden we?  Socio‐demografisch •Gezinssamenstelling • Verschillende doelgroepen! •Profiel huishouden •Welstandsklasse •Opleidingsniveau *) analyse gedaan op basis van 53.850 particuliere huishoudens van gemeente X •Etc. 4 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011
  • 5. Het eerste doel: het vinden van verklarende variabelen in relatie tot CO2. Inhoud van de woning, woningtype,  H t t d l h t i d kl d i b l i l ti t t CO I h d d i i t de waarde van de woning maar ook besteding dagelijkse boodschappen, autobezit maar ook tuinen hebben  een sterke relatie met de CO2‐productie van een gemiddeld gezin. 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 5
  • 6. Wat zijn de relevante dimensies bij het verklaren van totaal elektriciteitsverbruik particuliere  Wat zijn de relevante dimensies bij het verklaren van totaal elektriciteitsverbruik particuliere huishouden.  De linker staafdiagram laat zien dat oppervlakte van de woning, inhoud en waarde de  belangrijkste dimensies zijn.  Nemen we M3 en M2 op een indirecte manier op in de analyse (rechter  staafdiagram) dan zijn besteedbaar inkomen en gezinsgrootte relevante kenmerken. 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 6
  • 7. Wat zijn de relevante dimensies bij het verklaren van totaal gasverbruik 2010 particuliere  huishouden in de gemeente X.  De linker staafdiagram laat zien dat inhoud van de woning, waarde  h i h d i d li k fdi l i d i h d d i d en woningtype de belangrijkste verklarende dimensies zijn.  Nemen we M3 op een indirecte  manier op in de analyse (rechter staafdiagram) dan zijn buurt en besteedbaar inkomen relevante  variabelen. 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 7
  • 8. De CO Short list De CO2‐Short list • Deze analyse geeft direct inzicht in de mate  g j van belangrijkheid van de verschillende  verklarende variabelen • Kortom we hebben een short list Wat komen Kortom, we hebben een short list. Wat komen  we te weten als we deze verder analyseren? 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 8
  • 9. Relatie woningtype,  bouwjaar en  gemiddeld CO2 bij  particuliere woningen.  Hoek‐ en geschakelde  Hoek en geschakelde woningen is voor  gemeente X  interessant om zich op  te richten.  De  woningvoorraad is  daarvan groot en  beide hebben een  beide hebben een relatief grote bijdrage  aan de CO2 productie 28‐1‐2011 el van Mens, januari 2011 9
  • 10. In deze analyse is gebruik gemaakt van de werkelijke verbruiksgegevens van 53.850 particuliere huishoudens van een gemeente in Nederland (verzorgingsgebied Liander) met als bestemming ‘woning’ en waarvan Inhoud en vloeroppervlakte in de database bekend is Per woningtype en bouwjaar is de is. gemiddelde Kg CO2 over 2009 berekend. Dezelfde berekening is ook gedaan voor 5,5 miljoen huishoudens. Wanneer we beide berekeningen met elkaar vergelijken dan zien we grote verschillen. Bijvoorbeeld, benedenwoningen gebouwd in de periode 1960-1970 produceren gem. 1409 Kg CO2 minder dan het landelijk gemiddelde voor dezelfde woningtype en bouwjaar. Gemeenten kunnen sterk van elkaar verschillen als het gaat om woningvoorraad,en samenstelling bevolking. 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 10
  • 11. Relatie  waardeklasse en gemiddeld kWh elektra en M3 gas. De relatie is  overduidelijk.  Bruikbaar als een van de kaders voor het definiëren van  doelgroepen. 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 11
  • 12. We kunnen de relatie  tussen energieverbruik  relatie elektriciteit en gasverbruik versus waarde van de woning en de waardeklasse van  een gebouw ook op een  andere manier  visualiseren.  In de linker grafiek staat  In de linker grafiek staat 35 op de X‐as het  30 elektriciteitsverbruik, op  de  Y‐as het gasverbruik  25 en de hoogte (Z‐as) geeft  de waarde van het  de waarde van het W AARDEKLASSE 20 gebouw weer.  15 10 Natuurlijk moeten we  5 ook nog rekening  0 houden met het aantal  12 10 00 0 huizen  in een bepaalde  00 00 0 klasse.  Waarschijnlijk is  70 80 00 00 60 00 60 dan het ‘gele gebied’ in  50 00 09 00 20 40 40 tot 00 de linkergrafiek een  de linkergrafiek een it 00 > 30 it e aa 30 ric lg 20 00 t as 00 interessante doelgroep  ek 20 < 29 el 20 00 09 0 al 10 ta (voldoende aantal  to 0 -20 00 < 24 0 00 huishouden en het  -1 < 19 < 14 besparingspotentieel) < 9 < 4 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 12
  • 13. Er is eveneens een  relatie tussen  welstandsklasse en  l d kl ouderdom van de  woning. 50% van de  gezinnen met een  gezinnen met een hogere  welstandsklasse  wonen in een woning  ouder dan 1940. Rond  d d 1940 R d de 45% van de  mensen met een laag  of minimum  welstandsklasse  woont in een huis  gebouwd in de  periode 1950‐1970.  i d 1950 1970 Een vergelijkbare  relatie is aanwezig bij  g j opleidingsniveau. 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 13
  • 14. De aanwezigheid van  tuinen heeft een  directe relatie met het  di l i h energieverbruik van  de woning. Dit is  aannemelijk omdat er  aannemelijk omdat er een direct verband  bestaat tussen tuinen  en woningtype. En  dus is er een direct  d i di verband tussen de  aanwezigheid van  tuinen, de inhouw van  , de woning en  bouwjaar. Interessant zijn de  I t t ij d buurten waar meer  dan de helft een  kleine tuin heeft.   Daarvan zijn er binnen  deze gemeente veel  van en ze hebben ook  een relatief grote  l ti f t bijdrage aan de CO2 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 14
  • 15. De gezinslevenscyclus  geeft informatie over  de samenstelling van  d lli een huishouden wat  betreft personen.  Het  is aannemelijk dat het  is aannemelijk dat het aantal personen en de  leeftijdsopbouw van  directe invloed zijn op  bijvoorbeeld het  bij b ld h apparaatbezit, de  gebruiksfrequentie en  het energieverbruik. g Er is een correlatie  van 0,98 tussen het  aantal personen in  t l i een huishouden en de  CO2 productie (lees  energieverbruik).  g ) Geen ‘breaking news’.  Wel een bruikbaar  puzzle‐stukje. 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 15
  • 16. Gasverbruik++ 13.468 huishoudens (25%) 8.995 huishoudens (17%) Totaal Kg CO 66.668.547 (30%) Totaal Kg CO2 66 668 547 (30%) Totaal Kg CO 53.780.013  (24%) Totaal Kg CO2 53 780 013 (24%) Totaal kW elektra 32.254.738  Totaal kW elektra 36.907.625  Totaal M3 gas 26.763.063  Totaal M3 gas 17.980.064 3 4 Elektriciteitsverbruik++ 1 2 8.642 huishoudens (16%) ( ) 20.047 huishoudens (37%) 20 047 h i h d (37%) Totaal Kg CO2 36.886.079 (16%) Totaal Kg CO2 62.565.812  (28%) Totaal kW elektra 34.503.415  Totaal kW elektra 43.428.398  Totaal M3 gas 9.285.991 Totaal M3 gas 20 754 526 Totaal M gas 20.754.526  Verdeling van consumenten/huishoudens over de vier energie‐segmenten bij gemeente X in 2009:  Elektriciteitsverbruik versus  gasverbruik. (2.696 huishoudens kunnen niet worden ingedeeld.) 17% van alle huishouden in deze gemeente zitten in segment 4,  d.w.z. verhoudingsgewijs een hoog gas en elektriciteitsverbruik. Deze groep is goed voor 24% van de CO2
  • 17. uik++ Sociale gelovigen 12% Stoere muziekfanaten 13% Gasverbru Groene hobbyisten 10% Gulle donateurs 6% Startende gezinnen 7% Financieel beperkten 6% Regionale risicomijders g j 7% Groene hobbyisten 5% Sportieve luxezoekers  7% Modieuze twintigers 6% I i i Intensieve internetters 5% 3 4 Elektriciteitsverbruik++ 1 2 Gezonde genieters 8% Fanatieke sportliefhebbers 16% Culturele intellectuelen 7% Chattende pubergezinnen  10% Nieuwsgierige amusementszoekers 7% Intensieve internetters 6% Wat is het profiel van  particuliere huishoudens in relatie tot het energieverbruik? En hoe ziet het profiel eruit in combinatie met de energiematrix.  Dan zien we opeens dat de ‘stoere muziekfanaten in segment 4 sterk opkomen. En een overduidelijke  oververtegenwoordiging van de ‘fanatieke sportliefhebbers ’in segment 2. 2011 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januai 17
  • 18. De Prijsbewuste consumenten  letten goed op de prijs van de  l d d d producten waaraan ze hun geld  besteden. Levensmiddelen kopen ze  dan ook bij Lidl en Aldi. Kleding  kopen ze bij Zeeman, Wibra, Hans  p j Textiel en C&A. Voor de inrichting  van hun woning gaan ze naar  Kwantum en Leen Bakker. Ook  maken ze zelf regelmatig kleding en  doen ze aan handwerken Ze lezen doen ze aan handwerken. Ze lezen  roddelbladen en kijken naar soaps  en kinderprogramma’s. 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 18
  • 19. Relatief belang Kg CO2 GROENE HOBBYISTEN % 16% PRIJSBEWUSTE CONSUMENTEN 7% FINANCIEEL BEPERKTEN 7% WELGESTELDE BELEGGERS 7% GULLE DONATEURS GULLE DONATEURS 6% SPORTIEVE LUXEZOEKERS 6% GEZONDE GENIETERS 6% De Groene hobbyisten weten zichzelf goed te  vermaken. Ze hebben erg veel hobby’s, waaronder  FANATIEKE SPORTLIEFHEBBERS 4% tuinieren, bloemen en planten, doe‐het‐zelven,  REGIONALE RISICOMIJDERS REGIONALE RISICOMIJDERS 4% fotograferen, kokkerellen, handwerken en  SOCIALE GELOVIGEN 4% schilderen. Ook zijn ze veel buitenshuis, bij voorkeur  REISLUSTIGE FAMILIES 3% in de natuur. Zo maken ze veel uitstapjes in eigen  EXCLUSIEVE SHOPPERS 3% land, en gaan ze regelmatig fietsen of wandelen.  Daarnaast gaan ze naar musea,  Daarnaast gaan ze naar musea, CULTURELE INTELLECTUELEN 2% theatervoorstellingen en restaurants. De Groene  INTENSIEVE INTERNETTERS 1% hobbyisten lezen veel woon‐ en hobbybladen en  NIEUWSGIERIGE AMUSEMENTSZOEK 1% besteden veel geld bij warenhuizen, bouwmarkten  HUISELIJKE SENIOREN 1% en tuincentra. CHATTENDE PUBERGEZINNEN 0% STOERE MUZIEKFANATEN 0% MODIEUZE TWINTIGERS 0% STARTENDE GEZINNEN ‐1% Wat zijn de relevante klantprofielen bij het verklaren van totaal CO2 particuliere huishouden in de  gemeente X.  De ‘Groene Hobbyist’ is een klantprofiel met een duidelijke energie signatuur. 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 19
  • 20. elektriciteit gas GROENE HOBBYISTEN GROENE HOBBYISTEN 4% 18% FINANCIEEL BEPERKTEN 3% 6% FANATIEKE SPORTLIEFHEBBERS 3% 3% REGIONALE RISICOMIJDERS 3% 3% SPORTIEVE LUXEZOEKERS 3% 6% REISLUSTIGE FAMILIES 2% 3% WELGESTELDE BELEGGERS 2% 7% GEZONDE GENIETERS 2% 5% PRIJSBEWUSTE CONSUMENTEN 2% De Sportieve luxezoekers zijn buitengewoon  8% sportief. Ze doen aan wintersport, zeilen, golf,  INTENSIEVE INTERNETTERS 1% 1% hockey en tennis, maar houden ook hun conditie  GULLE DONATEURS 1% 7% op peil in de sportschool of door te gaan joggen.  EXCLUSIEVE SHOPPERS EXCLUSIEVE SHOPPERS 0% Daarnaast leggen ze zichzelf graag in de watten:  D3% tl i h lf i d tt SOCIALE GELOVIGEN ‐1% ze bezoeken vaak een sauna, kopen kleding bij  5% exclusieve zaken en gaan vaak op vakantie. De  HUISELIJKE SENIOREN ‐1% 1% Sportieve luxezoekers hebben veel luxegoederen  CHATTENDE PUBERGEZINNEN ‐1% 0% en rijden een dure auto, bij voorkeur van BMW,  MODIEUZE TWINTIGERS ‐1% 0% Audi of Volvo.  STARTENDE GEZINNEN ‐1% ‐1% CULTURELE INTELLECTUELEN ‐1% 3% NIEUWSGIERIGE AMUSEMENTSZOEK NIEUWSGIERIGE AMUSEMENTSZOEK 1% ‐1% 2% STOERE MUZIEKFANATEN ‐1% 1% De mate waarin profielen van huishouden een relatie hebben met het elektriciteit en gasverbruik.  De ‘groene hobbyist’ heeft een du de j e e at e et e e g eco su pt e e Stoe e u e a ate ee t a s u s oud p o e et o au e j s ee e ba d et duidelijke relatie met energieconsumptie. De ‘Stoere muziekfanaten’ heeft als huishoud profiel niet of nauwelijks een verband met  de  energieconsumptie.  28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 20
  • 21. Het energieverbruik (elektra, gas, CO2) kunnen we ook geografisch visualiseren op verschillende aggregatie niveaus (6 positie p , p p , p p ) g g postcode, 5 positie postcode, 4 positiepostcode). De kleur van een gebied geeft informatie over de mate van verbruik.  In veel  gevallen zijn deze analyses nog te gedetailleerd.  28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 21
  • 22. Het visualiseren van  de CO2 op vier positie  postcode (2011) is  postcode (2011) is alleen maar logisch  voor de  postbezorging. De  begrenzing van een 4  begrenzing van een 4 positie postcode  gebied zegt niets over  de mensen die daar  binnen wonen. binnen wonen Een stad is een  optelsom van  buurten, elk met haar  buurten elk met haar eigen karakteristieke  kenmerken zoals  bevolkingsopbouw,  bouwstijlen,  periode  bouwstijlen periode dat die buurten zijn  gebouwd.  We zullen dus op zoek  We zullen dus op zoek moeten gaan naar  mensen in de buurt.  Maar laten we  beginnen met de  beginnen met de buurten zelf 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 22
  • 24. Hebben doelgroepen een gezicht?  • 2 voorbeelden Deze prijsbewuste consument  woont in een appartement in buurt  • Deze Reislustige familie met  gemiddeld tussen de 2 en 2,5  ,g p X, gebouwd in de periode 1960‐ p personen wonen in een geschakelde  g 1970 met een gemiddelde inhoud  woning met een gem. inhoud van  van 283M3.  De gemiddelde  324 M3, gebouwd in de periode  gezinsgrootte is tussen de 1,5 en 2  1920‐1930 in buurt Y. Het zijn  personen en  zijn doorgaans  vooral gezinnen met alleen jonge  middelbare, alleenstaande mensen.  g kinderen en meer dan gemiddeld  De woningen hebben een waarde  tweeverdiener.  tussen de 175 en 200 honderd  • De woningen hebben een  duizend euro en de waarde van de  gemiddelde waarde tussen de 3 en  woning stijgt tussen de 0 en 5%.   4 ton.  Maar de woningen dalen in  Binnen deze groep is het aantal  waarde tussen de 0 en 5%. verhuizers praktisch nul als ook het  • Ze besteden per week meer dan 125  aantal tweeverdieners. euro aan boodschappen. Maar zijn  • Binnen deze groep huishoudens zijn  ook meer dan gemiddelde  zeer veel mensen switchgevoelig  switchgevoelig voor  voor hun ziektekostenverzekering,  ziektekostenverzekeringen. Tevens  ziektekostenverzekeringen. Tevens we zien extreem veel mensen die  zien we een grote groep spaarders  geld lenen,  ze sparen niet, kopen  maar ook leners. Tussen de 1% en  niet of nauwelijks bij een  10% van de mensen verhuisd uit dit  postorderbedrijf en besteden  postcodegebied minder dan 125 euro per week aan  • In deze buurt wonen weinig mensen   In deze buurt wonen weinig mensen dagelijkse boodschappen. met een  2e hands auto’s  • In  deze doelgroep heeft praktische  iedereen een 2e hands auto die  doorgaans al wat ouder is. En wie interesseer je gemakkelijker voor energie besparingsmogelijkheden in huis. Voor mijn  part een slimme meter. Of zonnepanelen? Of  dubbelglas? 28‐1‐2011 Michiel van Mens, januari 2011 24
  • 25. Deze (en andere analyses) laten zien dat de combinatie van huishoudprofiel, type woning, leeftijd van de woning als ook gezinslevenscyclus,de buurt waar men woont (en nog vele ( g andere socio-demografische variabelen) een sterke samenhangen hebben met het energieverbruik. g Op basis daarvan kunnen we doelgroepen samenstellen met een voldoende omvang en g besparingspotentieel. Aanvullend marktonderzoek g geeft inzicht in de mate van interesse in energiebesparing en welke instrumenten moeten worden ingezet om deze doelgroepen te bereiken. Op die manier kunnen we verschillende energie besparingsprogramma’s opzetten voor verschillende QUATTUOR ENERGETICA doelgroepen. 28‐1‐2011 25