SlideShare ist ein Scribd-Unternehmen logo
1 von 18
Theater
Modern & Massa Theater
Klassiek Toneel




 Gijsbrecht van Aemstel
Thema analyseren
Thema-traditie        In wat voor traditie past dit            verhalend/ abstract; komedie; tragedie; absurd;
                      thema/toneelsoort?                       episch drama; naturalistisch drama

                                                                1. expositie: de uiteenzetting van wat
                                                                   voorafgegaan is om wat volgt te kunnen
                                                                   begrijpen;
                                                                2. intrige: de verwikkeling, de ontwikkeling
                                                                   van een probleem wordt geschetst;
                                                                3. climax: hoogtepunt van de
                                                                   spanning (door het toespitsen van het
Thema-ontwikkeling/   Hoe ontwikkelt zich het verhaal              conflict);
Verhaallijn/ Plot     /personages gedurende het spel            4. catastrofe/ontknoping: het begin van
                                                                   de ondergang van de held/ of de oplossing
                                                                   voor het probleem;
                                                                5. peripetie: de beslissende wending en de
                                                                   afwikkeling.(point of no return)



Functie personages    Wat is de functie van de personages in   Protagonist, antagonist, bijrol, figurant
                      het stuk
Theater analyseren

       FORMELE THEATER ASPECTEN                                             INHOUDELIJKE THEATER ASPECTEN




THEATRALE LAAG/ MIDDELEN                 THEATRALE SAMENHANG                          NARRATIEVE LAAG              SY MBOLISCHE LAAG



REGIE
ACTEURS            REGIE-
                   ACTEERSTIJL            TIJD BETEKENIS
                                          RUIMTE /ZAAL                ENSCENERING VOORSTELLING
                                                                        DOEL            OPVATTING                   FUNCTIE
                   CONTRAST
Regie
Beweging/houding   Naturalistisch         Tijdspanne
                                          Locatie Betekenis van het     Doel           Thema        beschouwers-    levensbeschouwelijk
                                                                      Decor-soort
                                                                        regisseur/dramaturg/
                   licht contrast                 stuk                                              perspectief
Enscenering                               Tijdservaring                  schrijver       Thema-traditie             Esthetisch
Mimiek             Mechanisch             speelruimte /               Decor/ Rekwisieten
                   Spel-contrast          speelvlak,
                                                  Betekenis van de                                  kunstenaars-
Stemgebruik        Melodramatisch                 enscenering            Doel opdrachtgever         perpectief
                                                                                         Thema-ontwikkeling/        Politiek
                   Ruimte-contrast         podium                                        Verhaallijn/ Plot
                                                                      Licht
Kostuum/           Subtekst                                              Relatie Doel - tijd                        Economisch
                   Kleurcontrast           plaats van het publiek
Grime/Kapsel                                                          Geluid/ muziek Functie personages
                   Tegenkleur                                                                                       Educatief
                                                                      Visuele Media
                   Innerlijke monoloog                                                                              Recreatief
                                                                      mise-en-scène

                                                                      Vervreemding
Episch theater
Berthold Brecht
Absurdistisch Theater
Waiting for Godot (Samuel Becket)
Actie Tomaat
In de toneelwereld was steeds meer kritiek op de overheid-bemoeienis. Het subsidiesysteem
zorgde voor te elitair theater dat maatschappelijk engagement miste.
In 1969, tijdens de premiè re van De Storm van Shakespeare door de Nederlandse Comedie
onder regie van Han Bentz van den Berg, gooiden Lien Heyting en Ernst Kats van de
Amsterdamse Toneelschool tomaten naar de acteurs
Werktheater

Het Werktheater is ontstaan in 1970 na de
vernieuwingen ten gevolge van Actie Tomaat.


In grotendeels geïmproviseerde voorstellingen
zonder decor sneed het collectief van toen
maatschappelijke thema’s aan.
De voorstellingen werden vooral gespeeld op
locatie. De speelstijl van Het Werktheater
werkte door in de volgende acteursgeneratie
Dogtroep
Artistieke grondprincipes
•Interdisciplinair: mix van muziek, beeld en actie
•De medewerkers zijn zelfstandig, de artistiek leider draagt uitgangspunten aan,
hakt knopen door en brengt de verschillende elementen samen.
•Lokatie-toneel de architectuur van de speelplekken en het daar aanwezige publiek
zijn uitgangspunten voor de voorstelling.
•De optredens zijn landschappelijk. Het publiek kijkt rond. Er wordt geen vaste
betekenis gedicteerd.
•Spelers musici en technici vormen gezamenlijk het theaterbeeld, waarbinnen er
voortdurend niveau verschuivingen zijn waarin technici of muzikanten de
centrale actie over nemen van de spelers en vice versa.
•Het spel wordt niet vastgelegd in een repetitie proces. Binnen een zorgvuldig
uitgewerkt scenario van acties en cues is elke speler vrij te reageren op onverwachte
gegevens van het moment.
Dogtroep
De Verzuiling   de clubjes-mentaliteit van de jaren ’50/ ’60




 POLITIEK             RELIGIE
                  Katholiek
                                 Gereformeerd

                     Vrijzinnig Protestant
De Verzuiling     de clubjes-mentaliteit van de jaren ’50/ ’60




    POLITIEK                       RELIGIE
Socialisme   Liberalisme               Religie


                                         Katholiek
                                      Gereformeerd
                                   Vrijzinnig Protestant
De Verzuiling     de clubjes-mentaliteit van de jaren ’50/ ’60


Socialisme      Liberalisme                 Religie
Het Engagement    de clubjes-mentaliteit van de jaren ’50/ ’60


  Politiek       Liberaal                Algemeen



             Paul van Vliet                    Toon Hermans



Wim Kan



                     Henk Elsink         Wim Sonneveld
Cabaret                                                   De Franse Revue

Frankrijk als uitgangspunt
De franse “revue” als uitgangspunt voor de Nederlandse
Cabaret-scene

Veel Nederlandse cabaretiers uit de jaren 60/70 maken
cabaret naar Frans model, waarbij liedjes met een stukje
“Stand-up” comedie wordt gecombineerd.
Cabaret        De “ONE-man”show

                   Bekendheid kreeg Hermans door zijn

Toon Hermans
                   formule van de onemanshow, een
                   voorstelling door één man uitgevoerd
                   (weliswaar ondersteund door een paar
                   muzikanten), die hij als eerste in het
                   Nederlandse taalgebied introduceerde
                    Hoewel zijn werk vaak als cabaret
                   beschouwd wordt, is het dat eigenlijk niet.
                   Hij beschouwde zichzelf als een clown, en
                   dat is waarschijnlijk de meest juiste
                   typering. Het was pure kolder, omlijst door
                   liedjes waarin het leven geprezen werd, of
                   die ook kolderiek waren. Zijn shows waren
                   op geen enkele manier gebonden aan de
                   actualiteit (een kenmerk van cabaret, en
                   zelfs zijn eerste op tv uitgezonden show
                   (uit 1958) doet in de 21ste eeuw nog fris,
                   en geenszins gedateerd aan.
Cabaret

Wim Sonneveld
Kritisch Cabaret

Wim Kan

Weitere ähnliche Inhalte

Mehr von mavalu

Moderne IV (Kubisme)
Moderne IV (Kubisme)Moderne IV (Kubisme)
Moderne IV (Kubisme)mavalu
 
Examenhulp havo
Examenhulp havoExamenhulp havo
Examenhulp havomavalu
 
Proefvragen en tips
Proefvragen en tipsProefvragen en tips
Proefvragen en tipsmavalu
 
Moderne (van expressie naar functionalisme )
 Moderne (van expressie naar functionalisme ) Moderne (van expressie naar functionalisme )
Moderne (van expressie naar functionalisme )mavalu
 
Romantiek2
Romantiek2Romantiek2
Romantiek2mavalu
 
Film (periode '30-'45)
Film (periode '30-'45)Film (periode '30-'45)
Film (periode '30-'45)mavalu
 
Jazz(deel2)
Jazz(deel2)Jazz(deel2)
Jazz(deel2)mavalu
 
Bauhaus stijl-macht II
Bauhaus stijl-macht IIBauhaus stijl-macht II
Bauhaus stijl-macht IImavalu
 
Bauhaus stijl-macht 1
Bauhaus stijl-macht 1Bauhaus stijl-macht 1
Bauhaus stijl-macht 1mavalu
 
Romantiek4ballet
Romantiek4balletRomantiek4ballet
Romantiek4balletmavalu
 
Romantiek3_muziek
Romantiek3_muziekRomantiek3_muziek
Romantiek3_muziekmavalu
 
Romantiek(II)
Romantiek(II)Romantiek(II)
Romantiek(II)mavalu
 
Romantiek 1
Romantiek 1 Romantiek 1
Romantiek 1 mavalu
 
19 e eeuw fn
19 e eeuw fn19 e eeuw fn
19 e eeuw fnmavalu
 
Jazz(deel1)
Jazz(deel1)Jazz(deel1)
Jazz(deel1)mavalu
 
Theater 17e eeuw
Theater 17e eeuwTheater 17e eeuw
Theater 17e eeuwmavalu
 
Romantiek 1
Romantiek 1Romantiek 1
Romantiek 1mavalu
 
Expressionisme(deel1)
Expressionisme(deel1)Expressionisme(deel1)
Expressionisme(deel1)mavalu
 
Arch functionalisme1
Arch functionalisme1Arch functionalisme1
Arch functionalisme1mavalu
 
Leonardo 2
Leonardo 2Leonardo 2
Leonardo 2mavalu
 

Mehr von mavalu (20)

Moderne IV (Kubisme)
Moderne IV (Kubisme)Moderne IV (Kubisme)
Moderne IV (Kubisme)
 
Examenhulp havo
Examenhulp havoExamenhulp havo
Examenhulp havo
 
Proefvragen en tips
Proefvragen en tipsProefvragen en tips
Proefvragen en tips
 
Moderne (van expressie naar functionalisme )
 Moderne (van expressie naar functionalisme ) Moderne (van expressie naar functionalisme )
Moderne (van expressie naar functionalisme )
 
Romantiek2
Romantiek2Romantiek2
Romantiek2
 
Film (periode '30-'45)
Film (periode '30-'45)Film (periode '30-'45)
Film (periode '30-'45)
 
Jazz(deel2)
Jazz(deel2)Jazz(deel2)
Jazz(deel2)
 
Bauhaus stijl-macht II
Bauhaus stijl-macht IIBauhaus stijl-macht II
Bauhaus stijl-macht II
 
Bauhaus stijl-macht 1
Bauhaus stijl-macht 1Bauhaus stijl-macht 1
Bauhaus stijl-macht 1
 
Romantiek4ballet
Romantiek4balletRomantiek4ballet
Romantiek4ballet
 
Romantiek3_muziek
Romantiek3_muziekRomantiek3_muziek
Romantiek3_muziek
 
Romantiek(II)
Romantiek(II)Romantiek(II)
Romantiek(II)
 
Romantiek 1
Romantiek 1 Romantiek 1
Romantiek 1
 
19 e eeuw fn
19 e eeuw fn19 e eeuw fn
19 e eeuw fn
 
Jazz(deel1)
Jazz(deel1)Jazz(deel1)
Jazz(deel1)
 
Theater 17e eeuw
Theater 17e eeuwTheater 17e eeuw
Theater 17e eeuw
 
Romantiek 1
Romantiek 1Romantiek 1
Romantiek 1
 
Expressionisme(deel1)
Expressionisme(deel1)Expressionisme(deel1)
Expressionisme(deel1)
 
Arch functionalisme1
Arch functionalisme1Arch functionalisme1
Arch functionalisme1
 
Leonardo 2
Leonardo 2Leonardo 2
Leonardo 2
 

Massa theater

  • 3. Thema analyseren Thema-traditie In wat voor traditie past dit verhalend/ abstract; komedie; tragedie; absurd; thema/toneelsoort? episch drama; naturalistisch drama 1. expositie: de uiteenzetting van wat voorafgegaan is om wat volgt te kunnen begrijpen; 2. intrige: de verwikkeling, de ontwikkeling van een probleem wordt geschetst; 3. climax: hoogtepunt van de spanning (door het toespitsen van het Thema-ontwikkeling/ Hoe ontwikkelt zich het verhaal conflict); Verhaallijn/ Plot /personages gedurende het spel 4. catastrofe/ontknoping: het begin van de ondergang van de held/ of de oplossing voor het probleem; 5. peripetie: de beslissende wending en de afwikkeling.(point of no return) Functie personages Wat is de functie van de personages in Protagonist, antagonist, bijrol, figurant het stuk
  • 4. Theater analyseren FORMELE THEATER ASPECTEN INHOUDELIJKE THEATER ASPECTEN THEATRALE LAAG/ MIDDELEN THEATRALE SAMENHANG NARRATIEVE LAAG SY MBOLISCHE LAAG REGIE ACTEURS REGIE- ACTEERSTIJL TIJD BETEKENIS RUIMTE /ZAAL ENSCENERING VOORSTELLING DOEL OPVATTING FUNCTIE CONTRAST Regie Beweging/houding Naturalistisch Tijdspanne Locatie Betekenis van het Doel Thema beschouwers- levensbeschouwelijk Decor-soort regisseur/dramaturg/ licht contrast stuk perspectief Enscenering Tijdservaring schrijver Thema-traditie Esthetisch Mimiek Mechanisch speelruimte / Decor/ Rekwisieten Spel-contrast speelvlak, Betekenis van de kunstenaars- Stemgebruik Melodramatisch enscenering Doel opdrachtgever perpectief Thema-ontwikkeling/ Politiek Ruimte-contrast podium Verhaallijn/ Plot Licht Kostuum/ Subtekst Relatie Doel - tijd Economisch Kleurcontrast plaats van het publiek Grime/Kapsel Geluid/ muziek Functie personages Tegenkleur Educatief Visuele Media Innerlijke monoloog Recreatief mise-en-scène Vervreemding
  • 6. Absurdistisch Theater Waiting for Godot (Samuel Becket)
  • 7. Actie Tomaat In de toneelwereld was steeds meer kritiek op de overheid-bemoeienis. Het subsidiesysteem zorgde voor te elitair theater dat maatschappelijk engagement miste. In 1969, tijdens de premiè re van De Storm van Shakespeare door de Nederlandse Comedie onder regie van Han Bentz van den Berg, gooiden Lien Heyting en Ernst Kats van de Amsterdamse Toneelschool tomaten naar de acteurs
  • 8. Werktheater Het Werktheater is ontstaan in 1970 na de vernieuwingen ten gevolge van Actie Tomaat. In grotendeels geïmproviseerde voorstellingen zonder decor sneed het collectief van toen maatschappelijke thema’s aan. De voorstellingen werden vooral gespeeld op locatie. De speelstijl van Het Werktheater werkte door in de volgende acteursgeneratie
  • 9. Dogtroep Artistieke grondprincipes •Interdisciplinair: mix van muziek, beeld en actie •De medewerkers zijn zelfstandig, de artistiek leider draagt uitgangspunten aan, hakt knopen door en brengt de verschillende elementen samen. •Lokatie-toneel de architectuur van de speelplekken en het daar aanwezige publiek zijn uitgangspunten voor de voorstelling. •De optredens zijn landschappelijk. Het publiek kijkt rond. Er wordt geen vaste betekenis gedicteerd. •Spelers musici en technici vormen gezamenlijk het theaterbeeld, waarbinnen er voortdurend niveau verschuivingen zijn waarin technici of muzikanten de centrale actie over nemen van de spelers en vice versa. •Het spel wordt niet vastgelegd in een repetitie proces. Binnen een zorgvuldig uitgewerkt scenario van acties en cues is elke speler vrij te reageren op onverwachte gegevens van het moment.
  • 11. De Verzuiling de clubjes-mentaliteit van de jaren ’50/ ’60 POLITIEK RELIGIE Katholiek Gereformeerd Vrijzinnig Protestant
  • 12. De Verzuiling de clubjes-mentaliteit van de jaren ’50/ ’60 POLITIEK RELIGIE Socialisme Liberalisme Religie Katholiek Gereformeerd Vrijzinnig Protestant
  • 13. De Verzuiling de clubjes-mentaliteit van de jaren ’50/ ’60 Socialisme Liberalisme Religie
  • 14. Het Engagement de clubjes-mentaliteit van de jaren ’50/ ’60 Politiek Liberaal Algemeen Paul van Vliet Toon Hermans Wim Kan Henk Elsink Wim Sonneveld
  • 15. Cabaret De Franse Revue Frankrijk als uitgangspunt De franse “revue” als uitgangspunt voor de Nederlandse Cabaret-scene Veel Nederlandse cabaretiers uit de jaren 60/70 maken cabaret naar Frans model, waarbij liedjes met een stukje “Stand-up” comedie wordt gecombineerd.
  • 16. Cabaret De “ONE-man”show Bekendheid kreeg Hermans door zijn Toon Hermans formule van de onemanshow, een voorstelling door één man uitgevoerd (weliswaar ondersteund door een paar muzikanten), die hij als eerste in het Nederlandse taalgebied introduceerde Hoewel zijn werk vaak als cabaret beschouwd wordt, is het dat eigenlijk niet. Hij beschouwde zichzelf als een clown, en dat is waarschijnlijk de meest juiste typering. Het was pure kolder, omlijst door liedjes waarin het leven geprezen werd, of die ook kolderiek waren. Zijn shows waren op geen enkele manier gebonden aan de actualiteit (een kenmerk van cabaret, en zelfs zijn eerste op tv uitgezonden show (uit 1958) doet in de 21ste eeuw nog fris, en geenszins gedateerd aan.