1. “Ook jij hoort erbij !!!”
Welkom bij de Kinderdienst!

2. Laat de kinderen tot mij
komen
ELB 278

3. Laat de kind'ren tot Mij komen,
alle alle kind'ren
Laat de kind'ren tot Mij komen,
niemand mag ze hind'ren.
Want de poorten van mijn rijk
staan voor kind'ren open,
laat ze allen groot en klein
bij mij binnen lopen.

4. Laat de mensen tot Mij komen
over alle wegen.
Laat de mensen tot Mij komen
houdt ze toch niet tegen!
Want de poorten van mijn rijk
gaan ook voor hen open,
als ze aan een kind gelijk
bij Mij binnen lopen.

5. “Ook jij hoort erbij !!!”
Welkom bij de Kinderdienst!

6. De Herder

7. De herder heeft zich niet vergist,
de schapen zijn geteld.
Maar één klein schaapje wordt vermist,
dat dwaalt nog op het veld.

8. De herder neemt zijn stok en staf
en zoekt het overal.
Kwam er een wolf op’t schaapje af,
of maakte het een val.

9. Het is al donker en al laat
als Hij het schaapje vindt.
Hij streelt het wacht en is niet kwaad,
maar draagt het als een kind.

10. Hij draagt het op zijn sterke rug
ver buiten de woestijn.
Hij brengt het naar de kooi terug,
daar zal het veilig zijn.

11. Al is het schaapje eigenwijs
en gaat het honderd keer
niet met de kudde mee op reis,
de herder zoekt het weer.

12. Daar is de Herder

13. Daar is de herder
Met schaapjes erbij
Hij geeft ze te eten
Dan worden ze blij
Daar is de herder
De schaapjes zijn wij
Hij wil voor ons zorgen
Voor jou en voor mij

14. O wat een pech
Een schaapje is weg
Het is verdwaald van huis
Herdertje zoek in elke hoek
En breng het veilig thuis

15. Daar is de herder
Met schaapjes erbij
Hij geeft ze te eten
Dan worden ze blij
Daar is de herder
De schaapjes zijn wij
Hij wil voor ons zorgen
Voor jou en voor mij

16. Lammetje klein
Heb je zo’n pijn
Roep dan de herder vlug
Herdertje hop
Hij tilt het op
En draagt het op zijn rug

17. Daar is de herder
Met schaapjes erbij
Hij geeft ze te eten
Dan worden ze blij
Daar is de herder
De schaapjes zijn wij
Hij wil voor ons zorgen
Voor jou en voor mij

18. Gebed

19. Mattheus 18 : 12-14
Lezing

20. “Ook jij hoort erbij !!!”
Inleiding

21. Jezus is de goede herder
ELB 452

22. Jezus is de Goede Herder.
Jezus, Hij is overal.
Jezus is de Goede Herder,
brengt mij veilig naar de stal.

23. Als je 's avonds niet kunt slapen
en je bang in 't donker bent,
denk dan eens aan al die schaapjes,
die de Heer bij name kent.

24. Jezus is de Goede Herder.
Jezus, Hij is overal.
Jezus is de Goede Herder,
brengt mij veilig naar de stal.

25. En wanneer je soms alleen bent
en je hart is vol verdriet,
denk dan aan de goede Herder,
Hij vergeet zijn schaapjes niet.

26. Jezus is de Goede Herder.
Jezus, Hij is overal.
Jezus is de Goede Herder,
brengt mij veilig naar de stal.

27. “Het schaapje dat
gevonden werd”
Lezing

42. Jezus houdt van alle kleine
kinderen
ELB 451

43. Jezus houdt van alle kleine kinderen
Jezus houdt van alle kleine kinderen
Jezus houdt van alle kleine kinderen
Alle kleine kinderen mogen komen.

44. Eén kleine, twee kleine,
drie kleine kinderen,
vier kleine, vijf kleine,
zes kleine kinderen,
zeven kleine, acht kleine,
negen kleine kinderen,
alle kleine kind'ren mogen
komen.

45. Jezus houdt van alle kleine kinderen
Jezus houdt van alle kleine kinderen
Jezus houdt van alle kleine kinderen
Alle kleine kinderen mogen komen.

46. Fotospel

48. Elke

50. Marret

52. Jorrit

54. Sjoerd

56. Dirma

58. Linda

60. Jeroen

62. Ian

64. Geke

66. Gerrit

68. Sander

70. Age

72. Julia

74. Adam

76. Jesse

78. Lisa

80. Tjeerd

82. Jildou

84. Arnold

86. Margot

88. Sjoukje

90. Nienke
Super!
Goed
geraden!

92. Ik wandel in het licht met
Jezus
ELB 184

93. Ik wandel in het licht met Jezus.
Het donk're dal ligt achter mij
en 't weet mij in zijn trouw geborgen;
welk een liefdevolle vriend is Hij.

94. Ik wandel in het licht met Jezus,
en 'k luister naar zijn dierb're stem
en niets kan m'ooit van Jezus scheiden,
sinds ik wandel in het licht met Hem.

95. Ik wandel in het licht met Jezus,
geen duist're wolk bedekt de zon
en 'k kan niet anders, 'k moet Hem
prijzen,
die de zonde in mij overwon.

96. Ik wandel in het licht met Jezus,
en 'k luister naar zijn dierb're stem
en niets kan m'ooit van Jezus scheiden,
sinds ik wandel in het licht met Hem.

97. Ik wandel in het licht met Jezus,
mijn ziel is Hem gans toegewijd.
Met Hem verrezen tot nieuw leven,
volg 'k mijn Heiland tot in eeuwigheid.

98. Ik wandel in het licht met Jezus,
en 'k luister naar zijn dierb're stem
en niets kan m'ooit van Jezus scheiden,
sinds ik wandel in het licht met Hem.

99. Ik wandel in het licht met Jezus,
o mocht ik zelf een lichtje zijn,
dat straalt temidden van de wereld,
die gebukt gaat onder zorg en pijn.

100. Ik wandel in het licht met Jezus,
en 'k luister naar zijn dierb're stem
en niets kan m'ooit van Jezus scheiden,
sinds ik wandel in het licht met Hem.

101. Afscheid van Arnold

102. k Heb Jezus nodig
ELB 435
Arnolds keus

103. 'k Heb Jezus nodig, heel mijn leven.
'k Heb Jezus nodig, dag aan dag,
in m'n handel, in m'n wandel,
in m'n slapen en ontwaken,
'k heb Hem nodig, dag aan dag.

104. 'k Wil Jezus volgen, heel mijn leven,
'k Wil Jezus volgen, dag aan dag
in m'n handel, in m'n wandel,
in m'n slapen en ontwaken,
'k wil Hem volgen, dag aan dag.

105. Collecte voor Carolaine

106. De Herder

107. De herder heeft zich niet vergist,
de schapen zijn geteld.
Maar één klein schaapje wordt vermist,
dat dwaalt nog op het veld.

108. De herder neemt zijn stok en staf
en zoekt het overal.
Kwam er een wolf op’t schaapje af,
of maakte het een val.

109. Het is al donker en al laat
als Hij het schaapje vindt.
Hij streelt het wacht en is niet kwaad,
maar draagt het als een kind.

110. Hij draagt het op zijn sterke rug
ver buiten de woestijn.
Hij brengt het naar de kooi terug,
daar zal het veilig zijn.

111. Al is het schaapje eigenwijs
en gaat het honderd keer
niet met de kudde mee op reis,
de herder zoekt het weer.

112. Daar is de Herder

113. Daar is de herder
Met schaapjes erbij
Hij geeft ze te eten
Dan worden ze blij
Daar is de herder
De schaapjes zijn wij
Hij wil voor ons zorgen
Voor jou en voor mij

114. O wat een pech
Een schaapje is weg
Het is verdwaald van huis
Herdertje zoek in elke hoek
En breng het veilig thuis

115. Daar is de herder
Met schaapjes erbij
Hij geeft ze te eten
Dan worden ze blij
Daar is de herder
De schaapjes zijn wij
Hij wil voor ons zorgen
Voor jou en voor mij

116. Lammetje klein
Heb je zo’n pijn
Roep dan de herder vlug
Herdertje hop
Hij tilt het op
En draagt het op zijn rug

117. Daar is de herder
Met schaapjes erbij
Hij geeft ze te eten
Dan worden ze blij
Daar is de herder
De schaapjes zijn wij
Hij wil voor ons zorgen
Voor jou en voor mij

118. Dankgebed

119. Zegen ons Heer
Opwekking 189

120. Zegen ons Heer, zegen ons Heer.
U, die hemel en aarde gemaakt heeft,
zegen ons Heer.
Heft uw handen op naar het heiligdom
en prijst de Heer, halleluja.

121. De Heer zegene u, de Heer zegene u.
Hij, die hemel en aarde gemaakt heeft,
zegene u.
Dank U Heer, dank U Heer.
U, die hemel en aarde gemaakt
heeft,
dank U Heer.