1. Gebruikershandleiding voor
AMC SuperShearTM
CompactLogix 1769-L30 of 1769-L31 PLC & PanelView Plus 1000
bedieningspaneel
1
2. Inleiding
In deze handleiding wordt het gebruik beschreven van het bedieningspaneel voor de
besturing van de AMC tempereermachine.
Het bedieningspaneel is voorzien van een ”touch screen” om rechtstreeks op het
scherm te kunnen kiezen. Door een lichte druk wordt de functie geactiveerd die
gekoppeld is aan het desbetreffende veld op het scherm.
Voor het gebruik van het bedieningspaneel is geen specifieke technische kennis
vereist, maar er wordt vanuit gegaan dat deze gebruikershandleiding voor gebruik
wordt doorgelezen. Daarnaast wordt een bepaalde kennis van de productie van
chocolade verondersteld.
Op het bedieningspaneel kunnen de regelaars worden gewijzigd die de temperaturen
in de tempereermachine regelen. Deze regelaars moeten niet worden gewijzigd door
personen die geen inzicht hebben in temperatuurregeling en in de opbouw en de
werkwijze van de machine.
De objecten op het bedieningspaneel zijn voorzien van een driedimensionaal effect
om het verschil tussen de verschillende objecten te verduidelijken.
De tempereermachine kent 2 basisstanden, Tempermodus en Avondverw..
Tempermodus is de productiestand.
Avondverw. is de standby-stand, waarin de machine wordt opgewarmd.
2
4. Opstarten
Als de tempereermachine wordt ingeschakeld, start het bedieningspaneel op met de
pagina “Taalkeuze”.
Hier kunt u de gewenste taal kiezen. Nadat de stroom is uitgeschakeld, start de
machine altijd op in het Engels.
Alle pagina’s hebben een header.
In de header staan, van links naar rechts, de naam van de pagina, de tijd van het
bedieningspaneel, de receptnaam en ten slotte de stand waarin de machine draait. Als
de tempereermachine in de stand Avondverw. staat, wordt geen receptnaam getoond.
Onderaan de pagina staat het submenu. Dit menu is op alle pagina’s hetzelfde,
behalve op de pagina “Hoofdmenu”. De knoppen in het menu geven toegang tot de
onderliggende pagina’ s.
Info Log Recept Parame Instellin Trend Tempere Autosta Alarm Hoofdme
in/uit ter gen ermeter rt nu
4
5. Hoofdbediening
U kiest deze pagina door te drukken op in het menu.
Op deze pagina kunnen de temperaturen van iedere zone worden afgelezen. De
temperaturen worden weergegeven in numerieke waarden en geïllustreerd met
staafdiagrammen. De actuele temperaturen worden aangegeven in de groene velden
en de setpoint-temperaturen worden aangegeven in de rode velden. De gele
staafdiagrammen tussen de groene en rode staafdiagrammen geven de
temperatuurlimiet aan voor het starten van de hoofdmotor.
Als op de numerieke velden wordt gedrukt, verschijnt er een numeriek toetsenbord
waarin een andere setpoint-waarde kan worden ingevoerd.
In het numerieke toetsenbord zijn de invoerlimieten aangegeven (0-60°C of 32-
140°F). Bovendien is er een ESC-knop, voor als er geen nieuwe waarde ingevoerd
hoeft te worden.
Voor het aangeven van een nieuwe waarde wordt vervolgens de Enter-toets
ingedrukt.
De knoppen ESC en Enter zijn aangegeven in het toetsenbord. Let op: op deze
pagina kunnen alleen de setpoint-waarden en de pompsnelheid worden gewijzigd.
In principe kunnen alle setpoint-temperaturen, parameters en receptwaarden worden
gewijzigd. Alle waarden die gewijzigd kunnen worden, zijn voorzien van een rood
kader.
5
6. Zone E
Zone 2
Zone 1 Chocolade
Zone 1 Water
Zone P
Warmtewisselaar
Links in de display wordt de machine grafisch weergegeven. In het midden staan de
temperaturen. In de bovenstaande afbeelding is met pijltjes aangegeven waar de
chocoladetemperaturen worden gemeten. De watertemperaturen worden in de
watertanks gemeten.
Onderaan de pagina staan de functietoetsen voor de algehele besturing van de
machine.
In het volgende schema staan de functies van de afzonderlijke functieknoppen:
De eerste kolom geeft aan dat de functie niet is ingeschakeld (verhoogde knop).
De volgende kolom geeft de ingeschakelde functies weer (verzonken knop).
Door op deze knop te drukken, wordt geschakeld tussen
“Avondverw.” en “Tempermodus”.
Hoofdmotor. In-/uitschakelen
Chocoladepomp achteruit. Kan niet worden geactiveerd als
chocoladepomp vooruit is ingeschakeld.
Chocoladepomp vooruit. Kan niet worden geactiveerd als
chocoladepomp achteruit is ingeschakeld.
Deze knop geeft, ongeacht de status, toegang tot de pagina
“Autostart”.
De indicator geeft aan of autostart is in- of uitgeschakeld.
Bij alarm zullen de twee iconen gaan knipperen. Een druk op
de knop, ongeacht of er sprake is van een alarm, geeft toegang
tot de alarmlijst.
Ga naar “Menu”.
6
7. De volgende afbeeldingen dienen ter illustratie van een waterpomp.
De eerste afbeelding laat zien dat de waterpomp draait (groen). De rode stip op de
pomp geeft aan de het solid state-relais is ingeschakeld, waardoor de zone wordt
opgewarmd. De stip kan ook lichtblauw zijn, wat betekent dat de magneetklep is
geopend, waardoor de zone wordt afgekoeld.
De volgende afbeelding geeft aan dat de pomp niet draait (grijs).
De laatste afbeelding geeft aan dat er een storing is in de pomp.
De volgende afbeeldingen dienen ter illustratie van de hoofdmotor
De eerste afbeelding laat zien dat de hoofdmotor draait (groen).
De volgende afbeelding geeft aan dat de motor niet draait (grijs).
De laatste afbeelding geeft aan dat er een storing is in de motor.
Boven de motor wordt numeriek aangegeven hoeveel ampère de motor verbruikt.
De volgende afbeeldingen dienen ter illustratie van de chocoladepomp.
De eerste afbeelding geeft aan dat de pomp niet draait (grijs).
De tweede afbeelding geeft aan dat de pomp draait (groen) en chocolade naar de
tempereermachine pompt.
De derde afbeelding geeft aan dat de pomp draait (groen) en chocolade uit de
tempereermachine pompt.
De laatste afbeelding geeft aan dat er een storing is in de pomp.
De indicator boven de pomp geeft aan of de chocoladedruk in de tempereermachine in
orde is of niet. De indicator op de bovenstaande afbeeldingen geeft aan dat de druk
niet te hoog is.
Als de chocoladedruk te hoog wordt, wordt dit als volgt met een uitroepteken
aangegeven:
Als de chocoladedruk te hoog wordt, kan er geen chocolade vooruit worden gepompt
(chocoladepomp vooruit). Bij een te hoge chocoladedruk kan er chocolade uit de
machine worden gepompt (chocoladepomp achteruit).
7
8. Menu
U kiest deze pagina door te drukken op op de pagina ” Hoofdbediening” .
Deze pagina bevat dezelfde gegevens als “ Hoofdbediening” . De pagina wijkt echter
af door de aanwezigheid van het submenu in plaats van de bedieningsknoppen.
Info Log Recept Parame Set-up Trend Temper Autosta Alarm Hoofdbed
in/uit ter meter rt iening
8
9. Set-up
U kiest deze pagina door te drukken op in het menu.
AAM Set-up:
Geeft toegang tot de instellingenpagina voor de tempereermachine.
UITSLUITEND VOOR PERSONEEL VAN AASTED-MIKROVERK.
Taalkeuze:
Geeft toegang tot de pagina “ Taalkeuze” .
Tijd en datum:
Geeft toegang tot de pagina “ Tijd en datum” .
Over:
Geeft toegang tot de pagina “ Over” .
Schermconfiguratie:
Hiervoor moet u zijn ingelogd (zie “ In- en uitloggen” ).
Geeft toegang tot de pagina “ Schermconfiguratie” .
Koelwater bijvullen:
Hiervoor moet u zijn ingelogd (zie “ In- en uitloggen” ).
Als de machine is geïnstalleerd, moet deze worden gevuld met water. Dit doet u door
te drukken op “ Koelwater bijvullen” . Zie de Snelgids voor meer informatie over de
installatie van de tempereermachine.
9
10. Taalkeuze
U kiest deze pagina door te drukken op op de pagina ” Set-up” .
Hier kunt u de gewenste taal kiezen. Nadat de stroom is uitgeschakeld, start de
machine altijd op in het Engels.
10
11. Tijd en datum
U kiest deze pagina door te drukken op op de pagina ” Set-up” .
Hier kunt u de datum en de tijd wijzigen. U kunt de waarde wijzigen door in het rode
kader van de desbetreffende waarde te drukken. De dagen van de week kunnen niet
worden gewijzigd, maar veranderen al naar gelang het jaar, de maand en de datum.
11
12. Over
U kiest deze pagina door te drukken op op de pagina ” Set-up” of in het
menu.
Hier vindt u gegevens over de tempereermachine, zoals type, machinenummer,
softwareversie en hoe u contact kunt opnemen met aasted-mikroverk.
12
13. Schermconfiguratie
U kiest deze pagina door te drukken op op de pagina ” Set-up” .
Celcius/Fahrenheit:
Hier kunt u kiezen of u de temperaturen wilt zien in Celcius of in Fahrenheit.
Verander dit bij voorkeur niet als de tempereermachine eenmaal is geïnstalleerd,
omdat de machine verschillende registers gebruikt voor resp. Celcius en Fahrenheit.
Een wijziging van een waarde in Celcius leidt niet tot wijziging van de waarde in
Fahrenheit.
Schermconfiguratie:
Geeft toegang tot de schermconfiguratie. Via de configuratie kunt u wijzigingen
aanbrengen in de printerinstellingen, regionale instellingen zoals tijdzone, datum en
tijd, communicatie-instellingen en nog veel meer. Aanbevolen wordt wijzigingen in
de instellingen uitsluitend te laten aanbrengen door servicepersoneel. De
scherminstellingen wordt in deze handleiding verder niet toegelicht.
13
14. Parameter
U kiest deze pagina door te drukken op in het menu.
De parameterlijst opent altijd met Zone 2 Chocolade geselecteerd.
Temperatuurgrens start hoofdmotor: (PC, 1C, 2C, EW)
Vermelding van de minimumtemperatuur die de zone moet hebben om de hoofdmotor
te kunnen starten.
Richtwaarde Avondverw: (PC, 1C, 2C, EW)
Vermelding van de setpoint-temperatuur in de stand “ Avondverw.” .
Richtwaarde temperatuur: (WW)
Vermelding van de setpoint-temperatuur in de warmtewisselaar.
Stoptemperatuur voor pomp en verwarmer: (PC, 1W, 2C, EW)
Temperatuurlimiet waarbij de waterpomp en de verwarmingselementen worden
uitgeschakeld. Zorgt ervoor dat de machine niet te warm wordt in de stand
“Avondverw.” . De pomp en het verwarmingselement worden weer ingeschakeld als
de temperatuur 0,5°C (0,9°F) is gedaald.
De regelaar is zo ingericht dat de proportionele werking krachtiger wordt naarmate
“Regulator, proportionale stijging P” groter wordt. Naarmate “Regulator,
integraaltijd I” kleiner wordt, wordt de integrale werking krachtiger. Naarmate
“Regulator, differentiaaltijd D” kleiner wordt, wordt de differentiële werking
krachtiger.
14
15. De machine is voorzien van autotuning. Door een autotuning te verrichten, krijgt u
regelwaarden die geschikt zijn voor de desbetreffende bedrijfsomstandigheden.
De machine heeft default regelparameters en is daarom in staat om vanaf de eerste
keer dat de machine wordt aangezet de temperatuur in de zones te regelen.
Als de omstandigheden veranderen, bijv. als de chocoladestroom wordt gereduceerd
of als de temperering instabiel is, kan het noodzakelijk zijn een autotuning te
verrichten. Een autotuning duurt gewoonlijk 30-40 minuten per zone.
U kunt een autotuning verrichten door op de “ AT” -knop te drukken terwijl
“ Tempermodus” is geselecteerd.
Tijdens de autotuning zal de zonenaam op de pagina “ Hoofdbediening” knipperen
met de letters AT.
Als de autotuning gereed is, wordt de knop automatisch uitgeschakeld. Dit betekent
dat de autotuning gereed is en er nieuwe regelparameters zijn gegenereerd.
Aanbevolen wordt de autotuning in de onderstaande volgorde, zone voor zone, te
verrichten.
1. Zone P
2. Zone 1 Water
3. Zone 1 Chocolade
4. Zone 2
5. Zone E
Voer opgeslagen regulatorwaarden in:
De laatst opgeslagen regelparameters ophalen.
Regulatorwaarden opslaan:
De actuele regelwaarden opslaan. Nadat de autotuning is afgesloten en de temperatuur
goed constant wordt gehouden, moeten de regelwaarden worden opgeslagen.
Door op de knoppen links op het scherm te drukken, komt u bij de parameters voor de
desbetreffende zone.
15
16. Autostart
U kiest deze pagina door te drukken op of op de pagina
“ Hoofdbediening” of in het menu.
Deze pagina bevat tijdstippen voor een automatische start en stop van de
tempereermachine. Bij een automatische start op een bepaald tijdstip wordt van
” Avondverw.” overgeschakeld op ” Tempermodus” , waarbij het gekozen recept
wordt geladen.
U kunt start- en stoptijden aangeven door bij de desbetreffende dagen het numerieke
veld voor respectievelijk de uren en de minuten te activeren. Daarbij moet vermeld
worden dat er altijd zowel een start- als een stoptijd en een receptnummer moet
worden aangegeven.
De autostartfunctie werkt alleen als “ Autostart Aan/Uit” is ingeschakeld.
Als de autostopknop op de desbetreffende dag wordt geactiveerd terwijl de
autostartfunctie is geselecteerd, zal de machine op de aangegeven stoptijd
overschakelen van “ Tempermodus” naar “ Avondverw.” .
16
17. Recept 1-10
U kiest deze pagina door te drukken op in het menu.
Als de machine in de stand “ Tempermodus” wordt gezet, wordt het gewenste recept
opgehaald.
De pagina bevat de gegevens van tien recepten. In totaal kunnen 20 recepten verdeeld
over deze en een vergelijkbare pagina worden gebruikt. Voor alle zones in elk recept
kan een setpoint-temperatuur worden ingevoerd, evenals de snelheid van de
chocoladepomp.
Door op de knop ophalen te drukken, worden de setpoints voor het
receptnummer dat in het invoerveld staat, ingelezen en zullen deze de
huidige setpoints vervangen.
Door op de knop opslaan te drukken, worden de huidige setpoints
opgeslagen in het recept dat in het invoerveld staat.
Deze knop geeft toegang tot “ Recept 11-20” .
17
18. Recept 11-20
U kiest deze pagina door te drukken op op de pagina ” Recept 1-10” .
Deze pagina bevat de gegevens van de recepten 11-20. De pagina is op dezelfde wijze
opgebouwd als “ Recept 1-10” .
Deze knop geeft toegang tot “ Recept 1-10” .
18
19. Trend
U kiest deze pagina door te drukken op in het menu.
De pagina opent altijd met Zone 2 Chocolade geselecteerd.
“ Werkelijk” is de actuele temperatuur, “ Richtwaarde” is de richtwaarde-
temperatuur. Deze kunnen worden afgelezen op de linkerschaal. “ Vermogen
controller” is het uitgangssignaal van de regelaar in het gebied –100 tot +100 %. –
100% betekent koeling, 100% betekent volledige verwarming. Het vermogen
controller kan worden afgelezen op de rechterschaal.
Direct links van “ Vermogen controller” staat een stip die rood oplicht als het solid
state-relais is ingeschakeld, of lichtblauw als de magneetklep is ingeschakeld.
In de stand “ Tempermodus” draait Zone 1 Chocolade altijd maximaal met een
regelaarvermogen van -3%. Dit komt doordat er in de productiestand altijd koud water
moet worden toegevoegd aan zone 1 chocolade.
Door op de knoppen links op het scherm te drukken, komt u bij de trendcurve van de
desbetreffende zone.
19
20. Tempermeter
U kiest deze pagina door te drukken op in het menu.
Status
Tempermeter aan/uit
Start datalog
Print scherm
Tempermeter set-up
Als de tempermeter PCII op de tempereermachine is aangesloten, is het mogelijk een
tempermetertest te doen.
Als de tempermetersoftware wordt opgestart (Tempermeter aan), duurt het even voor
de koelcel van de tempermeter gereed is voor gebruik. Tot die tijd staat in het
statusveld de melding “ Wacht !!! Bezig met afkoelen naar richtwaarde koude
cel.” .
Als de koelcel gereed is: “ Gereed, druk op start datalog” .
Vul een testkop tot de rand met chocolade.
Zet de kop in de koelcel.
Breng vervolgens de temperatuursensor boven het midden van de kop aan.
Aanbevolen wordt dat de temperatuur van de sensor gelijk is aan de getempereerde
chocolade.
Druk op “ Start datalog” . In het statusveld staat nu “ Datalog gestart, wacht op
correcte sondetemperatuur.” . De temperatuur voor de start van de datalog wordt
ingesteld op de pagina “ Tempermeter set-up” .
De tempermeter koelt vervolgens het chocolademonster af, maar er worden geen
gegevens geregistreerd voordat de temperatuur van het chocolademonster lager is dan
de ingevoerde “ Begintemperatuur voor dataloggen” .
De tempereeranalyse wordt na 360 seconden dataloggen automatisch afgesloten.
20
21. Nadat de analyse is afgesloten, worden de tendensen berekend. Deze kunnen worden
afgelezen in de velden onder de grafiek.
Als een nieuwe tempermetertest gewenst is, moet de knop “ Start datalog” opnieuw
worden geactiveerd. De grafiek wordt automatisch verwijderd.
Door een druk op “ Print scherm” wordt een screendump naar een eventueel
aangesloten printer gestuurd.
De printeren moet compatibel zijn met het “ HP PCL3” printerprotocol.
21
22. Tempermeter set-up
U kiest deze pagina door te drukken op op de pagina ” Tempermeter” .
Begintemperatuur voor datalogging:
Hier kan de temperatuur voor de start van het dataloggen worden gewijzigd.
Regelaar P, I, D, ophalen en opslaan:
Dit komt overeen met de parameters om de zones te regelen. Zie het desbetreffende
hoofdstuk voor meer informatie.
22
23. In- en uitloggen
Bepaalde schermen zijn alleen toegankelijk als u bent ingelogd.
Druk op de sleutelknop linksonderaan om in te loggen.
Hierna verschijnt het volgende scherm:
Druk op de knop “ User” en voer de gebruikersnaam in1. Druk vervolgens op de knop
“ Password” en voer het wachtwoord in2. Druk ten slotte op “ Enter” , waarna u bent
ingelogd. Nu heeft u toegang tot de beveiligde pagina’ s.
Als het scherm gedurende 60 minuten niet wordt gebruikt, wordt u
automatisch uitgelogd. Als een onbelemmerde toegang tot de beveiligde
pagina’ s niet gewenst is nadat u bent ingelogd, kunt u uitloggen door
weer op de sleutelknop te drukken.
1
aasted
2
1311
23
24. Alarmmeldingen
U kunt vanaf alle pagina’ s de alarmlijst kiezen door te drukken op in het
menu.
Als een alarm ontstaat, verschijnt de alarmlijst en worden de alarmmeldingen in de
lijst weergegeven met tijd, datum en alarmtekst.
De volgende alarmmeldingen kunnen verschijnen:
Hoofdmotor – Terugkoppelingsfout contactgever
Hoge chocoladedruk
Waterpomp Zone P – Terugkoppelingsfout contactgever
Waterpomp Zone 1 – Terugkoppelingsfout contactgever
Waterpomp Zone 2 – Terugkoppelingsfout contactgever
Waterpomp Zone E – Terugkoppelingsfout contactgever
Waterpomp warmtewisselaar – Terugkoppelingsfout contactgever
Verwarmingselement Zone P – Terugkoppelingsfout motorbeveiliging
Verwarmingselement Zone 1 – Terugkoppelingsfout motorbeveiliging
Verwarmingselement Zone 2 – Terugkoppelingsfout motorbeveiliging
Verwarmingselement Zone E – Terugkoppelingsfout motorbeveiliging
Chocoladepomp - Terugkoppelingsfout
Temperatuur te laag om te starten
Door een druk op deze knop wordt een eventueel aangesloten akoestisch
alarm stopgezet.
Door een druk op deze knop wordt het alarm gereset en de alarmlijst
gesloten. Als nog steeds sprake is van een actief alarm, zal de lijst
opnieuw verschijnen.
Met de pijltjestoetsen kunt u omhoog en omlaag bewegen in de alarmlijst. U kunt de
alarmlijst sluiten door te drukken op “ X” in de rechteronderhoek.
Deze knop geeft toegang tot de pagina “ Alarmgeschiedenis” .
24
25. Alarmgeschiedenis
U kiest deze pagina door te drukken op in de alarmlijst.
Deze pagina geeft een overzicht van de alarmmeldingen die eerder zijn gereset.
Met de pijltjestoetsen kunt u omhoog en omlaag bewegen in de lijst. U kunt de lijst
sluiten door te drukken op “ X” in de rechteronderhoek.
25
26. Waarschuwing
De bedieningshandleiding is een hulpmiddel om de functies van het bedieningspaneel
en de tempereermachine te begrijpen. Het gebruik van het bedieningspaneel is echter
voor eigen risico, aangezien Aasted-Mikroverk iedere aansprakelijkheid voor een
ondoelmatig gebruik hiervan van de hand wijst.
USER_MANUAL_AMC_V3-3-HOL
26