2. Geheugentypes
Episodisch geheugen: geheugen voor
persoonlijke gebeurtenissen uit
verleden herinneren
Semantisch geheugen: geheugen
voor feiten en kennis over de wereld
Procedurele geheugen: geheugen
voor de manier waarop we
handelingen moeten uitvoeren
3. Primaire geheugen: gedachten in het
bewustzijn (kortetermijngeheugen)
Secundaire geheugen: geheugen
voor het verleden
(langetermijngeheugen)
4. Wat is de hoofdstad vanWat is de hoofdstad van
Irak?Irak?
5. Stadia in het geheugen
Coderen
verwerving, leren van informatie
Bewaren
bewaren van informatie
geheugenspoor is gevormd
Oproepen
proces waarbij informatie uit het
geheugen gehaald of gebruikt wordt
9. Sensorisch geheugen
Informatie via zintuigen via
zenuwstelsel hersenen
Informatie blijft enige tijd in
zenuwstelsel hangen voordat de
hersenen het kunnen interpreteren
Iconische geheugen: opslagplaats
voor het zicht (beelden)
Echoische geheugen: opslagplaats
voor het gehoor
10. Lijst 1:
Doek Appel Groen
Hoed Veer Haar
Neus Zeepbel Schil
Potlood Kam Mes
Lat Pasta Agenda
Tand Papier Boek
T-shirt Zak Das
11. Kortetermijngeheugen (KTG)
Informatie vasthouden waar we ons
op elk moment bewust van zijn
Informatie van KTG naar LTG
herhalen
Werkgeheugen
Recentheidseffect: goede herinnering
voor de laatst aangeboden stimuli
Voorrangseffect: onthouden van
eerste gedeelte van een stimuli
12. Lijst 1:
Doek Appel Groen
Hoed Veer Haar
Neus Zeepbel Schil
Potlood Kam Mes
Lat Pasta Agenda
Tand Papier Boek
T-shirt Zak Das
13. Langetermijngeheugen (LTG)
3 type geheugencodes worden
gebruikt om informatie in LTG op te
slaan.
1. Verbale codes: woorden
2. Beeldcodes: waarneming
3. Motorische codes: lichamelijke
activiteiten