SlideShare ist ein Scribd-Unternehmen logo
1 von 110
Downloaden Sie, um offline zu lesen
Masterclass
Beslagrecht I
Jeroen Nijenhuis / Wilbert van de Donk / Carlo Eussen
Programma
13:30
Deel 1: Jeroen Nijenhuis
15:00
Pauze
15:30
Vervolg
16:00
Deel 2: Wilbert van de Donk
Jeroen Nijenhuis
Deel 1: Algemene regels / Conservatoir (Afgifte)
Tenuitvoerlegging: algemeen
deel en roerende zaken
•   Rechtsvordering

    •   64

    •   430 t/m 474

    •   700-712

    •   853-861

    •   1077

•   Algemene termijnenwet
Te volgen route :
•   Boek 3

    •   1 t/m 10

    •   45 ev

    •   80 - 98

    •   107 ev

    •   236 – 258

    •   276 – 295

•   Boek 5: 3 & 20

•   Boek 7: 45 & 600
Alg. Regels 430 – 438b Rv
•   Art 430

    •   Lid 1 welke titels

        •     Authentieke akte

    •   Lid 2

        •     Uitzondering EET, buitenlandse EBB en Small-
              claims uitspraken, bijzondere titels

    •   Lid 3 verplichte betekening (sanctie tenuitvoerlegging
        is nietig)

        •     Ook altijd bevel verplicht ?
Is het stuk wel een titel?
•   In principe enkel condemnatoire veroordeling: wat te
    doen met executie van echtscheidingsconvenanten,
    titels enkel tegen V.O.F. (Hamer arrest), blote vernietiging
    in appel

•   Titel executabel tegen rechtsopvolgers?

•   Titel executabel tegen derden?

•    Wat te doen met bankhypotheken: Rabo Visser 26 juni
    1992 NJ 1993, 449

•   Eenzijdige notariële aktes
Alg. Regels 430 – 438b Rv
•    Art 431

     •     Lid 1 geen buitenlandse titels behoudens bepaalde in
           art 985-994

     •     Lid 2 opnieuw behandeld in voor Nederlandse rechter

           •     Uitzonderingen EET, EBB & EGV

           •     Art 40 Statuut voor het Koninkrijk der
                 Nederlanden en art. 5 Invoeringswet openbare
                 lichamen BES
    Vonnissen, door de rechter in Nederland, Curacao, St. Maarten, Aruba en de
    BES eilanden gewezen, en bevelen, door rechters uitgevaardigd, grossen van
    authentieke akten, aldaar verleden, kunnen in het gehele Koninkrijk ten uitvoer
    worden gelegd, met inachtneming van de wettelijke bepalingen van het land,
    waar de tenuitvoerlegging plaats vindt (geen letterlijke tekst!)
Executie binnen EU voor
titels uit EU staten
•   Titels tot 1 maart 2002 EEX Verdrag

•   Titels vanaf 1 maart 2002 EEX-Vo:

    •   art. 47 lid 1 geeft mogelijkheid tot conservatoir
        beslag ex art. 700 RV tot verlenen exequatur

    •   art. 47 leden 2 en 3: gedurende termijn
        rechtsmiddel enkel bewarende maatregelen. Het
        exequatur is daar ex lege titel voor

    •   na verstrijken termijn rechtsmiddel executoriaal
        beslag

•   Onbetwiste vorderingen vanaf 21 januari 2005 EET
    mogelijk
Toepassing art. 47 EEX:
aanvang executie
•   Artikel 47: bewarende (en voorlopige) maatregelen

•   Fase A: Vanaf datum rechterlijke beslissing in F1

    •   Voorlopige of bewarende maatregelen conform recht
        F2 (op aanvraag executant; exequatur in F2 niet
        vereist, mits beslissing F1 conform EEX vatbaar voor
        erkenning in F2) (artikel 47 lid 1)

•   Fase B: Vanaf datum exequatur in F2 tot einde
    rechtsmiddelentermijn in F2 / datum uitspraak op
    rechtsmiddel in F2

    •   Bewarende maatregelen conform recht F2 (volgt uit
        exequatur F2; geen nader rechterlijk verlof F2 vereist)
        (artikel 47 leden 2-3)

•   Fase C: Vanaf einde fase B

    •   Executoriale fase in F2
Alg. Regels 430 – 438b Rv
•   Art 431a

    •   Overgang betekenen (aanzeggen, bij exploot mag
        ook omdat er soms niets valt te betekenen)

    •   Sanctie : nietigheid van de na overgang verrichte
        executiehandelingen

    •   2:18 BW
Alg. Regels 430 – 438b Rv
•   Art 432

    •   Geen tenuitvoerlegging tegen 3e (geen enkele actie
        mag waar een 3e bij is betrokken bijv 461d,
        aandelen, 444a)

    •   Geldt niet voor onherroepelijke titels

    •   Geldt alleen voor vonnissen (dus niet voor notariële
        akte, dwangbevelen, beschikkingen)
Alg. Regels 430 – 438b Rv
•   Art 434

    •   Overhandiging van titel aan deurwaarder =
        Machtiging aan deurwaarder alle
        executiehandelingen te doen BEHALVE lijfsdwang
        hiervoor wordt een bijzondere (lees: aparte)
        volmacht vereist
Art. 470 en Art. 435
•   470 lid 1 : niet verder gaan met verkoop dan nodig is
    om verschuldigde te voldoen

•   470 lid 2 : geëxecuteerde kan volgorde van verkoop in
    beslag genomen goederen bepalen.

•   435 lid 1 : het staat de executant vrij te gelijker tijd
    beslag te leggen op alle voor beslag vatbare goederen,
    waartoe hij bevoegd is zijn vordering te verhalen.
    (zie wel art 521)
Art. 470 en 435 lid 1
•   Te weinig in beslag nemen kan recht schuldenaar 470
    lid 2 teniet doen.

•   Te veel is strijdig met proportionaliteit (denk aan
    Nationale Ombudsman).

•   Vraag : als geëxecuteerde beweert geen eigenaar te zijn
    moet de deurwaarder die zaken dan buiten beslag
    houden (ja/nee en waarom)
Uitleg Art. 435 lid 2 en 3
•   Lid 2

    •   Beslag kan alleen ten laste van iemand worden
        gelegd op grond van een tegen hem gewezen titel

    •   Deze titel zal een titel zijn waarbij een ander moet
        worden gehengen en gedogen

    •   Binnen acht dagen betekenen beslag aan
        schuldenaar.
Uitleg Art. 435 lid 2 en 3
•   Lid 3

    •   Beslag ten laste van schuldenaar (ook bij voorkennis dat
        zaak aan een ander toebehoort!!)

    •   Binnen acht dagen betekenen beslag aan ander (of
        onverwijld na kennisverkrijging).

    •   Ander kan voordat acht dagen na betekening zijn verstreken
        zich verzetten

        •   Beslag converteert naar conservatoir

        •   Executie kan pas plaatsvinden na verkregen titel tegen
            deze ander om executie te dulden.

    •   Geen onderzoeksplicht naar eventuele rechten van derden
        voor deurwaarder of executant.

    •   Geen termijn instellen hoofdzaak, het kan dus zijn dat
        beslagene zelf in actie moet komen bij talmen beslaglegger
Opmerkingen bij Art. 435
•   Zie ook :

    •   Artikelen

        •       3:276 BW

        •       3:284 BW

        •       3:285 BW

        •       3:287 BW

        •       3:292 BW

    •   Artikel 708 Rv

    •   Artikel 565 lid 5 Rv
Alg. Regels 430 – 438b Rv
•   Art 436

    •   Geen beslag op goederen bestemd voor openbare
        dienst

        •     Toch beslag 438 lid 2 (door beslagene)

        •     Twijfel bij deurwaarder 438 lid 4 alleen
              executoriaal

        •     Bij conservatoir 705 lid 3 jo 438 lid 4

        •     Beslag bij ambassade art 3a gerechtsdw wet

        •     Zie Rechtbank Leeuwarden 27 mei 2009
              LJN BI5222

•   Art 437

    •   Analoge toepassing regels op executie van beperkt
        recht of aandeel
Alg. Regels 430 – 438b Rv
•   Art 438 executiegeschillen

    •   Lid 4 deurwaardersrenvooi

        •      Let op sanctie (laatste regel)

    •   Lid 5 dagvaarding door 3e van zowel executant als
        geëxecuteerde

•   Art 438a

    •   Lid 2 welke verzoekschriften kan ook een
        deurwaarder indienen

•   Art 438b

    •   Toepasselijkheid 64Rv voor andere handelingen dan
        doen van exploot, zie Gerechtshof Leeuwarden 21
        oktober 2008 LJN BG3275
Beslag bij een derde
(461D)
•   Beslagrecht is een gesloten systeem:
    NJ 51,525; dus of beslag op roerende zaken of onder
    derden. Beslag op roerende zaken die bij een derde
    staan kan tot problemen leiden want 444 Rv is niet
    toegestaan

•   De derde kan zich op een recht beroepen of in geval
    van twijfel altijd formulieren betekenen (mogelijk verval
    van het beslag!!!)
Beslag bij/onder derde 1
Vraag met betrekking tot beslag bij/onder derden.
Laatst heb ik enige beslagen gehad waarbij beslag roerend bij een derde of
onder een derde speelde. Omdat ik dit een onderwerp vind waarbij de
opdrachtgever vaak iets wil dat net wel of net niet kan, breng ik het in.
Vooral de scheiding tussen artikel 444a Rv en 461d Rv. Ik heb eens een
verlof gehad om conservatoir derdenbeslag te leggen onder een derde op
roerende zaken die zich in een loods bevonden die achter het pand van de
debiteur was gelegen. Opdrachtgever gaf aan dat die loods feitelijk door
medewerkers van debiteur kon worden betreden via een achteruitgang in
het pand van debiteur. Hij wenste dat wij zouden constateren bij het leggen
van het beslag of inderdaad die zaken daar aanwezig waren door de loods
te betreden van de derde.
Ik had cliënte tevoren gewezen op het feit dat het verlof geen toestemming
gaf tot het leggen van beslag op roerende zaken bij die derde. Ter plaatse
heb ik wel getracht iemand te spreken bij de derde die mij kon verklaren of
kon tonen of de zaken van het derdenbeslag aanwezig waren. Toen dat
niet lukte, heb ik mij beperkt tot het afgeven van de stukken van het
derdenbeslag.
Beslag bij/onder derde 2
Later heb ik de toelichting op de artikelen 444a en 461d Rv er nog
op nageslagen. Onderscheid wordt gemaakt tussen 444a waarbij
de zaak zich niet in handen van de derde bevindt en 461d, waarbij
dat wel het geval is. Kunnen jullie aan de hand van concrete
voorbeelden uit de praktijk of jurisprudentie gevallen bespreken
waarin 444a rv toegepast kon worden (anders dan bij een bank
kluis) en waarin juist 461d Rv toegepast kon worden. Ik kon weinig
jurisprudentie vinden op dit onderwerp. Ik bedacht me zelf nog dat
444a Rv bijvoorbeeld bij opslagfirma’s als Shurguard en Citybox kan
worden gebruikt. Als ik bijvoorbeeld een opdracht krijg om beslag
roerende te leggen op zaken in een loods van een derde waar
debiteur toegang toe heeft, kan ik dan 444a Rv en dus politiedwang
toepassen in plaats van dat ik aangewezen ben op 461d Rv, waarbij
dat niet kan? Het punt is vaak dat de opdrachtgever wenst dat het
beslag wordt gelegd, hetzij zonder, hetzij met hulp van een HOvJ.
Hoe zit het bijvoorbeeld met van die enorm grote Warehouses of op-
en overslagbedrijven of als beslag moet worden gelegd tijdens een
evenement in een congres- of beursgebouw?
Artikelen 463 t/m 474 Rv (I)
•   463 t/m 463 b Rv

    •   Verkoop in het openbaar

    •   Zaken mogen, voor de verkoop, naar elders
        worden verplaatst

    •   Maak voorwaarden om (scherts) biedingen te
        kunnen weigeren

•   464 Rv

    •   Aanslaan biljetten

    •   (plaats, dag en uur van verkoop en aard van de
        zaken)

•   465 Rv

    •   Na 449 en tenminste 4 dagen voor verkoop
Artikelen 463 t/m 474 Rv
(II)
•   466 Rv

    •   Aankondiging in plaatselijk dagblad behalve indien
        opbrengst klaarblijkelijk < € 180,--

•   467 Rv

    •   Aantekening aanslaan biljetten en bekendmaking
        verkoop aan de voet van het proces verbaal
Artikelen 463 t/m 474 Rv
(III)
•   469 Rv

    •   Bij opbod of opbod en dan afmijning

    •   Lees rest artikel aandachtig door	    	   	

•   474 Rv

    •   Deurwaarder is verantwoordelijk voor opbrengst en
        voldoet onverwijld de kosten van de executie

    •   Vermelden van namen en woonplaatsen van de
        kopers in proces verbaal
Verdere aandachtspunten
bij verkoop
•   Goud, zilver en platina bij waarborg aanmelden

•   Opletten of beslagene btw-plichtig is of het kan zijn

•   De deurwaarder moet goed opletten zodat insolvente
    bieders kunnen worden geweerd!
Artikelen 700 t/m 712 Rv (I)
•   700 Rv

    •   wie bevoegd (denk aan shoppen)

    •   Instellen hoofdzaak tenminste 8 dagen na beslag
        (vrz rechter bepaalt)

•   702 Rv

    •   Conform voorschriften executoriaal beslag

•   709 Rv

    •   Bewaring alleen met verlof

•   710a Rv

    •   Welke verzoekschriften kunnen door een
        deurwaarder worden ingediend ?
Artikelen 700 t/m 712 Rv (I)
•   711 Rv

    •   Gegronde vrees

•   712 Rv

    •   Van toepassing zijnde artikelen uit 439-474 let op
        ook 440 (cfm 702)
491-500 Rv
730-737 Rv
Executie tot afgifte en
conservatoir beslag tot afgifte/
levering
Wat wil de verzoeker
•   Afgifte en levering zijn in het geheel niet synoniem

•   Afgifte mogelijk van zowel roerende en als onroerende
    zaken maar volgens opschrift titel enkel van roerende
    zaken niet registergoederen

•   De conservatoire variant is veel ruimer en houdt ook de
    verdelingsactie en pauliana in
Art. 491 ev, de executoriale
afgifte
•   Betekening vloeit voort uit 430 lid 3 Rv

•   Onderscheid wel of niet uitvoerbaar bij voorraad
    verklaarde vonnissen of beschikkingen. Enkel dus voor
    die titels nihilstelling termijn, er moet dus wel bevel
    worden gedaan zij het met een nihil termijn

•   Afgifte is geen beslag
Beslag tot verkrijging van
afgifte
•   Altijd mogelijk, ook bij bewaarder uit hoofde van
    voorafgaand beslag alhoewel daar derde beslag
    voorkeur verdient gezien art. 461 D

•   Vereist als executant bewaring toepast

•   Enige mogelijkheid als maatregelen ter conservatie
    genomen moeten worden als er al beslag ligt want
    eerder beslag blokkeert afgifte

•   Als er eerder conservatoir beslag is gelegd gaat dit als
    art. 735 lid 2 is vervuld over in dit beslag
Probleem
•   Verhaal zoekende schuldeiser versus afgifte zoekende
    executant

•   Wat wil afgifte zoekende executant: is hij eigenaar of
    anderszins zakelijk gerechtigde, auteursrechtelijk
    beschermd, dan wel rechthebbende op grond van
    contractueel beding?

•   Belangrijk is dat 492 lid 1 Rv geen uitzonderingen kent,
    ongeacht het recht van de executant (obligatoir dan wel
    zakelijk)
Probleem, vervolg
•   Obligatoir recht op afgifte gaat gelijk op met
    verhaalsrecht. Vaststellen vervangende
    schadevergoeding kan zeer belangrijk zijn al is het maar
    om problemen bij een rangregeling te voorkomen

•   Afgifte executant (koper) kan verhaal zoekende
    schuldeiser uitkopen, subrogeren en vervolgens
    koopprijs verrekenen

•   Geschillen moeten worden opgelost via 497 Rv
Genus zaken
•   Zeer uitzonderlijk

•   Obligatoir recht, let op keuze mogelijkheid en 6:28/
    gemiddelde kwaliteit
Landbouwgewassen I
•   Het betreft onroerende zaken

•   Het betreft bijna altijd een obligatoir recht, zakelijk zal
    bijna niet kunnen gezien bv art. 5:20 BW

•   Beslag op onroerende zaak of het recht maar met
    aantekening dat het beslag enkel tav planten of
    vruchten werkt. Door afscheiding vindt conversie plaats
    in beslag roerende zaken en moet inschrijving bij het
    kadaster worden doorgehaald. Beslag onder verpachter
    niet voorstelbaar.
Landbouwgewassen II
•   Ook mogelijk bij schending zaai- en plantgoedwet

•   Betekening aan hypotheekhoudster aan te bevelen, al
    was het maar om schade-acties te voorkomen

•   Aanstelling rurale bewaarder mogelijk
Pandhoudersexecutie I
•   Pandrecht kan bij authentieke akte (notarieel) of
    onderhands worden gevestigd

•   Bij not. akte is moment passeren akte beslissend, niet
    het moment van ontstaan schuld. Bij onderhandse akte
    moment registratie. Zie 3:231. Bepaalbaarheid
    vordering is cruciaal.

•   Standaardarresten HR 25 februari 1955,
    NJ1955, 711 en 16 juni 2000 NJ 2000, 733 (Asser pag
    34)
Pandhoudersexecutie II
•   Bij notariële akte beveltermijn vereist van 2 dagen

•   Verlof van voorzieningenrechter kan ook door gdw
    worden uitgelokt

•   Onduidelijk is en blijft of vooraf moet worden betekend.
    Art. 496 lid 2 4e zin is niet echt duidelijk, de MvT
    verwijst naar 702 Rv. Moet nu wel of geen bevel worden
    gedaan en is 430 lid 3 Rv van toepassing?
Pandhoudersexecutie III
•   Pandhouder kan door gelegd verhaalsbeslag
    heenbreken met handhaven voorrang, dus zelfs fiscaal
    bodembeslag

•   Let op toepasselijkheid 457 Rv
Pandhoudersexecutie IV
•   Positie derde verduidelijkt door Hof Den Bosch 11
    november 2003 JOR 2004, 27

•   Politiedwang met verlof tegen niet-schuldenaar uiterst
    dubieus: derde-beslag tot verkrijging van afgifte lijkt
    aangewezen weg (500 Rv).

•   Art. 500 Rv geldt voor alle executanten, niet enkel voor
    pandhouders
Conservatoir beslag tot
afgifte/ levering I
•   Ieder recht dat tot afgifte/levering verplicht valt onder
    730 Rv, dus net als bij executoriaal maar let wel op dat
    734 Rv niet 490-500 Rv van toepassing verklaart maar
    de regels voor de conservatoire verhaalsbeslagen

•   Zakelijke opvordering tegen iedereen, vide 5:2 BW.
    Obligatoire vordering uiteraard enkel tegen contractant
Curiosa
•   Beslagen op genuszaken (731 Rv)

•   Beslag op landbouwgewassen (732Rv)

•   Beslag op vordering tot levering van registergoed (let op
    475 A lid 3 en inschrijving bij kadaster om levering door
    derde in strijd met beslag te blokkeren)
Deelgenoten-beslag
•   Vordering kan gedaan worden door deelgenoten,
    beperkt gerechtigde op aandeel deelgenoot (3:178) en
    schuldeiser cfm 3:180 BW

•   Aantasten deelgenootschap ronduit problematisch en
    eigenlijk enkel mogelijk bij eenvoudige
    gemeenschapppen

•   Beslagen tot toedeling, dus geen executoriaal beslag of
    verval na 6 maanden cfm 735 Rv
Beslag tot levering
•   Obligatoire aanspraken

•   Niet bij titelgebreken of strijdigheid bij 1:88 BW. Let op
    wanneer vernietigings- actie geboden is en dus geen
    beslag

•   Geen executoriale variant, let wel op
    433 Rv jo 3:300/3:301 BW en fatale termijn van 6
    maanden

•   Geen toepasselijkheid van 505 lid 3 Rv

•   Vormerkung ex art. 7:3 BW doorkruist leveringsactie
Pauliana-beslag (737 Rv)
•   Enkel conservatoir en bij registergoederen
    (niet registergoederen (voor definitie: 3:10 BW)

•   Hybride-beslag: overgang pauliana met zakelijk karakter
    -> verhaalsbeslag

•   Vernietigingsactie tegen zowel vervreemder als
    verkrijger. Let ook op geldvordering!!

•   Geen inschrijving vonnis in kadaster: relatieve werking!!!
ATW artikel 1 Lid 1
•   Een in een wet gestelde termijn die op een zaterdag,
    zondag of algemeen erkende feestdag eindigt, wordt
    verlengd tot en met de eerstvolgende dag die niet een
    zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag is.
ATW artikel 2
•   Een in een wet gestelde termijn van ten minste drie
    dagen wordt, zo nodig, zoveel verlengd, dat daarin ten
    minste twee dagen voorkomen die niet een zaterdag,
    zondag of algemeen erkende feestdag zijn.
Enkele voorbeelden
Betekening & Bevel   Beslagdag
Woensdag             Zaterdag
Donderdag            Dinsdag
Vrijdag              Dinsdag
Zaterdag             Dinsdag
Enkele voorbeelden
Beslag roerend   Overbetekening
Dinsdag          Vrijdag
Woensdag         Maandag
Donderdag        Maandag
Vrijdag          Dinsdag
Enkele voorbeelden
Cons. beslag   Inst. hoofdzaak
Donderdag      Vrijdag
Vrijdag        Zaterdag
Zaterdag       Maandag
               (art. 64 Rv)
Aandachtspunten
•   Let op !!!!

•   2e paasdag, 2e pinksterdag etc !!!!!

•   Art. 1 lid 2 ATW

    •    Geldt niet voor terugrekening
Wilbert van de Donk
Deel 2: Bewijsbeslag / 3e Beslag
Bewijsbeslag: hoe en
wat…
•   De historie vanuit 843a

•   Europese ontwikkelingen: 1019 ev

•   De praktijk sinds 2006

•   Het arrest Leeuwarden augustus 2009, het vonnis van
    de rechtbank Rotterdam

•   Het consultatiedocument
De historie vanuit 843a
•   Basis ligt in 843 a Rv:
    [1.] Hij die daarbij rechtmatig belang heeft, kan op zijn
    kosten inzage, afschrift of uittreksel vorderen van
    bepaalde bescheiden aangaande een rechtsbetrekking
    waarin hij of zijn rechtsvoorgangers partij zijn, van
    degene die deze bescheiden te zijner beschikking of
    onder zijn berusting heeft. Onder bescheiden worden
    mede verstaan: op een gegevensdrager aangebrachte
    gegevens.

    [2.] De rechter bepaalt zo nodig de wijze waarop inzage,
    afschrift of uittreksel zal worden verschaft
De historie vanuit 843a
•   Verzoek conservatoir beslag:

    haar verlof te verlenen, om onder gerequestreerden op
    de in punt (…) beschreven adressen conservatoir
    beslag tot afgifte te leggen op de in punt (…) genoemde
    bescheiden, waaronder mede te verstaan op
    gegevensdragers aangebrachte gegevens, die
    betrekking hebben op d.e rechtsbetrekking tussen,
    partijen en/of de rechtsbetrekking bestaande uit de door
    gerequestreerden gepleegde onrechtmatige daad, één
    en ander zoals in liet verzoekschrift nader is beschreven;
De historie vanuit 843a
•   Jurisprudentie:

•   (recht op inzage na gelegd beslag)

•   5.1.  bepaalt dat de gerechtelijk bewaarder van de ten processe
    bekende in beslag genomen bescheiden, al dan niet met
    inschakeling van een deskundige, aan mBlox inzage zal
    verschaffen in die bescheiden die betrekking hebben op de
    periode na 1 juli 2005 en informatie bevatten betreffende de
    financiële positie van verweerders en de geldstromen tussen
    verweerders onderling, waarbij geldt dat van het recht op inzage
    is uitgezonderd informatie aangaande het privéleven van
    verweerders sub 4. of 5., alsmede informatie betreffende de
    contacten tussen verweerders en hun raadsman,


•   5.2.  bepaalt dat de gerechtelijk bewaarder de bescheiden
    waarin aan mBlox inzage zal worden verleend eveneens zal
    toesturen aan mr. M. de Vries te Hilversum (etc)
Bewijsbeslag: hoe en
wat…
•   Beslag tot afgifte moet leiden tot recht op inzage.

•   Beslaglegger heeft pas recht op afgifte van de beslagen
    bescheiden nadat dit in rechte is komen vast te staan.
    Daarom is dit beslag niet mogelijk zonder gerechtelijke
    bewaargeving.

•   De bewaarder/deskundige speelt ook een belangrijke rol
    in de selectie van gegeven.
Europese ontwikkelingen:
1019 ev
•   Artikel 1019a
    1. Een verbintenis uit onrechtmatige daad wegens
    inbreuk op een recht van intellectuele eigendom geldt
    als een rechtsbetrekking als bedoeld in artikel 843a.
    2. In de procedure op de voet van artikel 843a kan ook
    overlegging gevorderd worden van ander
    bewijsmateriaal dat zich in de macht van de wederpartij
    bevindt.
    3. De rechter de vordering af voor zover de
    bescherming van vertrouwelijke informatie niet is
    gewaarborgd. Artikel 843a, vierde lid, is niet van
    toepassing.
Europese ontwikkelingen:
1019 ev
•   Artikel 1019b
    1. De voorzieningenrechter kan verlof verlenen (etc) Tot
    deze maatregelen ter bescherming van bewijs kunnen
    behoren, naast de reeds in de wet geregelde
    maatregelen,
    conservatoir bewijsbeslag (1),
    gedetailleerde beschrijving (2) en
    monsterneming (3)
    ter zake van vermeend inbreukmakende roerende
    zaken, bij de productie daarvan gebruikte materialen en
    werktuigen en op de inbreuk betrekking hebbende
    documenten.
Europese ontwikkelingen:
1019 ev
•   Artikel 1019b
    2. De rechter bepaalt zo nodig de wijze waarop
    beschrijving plaatsvindt of monsters worden genomen
    en wat met de monsters dient te gebeuren.
    3. Deze maatregelen worden genomen zo nodig zonder
    dat de wederpartij wordt gehoord (ex parte), met name
    indien het aannemelijk is dat uitstel de verzoeker
    onherstelbare schade zal berokkenen, of indien er een
    aantoonbaar gevaar voor verduistering of verlies van
    bewijs bestaat.
    4. Verlof tot het treffen van de gevraagde maatregel
    wordt niet gegeven voor zover de bescherming van
    vertrouwelijke informatie niet is gewaarborgd.
Europese ontwikkelingen:
1019 ev
Artikel 1019c
Conservatoir beslag tot bescherming van bewijs wordt gelegd met
overeenkomstige toepassing van de voorschriften betreffende
middelen tot bewaring van zijn recht, met uitzondering van artikel 709,
derde lid.


Artikel 1019d
1. Beschrijving geschiedt door een deurwaarder ter plaatse waar de
zaken, bedoeld in artikel 1019b, eerste lid, zich bevinden. De
deurwaarder zal de zaken op het door hem daarvan onverwijld op te
maken procesverbaal nauwkeurig beschrijven met opgave van hun
beweerdelijk inbreukmakende kenmerken, getal, gewicht en maat
overeenkomstig hun aard. Tot deze beschrijving kan ook behoren het
op enigerlei wijze vastleggen van de zaken op beeld- of
geluidsmateriaal dat wordt gevoegd bij het proces-verbaal en daarvan
deel uitmaakt. Het proces-verbaal vermeldt het rechterlijk verlof. De
artikelen 440, tweede lid, 443, 444, 444a en 444b zijn van
overeenkomstige toepassing.
Europese ontwikkelingen:
1019 ev
•   Beslagsyllabus februari 2011 :

    •   Conservatoir beslag tot bescherming van bewijs wordt
        gelegd met overeenkomstige toepassing van de
        voorschriften betreffende middelen tot bewaring van zijn
        recht, met uitzondering van artikel 709, derde lid.

•   Praktijkproblemen:

    •   Van belang dat beslagobject(en) voldoende is/zijn bepaald.
        Hoe ver gaat de onderzoeksplicht bij beslaglegging ?

    •   Hoe zijn gegevens(dragers) eigenlijk te kwalificeren?

    •   Voor bewaargeving gelden richtlijnen van de
        Voorzieningenrechter

    •   Voor zover het gegevens(dragers) betreft: forensische copie

    •   Voor zover het fysieke bescheiden betreft: kopie ter plaatse
        of binnen 7 uur na beslaglegging te retourneren.
Europese ontwikkelingen:
1019 ev/jurisprudentie
•   LJN: BA9615,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem,
    156096 (1 juni 2007)

•   Uit de wetsgeschiedenis met betrekking tot Titel 15 Rv kan
    worden afgeleid dat het doel van een conservatoir
    (bewijs)beslag uitsluitend is om bewijsstukken veilig te
    stellen en dus de bestaande situatie te conserveren en niet
    om de beslaglegger de mogelijkheid te bieden om met het
    beslag inhoudelijk kennis te doen nemen van bewijsstukken
    en daarover de beschikking te krijgen. Het is vervolgens aan
    de bodemrechter na een contradictoir debat om te
    beslissen wat er met de in beslaggenomen stukken moet
    gebeuren (zie o.a. TK 2005-2006, nr. 6, blz 8-9). Een verlof
    tot het leggen van bewijsbeslag kan dus niet automatisch
    ook een inzagerecht inhouden voor de beslaglegger.
Europese ontwikkelingen:
1019 ev/jurisprudentie
•   LJN: BA9615,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem ,
    156096 (1 juni 2007)

•   Te gedetailleerde beschrijving van in beslaggenomen stukken.
    De inhoud van het rapport benadert kopieën van de ingeziene
    stukken en dat is in het kader van een gedetailleerde
    beschrijving van bescheiden niet de bedoeling, zoals blijkt uit
    de memorie van toelichting (TK 2005-2006, nr. 3, blz 22):

    Het kopiëren van de administratie of andere op de inbreuk
    betrekking hebbende documenten behoort niet tot de
    mogelijkheden van de beschrijving. Het maken van een
    beschrijving is iets anders dan het maken van een één op één
    kopie. Daarvoor zal beslaglegging gevraagd moeten worden

•   De beschrijving van Astellas had beperkt dienen te blijven tot
    een omschrijving van hetgeen is ingezien, zodat het in een
    later stadium identificeerbaar is.
Het arrest Hof Leeuwarden
augustus 2009 1
•   LJN: BJ4901 :
    8. Het Nederlandse burgerlijke procesrecht kent geen algemene
    regeling voor bewijsbeslag. Wel is artikel 1019c Rv het bewijsbeslag
    geregeld voor zaken betreffende rechten van intellectuele eigendom.
    Het hof constateert dat het gelegde beslag door De Melker is
    gebaseerd op artikel 843a Rv en kennelijk mede op artikel 730 Rv.
    Volgens De Melker kan dit artikel dienen als een wettelijke grondslag
    voor bewijsbeslag. Ook vóór de inwerkingtreding van 1019c Rv op 1
    mei 2007 zijn conservatoire bewijsbeslagen in intellectuele
    eigendomszaken gelegd, waarbij de rechtsgrond werd gezocht in
    artikel 730 Rv. Ook in andere niet-intellectuele eigendomsprocedures
    is in die bepaling een voldoende grondslag aanwezig geacht voor
    bewijsbeslagen, ook door enige gerechtshoven. In de door
    verschillende rechtbanken gehanteerde beslagsyllabus, waaraan
    door [appellant 1] en [appellant 2] is gerefereerd, staat over dit type
    beslag het volgende te lezen (versie februari 2009, pagina 20): "NB 8:
    Bewijsbeslag in niet-IE zaken (dat doorgaans wordt gebaseerd op
    artikel 730 Rv juncto 843a Rv) is naar de mening van het LOVC niet
    onmogelijk (besluit 13 juni 2008)."
Het arrest Hof Leeuwarden
augustus 2009 2
•   11. Het hof stelt voorts vast dat de wet amper regels
    stelt over hoe de beslaglegging in een woning in zijn
    werk dient te gaan en minimale waarborgen aan de
    bewoner toekent. Indien artikel 730 Rv als uitgangpunt
    wordt genomen, dan geldt de eis van het voorafgaand
    verlof van de voorzieningenrechter, voorgeschreven in
    artikel 700 Rv, eerste lid. Dit verlof betreft een summiere
    toets (artikel 700 Rv, tweede lid), waarbij het hof
    aantekent dat in het bekostigingsmodel voor de
    rechtspraak voor de beoordeling van een beslagrekest 7
    minuten is gereserveerd voor de voorzieningenrechter,
    en 50 minuten voor ondersteunend personeel voor alle
    daarmee samenhangende handelingen. Het
    beslagrekest kan door elke advocaat worden ingediend,
    materiele eisen omtrent de juistheid van de inhoud zijn
    er niet. Voor de bevoegdheid tot het doorzoeken van
    een woning na een gegeven verlof geldt het volgende.
Het arrest Leeuwarden
augustus 2009 3
•   12. Artikel 444 Rv, eerste lid, bepaalt dat de deurwaarder ter
    inbeslagneming toegang tot elke plaats heeft en dat hij, mits aan het
    vereiste van het tweede lid is voldaan, gesloten deuren en kasten mag
    openen. Wel zijn de artikelen 10 en 11 van de Algemene Wet op het
    binnentreden van overeenkomstige toepassing verklaard. Een
    nauwkeurige regeling die bepaalt in welke gevallen een doorzoeking
    toelaatbaar is, waar de grenzen van de doorzoeking liggen, hoe
    omgegaan moet worden met de belangen van derden in de woning,
    wie brieven mag openen en dergelijke, vergelijkbaar met artikel 95-113
    Wetboek van Strafvordering, ontbreekt in het burgerlijke recht.

•   14. Het hof is, alles in ogenschouw nemende, van oordeel dat de
    wettelijke grondslag waarop de civielrechtelijke huiszoeking in het kader
    van het gelegde bewijsbeslag berust, als ondeugdelijk moet worden
    beoordeeld. Deze niet toereikende regeling kan een zo grote inbreuk op
    het huisrecht als in de gevallen van [appellant 1] en [appellant 2] heeft
    plaats gevonden, niet rechtvaardigen. Het hof oordeelt voorts dat deze
    regeling onvoldoende "garanties adéquates et suffisantes contre les
    abus" biedt en dat niet gezegd kan worden dat deze voldoet aan het
    criterium "noodzakelijk in een democratische samenleving".
Het vonnis vzr Rb
Rotterdam (LJN BJ7141)
•   Een van de aangevoerde redenen voor opheffing van
    beslag is, dat het beslag niet gelegd had mogen worden
    omdat de juridische basis daarvan niet deugt.

•   Weliswaar is juist dat het Wetboek van Burgerlijke
    Rechtsvordering geen expliciete regeling voor
    bewijsbeslag (anders dan in zaken die betrekking
    hebben op intellectuele eigendomsrechten) kent, maar
    dit betekent naar voorlopig oordeel evenwel niet dat
    bewijsbeslag in het algemeen niet is toegestaan….
Vonnis vzr Rb Haarlem 28
juli 2011 (LJN BR4466) 1
•   Deurwaardersrenvooi.

•   a. Mag er beslag worden gelegd op de onder punt 2
    (pagina 10) genoemde bescheiden wanneer deze in
    digitale vorm worden aangetroffen.

•   b. Hoe moet de onder punt 1 (pagina 9) genoemde zin
    “alle bescheiden/bestanden die betrekking hebben op
    de rol van [A] in het Newmin project” worden
    gekwalificeerd in het kader van het definitieve beslag.

•   c. Wat mag in het proces-verbaal van bewijsbeslag
    worden vermeld in relatie tot het onder punt 4 (pagina
    12) genoemde deel achter de laatste komma, “anders
    dan een indicatie van de relevantie aan de hand van de
    sub 1 genoemde zoektermen”.
Vonnis vzr Rb Haarlem 28
juli 2011 (LJN BR4466) 2
•   12. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de
    deurwaarder beslag mag leggen op de onder punt 2 (pagina
    10) genoemde bescheiden wanneer deze in digitale vorm
    worden aangetroffen, nu uit de Memorie van Toelichting bij
    artikel 843a Rv blijkt dat onder bescheiden tevens op een
    gegevensdrager aangebrachte gegevens wordt verstaan.

•   …. Ten overvloede merkt de voorzieningenrechter het
    volgende op. Het proces-verbaal van beslaglegging mag
    geen informatie over de inhoud van de in beslag genomen
    bescheiden bevatten. Met Reprise en [A] is de
    voorzieningenrechter van oordeel dat verzoekers er wel recht
    op en belang bij hebben om te weten of het beslag doel
    heeft getroffen. Dit brengt met zich dat in het proces-verbaal
    van bewijsbeslag mag worden vermeld, gespecificeerd naar
    elk van de onder 2 genoemde beslagobjecten, of het beslag
    doel heeft getroffen
Vonnis Vzr. Haarlem 28 juli
2011 (LJN BR4466) 3
•   Ten aanzien van het laatste geschilpunt – mag er wel of niet
    gedurende het beslag overleg gevoerd worden met
    verzoekers over het aantal hits en het daarna uit te voeren
    combineren van zoektermen – heeft de deurwaarder zich op
    het standpunt gesteld dat inhoudelijk overleg met verzoekers
    gedurende het beslag over het aantal hits, niet in strijd is met
    de beschikking noch met de geheimhoudingsplicht…

•   De voorzieningenrechter overweegt ten aanzien van dit
    geschilpunt als volgt: Het is de deurwaarder niet toegestaan
    overleg te voeren met verzoekers over de wijze waarop hij
    beslag dient te leggen. Het is aan de deurwaarder om zelf te
    bepalen hoe hij met behulp van zoektermen, of een
    combinatie daarvan, de onder punt 2 van het petitum van
    het beslagrekest genoemde bescheiden vaststelt, waarbij het
    niet de bedoeling is dat hij daarbij verzoekers betrekt omdat
    dit al snel, onbedoeld, tot overdracht van de inhoud van de
    forensisch kopie kan leiden.
Het consultatiedocument
•   843a en b vervallen;

•   De regeling wordt toegevoegd als § 3a “Inzage, afschrift
    of uittreksel van bescheiden” en worden daarmee
    toegevoegd aan de “normale” bewijsmiddelen;

•   In de MvT wordt aangegeven dat bewijsbeslag ook
    mogelijk is.
Problemen uit
jurisprudentie 1
•   Lange tijd bleken processen-verbaal van deurwaarders
    heel globaal op dit punt. (bijvoorbeeld: Een gele usb stick
    met data, een harde schijf met kenmerk en typenr.
    bevattende data etc. De rechtspraak lijkt hier niet meer
    genoegen mee te nemen.

•   Steeds vaker door beslagen door (Kort Geding) rechters
    worden opgeheven omdat sprake zou zijn van
    “fishingexpeditions”.

•   Rechters geven hierbij aan dat uit het proces-verbaal van
    het beslag niet is op te maken dat beslag is gelegd ten
    aanzien van waarvoor verlof is verleend. Zo werd recent
    een proces-verbaal “te globaal” geacht.

•   Dit lijkt niet te stroken met het specifieke karakter van een
    dergelijk beslag, waarbij juist niet expliciet mag worden
    aangegeven wat (al dan niet) werd aangetroffen. Is een
    globale verwijzing naar het verlof een oplossing?
Problemen uit
jurisprudentie 2
•   Het zomaar kopiëren (integraal) van een harde schijf lijkt
    te worden afgestraft, terwijl dit juist nodig is om ook
    gewiste en verborgen bestanden zeker te stellen. Een
    oplossing zou kunnen zijn:

•   In het proces-verbaal goed verwijzen naar hetgeen
    volgens het verlof in beslag mag worden vernomen en
    aangeven dat het beslag zal worden beperkt tot die
    bestanden en dat wordt aangegeven hoe en waar de
    selectie zal plaatsvinden of heeft plaatsgevonden.
Verkoop van een PC met
data
•   Beslag op computer

•   Indien bij een executoriaal beslag op de roerende zaken
    computers en laptops in beslag worden (en eventueel direct al
    in bewaring worden genomen) is het belangrijk om zorgvuldig
    met deze gegevensdragers en de gegevens om te gaan.

•   Bij een bewijsbeslag is het duidelijk dat de eisende/verzoekende
    partij en deurwaarder geen inzage heeft en mag hebben wat er
    aan gegevens vastgelegd is. Bij een executoriaal beslag zijn de
    vastgelegde gegevens in principe niet van belang, maar gaat
    het om de waarde die de roerende zaken vertegenwoordigen.
    Wat te doen indien het tot een executoriale verkoop komt?

•   De computer/laptop is voorzien van software en de eigenaar
    beschikt over de licenties. Er staat informatie op de computer/
    laptop die alleen bestemd is voor de debiteur.

•   Moet er een volledige kopie (image) van de computer worden
    gemaakt voor de debiteur? Moet de harde schijf worden
    gewist?
Beslag onder
notariskantoor
•   Wie heeft gelden onder zich versus wie verplichtingen
    heeft

•   Prive-personen, maatschappen, NV die houder rekening
    zijn?

•   Het achterhaalde art 19 GDW

•   1. De gerechtsdeurwaarder is verplicht bij een ingevolge
    de Wet toezicht kredietwezen 1992 ingeschreven
    kredietinstelling een of meer bijzondere rekeningen aan
    te houden op zijn naam met vermelding van zijn
    hoedanigheid, die uitsluitend bestemd zijn voor gelden,
    die hij in verband met zijn werkzaamheden als zodanig
    ten behoeve van derden onder zich neemt.

•   2. De gerechtsdeurwaarder is bij uitsluiting bevoegd…
Beslagvrije Voet
Wijzigingen per 1 januari 2012 (WWB)
Artikel 475d lid 5
•   ziektekosten:
    De beslagvrije voet wordt verhoogd met:
    a.
 de premie van een door de schuldenaar gesloten
    ziektekostenverzekering, verminderd met de
    normpremie, bedoeld in artikel 2 van de Wet op de
    zorgtoeslag, voor zover reeds begrepen in de
    bijstandsnorm zoals die voor de schuldenaar geldt
    ingevolge het eerste, tweede en vierde lid, en met de
    krachtens die wet ontvangen zorgtoeslag, telkens
    wanneer deze premie vervalt terwijl het beslag ligt;
Voorbeeld verhoging i.v.m.
ziektekosten
•   Beslagvrije voet volgens art. 475d lid 1 (tabel)
    alleenstaande
    
    
    
    
          €      815,90
    Die BVV wordt verhoogd met :
    + 
 de verschuldigde premie
    ziektekostenverzekering (b.v.)
 € 100,-
    -/-
 normpremie
 
 
             €
 43,-
    -/-
 ontvangen zorgtoeslag

     €
 34,-
    per saldo bedraagt de verhoging dus
 €
             23,--

    zodat de nieuwe beslagvrije voet wordt:
 €         838,90
Artikel 475d lid 5 -II
•   woonkosten:
    De beslagvrije voet wordt verhoogd met:
    b.
 de voor rekening van de schuldenaar komende
    woonkosten verminderd met ontvangen huurtoeslag of
    woonkostentoeslag, voor zover de woonkosten, na
    deze vermindering, meer bedragen dan het bedrag,
    genoemd in artikel 17, tweede lid, van de Wet op de
    huurtoeslag, met dien verstande dat de verhoging van
    de beslagvrije voet niet meer bedraagt dan het
    huurtoeslagbedrag waarop de schuldenaar, uitgaande
    van de laagste inkomenscategorie, krachtens artikel 21
    van de Wet op de huurtoeslag ten hoogste aanspraak
    heeft.
Maximale verhoging ivm woonkosten ex
artikel 475d lid 5 sub b
(norm 01-01-2012)
•   een, twee of meer persoonshuishouden jonger dan 23 jaar	   149,42

•   eenpersoonhuishouden van 23 tot 65 jaar	     	     	       333,85
•   eenpersoonhuishouden van 65 jaar en ouder	 	       	       335,67

•   tweepersoonshuishouden van 23 tot 65 jaar	 	       	       266,41
•   in geval van aangepaste woning	      	       	     	       333,85

•   tweepersoonshuishouden waarbij 1 persoon ouder dan 
    65 jaar is en aandeel van de persoon van 65 jaar of
    ouder in het inkomen 50% of groter is

       
     
      337,48

•   meerpersoonshuishouden van 23 tot 65 jaar	 	       	       294,25
•   in geval van aangepaste woning	      	       	     	       343,13

•   meerpersoonshuishouden waarbij ten minste 1 
      
       
    persoon 65 jaar of ouder is en aandeel van de
    personen van 65 jaar of ouder in het inkomen
    50% of groter is
     
        
       
      
            346,76

•   in geval van een of meer personen met handicap:
•   eenpersoonhuishouden jonger dan 23 jaar	     	     	       333,85

•   tweepersoonshuishouden waarbij persoon met
        
       266,41
    handicap jonger dan 23 jaar is 
•   in geval van aangepaste woning	      	       	     	       333,85

•   meerpersoonshuishouden waarbij persoon met 
       
       294,25
    handicap jonger dan 23 jaar is
Voorbeeld verhoging i.v.m.
woonkosten - huurwoning
•   Beslagvrije voet volgens art. 475d lid 1 (tabel)
    alleenstaande
    
    
    
    
    
     €                815,90

•   Die BVV wordt verhoogd met :
    + 
 Huur (b.v.)
            €    458,50
    -/-
 normhuur
    (17 lid 2 wet huurtoeslag)
 €    194,33
    -/-
 ontvangen huurtoeslag
€
     10,-
    per saldo bedraagt de verhoging dus
 €                        254,17

•   zodat de nieuwe beslagvrije voet wordt:
 €                   1070,07

    De verhoging blijft onder de maximale verhoging voor een alleenstaande van €
    333,85
Voorbeeld verhoging i.v.m.
woonkosten - koopwoning
•   Beslagvrije voet volgens art. 475d lid 1 (tabel)
    alleenstaande
 
     
    
     
     
     €                 815,90

•   Die BVV wordt verhoogd met :
    + 
 Rente
                    €             500,00
    -/-
 normhuur
    (17 lid 2 wet huurtoeslag)
 €               194,33
    -/-
 renteaftrek (teruggave) €              210,00

•   per saldo bedraagt de verhoging dus
                  €         95,67


•   zodat de nieuwe beslagvrije voet wordt:
 €                   911,57

    De verhoging blijft onder de maximale verhoging voor een alleenstaande van € 333,85
Nieuwe WWB 2
•   d. kind: het in Nederland woonachtige eigen kind of
    stiefkind of, voor de toepassing van de artikelen 9, 25,
    eerste lid, 26 en 30, tweede lid, het in Nederland
    woonachtige pleegkind, of, voor zover het een
    meerderjarig kind betreft, de echtgenoot van het eigen
    kind of stiefkind;

•   e. ten laste komend kind: het kind jonger dan 18 jaar
    voor wie aan de alleenstaande ouder of de gehuwde op
    grond van artikel 18 van de Algemene Kinderbijslagwet
    kinderbijslag wordt betaald, zal worden betaald of zou
    worden betaald indien artikel 7, tweede lid, van die wet
    niet van toepassing zou zijn.
Nieuwe WWB 3
•   2. In deze wet en de daarop berustende bepalingen
    wordt onder meerderjarig kind niet verstaan het kind
    wiens in aanmerking te nemen inkomen niet meer
    bedraagt dan € 1023,42 per maand, en dat:

•   a. uit ’s Rijks kas bekostigd onderwijs volgt;

•   b. aanspraak kan maken op studiefinanciering op grond
    van de Wet studiefinanciering 2000; of

•   c. voor een tegemoetkoming op grond van hoofdstuk 4
    van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en
    schoolkosten in aanmerking komt.
Artikel 475d nieuw 1
•   1. De beslagvrije voet bedraagt

•   a. voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt
    als:

•   1°. een alleenstaande als bedoeld in artikel 4, eerste lid,
    onderdeel a, van de Wet werk en bijstand, die jonger is
    dan 21 jaar: 90 procent van de norm, genoemd in
    artikel 20, eerste lid, onderdeel a, van de Wet werk en
    bijstand.

•   2°. een alleenstaande ouder als bedoeld in artikel 4,
    eerste lid, onderdeel b, van de Wet werk en bijstand, die
    jonger is dan 21 jaar: 90 procent van de norm,
    genoemd in artikel 20, tweede lid, onderdeel a, van de
    Wet werk en bijstand;
Artikel 475d nieuw 2
•   b. voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt als een
    alleenstaande en een alleenstaande ouder als bedoeld in artikel
    4, eerste lid, onderdeel a en b, van de Wet werk en bijstand die
    21 jaar of ouder, doch jonger dan 65 jaar zijn:

•   1°. indien het periodieke inkomen bij de beslaglegger bekend is:
    90 procent van dat inkomen inclusief de vakantie-aanspraak,
    doch ten minste 90 procent van de norm, genoemd in artikel
    20, eerste lid, onderdeel b, en het tweede lid, onderdeel b, van
    de Wet werk en bijstand en ten hoogste 90 procent van die
    norm nadat deze eerst is verhoogd met het bedrag genoemd in
    artikel 25, tweede lid, van die wet;

•   2°. indien het periodieke inkomen niet bij de beslaglegger
    bekend is: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 20,
    eerste lid, onderdeel b, en het tweede lid, onderdeel b, van de
    Wet werk en bijstand;

•   c. een alleenstaande van 65 jaar of ouder en een alleenstaande
    ouder van 65 jaar of ouder: 90 procent van de norm, genoemd
    in artikel 22, onderdeel a en b, van die wet.
Artikel 475d nieuw 3
•   2. De beslagvrije voet bedraagt:

•   a. voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt
    als behorend tot een gezin als bedoeld in artikel 4,
    eerste lid, onderdeel c, van Wet werk en bijstand
    waarvan alle meerderjarige gezinsleden 18 jaar of ouder
    zijn doch jonger dan 65 jaar: 90 procent van de norm,
    genoemd in artikel 21, eerste lid, van die wet.
Artikel 475d nieuw 4
•   b. in afwijking van het bepaalde onder a voor schuldenaren die
    kunnen worden aangemerkt als behorende tot:

•   1°. een gezin dat bestaat uit twee meerderjarige personen van
    18 tot en met 20 jaar en waarbij er geen ten laste komende
    kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm,
    genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel a, onder 1, van de
    Wet werk en bijstand;

•   2°. een gezin dat uit twee meerderjarige personen bestaat,
    waarvan een persoon 18, 19 of 20 jaar is en waarvan de andere
    persoon 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar is en waarbij
    er geen ten laste komende kinderen tot het gezin behoren: 90
    procent van de norm, genoemd in artikel 21, tweede lid,
    onderdeel b, onder 1, van de Wet werk en bijstand;

•   3°. een gezin dat bestaat uit twee meerderjarige personen van
    18, 19 of 20 jaar en waarbij er een of meer ten laste komende
    kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm,
    genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel a, onder 2, van de
    Wet werk en bijstand;
Artikel 475d nieuw 5
•   4°. een gezin dat uit twee meerderjarige personen bestaat,
    waarvan een persoon 18, 19 of 20 jaar is en waarvan de
    andere persoon 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar
    is en waarbij er ten laste komende kinderen tot het gezin
    behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21,
    tweede lid, onderdeel b, onder 2, van de Wet werk en
    bijstand;

•   5°. een gezin dat uit drie meerderjarige personen bestaat,
    waarvan twee personen, 18, 19 of 20 jaar zijn en waarvan
    een persoon 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar is
    en er geen ten laste komende kinderen tot het gezin
    behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21,
    tweede lid, onderdeel c, van de Wet werk en bijstand;

•   c. voor schuldenaren die behoren tot een gezin waarvan
    een of meer gezinsleden 65 jaar of ouder zijn: 90 procent
    van de norm, genoemd in artikel 22, onderdeel c, van de
    Wet werk en bijstand.
Artikel 475d nieuw 6
•   3. Voor zover het een gezin betreft, wordt de beslagvrije
    voet voor ten hoogste de helft verminderd met het
    eigen, niet onder beslag liggende periodieke inkomen
    inclusief vakantie-aanspraak van de meerderjarige
    gezinsleden aan wie de bijstand samen met de
    schuldenaar zou kunnen toekomen.
Groepen gezin o.g.v. artikel
475d nieuw
lid 2	
Gezin
a alle meerderjarige gezinsleden 21 tot 65
   
    
    
     
     1313.85



gezin van 2 meerderjarige personen waarbij	   	    	

b1 beide meerderjarige gezinsleden jonger dan 21 	 	    	     	     454
b2 een meerderjarig gezinslid jonger dan 21 ander jonger dan 65	    	     883.93
b3 beide meerderjarige gezinsleden jonger dan 21 met kind(eren)	    716.77

b4 een meerderjarig gezinslid jonger dan 21 ander jonger dan 65
met kind(eren)
 
     
      
     
    
     
     
    
    
     1146.70



gezin van 3 meerderjarige personen waarbij
b5 2 meerderjarige gezinsleden jonger dan 21 ander jonger dan 65	   1110.93
c gezin waarbij een of meer meerderjarige gezinsleden ouder 65	
                                                              	     1388.16
Artikel 475g opnieuw
bezien
•   1.	 Een schuldenaar is verplicht aan een deurwaarder
    die gerechtigd is tegen hem beslag te leggen,
    desgevraagd zijn bronnen van inkomsten op te geven.
    Een deurwaarder die beslag heeft gelegd, is verplicht
    hem op te geven hoeveel zijn beslagvrije voet bedraagt,
    berekend volgens artikel 475d, eerste lid.

•   2.	 Zo lang als de schuldenaar desgevraagd niet aan
    de beslaglegger of diens vertegenwoordiger opgeeft of
    en hoeveel inkomen toekomt aan degene aan wie
    samen met hem gezinsbijstand zou kunnen toekomen,
    wordt de beslagvrije voet gehalveerd.
Artikel 475g opnieuw
bezien - II
•   Mag voor het correct vaststellen van de beslagvrije voet
    een adres-GBA worden genomen om te kijken of er
    meerdere volwassenen staan ingeschreven op het
    adres van de debiteur?  

•   Is vaststellen van de BVV ambtshandeling ?

•   Autorisatiebesluit voorziet daar niet in.
Voorbeelden wijzigingen
•   Voorbeeld 1:
    Moeder met een kind van 16 en een kind van 18 jaar
    die studeert (totaal inkomen lager dan 1023,42)
    - was: norm alleenstaande ouder
    - wordt: norm alleenstaande ouder (verandert niet)



•   Voorbeeld 2:
    Moeder met een kind van 16 en een kind van 18 jaar
    die werkt
    - was: norm alleenstaande ouder
    - wordt: gezinsnorm


    dus: als beslag ligt t.l.v. moeder: nu de gezinsnorm,
    verminderd (tot de helft) met inkomsten zoon !!
Voorbeelden wijzigingen 2
•   Voorbeeld 3:
    Moeder met een kind van 18 en een kind van 20 die
    allebei studeren (totaal inkomen per kind lager dan
    1023,42)
    - was: norm alleenstaande
    - wordt: norm alleenstaande

•   Voorbeeld 4:
    Moeder met een kind van 18 en een kind van 20. De
    jongste studeert, de oudste werkt.
    - was: norm alleenstaande
    - wordt: gezinsnorm

    dus: als beslag ligt t.l.v. moeder: nu de gezinsnorm,
    verminderd (tot de helft) met inkomsten zoon !!
Cessie en beslag
•   HOGE RAAD 10 januari 1992, NJ 1992/744:

•   De regel komt erop neer dat een overdracht of
    verpanding bij voorbaat niet kan worden doorkruist door
    latere beslagen van individuele schuldeisers, doch
    slechts door het algemene faillissementsbeslag

•   Andersom: cessie ná beslag: debiteur onbevoegd!
Samenloop conservatoir en
executoriaal beslag
•   LJN: BI9961, Rechtbank Amsterdam , 428795 / KG ZA
    09-1136 AD/MV (Manderen/Stadgenoot)

•   … De gemeente Amsterdam geldt hier dan ook als een
    beslaglegger in de zin van artikel 478 lid 1 Rv, waarvoor de
    deurwaarder de volledige beslagen vordering van
    Manderen op de notaris mede dient te innen, nu niet
    vaststaat dat deze beslagen vordering voldoende is voor
    de voldoening van het restant van de vordering van
    Stadgenoot èn de vordering van de gemeente Amsterdam.
    Vervolgens dient de deurwaarder de opbrengst ingevolge
    artikel 480 lid 2 Rv in bewaring te stellen, nu de gemeente
    Amsterdam tevens geldt als een schuldeiser die op het
    goed (de vordering van Manderen op de notaris) beslag
    heeft gelegd in de zin van artikel 480 Rv. Tenslotte kan dan
    de meest gerede partij om de benoeming van een rechter-
    commissaris verzoeken overeenkomstig artikel 481 lid 1
    Rv, te wiens overstaan de verdeling zal plaatsvinden ….
Verrekening na
derdenbeslag
•   Art. 6: 130 lid 1 en 2 B.W.:
    “Is op een vordering beslag gelegd, dan is de
    schuldenaar bevoegd ondanks het beslag ook een
    tegenvordering op de oorspronkelijke schuldeiser in
    verrekening te brengen, mits:
    1. deze tegenvordering uit dezelfde rechtsverhouding
    als de beslagen vordering voortvloeit of
    2. reeds voor het beslag opeisbaar is geworden.”
Rb. Maastricht 25-8-1994,
V-N 1994, 2838.
•   Art. 19 Invorderingswet 1990 doorkruist het systeem
    van art. 478 Rv. De derde hoeft slechts niet te voldoen
    aan de in de eerste volzin van het vijfde lid opgelegde
    betalingsverplichting, indien onder hem beslag is gelegd
    of indien verzet is gedaan ten behoeve van een
    schuldeiser die hoger bevoorrecht is dan de fiscus.”
    Tenzij die uitzondering zich voordoet, moet de derde
    dus altijd aan de ontvanger afdragen. Doorgaans zal de
    fiscus natuurlijk preferent zijn…
De Verklaring
•   het formulier in tweevoud

•   de toelichting

•   andere verklaringen accepteren ?

•   beslagvrije voet in exploot of verklaring ?
Het tijdstip van verklaren
•   Art. 476a Rv. bepaalt nadrukkelijk: "zodra vier weken
    zijn verstreken na het leggen van het beslag."

•   geen fatale termijn !

•   voorwaardelijke ingebrekestelling in exploot ? neen, er
    moet uitdrukkelijk ingebreke worden gesteld, nadat de
    termijn is verstreken

•   Rb. Assen 27-10-1992, NJ 1993, 356	

•   Rb. Rotterdam 22-6-1995, NJ 1996, 313
Problemen omtrent de
verklaring
•   De derde doet in het geheel geen verklaring

•   De derde verklaart wel, maar de beslaglegger betwist
    de verklaring

•   De derde verklaart en de beslaglegger is accoord, maar
    de derde draagt niet af.


    PS: verklaring na conservatoir beslag
De derde doet in het geheel geen
verklaring (art. 477a lid 1 Rv.)
•   gevorderd kan (en dient te) worden om de derde te
    veroordelen tot betaling van het tot dat moment
    verschuldigde (dus inclusief de beslag- en
    executiekosten!) alsof de derde zelf schuldenaar van de
    beslaglegger was.

•   gerechtelijke verklaring mogelijk. de derde zal wel de
    proceskosten te betalen krijgen; die zijn immers
    nodeloos veroorzaakt
De derde verklaart wel, maar de
beslaglegger betwist de verklaring (art.
477a lid 2 Rv.)
•   vervaltermijn van twee maanden (maar: HR 21-1-2005,
    RvdW 2005, 17)

•   ongelijk: betaling van de proceskosten. De derde kan -
    voor alle weren- vorderen dat de beslaglegger terzake
    van die proceskosten zekerheid stelt.

•   In art. 477a lid 3: doorzendplicht.
De derde verklaart en de beslaglegger is
accoord, maar de derde draagt niet af
(art. 477a lid 4 Rv.)
•   vorderen dat de derde de verplichting alsnog nakomt,
    m.a.w. "afdracht aan de deurwaarder" en niet betaling
    van het verschuldigde

•   voorwaardelijk vorderen dat de derde wordt veroordeeld
    tot schadevergoeding, te betalen aan de beslaglegger
De bevoegde rechter
•   Art. 477a lid 5 Rv.:"Tot kennisneming van de in dit artikel
    bedoelde vorderingen is de rechtbank bevoegd. Indien
    de executant bij zijn dagvaarding het beslag slechts
    vervolgt op vorderingen, waarvan de berechting
    ongeacht hun beloop of naar hun gezamenlijk beloop
    tot de bevoegdheid van de kantonrechter behoort, is
    slechts de kantonrechter bevoegd.“

•   (zie ook: Rb. Rotterdam 17 september 1998, Prg. 1999,
    5095).
AGC Gerechtsdeurwaarders & Incasso

          Leuvenlaan 59

          6229 GX Maastricht



          Carlo Eussen

          06 - 10 16 79 40

          c.eussen@agc-incasso.nl

          twitter.com/ceussen



          Presentatie nogmaals bekijken?

Contact   http://slideshare.net/ceussen/

Weitere ähnliche Inhalte

Mehr von Carlo Eussen

AGC Hands-On Brochure
AGC Hands-On BrochureAGC Hands-On Brochure
AGC Hands-On BrochureCarlo Eussen
 
AGC Detachering & Training Brochure
AGC Detachering & Training BrochureAGC Detachering & Training Brochure
AGC Detachering & Training BrochureCarlo Eussen
 
AGC Incassotraject Brochure
AGC Incassotraject BrochureAGC Incassotraject Brochure
AGC Incassotraject BrochureCarlo Eussen
 
AGC Gerechtelijk Brochure
AGC Gerechtelijk BrochureAGC Gerechtelijk Brochure
AGC Gerechtelijk BrochureCarlo Eussen
 
AGC Advocatendesk Brochure
AGC Advocatendesk BrochureAGC Advocatendesk Brochure
AGC Advocatendesk BrochureCarlo Eussen
 
AGC Debiteurenbeheer Brochure
AGC Debiteurenbeheer BrochureAGC Debiteurenbeheer Brochure
AGC Debiteurenbeheer BrochureCarlo Eussen
 
Modelaanzeggingen dagvaardingen 2011
Modelaanzeggingen dagvaardingen 2011Modelaanzeggingen dagvaardingen 2011
Modelaanzeggingen dagvaardingen 2011Carlo Eussen
 

Mehr von Carlo Eussen (8)

AGC Hands-On Brochure
AGC Hands-On BrochureAGC Hands-On Brochure
AGC Hands-On Brochure
 
AGC Detachering & Training Brochure
AGC Detachering & Training BrochureAGC Detachering & Training Brochure
AGC Detachering & Training Brochure
 
AGC Incassotraject Brochure
AGC Incassotraject BrochureAGC Incassotraject Brochure
AGC Incassotraject Brochure
 
AGC Gerechtelijk Brochure
AGC Gerechtelijk BrochureAGC Gerechtelijk Brochure
AGC Gerechtelijk Brochure
 
AGC Advocatendesk Brochure
AGC Advocatendesk BrochureAGC Advocatendesk Brochure
AGC Advocatendesk Brochure
 
AGC Debiteurenbeheer Brochure
AGC Debiteurenbeheer BrochureAGC Debiteurenbeheer Brochure
AGC Debiteurenbeheer Brochure
 
Modelaanzeggingen dagvaardingen 2011
Modelaanzeggingen dagvaardingen 2011Modelaanzeggingen dagvaardingen 2011
Modelaanzeggingen dagvaardingen 2011
 
VVCM Social Media
VVCM Social MediaVVCM Social Media
VVCM Social Media
 

Masterclass beslagrecht i

  • 1. Masterclass Beslagrecht I Jeroen Nijenhuis / Wilbert van de Donk / Carlo Eussen
  • 2. Programma 13:30 Deel 1: Jeroen Nijenhuis 15:00 Pauze 15:30 Vervolg 16:00 Deel 2: Wilbert van de Donk
  • 3. Jeroen Nijenhuis Deel 1: Algemene regels / Conservatoir (Afgifte)
  • 4. Tenuitvoerlegging: algemeen deel en roerende zaken • Rechtsvordering • 64 • 430 t/m 474 • 700-712 • 853-861 • 1077 • Algemene termijnenwet
  • 5. Te volgen route : • Boek 3 • 1 t/m 10 • 45 ev • 80 - 98 • 107 ev • 236 – 258 • 276 – 295 • Boek 5: 3 & 20 • Boek 7: 45 & 600
  • 6. Alg. Regels 430 – 438b Rv • Art 430 • Lid 1 welke titels • Authentieke akte • Lid 2 • Uitzondering EET, buitenlandse EBB en Small- claims uitspraken, bijzondere titels • Lid 3 verplichte betekening (sanctie tenuitvoerlegging is nietig) • Ook altijd bevel verplicht ?
  • 7. Is het stuk wel een titel? • In principe enkel condemnatoire veroordeling: wat te doen met executie van echtscheidingsconvenanten, titels enkel tegen V.O.F. (Hamer arrest), blote vernietiging in appel • Titel executabel tegen rechtsopvolgers? • Titel executabel tegen derden? • Wat te doen met bankhypotheken: Rabo Visser 26 juni 1992 NJ 1993, 449 • Eenzijdige notariële aktes
  • 8. Alg. Regels 430 – 438b Rv • Art 431 • Lid 1 geen buitenlandse titels behoudens bepaalde in art 985-994 • Lid 2 opnieuw behandeld in voor Nederlandse rechter • Uitzonderingen EET, EBB & EGV • Art 40 Statuut voor het Koninkrijk der Nederlanden en art. 5 Invoeringswet openbare lichamen BES Vonnissen, door de rechter in Nederland, Curacao, St. Maarten, Aruba en de BES eilanden gewezen, en bevelen, door rechters uitgevaardigd, grossen van authentieke akten, aldaar verleden, kunnen in het gehele Koninkrijk ten uitvoer worden gelegd, met inachtneming van de wettelijke bepalingen van het land, waar de tenuitvoerlegging plaats vindt (geen letterlijke tekst!)
  • 9. Executie binnen EU voor titels uit EU staten • Titels tot 1 maart 2002 EEX Verdrag • Titels vanaf 1 maart 2002 EEX-Vo: • art. 47 lid 1 geeft mogelijkheid tot conservatoir beslag ex art. 700 RV tot verlenen exequatur • art. 47 leden 2 en 3: gedurende termijn rechtsmiddel enkel bewarende maatregelen. Het exequatur is daar ex lege titel voor • na verstrijken termijn rechtsmiddel executoriaal beslag • Onbetwiste vorderingen vanaf 21 januari 2005 EET mogelijk
  • 10. Toepassing art. 47 EEX: aanvang executie • Artikel 47: bewarende (en voorlopige) maatregelen • Fase A: Vanaf datum rechterlijke beslissing in F1 • Voorlopige of bewarende maatregelen conform recht F2 (op aanvraag executant; exequatur in F2 niet vereist, mits beslissing F1 conform EEX vatbaar voor erkenning in F2) (artikel 47 lid 1) • Fase B: Vanaf datum exequatur in F2 tot einde rechtsmiddelentermijn in F2 / datum uitspraak op rechtsmiddel in F2 • Bewarende maatregelen conform recht F2 (volgt uit exequatur F2; geen nader rechterlijk verlof F2 vereist) (artikel 47 leden 2-3) • Fase C: Vanaf einde fase B • Executoriale fase in F2
  • 11. Alg. Regels 430 – 438b Rv • Art 431a • Overgang betekenen (aanzeggen, bij exploot mag ook omdat er soms niets valt te betekenen) • Sanctie : nietigheid van de na overgang verrichte executiehandelingen • 2:18 BW
  • 12. Alg. Regels 430 – 438b Rv • Art 432 • Geen tenuitvoerlegging tegen 3e (geen enkele actie mag waar een 3e bij is betrokken bijv 461d, aandelen, 444a) • Geldt niet voor onherroepelijke titels • Geldt alleen voor vonnissen (dus niet voor notariële akte, dwangbevelen, beschikkingen)
  • 13. Alg. Regels 430 – 438b Rv • Art 434 • Overhandiging van titel aan deurwaarder = Machtiging aan deurwaarder alle executiehandelingen te doen BEHALVE lijfsdwang hiervoor wordt een bijzondere (lees: aparte) volmacht vereist
  • 14. Art. 470 en Art. 435 • 470 lid 1 : niet verder gaan met verkoop dan nodig is om verschuldigde te voldoen • 470 lid 2 : geëxecuteerde kan volgorde van verkoop in beslag genomen goederen bepalen. • 435 lid 1 : het staat de executant vrij te gelijker tijd beslag te leggen op alle voor beslag vatbare goederen, waartoe hij bevoegd is zijn vordering te verhalen. (zie wel art 521)
  • 15. Art. 470 en 435 lid 1 • Te weinig in beslag nemen kan recht schuldenaar 470 lid 2 teniet doen. • Te veel is strijdig met proportionaliteit (denk aan Nationale Ombudsman). • Vraag : als geëxecuteerde beweert geen eigenaar te zijn moet de deurwaarder die zaken dan buiten beslag houden (ja/nee en waarom)
  • 16. Uitleg Art. 435 lid 2 en 3 • Lid 2 • Beslag kan alleen ten laste van iemand worden gelegd op grond van een tegen hem gewezen titel • Deze titel zal een titel zijn waarbij een ander moet worden gehengen en gedogen • Binnen acht dagen betekenen beslag aan schuldenaar.
  • 17. Uitleg Art. 435 lid 2 en 3 • Lid 3 • Beslag ten laste van schuldenaar (ook bij voorkennis dat zaak aan een ander toebehoort!!) • Binnen acht dagen betekenen beslag aan ander (of onverwijld na kennisverkrijging). • Ander kan voordat acht dagen na betekening zijn verstreken zich verzetten • Beslag converteert naar conservatoir • Executie kan pas plaatsvinden na verkregen titel tegen deze ander om executie te dulden. • Geen onderzoeksplicht naar eventuele rechten van derden voor deurwaarder of executant. • Geen termijn instellen hoofdzaak, het kan dus zijn dat beslagene zelf in actie moet komen bij talmen beslaglegger
  • 18. Opmerkingen bij Art. 435 • Zie ook : • Artikelen • 3:276 BW • 3:284 BW • 3:285 BW • 3:287 BW • 3:292 BW • Artikel 708 Rv • Artikel 565 lid 5 Rv
  • 19. Alg. Regels 430 – 438b Rv • Art 436 • Geen beslag op goederen bestemd voor openbare dienst • Toch beslag 438 lid 2 (door beslagene) • Twijfel bij deurwaarder 438 lid 4 alleen executoriaal • Bij conservatoir 705 lid 3 jo 438 lid 4 • Beslag bij ambassade art 3a gerechtsdw wet • Zie Rechtbank Leeuwarden 27 mei 2009 LJN BI5222 • Art 437 • Analoge toepassing regels op executie van beperkt recht of aandeel
  • 20. Alg. Regels 430 – 438b Rv • Art 438 executiegeschillen • Lid 4 deurwaardersrenvooi • Let op sanctie (laatste regel) • Lid 5 dagvaarding door 3e van zowel executant als geëxecuteerde • Art 438a • Lid 2 welke verzoekschriften kan ook een deurwaarder indienen • Art 438b • Toepasselijkheid 64Rv voor andere handelingen dan doen van exploot, zie Gerechtshof Leeuwarden 21 oktober 2008 LJN BG3275
  • 21. Beslag bij een derde (461D) • Beslagrecht is een gesloten systeem: NJ 51,525; dus of beslag op roerende zaken of onder derden. Beslag op roerende zaken die bij een derde staan kan tot problemen leiden want 444 Rv is niet toegestaan • De derde kan zich op een recht beroepen of in geval van twijfel altijd formulieren betekenen (mogelijk verval van het beslag!!!)
  • 22. Beslag bij/onder derde 1 Vraag met betrekking tot beslag bij/onder derden. Laatst heb ik enige beslagen gehad waarbij beslag roerend bij een derde of onder een derde speelde. Omdat ik dit een onderwerp vind waarbij de opdrachtgever vaak iets wil dat net wel of net niet kan, breng ik het in. Vooral de scheiding tussen artikel 444a Rv en 461d Rv. Ik heb eens een verlof gehad om conservatoir derdenbeslag te leggen onder een derde op roerende zaken die zich in een loods bevonden die achter het pand van de debiteur was gelegen. Opdrachtgever gaf aan dat die loods feitelijk door medewerkers van debiteur kon worden betreden via een achteruitgang in het pand van debiteur. Hij wenste dat wij zouden constateren bij het leggen van het beslag of inderdaad die zaken daar aanwezig waren door de loods te betreden van de derde. Ik had cliënte tevoren gewezen op het feit dat het verlof geen toestemming gaf tot het leggen van beslag op roerende zaken bij die derde. Ter plaatse heb ik wel getracht iemand te spreken bij de derde die mij kon verklaren of kon tonen of de zaken van het derdenbeslag aanwezig waren. Toen dat niet lukte, heb ik mij beperkt tot het afgeven van de stukken van het derdenbeslag.
  • 23. Beslag bij/onder derde 2 Later heb ik de toelichting op de artikelen 444a en 461d Rv er nog op nageslagen. Onderscheid wordt gemaakt tussen 444a waarbij de zaak zich niet in handen van de derde bevindt en 461d, waarbij dat wel het geval is. Kunnen jullie aan de hand van concrete voorbeelden uit de praktijk of jurisprudentie gevallen bespreken waarin 444a rv toegepast kon worden (anders dan bij een bank kluis) en waarin juist 461d Rv toegepast kon worden. Ik kon weinig jurisprudentie vinden op dit onderwerp. Ik bedacht me zelf nog dat 444a Rv bijvoorbeeld bij opslagfirma’s als Shurguard en Citybox kan worden gebruikt. Als ik bijvoorbeeld een opdracht krijg om beslag roerende te leggen op zaken in een loods van een derde waar debiteur toegang toe heeft, kan ik dan 444a Rv en dus politiedwang toepassen in plaats van dat ik aangewezen ben op 461d Rv, waarbij dat niet kan? Het punt is vaak dat de opdrachtgever wenst dat het beslag wordt gelegd, hetzij zonder, hetzij met hulp van een HOvJ. Hoe zit het bijvoorbeeld met van die enorm grote Warehouses of op- en overslagbedrijven of als beslag moet worden gelegd tijdens een evenement in een congres- of beursgebouw?
  • 24. Artikelen 463 t/m 474 Rv (I) • 463 t/m 463 b Rv • Verkoop in het openbaar • Zaken mogen, voor de verkoop, naar elders worden verplaatst • Maak voorwaarden om (scherts) biedingen te kunnen weigeren • 464 Rv • Aanslaan biljetten • (plaats, dag en uur van verkoop en aard van de zaken) • 465 Rv • Na 449 en tenminste 4 dagen voor verkoop
  • 25. Artikelen 463 t/m 474 Rv (II) • 466 Rv • Aankondiging in plaatselijk dagblad behalve indien opbrengst klaarblijkelijk < € 180,-- • 467 Rv • Aantekening aanslaan biljetten en bekendmaking verkoop aan de voet van het proces verbaal
  • 26. Artikelen 463 t/m 474 Rv (III) • 469 Rv • Bij opbod of opbod en dan afmijning • Lees rest artikel aandachtig door • 474 Rv • Deurwaarder is verantwoordelijk voor opbrengst en voldoet onverwijld de kosten van de executie • Vermelden van namen en woonplaatsen van de kopers in proces verbaal
  • 27. Verdere aandachtspunten bij verkoop • Goud, zilver en platina bij waarborg aanmelden • Opletten of beslagene btw-plichtig is of het kan zijn • De deurwaarder moet goed opletten zodat insolvente bieders kunnen worden geweerd!
  • 28. Artikelen 700 t/m 712 Rv (I) • 700 Rv • wie bevoegd (denk aan shoppen) • Instellen hoofdzaak tenminste 8 dagen na beslag (vrz rechter bepaalt) • 702 Rv • Conform voorschriften executoriaal beslag • 709 Rv • Bewaring alleen met verlof • 710a Rv • Welke verzoekschriften kunnen door een deurwaarder worden ingediend ?
  • 29. Artikelen 700 t/m 712 Rv (I) • 711 Rv • Gegronde vrees • 712 Rv • Van toepassing zijnde artikelen uit 439-474 let op ook 440 (cfm 702)
  • 30. 491-500 Rv 730-737 Rv Executie tot afgifte en conservatoir beslag tot afgifte/ levering
  • 31. Wat wil de verzoeker • Afgifte en levering zijn in het geheel niet synoniem • Afgifte mogelijk van zowel roerende en als onroerende zaken maar volgens opschrift titel enkel van roerende zaken niet registergoederen • De conservatoire variant is veel ruimer en houdt ook de verdelingsactie en pauliana in
  • 32. Art. 491 ev, de executoriale afgifte • Betekening vloeit voort uit 430 lid 3 Rv • Onderscheid wel of niet uitvoerbaar bij voorraad verklaarde vonnissen of beschikkingen. Enkel dus voor die titels nihilstelling termijn, er moet dus wel bevel worden gedaan zij het met een nihil termijn • Afgifte is geen beslag
  • 33. Beslag tot verkrijging van afgifte • Altijd mogelijk, ook bij bewaarder uit hoofde van voorafgaand beslag alhoewel daar derde beslag voorkeur verdient gezien art. 461 D • Vereist als executant bewaring toepast • Enige mogelijkheid als maatregelen ter conservatie genomen moeten worden als er al beslag ligt want eerder beslag blokkeert afgifte • Als er eerder conservatoir beslag is gelegd gaat dit als art. 735 lid 2 is vervuld over in dit beslag
  • 34. Probleem • Verhaal zoekende schuldeiser versus afgifte zoekende executant • Wat wil afgifte zoekende executant: is hij eigenaar of anderszins zakelijk gerechtigde, auteursrechtelijk beschermd, dan wel rechthebbende op grond van contractueel beding? • Belangrijk is dat 492 lid 1 Rv geen uitzonderingen kent, ongeacht het recht van de executant (obligatoir dan wel zakelijk)
  • 35. Probleem, vervolg • Obligatoir recht op afgifte gaat gelijk op met verhaalsrecht. Vaststellen vervangende schadevergoeding kan zeer belangrijk zijn al is het maar om problemen bij een rangregeling te voorkomen • Afgifte executant (koper) kan verhaal zoekende schuldeiser uitkopen, subrogeren en vervolgens koopprijs verrekenen • Geschillen moeten worden opgelost via 497 Rv
  • 36. Genus zaken • Zeer uitzonderlijk • Obligatoir recht, let op keuze mogelijkheid en 6:28/ gemiddelde kwaliteit
  • 37. Landbouwgewassen I • Het betreft onroerende zaken • Het betreft bijna altijd een obligatoir recht, zakelijk zal bijna niet kunnen gezien bv art. 5:20 BW • Beslag op onroerende zaak of het recht maar met aantekening dat het beslag enkel tav planten of vruchten werkt. Door afscheiding vindt conversie plaats in beslag roerende zaken en moet inschrijving bij het kadaster worden doorgehaald. Beslag onder verpachter niet voorstelbaar.
  • 38. Landbouwgewassen II • Ook mogelijk bij schending zaai- en plantgoedwet • Betekening aan hypotheekhoudster aan te bevelen, al was het maar om schade-acties te voorkomen • Aanstelling rurale bewaarder mogelijk
  • 39. Pandhoudersexecutie I • Pandrecht kan bij authentieke akte (notarieel) of onderhands worden gevestigd • Bij not. akte is moment passeren akte beslissend, niet het moment van ontstaan schuld. Bij onderhandse akte moment registratie. Zie 3:231. Bepaalbaarheid vordering is cruciaal. • Standaardarresten HR 25 februari 1955, NJ1955, 711 en 16 juni 2000 NJ 2000, 733 (Asser pag 34)
  • 40. Pandhoudersexecutie II • Bij notariële akte beveltermijn vereist van 2 dagen • Verlof van voorzieningenrechter kan ook door gdw worden uitgelokt • Onduidelijk is en blijft of vooraf moet worden betekend. Art. 496 lid 2 4e zin is niet echt duidelijk, de MvT verwijst naar 702 Rv. Moet nu wel of geen bevel worden gedaan en is 430 lid 3 Rv van toepassing?
  • 41. Pandhoudersexecutie III • Pandhouder kan door gelegd verhaalsbeslag heenbreken met handhaven voorrang, dus zelfs fiscaal bodembeslag • Let op toepasselijkheid 457 Rv
  • 42. Pandhoudersexecutie IV • Positie derde verduidelijkt door Hof Den Bosch 11 november 2003 JOR 2004, 27 • Politiedwang met verlof tegen niet-schuldenaar uiterst dubieus: derde-beslag tot verkrijging van afgifte lijkt aangewezen weg (500 Rv). • Art. 500 Rv geldt voor alle executanten, niet enkel voor pandhouders
  • 43. Conservatoir beslag tot afgifte/ levering I • Ieder recht dat tot afgifte/levering verplicht valt onder 730 Rv, dus net als bij executoriaal maar let wel op dat 734 Rv niet 490-500 Rv van toepassing verklaart maar de regels voor de conservatoire verhaalsbeslagen • Zakelijke opvordering tegen iedereen, vide 5:2 BW. Obligatoire vordering uiteraard enkel tegen contractant
  • 44. Curiosa • Beslagen op genuszaken (731 Rv) • Beslag op landbouwgewassen (732Rv) • Beslag op vordering tot levering van registergoed (let op 475 A lid 3 en inschrijving bij kadaster om levering door derde in strijd met beslag te blokkeren)
  • 45. Deelgenoten-beslag • Vordering kan gedaan worden door deelgenoten, beperkt gerechtigde op aandeel deelgenoot (3:178) en schuldeiser cfm 3:180 BW • Aantasten deelgenootschap ronduit problematisch en eigenlijk enkel mogelijk bij eenvoudige gemeenschapppen • Beslagen tot toedeling, dus geen executoriaal beslag of verval na 6 maanden cfm 735 Rv
  • 46. Beslag tot levering • Obligatoire aanspraken • Niet bij titelgebreken of strijdigheid bij 1:88 BW. Let op wanneer vernietigings- actie geboden is en dus geen beslag • Geen executoriale variant, let wel op 433 Rv jo 3:300/3:301 BW en fatale termijn van 6 maanden • Geen toepasselijkheid van 505 lid 3 Rv • Vormerkung ex art. 7:3 BW doorkruist leveringsactie
  • 47. Pauliana-beslag (737 Rv) • Enkel conservatoir en bij registergoederen (niet registergoederen (voor definitie: 3:10 BW) • Hybride-beslag: overgang pauliana met zakelijk karakter -> verhaalsbeslag • Vernietigingsactie tegen zowel vervreemder als verkrijger. Let ook op geldvordering!! • Geen inschrijving vonnis in kadaster: relatieve werking!!!
  • 48. ATW artikel 1 Lid 1 • Een in een wet gestelde termijn die op een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag eindigt, wordt verlengd tot en met de eerstvolgende dag die niet een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag is.
  • 49. ATW artikel 2 • Een in een wet gestelde termijn van ten minste drie dagen wordt, zo nodig, zoveel verlengd, dat daarin ten minste twee dagen voorkomen die niet een zaterdag, zondag of algemeen erkende feestdag zijn.
  • 50. Enkele voorbeelden Betekening & Bevel Beslagdag Woensdag Zaterdag Donderdag Dinsdag Vrijdag Dinsdag Zaterdag Dinsdag
  • 51. Enkele voorbeelden Beslag roerend Overbetekening Dinsdag Vrijdag Woensdag Maandag Donderdag Maandag Vrijdag Dinsdag
  • 52. Enkele voorbeelden Cons. beslag Inst. hoofdzaak Donderdag Vrijdag Vrijdag Zaterdag Zaterdag Maandag (art. 64 Rv)
  • 53. Aandachtspunten • Let op !!!! • 2e paasdag, 2e pinksterdag etc !!!!! • Art. 1 lid 2 ATW • Geldt niet voor terugrekening
  • 54. Wilbert van de Donk Deel 2: Bewijsbeslag / 3e Beslag
  • 55. Bewijsbeslag: hoe en wat… • De historie vanuit 843a • Europese ontwikkelingen: 1019 ev • De praktijk sinds 2006 • Het arrest Leeuwarden augustus 2009, het vonnis van de rechtbank Rotterdam • Het consultatiedocument
  • 56. De historie vanuit 843a • Basis ligt in 843 a Rv: [1.] Hij die daarbij rechtmatig belang heeft, kan op zijn kosten inzage, afschrift of uittreksel vorderen van bepaalde bescheiden aangaande een rechtsbetrekking waarin hij of zijn rechtsvoorgangers partij zijn, van degene die deze bescheiden te zijner beschikking of onder zijn berusting heeft. Onder bescheiden worden mede verstaan: op een gegevensdrager aangebrachte gegevens. [2.] De rechter bepaalt zo nodig de wijze waarop inzage, afschrift of uittreksel zal worden verschaft
  • 57. De historie vanuit 843a • Verzoek conservatoir beslag: haar verlof te verlenen, om onder gerequestreerden op de in punt (…) beschreven adressen conservatoir beslag tot afgifte te leggen op de in punt (…) genoemde bescheiden, waaronder mede te verstaan op gegevensdragers aangebrachte gegevens, die betrekking hebben op d.e rechtsbetrekking tussen, partijen en/of de rechtsbetrekking bestaande uit de door gerequestreerden gepleegde onrechtmatige daad, één en ander zoals in liet verzoekschrift nader is beschreven;
  • 58. De historie vanuit 843a • Jurisprudentie: • (recht op inzage na gelegd beslag) • 5.1.  bepaalt dat de gerechtelijk bewaarder van de ten processe bekende in beslag genomen bescheiden, al dan niet met inschakeling van een deskundige, aan mBlox inzage zal verschaffen in die bescheiden die betrekking hebben op de periode na 1 juli 2005 en informatie bevatten betreffende de financiële positie van verweerders en de geldstromen tussen verweerders onderling, waarbij geldt dat van het recht op inzage is uitgezonderd informatie aangaande het privéleven van verweerders sub 4. of 5., alsmede informatie betreffende de contacten tussen verweerders en hun raadsman, • 5.2.  bepaalt dat de gerechtelijk bewaarder de bescheiden waarin aan mBlox inzage zal worden verleend eveneens zal toesturen aan mr. M. de Vries te Hilversum (etc)
  • 59. Bewijsbeslag: hoe en wat… • Beslag tot afgifte moet leiden tot recht op inzage. • Beslaglegger heeft pas recht op afgifte van de beslagen bescheiden nadat dit in rechte is komen vast te staan. Daarom is dit beslag niet mogelijk zonder gerechtelijke bewaargeving. • De bewaarder/deskundige speelt ook een belangrijke rol in de selectie van gegeven.
  • 60. Europese ontwikkelingen: 1019 ev • Artikel 1019a 1. Een verbintenis uit onrechtmatige daad wegens inbreuk op een recht van intellectuele eigendom geldt als een rechtsbetrekking als bedoeld in artikel 843a. 2. In de procedure op de voet van artikel 843a kan ook overlegging gevorderd worden van ander bewijsmateriaal dat zich in de macht van de wederpartij bevindt. 3. De rechter de vordering af voor zover de bescherming van vertrouwelijke informatie niet is gewaarborgd. Artikel 843a, vierde lid, is niet van toepassing.
  • 61. Europese ontwikkelingen: 1019 ev • Artikel 1019b 1. De voorzieningenrechter kan verlof verlenen (etc) Tot deze maatregelen ter bescherming van bewijs kunnen behoren, naast de reeds in de wet geregelde maatregelen, conservatoir bewijsbeslag (1), gedetailleerde beschrijving (2) en monsterneming (3) ter zake van vermeend inbreukmakende roerende zaken, bij de productie daarvan gebruikte materialen en werktuigen en op de inbreuk betrekking hebbende documenten.
  • 62. Europese ontwikkelingen: 1019 ev • Artikel 1019b 2. De rechter bepaalt zo nodig de wijze waarop beschrijving plaatsvindt of monsters worden genomen en wat met de monsters dient te gebeuren. 3. Deze maatregelen worden genomen zo nodig zonder dat de wederpartij wordt gehoord (ex parte), met name indien het aannemelijk is dat uitstel de verzoeker onherstelbare schade zal berokkenen, of indien er een aantoonbaar gevaar voor verduistering of verlies van bewijs bestaat. 4. Verlof tot het treffen van de gevraagde maatregel wordt niet gegeven voor zover de bescherming van vertrouwelijke informatie niet is gewaarborgd.
  • 63. Europese ontwikkelingen: 1019 ev Artikel 1019c Conservatoir beslag tot bescherming van bewijs wordt gelegd met overeenkomstige toepassing van de voorschriften betreffende middelen tot bewaring van zijn recht, met uitzondering van artikel 709, derde lid. Artikel 1019d 1. Beschrijving geschiedt door een deurwaarder ter plaatse waar de zaken, bedoeld in artikel 1019b, eerste lid, zich bevinden. De deurwaarder zal de zaken op het door hem daarvan onverwijld op te maken procesverbaal nauwkeurig beschrijven met opgave van hun beweerdelijk inbreukmakende kenmerken, getal, gewicht en maat overeenkomstig hun aard. Tot deze beschrijving kan ook behoren het op enigerlei wijze vastleggen van de zaken op beeld- of geluidsmateriaal dat wordt gevoegd bij het proces-verbaal en daarvan deel uitmaakt. Het proces-verbaal vermeldt het rechterlijk verlof. De artikelen 440, tweede lid, 443, 444, 444a en 444b zijn van overeenkomstige toepassing.
  • 64. Europese ontwikkelingen: 1019 ev • Beslagsyllabus februari 2011 : • Conservatoir beslag tot bescherming van bewijs wordt gelegd met overeenkomstige toepassing van de voorschriften betreffende middelen tot bewaring van zijn recht, met uitzondering van artikel 709, derde lid. • Praktijkproblemen: • Van belang dat beslagobject(en) voldoende is/zijn bepaald. Hoe ver gaat de onderzoeksplicht bij beslaglegging ? • Hoe zijn gegevens(dragers) eigenlijk te kwalificeren? • Voor bewaargeving gelden richtlijnen van de Voorzieningenrechter • Voor zover het gegevens(dragers) betreft: forensische copie • Voor zover het fysieke bescheiden betreft: kopie ter plaatse of binnen 7 uur na beslaglegging te retourneren.
  • 65. Europese ontwikkelingen: 1019 ev/jurisprudentie • LJN: BA9615,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem, 156096 (1 juni 2007) • Uit de wetsgeschiedenis met betrekking tot Titel 15 Rv kan worden afgeleid dat het doel van een conservatoir (bewijs)beslag uitsluitend is om bewijsstukken veilig te stellen en dus de bestaande situatie te conserveren en niet om de beslaglegger de mogelijkheid te bieden om met het beslag inhoudelijk kennis te doen nemen van bewijsstukken en daarover de beschikking te krijgen. Het is vervolgens aan de bodemrechter na een contradictoir debat om te beslissen wat er met de in beslaggenomen stukken moet gebeuren (zie o.a. TK 2005-2006, nr. 6, blz 8-9). Een verlof tot het leggen van bewijsbeslag kan dus niet automatisch ook een inzagerecht inhouden voor de beslaglegger.
  • 66. Europese ontwikkelingen: 1019 ev/jurisprudentie • LJN: BA9615,Voorzieningenrechter Rechtbank Arnhem , 156096 (1 juni 2007) • Te gedetailleerde beschrijving van in beslaggenomen stukken. De inhoud van het rapport benadert kopieën van de ingeziene stukken en dat is in het kader van een gedetailleerde beschrijving van bescheiden niet de bedoeling, zoals blijkt uit de memorie van toelichting (TK 2005-2006, nr. 3, blz 22): Het kopiëren van de administratie of andere op de inbreuk betrekking hebbende documenten behoort niet tot de mogelijkheden van de beschrijving. Het maken van een beschrijving is iets anders dan het maken van een één op één kopie. Daarvoor zal beslaglegging gevraagd moeten worden • De beschrijving van Astellas had beperkt dienen te blijven tot een omschrijving van hetgeen is ingezien, zodat het in een later stadium identificeerbaar is.
  • 67. Het arrest Hof Leeuwarden augustus 2009 1 • LJN: BJ4901 : 8. Het Nederlandse burgerlijke procesrecht kent geen algemene regeling voor bewijsbeslag. Wel is artikel 1019c Rv het bewijsbeslag geregeld voor zaken betreffende rechten van intellectuele eigendom. Het hof constateert dat het gelegde beslag door De Melker is gebaseerd op artikel 843a Rv en kennelijk mede op artikel 730 Rv. Volgens De Melker kan dit artikel dienen als een wettelijke grondslag voor bewijsbeslag. Ook vóór de inwerkingtreding van 1019c Rv op 1 mei 2007 zijn conservatoire bewijsbeslagen in intellectuele eigendomszaken gelegd, waarbij de rechtsgrond werd gezocht in artikel 730 Rv. Ook in andere niet-intellectuele eigendomsprocedures is in die bepaling een voldoende grondslag aanwezig geacht voor bewijsbeslagen, ook door enige gerechtshoven. In de door verschillende rechtbanken gehanteerde beslagsyllabus, waaraan door [appellant 1] en [appellant 2] is gerefereerd, staat over dit type beslag het volgende te lezen (versie februari 2009, pagina 20): "NB 8: Bewijsbeslag in niet-IE zaken (dat doorgaans wordt gebaseerd op artikel 730 Rv juncto 843a Rv) is naar de mening van het LOVC niet onmogelijk (besluit 13 juni 2008)."
  • 68. Het arrest Hof Leeuwarden augustus 2009 2 • 11. Het hof stelt voorts vast dat de wet amper regels stelt over hoe de beslaglegging in een woning in zijn werk dient te gaan en minimale waarborgen aan de bewoner toekent. Indien artikel 730 Rv als uitgangpunt wordt genomen, dan geldt de eis van het voorafgaand verlof van de voorzieningenrechter, voorgeschreven in artikel 700 Rv, eerste lid. Dit verlof betreft een summiere toets (artikel 700 Rv, tweede lid), waarbij het hof aantekent dat in het bekostigingsmodel voor de rechtspraak voor de beoordeling van een beslagrekest 7 minuten is gereserveerd voor de voorzieningenrechter, en 50 minuten voor ondersteunend personeel voor alle daarmee samenhangende handelingen. Het beslagrekest kan door elke advocaat worden ingediend, materiele eisen omtrent de juistheid van de inhoud zijn er niet. Voor de bevoegdheid tot het doorzoeken van een woning na een gegeven verlof geldt het volgende.
  • 69. Het arrest Leeuwarden augustus 2009 3 • 12. Artikel 444 Rv, eerste lid, bepaalt dat de deurwaarder ter inbeslagneming toegang tot elke plaats heeft en dat hij, mits aan het vereiste van het tweede lid is voldaan, gesloten deuren en kasten mag openen. Wel zijn de artikelen 10 en 11 van de Algemene Wet op het binnentreden van overeenkomstige toepassing verklaard. Een nauwkeurige regeling die bepaalt in welke gevallen een doorzoeking toelaatbaar is, waar de grenzen van de doorzoeking liggen, hoe omgegaan moet worden met de belangen van derden in de woning, wie brieven mag openen en dergelijke, vergelijkbaar met artikel 95-113 Wetboek van Strafvordering, ontbreekt in het burgerlijke recht. • 14. Het hof is, alles in ogenschouw nemende, van oordeel dat de wettelijke grondslag waarop de civielrechtelijke huiszoeking in het kader van het gelegde bewijsbeslag berust, als ondeugdelijk moet worden beoordeeld. Deze niet toereikende regeling kan een zo grote inbreuk op het huisrecht als in de gevallen van [appellant 1] en [appellant 2] heeft plaats gevonden, niet rechtvaardigen. Het hof oordeelt voorts dat deze regeling onvoldoende "garanties adéquates et suffisantes contre les abus" biedt en dat niet gezegd kan worden dat deze voldoet aan het criterium "noodzakelijk in een democratische samenleving".
  • 70. Het vonnis vzr Rb Rotterdam (LJN BJ7141) • Een van de aangevoerde redenen voor opheffing van beslag is, dat het beslag niet gelegd had mogen worden omdat de juridische basis daarvan niet deugt. • Weliswaar is juist dat het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering geen expliciete regeling voor bewijsbeslag (anders dan in zaken die betrekking hebben op intellectuele eigendomsrechten) kent, maar dit betekent naar voorlopig oordeel evenwel niet dat bewijsbeslag in het algemeen niet is toegestaan….
  • 71. Vonnis vzr Rb Haarlem 28 juli 2011 (LJN BR4466) 1 • Deurwaardersrenvooi. • a. Mag er beslag worden gelegd op de onder punt 2 (pagina 10) genoemde bescheiden wanneer deze in digitale vorm worden aangetroffen. • b. Hoe moet de onder punt 1 (pagina 9) genoemde zin “alle bescheiden/bestanden die betrekking hebben op de rol van [A] in het Newmin project” worden gekwalificeerd in het kader van het definitieve beslag. • c. Wat mag in het proces-verbaal van bewijsbeslag worden vermeld in relatie tot het onder punt 4 (pagina 12) genoemde deel achter de laatste komma, “anders dan een indicatie van de relevantie aan de hand van de sub 1 genoemde zoektermen”.
  • 72. Vonnis vzr Rb Haarlem 28 juli 2011 (LJN BR4466) 2 • 12. De voorzieningenrechter is van oordeel dat de deurwaarder beslag mag leggen op de onder punt 2 (pagina 10) genoemde bescheiden wanneer deze in digitale vorm worden aangetroffen, nu uit de Memorie van Toelichting bij artikel 843a Rv blijkt dat onder bescheiden tevens op een gegevensdrager aangebrachte gegevens wordt verstaan. • …. Ten overvloede merkt de voorzieningenrechter het volgende op. Het proces-verbaal van beslaglegging mag geen informatie over de inhoud van de in beslag genomen bescheiden bevatten. Met Reprise en [A] is de voorzieningenrechter van oordeel dat verzoekers er wel recht op en belang bij hebben om te weten of het beslag doel heeft getroffen. Dit brengt met zich dat in het proces-verbaal van bewijsbeslag mag worden vermeld, gespecificeerd naar elk van de onder 2 genoemde beslagobjecten, of het beslag doel heeft getroffen
  • 73. Vonnis Vzr. Haarlem 28 juli 2011 (LJN BR4466) 3 • Ten aanzien van het laatste geschilpunt – mag er wel of niet gedurende het beslag overleg gevoerd worden met verzoekers over het aantal hits en het daarna uit te voeren combineren van zoektermen – heeft de deurwaarder zich op het standpunt gesteld dat inhoudelijk overleg met verzoekers gedurende het beslag over het aantal hits, niet in strijd is met de beschikking noch met de geheimhoudingsplicht… • De voorzieningenrechter overweegt ten aanzien van dit geschilpunt als volgt: Het is de deurwaarder niet toegestaan overleg te voeren met verzoekers over de wijze waarop hij beslag dient te leggen. Het is aan de deurwaarder om zelf te bepalen hoe hij met behulp van zoektermen, of een combinatie daarvan, de onder punt 2 van het petitum van het beslagrekest genoemde bescheiden vaststelt, waarbij het niet de bedoeling is dat hij daarbij verzoekers betrekt omdat dit al snel, onbedoeld, tot overdracht van de inhoud van de forensisch kopie kan leiden.
  • 74. Het consultatiedocument • 843a en b vervallen; • De regeling wordt toegevoegd als § 3a “Inzage, afschrift of uittreksel van bescheiden” en worden daarmee toegevoegd aan de “normale” bewijsmiddelen; • In de MvT wordt aangegeven dat bewijsbeslag ook mogelijk is.
  • 75. Problemen uit jurisprudentie 1 • Lange tijd bleken processen-verbaal van deurwaarders heel globaal op dit punt. (bijvoorbeeld: Een gele usb stick met data, een harde schijf met kenmerk en typenr. bevattende data etc. De rechtspraak lijkt hier niet meer genoegen mee te nemen. • Steeds vaker door beslagen door (Kort Geding) rechters worden opgeheven omdat sprake zou zijn van “fishingexpeditions”. • Rechters geven hierbij aan dat uit het proces-verbaal van het beslag niet is op te maken dat beslag is gelegd ten aanzien van waarvoor verlof is verleend. Zo werd recent een proces-verbaal “te globaal” geacht. • Dit lijkt niet te stroken met het specifieke karakter van een dergelijk beslag, waarbij juist niet expliciet mag worden aangegeven wat (al dan niet) werd aangetroffen. Is een globale verwijzing naar het verlof een oplossing?
  • 76. Problemen uit jurisprudentie 2 • Het zomaar kopiëren (integraal) van een harde schijf lijkt te worden afgestraft, terwijl dit juist nodig is om ook gewiste en verborgen bestanden zeker te stellen. Een oplossing zou kunnen zijn: • In het proces-verbaal goed verwijzen naar hetgeen volgens het verlof in beslag mag worden vernomen en aangeven dat het beslag zal worden beperkt tot die bestanden en dat wordt aangegeven hoe en waar de selectie zal plaatsvinden of heeft plaatsgevonden.
  • 77. Verkoop van een PC met data • Beslag op computer • Indien bij een executoriaal beslag op de roerende zaken computers en laptops in beslag worden (en eventueel direct al in bewaring worden genomen) is het belangrijk om zorgvuldig met deze gegevensdragers en de gegevens om te gaan. • Bij een bewijsbeslag is het duidelijk dat de eisende/verzoekende partij en deurwaarder geen inzage heeft en mag hebben wat er aan gegevens vastgelegd is. Bij een executoriaal beslag zijn de vastgelegde gegevens in principe niet van belang, maar gaat het om de waarde die de roerende zaken vertegenwoordigen. Wat te doen indien het tot een executoriale verkoop komt? • De computer/laptop is voorzien van software en de eigenaar beschikt over de licenties. Er staat informatie op de computer/ laptop die alleen bestemd is voor de debiteur. • Moet er een volledige kopie (image) van de computer worden gemaakt voor de debiteur? Moet de harde schijf worden gewist?
  • 78. Beslag onder notariskantoor • Wie heeft gelden onder zich versus wie verplichtingen heeft • Prive-personen, maatschappen, NV die houder rekening zijn? • Het achterhaalde art 19 GDW • 1. De gerechtsdeurwaarder is verplicht bij een ingevolge de Wet toezicht kredietwezen 1992 ingeschreven kredietinstelling een of meer bijzondere rekeningen aan te houden op zijn naam met vermelding van zijn hoedanigheid, die uitsluitend bestemd zijn voor gelden, die hij in verband met zijn werkzaamheden als zodanig ten behoeve van derden onder zich neemt. • 2. De gerechtsdeurwaarder is bij uitsluiting bevoegd…
  • 79. Beslagvrije Voet Wijzigingen per 1 januari 2012 (WWB)
  • 80. Artikel 475d lid 5 • ziektekosten: De beslagvrije voet wordt verhoogd met: a. de premie van een door de schuldenaar gesloten ziektekostenverzekering, verminderd met de normpremie, bedoeld in artikel 2 van de Wet op de zorgtoeslag, voor zover reeds begrepen in de bijstandsnorm zoals die voor de schuldenaar geldt ingevolge het eerste, tweede en vierde lid, en met de krachtens die wet ontvangen zorgtoeslag, telkens wanneer deze premie vervalt terwijl het beslag ligt;
  • 81. Voorbeeld verhoging i.v.m. ziektekosten • Beslagvrije voet volgens art. 475d lid 1 (tabel) alleenstaande € 815,90 Die BVV wordt verhoogd met : + de verschuldigde premie ziektekostenverzekering (b.v.) € 100,- -/- normpremie € 43,- -/- ontvangen zorgtoeslag € 34,- per saldo bedraagt de verhoging dus € 23,-- zodat de nieuwe beslagvrije voet wordt: € 838,90
  • 82. Artikel 475d lid 5 -II • woonkosten: De beslagvrije voet wordt verhoogd met: b. de voor rekening van de schuldenaar komende woonkosten verminderd met ontvangen huurtoeslag of woonkostentoeslag, voor zover de woonkosten, na deze vermindering, meer bedragen dan het bedrag, genoemd in artikel 17, tweede lid, van de Wet op de huurtoeslag, met dien verstande dat de verhoging van de beslagvrije voet niet meer bedraagt dan het huurtoeslagbedrag waarop de schuldenaar, uitgaande van de laagste inkomenscategorie, krachtens artikel 21 van de Wet op de huurtoeslag ten hoogste aanspraak heeft.
  • 83. Maximale verhoging ivm woonkosten ex artikel 475d lid 5 sub b (norm 01-01-2012) • een, twee of meer persoonshuishouden jonger dan 23 jaar 149,42 • eenpersoonhuishouden van 23 tot 65 jaar 333,85 • eenpersoonhuishouden van 65 jaar en ouder 335,67 • tweepersoonshuishouden van 23 tot 65 jaar 266,41 • in geval van aangepaste woning 333,85 • tweepersoonshuishouden waarbij 1 persoon ouder dan 65 jaar is en aandeel van de persoon van 65 jaar of ouder in het inkomen 50% of groter is 337,48 • meerpersoonshuishouden van 23 tot 65 jaar 294,25 • in geval van aangepaste woning 343,13 • meerpersoonshuishouden waarbij ten minste 1 persoon 65 jaar of ouder is en aandeel van de personen van 65 jaar of ouder in het inkomen 50% of groter is 346,76 • in geval van een of meer personen met handicap: • eenpersoonhuishouden jonger dan 23 jaar 333,85 • tweepersoonshuishouden waarbij persoon met 266,41 handicap jonger dan 23 jaar is  • in geval van aangepaste woning 333,85 • meerpersoonshuishouden waarbij persoon met 294,25 handicap jonger dan 23 jaar is
  • 84. Voorbeeld verhoging i.v.m. woonkosten - huurwoning • Beslagvrije voet volgens art. 475d lid 1 (tabel) alleenstaande € 815,90 • Die BVV wordt verhoogd met : + Huur (b.v.) € 458,50 -/- normhuur (17 lid 2 wet huurtoeslag) € 194,33 -/- ontvangen huurtoeslag € 10,- per saldo bedraagt de verhoging dus € 254,17 • zodat de nieuwe beslagvrije voet wordt: € 1070,07 De verhoging blijft onder de maximale verhoging voor een alleenstaande van € 333,85
  • 85. Voorbeeld verhoging i.v.m. woonkosten - koopwoning • Beslagvrije voet volgens art. 475d lid 1 (tabel) alleenstaande € 815,90 • Die BVV wordt verhoogd met : + Rente € 500,00 -/- normhuur (17 lid 2 wet huurtoeslag) € 194,33 -/- renteaftrek (teruggave) € 210,00 • per saldo bedraagt de verhoging dus € 95,67 • zodat de nieuwe beslagvrije voet wordt: € 911,57 De verhoging blijft onder de maximale verhoging voor een alleenstaande van € 333,85
  • 86. Nieuwe WWB 2 • d. kind: het in Nederland woonachtige eigen kind of stiefkind of, voor de toepassing van de artikelen 9, 25, eerste lid, 26 en 30, tweede lid, het in Nederland woonachtige pleegkind, of, voor zover het een meerderjarig kind betreft, de echtgenoot van het eigen kind of stiefkind; • e. ten laste komend kind: het kind jonger dan 18 jaar voor wie aan de alleenstaande ouder of de gehuwde op grond van artikel 18 van de Algemene Kinderbijslagwet kinderbijslag wordt betaald, zal worden betaald of zou worden betaald indien artikel 7, tweede lid, van die wet niet van toepassing zou zijn.
  • 87. Nieuwe WWB 3 • 2. In deze wet en de daarop berustende bepalingen wordt onder meerderjarig kind niet verstaan het kind wiens in aanmerking te nemen inkomen niet meer bedraagt dan € 1023,42 per maand, en dat: • a. uit ’s Rijks kas bekostigd onderwijs volgt; • b. aanspraak kan maken op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000; of • c. voor een tegemoetkoming op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten in aanmerking komt.
  • 88. Artikel 475d nieuw 1 • 1. De beslagvrije voet bedraagt • a. voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt als: • 1°. een alleenstaande als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a, van de Wet werk en bijstand, die jonger is dan 21 jaar: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 20, eerste lid, onderdeel a, van de Wet werk en bijstand. • 2°. een alleenstaande ouder als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel b, van de Wet werk en bijstand, die jonger is dan 21 jaar: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 20, tweede lid, onderdeel a, van de Wet werk en bijstand;
  • 89. Artikel 475d nieuw 2 • b. voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt als een alleenstaande en een alleenstaande ouder als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel a en b, van de Wet werk en bijstand die 21 jaar of ouder, doch jonger dan 65 jaar zijn: • 1°. indien het periodieke inkomen bij de beslaglegger bekend is: 90 procent van dat inkomen inclusief de vakantie-aanspraak, doch ten minste 90 procent van de norm, genoemd in artikel 20, eerste lid, onderdeel b, en het tweede lid, onderdeel b, van de Wet werk en bijstand en ten hoogste 90 procent van die norm nadat deze eerst is verhoogd met het bedrag genoemd in artikel 25, tweede lid, van die wet; • 2°. indien het periodieke inkomen niet bij de beslaglegger bekend is: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 20, eerste lid, onderdeel b, en het tweede lid, onderdeel b, van de Wet werk en bijstand; • c. een alleenstaande van 65 jaar of ouder en een alleenstaande ouder van 65 jaar of ouder: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 22, onderdeel a en b, van die wet.
  • 90. Artikel 475d nieuw 3 • 2. De beslagvrije voet bedraagt: • a. voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt als behorend tot een gezin als bedoeld in artikel 4, eerste lid, onderdeel c, van Wet werk en bijstand waarvan alle meerderjarige gezinsleden 18 jaar of ouder zijn doch jonger dan 65 jaar: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, eerste lid, van die wet.
  • 91. Artikel 475d nieuw 4 • b. in afwijking van het bepaalde onder a voor schuldenaren die kunnen worden aangemerkt als behorende tot: • 1°. een gezin dat bestaat uit twee meerderjarige personen van 18 tot en met 20 jaar en waarbij er geen ten laste komende kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel a, onder 1, van de Wet werk en bijstand; • 2°. een gezin dat uit twee meerderjarige personen bestaat, waarvan een persoon 18, 19 of 20 jaar is en waarvan de andere persoon 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar is en waarbij er geen ten laste komende kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel b, onder 1, van de Wet werk en bijstand; • 3°. een gezin dat bestaat uit twee meerderjarige personen van 18, 19 of 20 jaar en waarbij er een of meer ten laste komende kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel a, onder 2, van de Wet werk en bijstand;
  • 92. Artikel 475d nieuw 5 • 4°. een gezin dat uit twee meerderjarige personen bestaat, waarvan een persoon 18, 19 of 20 jaar is en waarvan de andere persoon 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar is en waarbij er ten laste komende kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel b, onder 2, van de Wet werk en bijstand; • 5°. een gezin dat uit drie meerderjarige personen bestaat, waarvan twee personen, 18, 19 of 20 jaar zijn en waarvan een persoon 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar is en er geen ten laste komende kinderen tot het gezin behoren: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 21, tweede lid, onderdeel c, van de Wet werk en bijstand; • c. voor schuldenaren die behoren tot een gezin waarvan een of meer gezinsleden 65 jaar of ouder zijn: 90 procent van de norm, genoemd in artikel 22, onderdeel c, van de Wet werk en bijstand.
  • 93. Artikel 475d nieuw 6 • 3. Voor zover het een gezin betreft, wordt de beslagvrije voet voor ten hoogste de helft verminderd met het eigen, niet onder beslag liggende periodieke inkomen inclusief vakantie-aanspraak van de meerderjarige gezinsleden aan wie de bijstand samen met de schuldenaar zou kunnen toekomen.
  • 94. Groepen gezin o.g.v. artikel 475d nieuw lid 2 Gezin a alle meerderjarige gezinsleden 21 tot 65 1313.85 gezin van 2 meerderjarige personen waarbij b1 beide meerderjarige gezinsleden jonger dan 21 454 b2 een meerderjarig gezinslid jonger dan 21 ander jonger dan 65 883.93 b3 beide meerderjarige gezinsleden jonger dan 21 met kind(eren) 716.77 b4 een meerderjarig gezinslid jonger dan 21 ander jonger dan 65 met kind(eren) 1146.70 gezin van 3 meerderjarige personen waarbij b5 2 meerderjarige gezinsleden jonger dan 21 ander jonger dan 65 1110.93 c gezin waarbij een of meer meerderjarige gezinsleden ouder 65 1388.16
  • 95. Artikel 475g opnieuw bezien • 1. Een schuldenaar is verplicht aan een deurwaarder die gerechtigd is tegen hem beslag te leggen, desgevraagd zijn bronnen van inkomsten op te geven. Een deurwaarder die beslag heeft gelegd, is verplicht hem op te geven hoeveel zijn beslagvrije voet bedraagt, berekend volgens artikel 475d, eerste lid. • 2. Zo lang als de schuldenaar desgevraagd niet aan de beslaglegger of diens vertegenwoordiger opgeeft of en hoeveel inkomen toekomt aan degene aan wie samen met hem gezinsbijstand zou kunnen toekomen, wordt de beslagvrije voet gehalveerd.
  • 96. Artikel 475g opnieuw bezien - II • Mag voor het correct vaststellen van de beslagvrije voet een adres-GBA worden genomen om te kijken of er meerdere volwassenen staan ingeschreven op het adres van de debiteur?   • Is vaststellen van de BVV ambtshandeling ? • Autorisatiebesluit voorziet daar niet in.
  • 97. Voorbeelden wijzigingen • Voorbeeld 1: Moeder met een kind van 16 en een kind van 18 jaar die studeert (totaal inkomen lager dan 1023,42) - was: norm alleenstaande ouder - wordt: norm alleenstaande ouder (verandert niet) • Voorbeeld 2: Moeder met een kind van 16 en een kind van 18 jaar die werkt - was: norm alleenstaande ouder - wordt: gezinsnorm dus: als beslag ligt t.l.v. moeder: nu de gezinsnorm, verminderd (tot de helft) met inkomsten zoon !!
  • 98. Voorbeelden wijzigingen 2 • Voorbeeld 3: Moeder met een kind van 18 en een kind van 20 die allebei studeren (totaal inkomen per kind lager dan 1023,42) - was: norm alleenstaande - wordt: norm alleenstaande • Voorbeeld 4: Moeder met een kind van 18 en een kind van 20. De jongste studeert, de oudste werkt. - was: norm alleenstaande - wordt: gezinsnorm dus: als beslag ligt t.l.v. moeder: nu de gezinsnorm, verminderd (tot de helft) met inkomsten zoon !!
  • 99. Cessie en beslag • HOGE RAAD 10 januari 1992, NJ 1992/744: • De regel komt erop neer dat een overdracht of verpanding bij voorbaat niet kan worden doorkruist door latere beslagen van individuele schuldeisers, doch slechts door het algemene faillissementsbeslag • Andersom: cessie ná beslag: debiteur onbevoegd!
  • 100. Samenloop conservatoir en executoriaal beslag • LJN: BI9961, Rechtbank Amsterdam , 428795 / KG ZA 09-1136 AD/MV (Manderen/Stadgenoot) • … De gemeente Amsterdam geldt hier dan ook als een beslaglegger in de zin van artikel 478 lid 1 Rv, waarvoor de deurwaarder de volledige beslagen vordering van Manderen op de notaris mede dient te innen, nu niet vaststaat dat deze beslagen vordering voldoende is voor de voldoening van het restant van de vordering van Stadgenoot èn de vordering van de gemeente Amsterdam. Vervolgens dient de deurwaarder de opbrengst ingevolge artikel 480 lid 2 Rv in bewaring te stellen, nu de gemeente Amsterdam tevens geldt als een schuldeiser die op het goed (de vordering van Manderen op de notaris) beslag heeft gelegd in de zin van artikel 480 Rv. Tenslotte kan dan de meest gerede partij om de benoeming van een rechter- commissaris verzoeken overeenkomstig artikel 481 lid 1 Rv, te wiens overstaan de verdeling zal plaatsvinden ….
  • 101. Verrekening na derdenbeslag • Art. 6: 130 lid 1 en 2 B.W.: “Is op een vordering beslag gelegd, dan is de schuldenaar bevoegd ondanks het beslag ook een tegenvordering op de oorspronkelijke schuldeiser in verrekening te brengen, mits: 1. deze tegenvordering uit dezelfde rechtsverhouding als de beslagen vordering voortvloeit of 2. reeds voor het beslag opeisbaar is geworden.”
  • 102. Rb. Maastricht 25-8-1994, V-N 1994, 2838. • Art. 19 Invorderingswet 1990 doorkruist het systeem van art. 478 Rv. De derde hoeft slechts niet te voldoen aan de in de eerste volzin van het vijfde lid opgelegde betalingsverplichting, indien onder hem beslag is gelegd of indien verzet is gedaan ten behoeve van een schuldeiser die hoger bevoorrecht is dan de fiscus.” Tenzij die uitzondering zich voordoet, moet de derde dus altijd aan de ontvanger afdragen. Doorgaans zal de fiscus natuurlijk preferent zijn…
  • 103. De Verklaring • het formulier in tweevoud • de toelichting • andere verklaringen accepteren ? • beslagvrije voet in exploot of verklaring ?
  • 104. Het tijdstip van verklaren • Art. 476a Rv. bepaalt nadrukkelijk: "zodra vier weken zijn verstreken na het leggen van het beslag." • geen fatale termijn ! • voorwaardelijke ingebrekestelling in exploot ? neen, er moet uitdrukkelijk ingebreke worden gesteld, nadat de termijn is verstreken • Rb. Assen 27-10-1992, NJ 1993, 356 • Rb. Rotterdam 22-6-1995, NJ 1996, 313
  • 105. Problemen omtrent de verklaring • De derde doet in het geheel geen verklaring • De derde verklaart wel, maar de beslaglegger betwist de verklaring • De derde verklaart en de beslaglegger is accoord, maar de derde draagt niet af. PS: verklaring na conservatoir beslag
  • 106. De derde doet in het geheel geen verklaring (art. 477a lid 1 Rv.) • gevorderd kan (en dient te) worden om de derde te veroordelen tot betaling van het tot dat moment verschuldigde (dus inclusief de beslag- en executiekosten!) alsof de derde zelf schuldenaar van de beslaglegger was. • gerechtelijke verklaring mogelijk. de derde zal wel de proceskosten te betalen krijgen; die zijn immers nodeloos veroorzaakt
  • 107. De derde verklaart wel, maar de beslaglegger betwist de verklaring (art. 477a lid 2 Rv.) • vervaltermijn van twee maanden (maar: HR 21-1-2005, RvdW 2005, 17) • ongelijk: betaling van de proceskosten. De derde kan - voor alle weren- vorderen dat de beslaglegger terzake van die proceskosten zekerheid stelt. • In art. 477a lid 3: doorzendplicht.
  • 108. De derde verklaart en de beslaglegger is accoord, maar de derde draagt niet af (art. 477a lid 4 Rv.) • vorderen dat de derde de verplichting alsnog nakomt, m.a.w. "afdracht aan de deurwaarder" en niet betaling van het verschuldigde • voorwaardelijk vorderen dat de derde wordt veroordeeld tot schadevergoeding, te betalen aan de beslaglegger
  • 109. De bevoegde rechter • Art. 477a lid 5 Rv.:"Tot kennisneming van de in dit artikel bedoelde vorderingen is de rechtbank bevoegd. Indien de executant bij zijn dagvaarding het beslag slechts vervolgt op vorderingen, waarvan de berechting ongeacht hun beloop of naar hun gezamenlijk beloop tot de bevoegdheid van de kantonrechter behoort, is slechts de kantonrechter bevoegd.“ • (zie ook: Rb. Rotterdam 17 september 1998, Prg. 1999, 5095).
  • 110. AGC Gerechtsdeurwaarders & Incasso Leuvenlaan 59 6229 GX Maastricht Carlo Eussen 06 - 10 16 79 40 c.eussen@agc-incasso.nl twitter.com/ceussen Presentatie nogmaals bekijken? Contact http://slideshare.net/ceussen/