SlideShare ist ein Scribd-Unternehmen logo
1 von 51
De veranderlijke zon
Actieve gebieden; de dynamo; Grote
Episoden en de overgangen ertussen


                              C. de Jager
Een bol van 1,4 miljoen km diameter;
  200 000 maal de aardmassa
Zeer stabiele lichtbron
Maar helderheid neemt langzaam
 toe: 0,15 % per miljoen jaren
Zonnestraling neemt gestaag toe

• Slechts 0,15% per miljoen jaren
• Maar zo ontvangt de aarde wel steeds meer
    stralingsenergie en wordt ze gestaag warmer
•   Na 300 miljoen jaren is de gemiddelde
    aardtemperatuur ca. 50 graden Celsius
•   En na 600 miljoen jaar is dat 100 graden
•   Over 5 miljard jaar straalt de zon duizend maal
    feller dan nu het geval is
En over 6 miljard jaar: witte
dwerg in ‘planetaire nevel’
Maar op korte termijn sterke
      veranderingen
      Actieve gebieden met
 zonnevlekken, vlammen, coronale
   massa emissies en meer …
Zeer kortdurende veranderingen. De
zonnevlekken. Sterk geconcentreerde
          magneetvelden
Meest in paren of grotere
           groepen
• Magneetvelden met sterkten van de orde
  van 10.000 maal dat van de aardpolen
• Tegengestelde magnetische polariteit van
  de leden van een groep
• Leven uren tot dagen, soms weken en
  sporadisch nog langer
• Komen voor in het equatoriale gebied
  onder breedten van ca. 40o
hoefijzermagneten

• Vlekken rijzen op uit de diepte – daar
  worden ze gevormd. Hoe?
• Hun structuur is te vergelijken met die van
  een hoefijzermagneet
• Magnetisch veld is gesloten. Het zet zich
  boven het zonsoppervlak voort (daar
  meestal onzichtbaar; ijl gas)
• (een magnetisch veld is altijd gesloten)
Vlekken zijn de kernen van de Actieve
                 Gebieden
Fakkelvelden in Actieve Gebieden

• Fakkels zijn de heldere gebieden om
  vlekken die met de oprijzende
  magneetvelden meegesleurd worden
• Zwakkere magneetvelden, enkele
  honderden Gauss
• Hogere temperatuur dan omgeving. Ca.
  10.000 K
• Dus variabele bronnen van UV straling
In actief gebied: zonnevlammen. Gemiddeld 1 – 10 per
dag. Energie-uitstraling ca. miljard Hirosjima bommen
Nabij en in Actieve Gebieden de Coronale Massa
      Emissies. Uitgestraald over breed gebied
Ongeveer 1 – 6 per dag; per CME
evenveel       energie als 1010 Hirosjima
bommen
Een Actief Gebied nabij de zonsrand. Lussen voeren
elektrische stromen met sterkten tot 1012 Ampères.
Lussen bijeen gehouden door magnetische velden
Zonnevlam is een kortsluiting

• Stroombogen met stroomsterkten tot 10 12
  Ampères in Actieve Gebieden
• Soms naderen twee bogen elkaar
• Gevolg is toenemende en steeds snellere
  aantrekking
• Ten slotte een gigantische kortsluiting
Een tweede magnetische gebied ligt om de polen.
Heldere vlekken, polaire fakkels, coronale gaten.
           Afbeelding is van boven een pool gezien
Polaire en equatoriale magnetische
             velden
• Totale magnetische fluxen polair en
  equatoriaal zijn ongeveer vergelijkbaar
• Polaire velden hebben maximale sterkten
  tijdens minima van het equatoriale veld
• En omgekeerd: maximaal equatoriaal veld
  tijdens minimale polaire magnetische flux
• De exotische dans van de twee velden
Veranderingen met de tijd
   De 11 jaarlijkse periode
    Andere periodiciteiten
De ‘elfjaarlijkse´ vlekkenkromme
De elfjaarlijkse Schwabe cyclus is veranderlijk. Zie
het Grote Minimum (1630-1710) het Dalton
minimum (1800 -1830) en het Grote Maximum
(1924-2008)
Er zijn meer cycli
• Na twee Schwabe cycli is de magnetische
    configuratie weer dezelfde. De Hale cyclus
    bestaat uit twee opvolgende Schwabe cycli
•   De Gleissberg cyclus duurt ca. 88 jaar maar de
    periode verandert met de tijd: gedurende enkele
    eeuwen was deze 50 tot 80 jaar, gedurende
    andere eeuwen 90 -140 jaar
•   De De Vries (Suess) cyclus van 205 jaar
•   De Hallstatt cyclus van ongeveer 2300 jaar
De zonnedynamo
De exotische dans van de polaire
 en equatoriale magneetvelden
Vlinderdiagram
Eerste vlekken van nieuwe cyclus op hoge
                breedten
Polaire activiteit vóór de equatoriale
Kennis van het polaire veld maakt voorspelling mogelijk
Zo voorspellen we voor 2013
een maximum vlekgetal van 62
Het mechanisme
Zonsactiviteit is gezeteld in de
          tachoklijn
De tachoklijn
• Laag met dikte van ca. 30 000 km op diepte van
    ca. 200 000 km; dit is het gebied waar de
    convectie begint – op- en neerdalende
    bewegingen
•   Hierdoor ontstaan enorme wervels
•   Het zonnegas is op die diepte geïoniseerd
    (bestaat uit elektrisch geladen deeltjes. Dit geeft
    sterke elektrische wervelstromen
•   De magneetvelden die zo ontstaan worden
    geleidelijk versterkt door differentiële rotatie
Differentiële rotatie versterkt de
magneetvelden. Dit gebeurt in vele rotaties.
Sterke velden hebben kleiner soortelijk
gewicht. Delen ervan kunnen oprijzen.
Breken los als veld groter dan ~ 80.000 Gauss.
Na enkele maanden aan oppervlak – vlekkenpaar.
Aan het eind van Schwabe cyclus:

• Het equatoriale (toroïdale) veld breekt uiteen in
    vele kleinere lussen met geringer veldsterkte
•   Stijgen langzaam op wegens kleinere
    opstijgende krachten
•   Door de Coriolis kracht draaien ze ongeveer 90 o
•   Zo ontstaat aan de polen het polaire (poloïdale)
    veld, terwijl het equatoriale veld naar zijn
    minimum gaat – de Schwabe cyclus is voltooid
‘Proxies’ voor de twee velden
  Het magnetisme wordt pas gedurende
   niet langer dan een eeuw gemeten.
   Substituut daarvoor zijn de ‘proxies’
           voor de twee velden
1. Vlekgetal is een proxy voor de toroidale
veldsterkte. Zie de enorme variatie met de tijd
2. Minimale sterkte van de geomagnetische
aa index is maat voor het poloidale veld
3. Kosmogenische radionucleiden zijn maat voor
de hoeveelheid uitgestraald zonnemagnetisme.
Zie de Grote Minima
Extreme gevallen: De twee Grote Maxima (van de
20e eeuw en van 110 eeuwen geleden)
Recente overgangen tussen
Episodes vonden plaats in:
• 1730 – ‘40: overgang van Groot Minimum
    (Maunder) naar Regelmatige Oscillaties
•   1923: van Regelmatige Oscillaties naar Groot
    Maximum
•   2009: overgang van Groot Maximum naar een
    andere Grote Episode
•   Dit weten we door bestudering van het Fase
    Diagram
Het fasediagram


 Een grafiek waarin we de sterkte van het
equatoriale veld uitzetten tegen die van het
polaire. Hulpmiddel bij het overzien van de
   overgangen tussen Grote Episodes
Overgangen tussen Grote
       Episodes
    Zijn ze te voorspellen?
Het fasediagram. In (bij) het Transitie
Punt overgangen tussen Episodes
Wat het fase diagram toont:

• Er komt nieuwe Grote Episode
• Regelmatige Oscillaties of Groot
  Minimum?
• Onlangs gevonden: Grote Minima komen
  alleen voor wanneer Hallstratt oscillatie
  minimum is.
• Hallstatt was minimaal tussen jaren 910
  en 1930 – is nu weer positief
Twee voorspellingen

• Op grond Van het fasediagram verwachten wij
    (S. Duhau en CdeJ, 2011):
•   de komst van Regelmatige Oscillaties zoals
    tussen 1740 en 1924
•   En op grond van het polaire veld in de
    overgangsperiode verwachten wij (SD+CdJ,
    2009) voor de nu lopende Schwabe cyclus
•   een laag zonnevlekken maximum in 2013,5: 62
    ± 12
Vergelijk deze verwachting met vorige cycli; dit lijkt
op het Dalton minimum (rond 1810)
Dus : start de nieuwe Grote
  Episode met een Dalton-type
            minimum?

Nog even wachten: dat weten we pas aan
het eind van de tegenwoordige Schwabe
           cyclus (ca. 2018)
Ten slotte:
   Wonderlijk gedrag van de
zonnedynamo tijdens en voor de
   recente Grote Overgang
De zonnevlekken gordel schuift
langzaam naar de evenaar
Magnetisch veld van vlekken
wordt zwakker
Een lang uitgerekt minimum sinds ca. 2005 (vgl.
1982 met 2002). Rood: vlekken; roze: polair veld
Een fascinerende periode
 Men zegt wel: de tachoklijn is in
     beginsel chaotisch en
  onvoorspelbaar. Is dat zo?
De toekomst zal het leren !

Weitere ähnliche Inhalte

Was ist angesagt? (20)

10 zandkorrels
10 zandkorrels10 zandkorrels
10 zandkorrels
 
3 ontstaan-planetenstelsel
3 ontstaan-planetenstelsel3 ontstaan-planetenstelsel
3 ontstaan-planetenstelsel
 
zon en klimaat 2014
zon en klimaat 2014zon en klimaat 2014
zon en klimaat 2014
 
10 3-eerste sterren
10 3-eerste sterren10 3-eerste sterren
10 3-eerste sterren
 
8 planetaire-nevels
8 planetaire-nevels8 planetaire-nevels
8 planetaire-nevels
 
10 1-oerknal
10 1-oerknal10 1-oerknal
10 1-oerknal
 
3 hemelstenen-op-nederland
3 hemelstenen-op-nederland3 hemelstenen-op-nederland
3 hemelstenen-op-nederland
 
8 hete reuzenplaneten
8 hete reuzenplaneten8 hete reuzenplaneten
8 hete reuzenplaneten
 
3 ontstaan-maan-aarde
3 ontstaan-maan-aarde3 ontstaan-maan-aarde
3 ontstaan-maan-aarde
 
4 mars-geschiedenis
4 mars-geschiedenis4 mars-geschiedenis
4 mars-geschiedenis
 
10 oerknal
10 oerknal10 oerknal
10 oerknal
 
2 sterren-zandkorrels
2 sterren-zandkorrels2 sterren-zandkorrels
2 sterren-zandkorrels
 
Water ijs
Water ijsWater ijs
Water ijs
 
Mira sterren
Mira sterrenMira sterren
Mira sterren
 
10 2-eerste-melkwegstelsels
10 2-eerste-melkwegstelsels10 2-eerste-melkwegstelsels
10 2-eerste-melkwegstelsels
 
8 krab
8 krab8 krab
8 krab
 
11 ruimteonderzoek
11 ruimteonderzoek11 ruimteonderzoek
11 ruimteonderzoek
 
8 supernova-1006
8 supernova-10068 supernova-1006
8 supernova-1006
 
Venus
VenusVenus
Venus
 
3 kometen
3 kometen3 kometen
3 kometen
 

Andere mochten auch

Andere mochten auch (19)

willibrord
willibrordwillibrord
willibrord
 
Mercurius
MercuriusMercurius
Mercurius
 
Eerste sterren in het heelal
Eerste sterren in het heelalEerste sterren in het heelal
Eerste sterren in het heelal
 
Diamantster
DiamantsterDiamantster
Diamantster
 
Ijsdwerg
IjsdwergIjsdwerg
Ijsdwerg
 
2 vernieuwde-sterrenwacht
2 vernieuwde-sterrenwacht2 vernieuwde-sterrenwacht
2 vernieuwde-sterrenwacht
 
Botsende stelsels
Botsende stelselsBotsende stelsels
Botsende stelsels
 
10 snelle-neutrinos
10 snelle-neutrinos10 snelle-neutrinos
10 snelle-neutrinos
 
Heliosfeer en de Locale Leegte
Heliosfeer en de Locale LeegteHeliosfeer en de Locale Leegte
Heliosfeer en de Locale Leegte
 
10 4-evolutie-melkwegstelsels
10 4-evolutie-melkwegstelsels10 4-evolutie-melkwegstelsels
10 4-evolutie-melkwegstelsels
 
Geschiedenis van Texel
Geschiedenis van TexelGeschiedenis van Texel
Geschiedenis van Texel
 
11 geschiedenis-utrecht
11 geschiedenis-utrecht11 geschiedenis-utrecht
11 geschiedenis-utrecht
 
Evolutie van melkwegstelsels
Evolutie van melkwegstelselsEvolutie van melkwegstelsels
Evolutie van melkwegstelsels
 
Superclusters
SuperclustersSuperclusters
Superclusters
 
Ontstaan planeten
Ontstaan planetenOntstaan planeten
Ontstaan planeten
 
oerknal
oerknaloerknal
oerknal
 
10 het eerste licht
10 het eerste licht10 het eerste licht
10 het eerste licht
 
solar activity and climate
solar activity and climatesolar activity and climate
solar activity and climate
 
Reis van de zon door melkwegstelsel
Reis van de zon door melkwegstelselReis van de zon door melkwegstelsel
Reis van de zon door melkwegstelsel
 

Ähnlich wie 6 actieve zon (9)

Mysteries in ons heelal
Mysteries in ons heelalMysteries in ons heelal
Mysteries in ons heelal
 
Exoplaneten
ExoplanetenExoplaneten
Exoplaneten
 
Het raadsel van de eerste sterren...
Het raadsel van de eerste sterren...Het raadsel van de eerste sterren...
Het raadsel van de eerste sterren...
 
Maurits Dorlandt - De Zon
Maurits Dorlandt - De ZonMaurits Dorlandt - De Zon
Maurits Dorlandt - De Zon
 
Sterrenkunde Teacher Training 2e sessie
Sterrenkunde Teacher Training 2e sessieSterrenkunde Teacher Training 2e sessie
Sterrenkunde Teacher Training 2e sessie
 
RS 2006 Ontstaan vh Zonnestelsel dl 1
RS 2006 Ontstaan vh Zonnestelsel dl 1RS 2006 Ontstaan vh Zonnestelsel dl 1
RS 2006 Ontstaan vh Zonnestelsel dl 1
 
Hoe oud is het heelal?
Hoe oud is het heelal?Hoe oud is het heelal?
Hoe oud is het heelal?
 
Wesley
WesleyWesley
Wesley
 
5 ijsdwerg
5 ijsdwerg5 ijsdwerg
5 ijsdwerg
 

Mehr von Kees De Jager

Mehr von Kees De Jager (6)

Heelal
HeelalHeelal
Heelal
 
Heelal
HeelalHeelal
Heelal
 
Gesch texel
Gesch texelGesch texel
Gesch texel
 
Mira sterren
Mira sterrenMira sterren
Mira sterren
 
3 komeetbezoek
3 komeetbezoek3 komeetbezoek
3 komeetbezoek
 
10 wonderful-universe
10 wonderful-universe10 wonderful-universe
10 wonderful-universe
 

6 actieve zon

  • 1. De veranderlijke zon Actieve gebieden; de dynamo; Grote Episoden en de overgangen ertussen C. de Jager
  • 2. Een bol van 1,4 miljoen km diameter; 200 000 maal de aardmassa
  • 3. Zeer stabiele lichtbron Maar helderheid neemt langzaam toe: 0,15 % per miljoen jaren
  • 4. Zonnestraling neemt gestaag toe • Slechts 0,15% per miljoen jaren • Maar zo ontvangt de aarde wel steeds meer stralingsenergie en wordt ze gestaag warmer • Na 300 miljoen jaren is de gemiddelde aardtemperatuur ca. 50 graden Celsius • En na 600 miljoen jaar is dat 100 graden • Over 5 miljard jaar straalt de zon duizend maal feller dan nu het geval is
  • 5. En over 6 miljard jaar: witte dwerg in ‘planetaire nevel’
  • 6. Maar op korte termijn sterke veranderingen Actieve gebieden met zonnevlekken, vlammen, coronale massa emissies en meer …
  • 7. Zeer kortdurende veranderingen. De zonnevlekken. Sterk geconcentreerde magneetvelden
  • 8. Meest in paren of grotere groepen • Magneetvelden met sterkten van de orde van 10.000 maal dat van de aardpolen • Tegengestelde magnetische polariteit van de leden van een groep • Leven uren tot dagen, soms weken en sporadisch nog langer • Komen voor in het equatoriale gebied onder breedten van ca. 40o
  • 9. hoefijzermagneten • Vlekken rijzen op uit de diepte – daar worden ze gevormd. Hoe? • Hun structuur is te vergelijken met die van een hoefijzermagneet • Magnetisch veld is gesloten. Het zet zich boven het zonsoppervlak voort (daar meestal onzichtbaar; ijl gas) • (een magnetisch veld is altijd gesloten)
  • 10. Vlekken zijn de kernen van de Actieve Gebieden
  • 11. Fakkelvelden in Actieve Gebieden • Fakkels zijn de heldere gebieden om vlekken die met de oprijzende magneetvelden meegesleurd worden • Zwakkere magneetvelden, enkele honderden Gauss • Hogere temperatuur dan omgeving. Ca. 10.000 K • Dus variabele bronnen van UV straling
  • 12. In actief gebied: zonnevlammen. Gemiddeld 1 – 10 per dag. Energie-uitstraling ca. miljard Hirosjima bommen
  • 13. Nabij en in Actieve Gebieden de Coronale Massa Emissies. Uitgestraald over breed gebied
  • 14. Ongeveer 1 – 6 per dag; per CME evenveel energie als 1010 Hirosjima bommen
  • 15. Een Actief Gebied nabij de zonsrand. Lussen voeren elektrische stromen met sterkten tot 1012 Ampères. Lussen bijeen gehouden door magnetische velden
  • 16. Zonnevlam is een kortsluiting • Stroombogen met stroomsterkten tot 10 12 Ampères in Actieve Gebieden • Soms naderen twee bogen elkaar • Gevolg is toenemende en steeds snellere aantrekking • Ten slotte een gigantische kortsluiting
  • 17. Een tweede magnetische gebied ligt om de polen. Heldere vlekken, polaire fakkels, coronale gaten. Afbeelding is van boven een pool gezien
  • 18. Polaire en equatoriale magnetische velden • Totale magnetische fluxen polair en equatoriaal zijn ongeveer vergelijkbaar • Polaire velden hebben maximale sterkten tijdens minima van het equatoriale veld • En omgekeerd: maximaal equatoriaal veld tijdens minimale polaire magnetische flux • De exotische dans van de twee velden
  • 19. Veranderingen met de tijd De 11 jaarlijkse periode Andere periodiciteiten
  • 21. De elfjaarlijkse Schwabe cyclus is veranderlijk. Zie het Grote Minimum (1630-1710) het Dalton minimum (1800 -1830) en het Grote Maximum (1924-2008)
  • 22. Er zijn meer cycli • Na twee Schwabe cycli is de magnetische configuratie weer dezelfde. De Hale cyclus bestaat uit twee opvolgende Schwabe cycli • De Gleissberg cyclus duurt ca. 88 jaar maar de periode verandert met de tijd: gedurende enkele eeuwen was deze 50 tot 80 jaar, gedurende andere eeuwen 90 -140 jaar • De De Vries (Suess) cyclus van 205 jaar • De Hallstatt cyclus van ongeveer 2300 jaar
  • 23. De zonnedynamo De exotische dans van de polaire en equatoriale magneetvelden
  • 24. Vlinderdiagram Eerste vlekken van nieuwe cyclus op hoge breedten
  • 25. Polaire activiteit vóór de equatoriale Kennis van het polaire veld maakt voorspelling mogelijk
  • 26. Zo voorspellen we voor 2013 een maximum vlekgetal van 62
  • 27. Het mechanisme Zonsactiviteit is gezeteld in de tachoklijn
  • 28. De tachoklijn • Laag met dikte van ca. 30 000 km op diepte van ca. 200 000 km; dit is het gebied waar de convectie begint – op- en neerdalende bewegingen • Hierdoor ontstaan enorme wervels • Het zonnegas is op die diepte geïoniseerd (bestaat uit elektrisch geladen deeltjes. Dit geeft sterke elektrische wervelstromen • De magneetvelden die zo ontstaan worden geleidelijk versterkt door differentiële rotatie
  • 29. Differentiële rotatie versterkt de magneetvelden. Dit gebeurt in vele rotaties.
  • 30. Sterke velden hebben kleiner soortelijk gewicht. Delen ervan kunnen oprijzen.
  • 31. Breken los als veld groter dan ~ 80.000 Gauss. Na enkele maanden aan oppervlak – vlekkenpaar.
  • 32. Aan het eind van Schwabe cyclus: • Het equatoriale (toroïdale) veld breekt uiteen in vele kleinere lussen met geringer veldsterkte • Stijgen langzaam op wegens kleinere opstijgende krachten • Door de Coriolis kracht draaien ze ongeveer 90 o • Zo ontstaat aan de polen het polaire (poloïdale) veld, terwijl het equatoriale veld naar zijn minimum gaat – de Schwabe cyclus is voltooid
  • 33. ‘Proxies’ voor de twee velden Het magnetisme wordt pas gedurende niet langer dan een eeuw gemeten. Substituut daarvoor zijn de ‘proxies’ voor de twee velden
  • 34. 1. Vlekgetal is een proxy voor de toroidale veldsterkte. Zie de enorme variatie met de tijd
  • 35. 2. Minimale sterkte van de geomagnetische aa index is maat voor het poloidale veld
  • 36. 3. Kosmogenische radionucleiden zijn maat voor de hoeveelheid uitgestraald zonnemagnetisme. Zie de Grote Minima
  • 37. Extreme gevallen: De twee Grote Maxima (van de 20e eeuw en van 110 eeuwen geleden)
  • 38. Recente overgangen tussen Episodes vonden plaats in: • 1730 – ‘40: overgang van Groot Minimum (Maunder) naar Regelmatige Oscillaties • 1923: van Regelmatige Oscillaties naar Groot Maximum • 2009: overgang van Groot Maximum naar een andere Grote Episode • Dit weten we door bestudering van het Fase Diagram
  • 39. Het fasediagram Een grafiek waarin we de sterkte van het equatoriale veld uitzetten tegen die van het polaire. Hulpmiddel bij het overzien van de overgangen tussen Grote Episodes
  • 40. Overgangen tussen Grote Episodes Zijn ze te voorspellen?
  • 41. Het fasediagram. In (bij) het Transitie Punt overgangen tussen Episodes
  • 42. Wat het fase diagram toont: • Er komt nieuwe Grote Episode • Regelmatige Oscillaties of Groot Minimum? • Onlangs gevonden: Grote Minima komen alleen voor wanneer Hallstratt oscillatie minimum is. • Hallstatt was minimaal tussen jaren 910 en 1930 – is nu weer positief
  • 43. Twee voorspellingen • Op grond Van het fasediagram verwachten wij (S. Duhau en CdeJ, 2011): • de komst van Regelmatige Oscillaties zoals tussen 1740 en 1924 • En op grond van het polaire veld in de overgangsperiode verwachten wij (SD+CdJ, 2009) voor de nu lopende Schwabe cyclus • een laag zonnevlekken maximum in 2013,5: 62 ± 12
  • 44. Vergelijk deze verwachting met vorige cycli; dit lijkt op het Dalton minimum (rond 1810)
  • 45. Dus : start de nieuwe Grote Episode met een Dalton-type minimum? Nog even wachten: dat weten we pas aan het eind van de tegenwoordige Schwabe cyclus (ca. 2018)
  • 46. Ten slotte: Wonderlijk gedrag van de zonnedynamo tijdens en voor de recente Grote Overgang
  • 47. De zonnevlekken gordel schuift langzaam naar de evenaar
  • 48. Magnetisch veld van vlekken wordt zwakker
  • 49. Een lang uitgerekt minimum sinds ca. 2005 (vgl. 1982 met 2002). Rood: vlekken; roze: polair veld
  • 50. Een fascinerende periode Men zegt wel: de tachoklijn is in beginsel chaotisch en onvoorspelbaar. Is dat zo?
  • 51. De toekomst zal het leren !