SlideShare ist ein Scribd-Unternehmen logo
1 von 40
Downloaden Sie, um offline zu lesen
Internationaal
het verhaal van
Elsa Paez Garcia
pagina
25
het verhaal van
Seynabou Dieng
pagina
6
het verhaal van
Ion Poia
pagina
30
het verhaal van
Angela Ciocirlan
pagina
33
het verhaal van
Sokhna Fall
pagina
9
het verhaal van
Niver Alegria
Florez
pagina
22
het verhaal van
Athit Kong
pagina
17
het verhaal van
Srun Sothy
pagina
14
5
Werken aan programma's die echt zorgen voor positieve
verandering in het leven van mensen, daar gaat het om bij
CNV Internationaal. In A World that works brengen journalist
Frank van Lierde en fotograaf Bas de Meijer in interviews
met werkenden uit vier continenten een aantal persoonlijke
verhalen achter de resultaten van het werk van
CNV Internationaal tot leven.
> Voorwoord
In de kern draait het internationale
vakbondswerk om hetzelfde, waar
je ook leeft en hoe verschillend de
omstandigheden ook zijn. Het gaat
om fatsoenlijk werk dat mensen in
staat stelt om in hun behoeften te
voorzien, zodat zij veilig en gezond
kunnen leven. Zodat zij hun kinderen
naar school kunnen sturen. Zodat zij
verzekerd zijn van een inkomen als ze
ziek worden of nadat ze met pensioen
gaan. Fatsoenlijk werk betekent dat
mensen rechtvaardig worden behan-
deld en dat hun rechten worden
gerespecteerd.
Ik ben er trots op dat we ons als
CNV niet alleen inzetten voor fatsoen-
lijk werk in Nederland, maar dat we
over onze grenzen kijken. Lees de
verhalen van Sokhna en Seynabou
uit Senegal van Srun en Athit uit
Cambodja, van Niver en Elsa uit
Colombia, en van Angela en Ion uit
Moldavië. Zij vertellen wat de impact
is in hun leven van de programma’s
die CNV Internationaal uitvoert
samen met lokale organisaties.
Wat betekent het om in zo’n fabriek
te werken. Waar worstelen zij mee?
Wat is er overgebleven van de
dromen die zij als kind hadden?
Wat betekent het vakbondswerk voor
hen? Waar vinden zij de inspiratie
om door te gaan?
Pieter de Vente
Voorzitter CNV Internationaal
Algemeen secretaris
CNV Vakcentrale
Vakbondswerk verandert
mensenlevens
6
> Projectland Senegal
Het verhaal van
Seynabou Dieng
Leeftijd: 42
Beroep: Visverwerkster
Kinderen: 4 zoons en
1 dochter
Vakbond: Coöperatie
aangesloten bij UDTS
Seynabou Dieng woont
in een kleine stad aan
de kust van Senegal.
Ze werkt in de visindustrie,
net als haar ouders en
grootouders dat deden.
Het is hard werken voor
weinig geld, zonder
contract, zonder werk-
zekerheid, zonder
sociale voorzieningen.
De angst
verdween uit
ons bestaan
ijn vader is overleden toen
Ik 7 jaar oud was. Als meisje
wilde ik graag vroedvrouw of
onderwijzeres worden, maar
toen ik 10 jaar was ben ik van school
gegaan. Ik ben getrouwd met een visser.
Twee van mijn zoons werken met mij in
de visverwerking, twee anderen werken
met mijn man op de boot. Mijn dochter
is getrouwd.”
Seynabou is lid van een coöperatie van
250 vrouwen en 50 mannen, allen werk-
zaam in de visverwerking in dezelfde
kustplaats. “Met hulp van de Union
Démocratique des Travailleurs du
Sénégal (UDTS) en onze coöperatie,
hebben we veel vooruitgang geboekt.
We kregen financiële steun en konden
materiaal kopen.”
“Ik heb grote veranderingen meege-
maakt in de visverwerkingindustrie.
Tegenwoordig hebben de leden van de
coöperatie brede tafels om de vis te
drogen. We hebben zelfs rookovens.
Toen ik jong was hadden we dat niet.
Mijn oudere zus en ik vertrokken iedere
ochtend met mijn moeder naar de zee.
We rookten de vis daar waar we die in-
kochten. Het rookproces was niet hygië-
nisch. Die tijden zijn gelukkig veranderd.”
“Toen we nog geld bij de bank moesten
lenen betaalden we een rente van 18%.
De bank sloot arme mensen uit en dat is
in al die jaren niet veranderd. Wie niets
had, kon niets lenen en dat gold voor
de meesten van ons. Als je wilde lenen,
moest je een garantie van een nog
grotere waarde bieden. Lenen bete-
kende leven in angst. Nee, een zelfstan-
dig bestaan leiden gaat in Senegal niet
via de bank. Dat gaat alleen als je een
groep vormt. Dat is Afrikaanse logica.
De geschiedenis van de één is de
geschiedenis van de ander.”
“Dankzij de UDTS kreeg de coöperatie
een eigen werkterrein en een coöpera-
M
De vakbond versterkt ons, houdt ons
wakker, biedt ons bescherming en helpt
ons in onze strijd tegen armoede
7
8
tief spaar- en kredietfonds dat we zelf
beheren. We betalen 3% rente, dat is
niet te vergelijken met die 18% bij de
bank. Het betekende dat we de bank
links konden laten liggen, dat de angst
verdween uit ons bestaan.”
“Nu kunnen we veel vis kopen en spul-
len aanschaffen: emmers, kommen,
kruiwagens, handschoenen, laarzen,
schoenen, droogrekken, grote wasbek-
kens in cement... Individueel kan nie-
mand van ons die spullen kopen. Maar
nu kunnen we er samen gebruik van
maken. We werken hygiënischer, pro-
duceren meer en van betere kwaliteit.
Vroeger werd er neergekeken op het
werk van vrouwen, tegenwoordig dragen
we een groot deel bij aan de familie-
inkomens en kijkt men anders naar ons.”
“De vakbond versterkt ons, houdt ons
wakker, biedt ons bescherming en helpt
ons in onze strijd tegen armoede. We
werken allemaal in de visverwerking dus
we zijn concurrenten. Maar we zijn ook
solidair met elkaar. Samen denken we
na over hoe we ons geld gaan gebruiken,
welke materialen we gaan kopen en
hoe we klanten gaan werven. We willen
rechtstreeks toegang tot de markt,
zonder tussenhandelaren. Dat is een
strijd die we samen met de vakbond
voeren. In de tussentijd maken we
onderling prijsafspraken en spreken
we met één stem. Dat beschermt ons
tegen tussenhandelaren die ons hun
veel te lage prijs willen opleggen.”
“Ik kan het me niet voorstellen maar als
ik een week lang niet hoefde te werken,
zou ik mezelf verzorgen. En ik zou uit-
rusten.
En wat is Seynabou’s droom voor de
toekomst? Ik zou rookovens op zonne-
energie willen. Dat spaart brandstof en
het is veel gezonder en schoner. En over
tien jaar wil ik eigenaar zijn van meerdere
rookovens. Die kan ik dan verhuren, zodat
ik zelf niet meer hoef te werken, want
dit werk is te zwaar op den duur.”
> Projectland Senegal
Vroeger werd
er neergekeken
op het werk
van vrouwen,
tegenwoordig
dragen we
een groot deel
bij aan de
familie-inkomens
Seynabou Dieng
Mijn man en zonen zijn visser Samen overleggen we over wat we inkopen en hoe we meer klanten werven
9
Het verhaal van
Sokhna Fall
Leeftijd: 51
Beroep: Handelaar
in bouwmaterialen
Kinderen: 7 (tussen
de 10 en 30 jaar)
Vakbond: Spaar en krediet-
groep Book Ndey
Samen zijn
we nergens
bang voor
De vakbond heeft ons geleerd
met geld om te gaan
et als mijn zus ging ik spulle-
tjes kopen en verkopen. Zo is
het begonnen.”
Inmiddels heeft Sokhna Fall
zeven kinderen in de leeftijd van 10 tot
30 jaar. Ze handelt in bouwmaterialen,
zoals cement en verf. Sokhna: “Werken
in de informele handel is zwaar en ge-
vaarlijk. Diefstal komt veel voor. Het feit
dat zoals mensen zoals ik niet erkend
zijn als werknemer, maakt ons kwets-
baar. Ik sta niet geregistreerd, betaal
daardoor geen belasting en heb geen
vergunning. Het gevolg is dat ik niet
beschermd ben, geen sociale zekerheid
en geen pensioen heb en in de vicieuze
cirkel van de informele economie blijf
leven.”
Op de vraag waarom Sokhna lid werd
van vakbond UDTS, klopt ze zich spon-
taan op de borst. “Dat wilde ik echt van
binnen. Ik wilde niet alleen mijn eigen
situatie verbeteren, maar ook andere
vrouwen vooruit helpen. Er zijn zoveel
vrouwen zoals ik die nooit naar school
zijn geweest en die wel wat steun kunnen
gebruiken.”
“De vakbond houdt ons bij elkaar.
We werken samen en helpen elkaar.
De UDTS zet zich in voor fatsoenlijk
werk. Fatsoenlijk werk betekent voor
mij dat ik te eten heb, een huis om in
te leven, mijn familie kan helpen en
de mensen om me heen.”
Sokhna is voorzitter van de spaar- en
kredietgroep Book Ndey. “We hebben
36 leden. Iedereen heeft een vakbonds-
kaart. Met een lening van de vakbond
UDTS kopen we voedsel en huishoud-
spullen zoals olie en zeep groot in.
Daardoor betalen we minder dan in
de winkel en omdat we alles centraal in-
slaan, besparen we ook transportkosten.
Voedselsolidariteit noemen we dat.”
> Projectland Senegal
“Ik herinner me van de
eerste keer dat ik in Dakar
kwam vooral het moderne
leven,” vertelt Sokhna.
“Elektriciteit, telefoon,
zoveel auto’s, dat was
geweldig!” In 1983 ben ik
getrouwd. Mijn man nam
me mee naar Dakar. Maar
wat voor werk moest ik
doen zonder opleiding?
N
10
“De vakbond heeft ons ook geleerd met
geld om te gaan. Daardoor hoeven we
tegenwoordig niet meer bang te zijn
voor de bank. We beheren zelf ons geld.
Samen zijn we nergens bang voor
De mensen met wie ik werk beschouw
ik als mijn familie. Samen zorgen we er
voor dat er niemand buiten de boot valt,
dat we één groep blijven.”
“Ik ben nooit naar school gegaan, maar
nu is de vakbond mijn school. We leren
niet alleen veel over vakbondswerk,
maar ook over management en finan-
cieel beheer. We leren om onze handel
zichtbaar te maken bij een groter
publiek. We ontwikkelen nieuwe
verkoopstrategieën en denken na over
de financiële haalbaarheid van onze
plannen. Zo worden we betere onder-
nemers. De UDTS versterkt zo onze
onafhankelijkheid. Als je werkt in de
informele sector is dat belangrijk.”
“De vakbond en onze spaar- en krediet-
groep hebben veel in mijn leven veran-
derd. Ik kan nu gemakkelijker aan
basisvoedsel komen dan vroeger. Ook
kan ik medische kosten betalen als dat
nodig is. Hierdoor zijn mijn eigenwaarde
en het respect van anderen gegroeid.”
“Toch hebben we nog een lange weg te
gaan. Als ik hoor dat in andere landen
sociale zekerheid en het minimumloon
goed geregeld zijn, dan zie ik dat als
een voorbeeld voor ons. Ik denk dat het
belangrijk is de nationale en internatio-
nale samenwerking te versterken om
dat hier ook zo te kunnen organiseren.”
“Ik hoop dat we nog veel bereiken met
onze coöperatie. Over 10 jaar hoop ik
dat we allemaal een eigen bedrijf heb-
ben, compleet met alle papieren en
vergunningen. En dat we dan weer
andere vrouwen op die weg verder
kunnen helpen en de vakbeweging
sterker en groter kunnen maken.
Dat is wat we willen.”
> Projectland Senegal
De vakbond
heeft veel in
mijn leven
veranderd. Mijn
eigenwaarde
en het respect
van anderen
zijn gegroeid
Sokhna Fall
De vakbond is mijn school Over 10 jaar hoop ik dat we allemaal een eigen bedrijf hebben
Samen zorgen we er voor
dat er niemand buiten
de boot valt, dat we één
groep blijven
11
12
Key facts
and figures
Senegal
Senegal
Hoofdstad: Dakar
Aantal inwoners: 13,7 miljoen
Nederland: 16,8 miljoen
Oppervlakte: 196.190 km2
Nederland: 41.526 km2
Inkomen
per hoofd
Senegal
$ 2.000
Nederland
$ 41.500
Levensverwachting
Senegal
59,6 jaar
Nederland
80,8 jaar
Bron: http://hdr.undp.org/en/data
UDTS
CNV Internationaal werkt
in Senegal samen met de
Union Démocratique des
Travailleurs du Sénégal. De
UDTS is een van de grootste
vakbonden van Senegal. In
alle uithoeken van het land
is de vakbond aanwezig.
Sociale zekerheid
Slechts 10% van de werkende
bevolking heeft nu toegang tot
sociale zekerheid. Via de Mutuelles
de Santé organiseert de UDTS toch
sociale zekerheid. Om dit probleem
hoog op de nationale agenda te
krijgen voert de UDTS samen met
andere vakbondsorganisaties
bewustwordings- en lobby-
campagnes.
Samenwerking
De UDTS heeft het initiatief
genomen voor een inter-
syndicale waarin de vier
grootste vakbonden in Senegal
op bepaalde terreinen samen-
werken. Zo hebben zij een
sterke positie verworven in
de gesprekken met overheid
en werkgevers.
13
Plaats op de
ontwikkelingsindex
Senegal
154 van 187
Nederland
4 van 187
Plaats op de gender-
gelijkheidsindex
Senegal
115 van 187
Nederland
1 van 187
Geletterde
volwassenen
Senegal
49,7 %
Nederland
99%
Diverse
beroepsgroepen
CNV Internationaal werkt
in Senegal samen met de
Union Démocratique des
Travailleurs du Sénégal.
De UDTS is een van de
grootste vakbonden van
Senegal. In alle uithoeken
van het land is de vakbond
aanwezig.
Ook voor wie geen
vast werk heeft
In Senegal hebben maar 250.000
mensen vast werk op een beroeps-
bevolking van 6 miljoen. De UDTS is
heel actief in het organiseren van
deze mensen die geen vast werk
hebben maar bijvoorbeeld als
straathandelaar, marktverkoper
of motortaxichauffeur in hun
levensonderhoud proberen te
voorzien.
Sociale dialoog
op bedrijfsniveau
De vakbonden die bij UDTS
aangesloten zijn, voeren ook de
sociale dialoog op bedrijfsniveau
met de ondernemers. De resultaten
variëren van eenvoudige afspraken
over werktijden en beloning tot
uitgebreide, gedetailleerde cao’s
met bijvoorbeeld moederschaps-
verlof en afspraken rond veilig-
heid op de werkplek.
14
> Projectland Cambodja
Het verhaal van
Srun Sothy
Leeftijd: 31
Beroep: Kledingarbeider
in de Chus Sing fabriek
Kinderen: 1 zoontje
Vakbond: Vakbond voor
kledingarbeiders CCAWDU
k werkte van 7 ‘s ochtends tot soms
11 uur ‘s avonds voor 30 dollar per
maand. Vakantie was er niet, ziekte-
verlof was iets uitzonderlijks. Ik was
bang om in de handen van vrouwenhan-
delaren te komen. Soms verdwenen er
meisjes. Mij hebben ze ook geprobeerd
weg te lokken. Dat is mooi niet gebeurd,
ik ben niemands bezit!”
Na drie jaar in de fabriek te hebben
gewerkt, sloot Srun zich aan bij de
vakbond C.CAWDU. Srun: “Dat was de
eerste onafhankelijke vakbond voor
kledingarbeiders in het land. Er veran-
derde zoveel in mijn leven! We kregen
er trainingen, leerden over arbeids-
rechten, werknemers kwamen samen
en we gingen met een wensenpakket
naar de bazen. We kregen het gevoel
dat wij echt iets konden veranderen
en problemen konden oplossen.”
Problemen zijn er genoeg. “Duizenden
vrouwen, vaak met kleine kinderen
thuis, werken in zware en ongezonde
omstandigheden. Uit armoede ruilen
ze hun vakantiedagen in voor geld.
Maar wat als hun kind of als ze zelf
ziek worden? Bazen doen moeilijk over
zorgverlof. En dan heb je de arbeids-
ongevallen. Vingers in de naai- en snij-
machines, elektrocutie, ademnood,
uitputting, verstikking. Elke week
vallen er vrouwen flauw. Bij de vakbond
heb ik veiligheidstrainingen gevolgd.
Ik bemiddel waar ik dat kan ik en
schiet ik collega’s te hulp.”
In 2009 verkiezen arbeiders Srun tot
fabrieksleider van CCAWDU. Soms brengt
die positie haar in de problemen. “In het
begin kreeg ik bedreigingen. ‘We hebben
een pistool en we gaan je vermoorden,
maar ik ben gewoon doorgegaan.”
I
Met de vakbond voorkomen we
dat arbeiders verder in de armoede
wegzakken
Tijd voor heimwee
was er niet
Toen haar vader ziek werd
en zijn baan verloor, moest
Srun Sothy stoppen met
school. Er was maar één
optie: geld gaan verdienen
in de hoofdstad “Ik ging
broeken naaien in Chus
Sing Factory. Ik was een
eenzaam boerenmeisje in
een miljoenenstad. Tijd
voor heimwee was er niet.
15
16
Wat heeft Srun de afgelopen jaren met
de vakbond voor elkaar gekregen?
“Vakbondsleden worden nu minder
getreiterd. Het is democratischer
geworden in de fabriek. We hebben een
betere regeling voor zwangerschaps-
verlof. Het complete loon wordt drie
maanden contant vooruitbetaald aan het
begin van je verlof. En het minimumloon
is omhoog gegaan naar 61 dollar. Wat
was het spannend om het werk stil te
leggen en voor de fabriekspoorten te
protesteren! Het voelde fantastisch
om als vakbondsleider de menigte
mee te krijgen.”
Srun wil meer bereiken in de toekomst.
“Over 10 jaar wil ik dat er minimumloon
is waarvan je kunt leven, dat arbeiders
een pensioen opbouwen, dat er betere
luchtverversing is, dat we kunnen wonen
in fatsoenlijke huizen en dat voedsel
betaalbaar blijft voor arbeiders.”
Genoeg te doen dus als vakbondsleider.
Je zou vergeten dat Srun ook gewoon
arbeider is. Al 14 jaar werkt ze in Chus
Sing. Met haar man en haar zoontje
woont ze in een kamer van drie bij
drie, op een steenworp van de fabriek.
Wat heeft het vakbondswerk haar
persoonlijk opgeleverd? “CCAWDU heeft
van mij een sterker mens gemaakt.
Ik kan nu mijn mond roeren, mensen
mobiliseren en met managers de
degens kruisen.”
Waar haalt Srun de energie vandaan
om door te gaan, als activist, arbeider
als moeder. Ze krijgt tranen in haar
ogen. “Het is de eerste keer in mijn
leven dat iemand me vraagt wat ik
denk en voel. Het is zwaar. Ik vecht
voor anderen, maar niemand komt
naar mij toe als ik zelf problemen heb.
Het is eenzaam werk. Het is ook
moeilijk omdat de armoede ons steeds
inhaalt. Als het loont stijgt, stijgen ook
de kosten van levensonderhoud. Met
heel hard werken en onderhandelen
slagen we erin om niet verder in de
armoede weg te zinken. Dat is al heel
wat. Maar niet genoeg om echt uit de
armoede te komen.”
> Projectland Cambodja
Over 10 jaar
wil ik dat er een
minimumloon
is waarvan je kunt
leven en dat
we pensioen
opbouwen
Srun Sothy
Het werk is zwaar en ongezond De vakbond heeft mij een sterker mens gemaakt
17
Het verhaal van
Athit Kong
Leeftijd: 33
Beroep: Begonnen
als kledingarbeider in
wasserij jeansfabriek nu
vice-voorzitter CCAWDU
Kinderen: 1 dochtertje
Vakbond: Vakbond voor
kledingarbeiders CCAWDU
Zwoegen,
vechten,
dromen
De vakbond vergroot de inspraak van
miljoenen arbeiders, maakt dit land
socialer en democratischer
ij kent het leven in de fabriek.
“Mijn ouders waren te arm om
me verder te laten studeren.
Toen ik 17 was verliet ik mijn
dorp en ging aan de slag in een grote
textielfabriek. Ik had niets, geen geld,
geen arbeidscontract, geen eten. Met
zeven anderen sliep ik in een kamer van
drie vierkante meter. Ik schaamde me
dat ik zo arm was. Het eerste jaar heb ik
365 dagen gewerkt van 7 uur in de och-
tend tot 10 uur ‘s avonds. Een dag vrij
nemen of ziek thuisblijven mocht niet.”
“Ik waste jeansbroeken met schuur-
stenen, bleek- en kleurmiddelen.
De hele dag stond ik in de chemicaliën,
de stank en de nattigheid. Ik verdiende
30 dollar per maand.”
“Van arbeidsrechten had ik geen benul,
maar ik wist wel wat menselijk was en
wat niet. Ik zag bazen die zonder reden
werkers uitkafferden en ontsloegen.
Ik zag arbeiders die zichzelf in de ver-
nieling werkten om hun productiedoelen
te halen. Iedereen was overgeleverd aan
de willekeur van de baas. Wie verzet zich
daar niet tegen? Ik in ieder geval wel!”
In 2000 werd Athit lid van een vakbond.
“Daar leerde ik de basis: luisteren naar
arbeiders, klachten en eisen formuleren,
onderhandelen.”
Al snel verliest Athit zijn baan. “Mijn
ontslagbrief hing aan de fabriekspoort.”
Eerder had hij het opgenomen voor een
groep oudere vrouwen die parttime
werkten in de fabriek. “Zij deden zwaar
werk op de wasafdeling. Toen de orders
tegenvielen zaten die vrouwen drie
maanden zonder werk en zonder inko-
men. Ik protesteerde bij mijn baas. De
directie vond me een lastpak. Tijdens
nachtdienst, is de militaire politie me
Athit Kong heeft één
droom. “Ik wil wonen in
een land waar mensen
onder fatsoenlijke
omstandigheden
kunnen werken. Niet
in een dictatuur van
de groei en de export,
waar mensen 80 uur per
week zwoegen zonder
de eindjes aan elkaar
te kunnen knopen.”
> Projectland Cambodja
H
18
komen halen. Toen had je nog politie
in de fabriek. Een jaar lang was ik
werkloos. Ik zat aan de grond, maar
ik was trots en wist wat ik wilde.”
Met vijf anderen zet Athit een nieuwe
textielbond op, CCAWDU. Athit is met
zijn twintig jaar de jongste: “We hadden
maar één doel voor ogen: een vakbond
die niet wordt gecontroleerd door de
werkgever of door politieke partijen.
We wilden échte vertegenwoordiging
van onderop: inspraak van de mensen
op de lawaaierige, stinkende en bloed-
hete werkvloer.”
Vandaag de dag telt de bond ruim 50.000
leden in 60 kledingfabrieken. “CCAWDU
is niet de grootste vakbond in de sector,
maar wel een van de weinige bonden
die democratisch en onafhankelijk is.”
Hij neemt ons mee naar Sut Lick Trading,
één van de grotere kledingfabrieken in
de hoofdstad Pnom Penh. “Deze fabriek
is berekend op een paar duizend men-
sen”, legt hij uit. “Er werken hier 7800
arbeiders. De gemiddelde werkruimte
per arbeider is iets meer dan één vier-
kante meter.” In de stookkamers van de
fabriek verdwijnen bergen hout in grote
ovens. “Hier werken vakbondsleden met
veel macht”, zegt Athit. “Als zij staken
valt de hele fabriek stil.” Bezwete man-
nen leggen uit wat C.CAWDU voor elkaar
heeft gekregen in de zes maanden dat
de vakbond er actief is. “We krijgen
nu per dag 9 cent meer voor de lunch.
Maar het belangrijkste is dat wij ons als
werkers vrij mogen organiseren en vrij
mogen spreken. Een jaar geleden was dit
gesprek met jullie ondenkbaar geweest.”
Ook met de bedrijfsadvocaat van
Sut Lick gaat Athit vaak in gesprek.
“C.CAWDU is actiever dan andere bonden.
Ze oefenen meer druk uit”, zegt de
advocaat. “Maar soms gaan de vak-
bondsleden hun boekje te buiten met
spontane acties. Dat kan niet”. “Jonge
arbeiders hebben haast”, reageert
Athit. Ze willen snelle oplossingen
omdat ze leven in extreme armoede.
Maar democratische processen en
onderhandelingen gaan vaak langzaam.
Als vakbond moet je leren omgaan met
die spanning. Het uitgangspunt is dia-
loog, met de werkgever en met de over-
heid. Pas als het management doof blijft
voor onze eisen, gaan we over tot actie.
Soms gaat het om kleine protestacties
in de fabriek, soms monden ze uit in
nationale stakingen.”
Hoe heeft CCAWDU de levens van
kledingarbeiders in Cambodja veran-
derd? Athit blikt terug op 13 jaar strijd.
“Vroeger kon je nergens heen om
klachten in te dienen of misstanden
aan te kaarten. Tien jaar terug werkten
mensen als loonslaven 15 uur per dag
voor 25 dollar in de maand. Vandaag
mogen arbeiders zich organiseren
en het minimumloon is 71 dollar per
maand en je krijgt een bonus als je
26 dagen onafgebroken werkt. Ziekte-
verlof aanvragen kan nu, vroeger
betekende dat je ontslag.
De fabrieken zijn nog steeds ongezond
> Projectland Cambodja
De ovens van de kledingfabriek De fabrieken zijn een stuk veiliger en gezonder dan vroeger
19
en onveilig, maar wel een stuk
gezonder en veiliger dan vroeger.
Dat zijn allemaal mijlpalen.”
“De vakbond vergroot de inspraak
van miljoenen arbeiders, maakt dit
land socialer en democratischer.
Maar armoede, onrecht en corruptie
kunnen we niet in ons eentje bestrijden.
Daar is goed bestuur en goed politiek
leiderschap voor nodig.”
“Weet je wat mij inspireert? De fiets-
paden in Nederland! Die zie ik als ik
CNV Internationaal bezoek. Die paden
geven aan dat Nederland het recht van
ieder mens op een veilige en leefbare
leefomgeving echt serieus neemt.
In en rond de fabrieken in Phnom
Penh zie ik niets dan stank, chaos en
onveiligheid. Als ik dan denk aan die
Nederlandse fietspaden, dan weet ik
dat een samenleving zonder corruptie,
armoede, uitbuiting en milieuvervuiling
mogelijk is. Zolang ik daaraan kan
bijdragen in Cambodja, ga ik door
met dromen en vechten.”
Het eerste jaar heb ik 365 dagen
gewerkt van 7 in de
ochtend tot 10 uur ‘s avonds.
Ik was toen pas 17
Jullie fietspaden
inspireren mij.
Die geven aan dat
Nederland het recht
van ieder mens op
een veilige en
leefbare omgeving
serieus neemt
Athit Kong
“
20
Talking
Dress App
Ook heeft CNV Internatio-
naal bijgedragen aan de
ontwikkeling van de
Talking Dress App om het
Nederlandse consumenten
makkelijker te maken
Eerlijke Kleding te vinden
in hun eigen omgeving.
Werkgelegenheid
De kledingindustrie is veruit de
belangrijkste bron van werk-
gelegenheid in Cambodja. Er
werken vooral jonge vrouwen.
Nu het economisch minder
goed gaat in het westen heeft
dat direct invloed op de werk-
gelegenheid in Cambodja.
Ondersteuning
CNV Internationaal steunt
in Cambodja het werk van
de jonge vakcentrale CLC
De vakcentrale CLC is opgericht
in 2006 door C.CAWDU een van
de belangrijkste aangesloten
organisaties voor de kleding-
sector, die ook nog maar
sinds 2000 bestaat.
Cambodja
Hoofdstad: Phnom Penh
Aantal inwoners: 14,8 miljoen
Nederland: 16,8 miljoen
Oppervlakte: 181.035 km2
Nederland: 41.526 km2
Inkomen
per hoofd
Cambodja
$ 2.400
Nederland
$ 41.500
Levensverwachting
CAMBODJA
63,6 jaar
Nederland
80,8 jaar
Bron: http://hdr.undp.org/en/data
Key facts
and figures
Cambodja
Geletterde
volwassenen
Cambodja
77,6%
Nederland
99%
21
Uitwisseling
CNV Internationaal helpt de
jonge vakbondsorganisatie
CLC ook door “zuid-zuid-uitwis-
seling” te begeleiden met een
grote vergelijkbare vakbondsor-
ganisatie die verder ontwikkeld
is, in dit geval de Indonesische
vakbondsorganisatie SBSI en
de KCTU in Zuid-Korea.
Minimum loon
De vakbond voor de kledingsector
CCAWDU groeide van 5000 leden in 2000
naar ruim vijftigduizend nu! Stap voor
stap wordt gewerkt aan verbetering van
de werkomstandigheden van arbeiders in
de textielfabrieken. In de textielsector is
een minimum loon bereikt, al is dat nog
lang geen leefbaar minimum loon.
WellMade
CNV Internationaal werkt niet alleen
aan de ontwikkeling van vakbonds-
organisaties ter plekke. Samen
met de Fair Wear Foundation heeft
CNV Internationaal het initiatief
genomen voor WellMade work-
shops op modebeurzen overal in
Europa (zie www.wellmade.org).
WellMade maakt kledinginkopers
van Europese modewinkels
duidelijk wat zij kunnen doen
om de situatie in de fabrieken
waar zij kleding inkopen
te verbeteren. Het Well-
Made project is mede
gefinancierd door de
Europese Unie.
Plaats op de
ontwikkelingsindex
Cambodja
139 van 187
Nederland
4 van 187
Plaats op de gender-
gelijkheidsindex
Cambodja
96 van 187
Nederland
1 van 187
22
> Projectland Colombia
Het verhaal van
Niver Alegria
Florez
Leeftijd: 36
Beroep: Begonnen als
mijnwerker, bouwvakker
en suikerrietkapper, nu
veiligheidsinspecteur
Kinderen: 2 dochters
Vakbond: Sintraindulce,
bond voor de suikerriet-
sector
iver werkt als als veiligheids-
inspecteur op de plantages
van Mayaguëz, met 4400
werknemers een middelgrote
suikerfabriek in de vruchtbare Cauca-
vallei. Ooit was het anders.
“Toen ik zes was zocht ik al naar
restjes goud in de mijnen aan de kust.
Het was gevaarlijk werk. Een keer viel ik
in een diepe schacht. Na vier jaar waren
de mijnen uitgeput. Mijn familie en ik
vertrokken naar Puerta Tejada. Het
enige dat we hadden waren de kleren
die we droegen en geld voor de bus.”
In de nieuwe stad zoekt de kleine
Niver het ene baantje na het andere.
“Ik sjouwde stenen in de baksteen-
fabriek, vulde vakken in de super-
markt en haalde zand uit de rivier
voor een bouwbedrijf. Als ik pijn had
of uitgeput was, dacht ik altijd ‘het
gaat niet om vandaag, maar om morgen’.
Die gedachte hield mij op de been. Nog
steeds trouwens.”
“Toen ik Lisa leerde kennen was ik 16,
zij was 15. We woonden in dezelfde
straat en werden verliefd.” Ze trouwen,
krijgen een dochter en gaan samen-
wonen. Zeven jaar combineerde ik mijn
werk met een opleiding, “We leefden
van 1,5 dollar per week. De elektriciteit
werd vaak afgesloten, vlees was te duur.
Vrienden zamelden geld voor ons in.
Via via kon ik full time aan de slag in
een supermarkt, .maar daar werd ik al
snel ontslagen. Ik was ten einde raad.
Ik was toen 23, en we hadden een kind.”
Niver’s vader, al jaren suikerrietkapper
bij de Mayaguëz plantage en lid van
vakbond Sintraindulce, helpt zijn zoon
aan een baan als suikerrietkapper .
Niver: ”Dat was nieuw voor me, ik moest
N
Ik dank God, mijn vader en de
vakbond dat ik vandaag een huis heb
en een goede baan
De jongen die
steeds aan
morgen dacht
Niver en zijn gezin wonen
in een klein huis, niet
ver van de grote weg die
de scheidslijn is tussen
FARC-rebellen en para-
militairen. Her en der
staan resten van huizen
waarvan na overvallen
door bandas criminales
weinig meer over is.
23
24
heel goed opletten met dat kapmes.
Soms kapte ik wel 15 uur op een
dag suikerriet, vaak in de bloedhete
zon, soms ook tijdens ijskoude hagel-
buien.”
Niver werkt voor tussenpersonen, niet
voor Mayaguëz. Als informeel werkende
zonder vast werk heeft hij amper
rechten. Zijn vader spoort hem aan
om ook id te worden van de vakbond
Sintraindulce. Nu komt hij ook in aan-
merking voor een direct contract met
de fabriek. Niver: “Nadat ik lid werd,
veranderde er van alles. Ik kreeg een
direct contract en verdiende vier keer
zoveel voor hetzelfde werk. Het werk
werd ook veiliger: ik kreeg hand-
schoenen, beenbeschermers, een
uniform en veiligheidsschoenen.
De bond organiseerde ook uitjes voor
de leden. Ik werkte al twintig jaar en
voor het eerst in mijn leven ging ik
soms zwemmen met collega’s, een
ijsje eten, samen naar het park. Lisa
en m’n dochtertje mochten mee.”
“Dankzij de vakbond kon ik nog iets
doen wat vroeger ondenkbaar was:
geld lenen om een eigen huis te kopen
en om te gaan studeren. De werk-
nemers van Mayaguëz hadden een
kredietcoöperatie die samenwerkte
met de vakbond. Zo kon ik acht jaar
geleden dit huis hier in Florida kopen.”
Niver’s huis ligt in een ruige wijk.
“Tot drie jaar terug was het best veilig,
maar toen kwamen er jonge vreemde-
lingen met wapens. Ze persten families
af, pleegden inbraken en probeerden
van alles te jatten om te verkopen,
deuren, ramen, daken. Ook mij wilden
ze beroven, maar het feit dat ik lid ben
van een sterke vakbond, schrok hen af.
De solidariteit onder vakbondsleden is
groot, je helpt elkaar.”
In 2003 start Niver een universitaire
opleiding ‘gezondheid op het werk’.
“De vakbond stimuleerde me om
verder te studeren en regelde een extra
lening.” Nog voor hij afstudeert krijgt
hij al promotie en daarna nog eens.
Tegenwoordig is hij verantwoordelijk
voor de veiligheid van 800 cortadores
op alle plantages van Mayaguëz.
De laatste promotie plaatst Niver ook
voor een hard dilemma. “Toen ik het
contract kreeg hoorde ik ook dat de
functie het niet toeliet om lid te blijven
van de vakbond. Ik wilde niet uit de
vakbond, maar kon niet anders. Dat is
vooral pijnlijk omdat ik mede dankzij de
vakbond deze baan heb kunnen krijgen.
Sintraindulce heeft mijn lot een andere
wending gegeven, ik ben niet meer
dezelfde man. Mijn leven is veranderd”.
> Projectland Colombia
De vakbond stimuleerde mij om verder te studeren Nu ben ik verantwoordelijk voor de veiligheid van 800 suikerrietkappers
Ik kreeg een
direct contract
en verdiende vier
keer zoveel voor
hetzelfde werk
Niver Alegria Florez
25
Het verhaal van
Elsa Paez Garcia
Beroep: Lerares en
sociaal werker
Kinderen: 2 dochters
(overleden) en 1 zoontje
Vakbond: Vakbond voor
werknemers penitenti-
aire inrichtingen UTP
Leven met de dood
in Colombiaanse
gevangenissen
Dankzij de vakbond is het regime in de
gevangenissen humaner geworden
elf heeft Elsa in de loop der jaren
18 compañeros van de vakbond
verloren. Allemaal vermoord.
Ze komt al jaren niet meer buiten
zonder lijfwacht. Een keer lag er een
dode kip bij de voordeur, met een briefje
‘zo eindig jij binnenkort’. Later kreeg
ze een bloemenkrans voor haar eigen
overlijden. Erger was het toen ze ach-
tervolgd werd door vijf paramilitaire
huurmoordenaars op brommers. Vier
jaar terug werd haar dochtertje bijna
gekidnapt.
Elsa is voorzitter van de Unidad de
Trabajadores Penitenciarios (UTP).
Deze bond is nog maar net ontstaan
uit 44 kleine bonden van werkers in
penitentiaire inrichtingen. “Alle UTP-
leden werken zelf in de gevangenis,
als bewaker, in de administratie, of als
lerares zoals ik. Wij weten hoe het echt
is achter de muren. Ons kantoortje is
gevestigd in het gebouw van de INPEC,
de overheidsinstelling voor het gevange-
niswezen. Van daaruit klagen wij de
corruptie, de misstanden en de mensen-
rechtenschendingen aan in de beruchte
Colombiaanse gevangenissen. Vaak zit
de corruptie tot in de top, dus wij klagen
ook onze eigen bazen aan en mensen
uit het leger en de overheid.”
Het is niet verwonderlijk dat Elsa en
haar vakbondscollega’s soms op harde
tegenwerking stuiten. “In 1999-2000
werden we hardhandig uit onze
kantoren gezet. We zijn toen allemaal
ontslagen. De Vakcentrale CGT heeft
toen met succes onze zaak verdedigd.
Tot in Genève.”
Elsa leeft voor de vakbond. Haar collega’s
bij de UTP zijn er unaniem over: zonder
haar vechtlust en leiderschap was er
vandaag geen kritische, onafhankelijke
Elsa Paez Garcia is al
tientallen jaren vakbonds-
werker en lerares in de
gevaarlijkste gevangenissen
van Colombia. Dat ze nog
leeft is bijzonder. In de
afgelopen 23 jaar is er
gemiddeld om de drie
dagen een vakbondsactivist
vermoord in Colombia.
> Projectland Colombia
Z
26
vakbond in het Colombiaanse gevange-
niswezen.
Het is opmerkelijk dat Elsa het volhoudt
in de harde wereld van de gevangenis
en zelf vakbondsleider is geworden.
Thuis heeft ze weinig om op terug te
vallen. “Mijn man overleed na zeven
maanden huwelijk. Mijn eerste dochter
stierf kort na de geboorte. Drie jaar
eleden overleed mijn andere dochter
aan kanker. Juan Diego, mijn geadop-
teerde zoontje, is alles wat ik heb.”
“Ik was 19 toen ik begon in de beruchte
Picota gevangenis in Bogota. Ik vond het
eng! Ik was omringd door wat mensen
beschouwen als het ‘afval van de samen-
leving’: zware delinquenten, moorde-
naars, psychopaten, guerrilla's. Ik dacht
toen dat ik het een paar maanden zou
uithouden, maar ik werk er nu al 28 jaar,
eerst als secretaresse, later als lerares.
Ik ben geen bewaker, heb geen repres-
sieve taak. Ik kan humaan zijn. Als je
niet in die keiharde wereld leeft, begrijp
je niet wat een glimlach kan doen.”
Er is veel
verbeterd door
onze klokkenluiders
en door onze
mensenrechten-
training voor
bewakers
Elsa Paez Garcia
“
Vaak zit de corruptie in de top,
dus wij klagen ook onze
eigen bazen aan, mensen uit het
leger en de overheid
27
Soms gaat het mis. Zo werd ze in 1986
gegijzeld door gevangenen. “We werden
in de klas vastgehouden en bedreigd met
messen. De leider van de gijzelingsactie
was al veroordeeld vanwege de moord
op een non. Na een dag werden we vrij-
gelaten.”
Elsa werkt gemiddeld meer dan 100 uur
per week. 30% van haar tijd werkt ze als
penitentiair ambtenaar in de vrouwen-
gevangenis van Buen Pastor. Elsa:
“Officieel ben ik lerares maar in de
praktijk ben ik tegelijk ook sociaal
werker, psycholoog, advocaat en biecht-
moeder. Ik werk veel met gedetineerde
moeders die in de gevangenis leven
met hun kinderen van 0 tot 3 jaar.”
“Maar de meeste tijd gaat naar de UTP
en de strijd voor betere leef- en werk-
omstandigheden in de gevangenissen.
Ik werk ook als mensenrechtenspecia-
list voor de nationale vakcentrale van
vakbonden CGT. En één dag in de week
geef ik les aan straatkinderen tussen
de 8 en de 16 jaar.”
“Bij de UTP onderzoek ik klachten
uit gevangenissen in heel Colombia.
Corruptie en mensenrechtenschen-
dingen maken we openbaar en stellen
we aan de kaak. De laatste grote zaak
betrof de directeur van een kleine
gevangenis net buiten Bogota. Hij
verduisterde geld dat eigenlijk was
bestemd voor sociale programma’s
voor de gedetineerden. Dankzij de
aanklacht van de UTP is hij ontslagen.
Natuurlijk kreeg ik toen anonieme
dreigtelefoontjes. Ook bewakers die
gevangenen afpersen of mishandelen,
klagen we aan.”
Wat levert het vakbondswerk op volgens
Elsa? “Veel! Zo hebben we voorkomen
dat het gevangeniswezen werd gepriva-
tiseerd. 16000 banen stonden op de
tocht.
“Dankzij de vakbond is het regime in de
gevangenissen menselijker geworden.
Het zijn nog steeds haarden van geweld
en corruptie, maar er is veel verbeterd.
Dat komt door onze klokkenluiderrol,
maar ook door de mensenrechtentrai-
ningen die we organiseren voor bewa-
kers en ander personeel.”
> Projectland Colombia
We maken corruptie openbaar In praktijk ben ik tegelijk ook sociaal werker
28
Sociale beweging
De Confederación General de Trabajadores CGT is
een politiek onafhankelijke brede sociale beweging.
De achterban van de CGT telt 819.200 leden, van
straatverkopers tot grote corporaties van boeren.
De CGT telt ruim 300 aangesloten vakbonden en
associaties die weer zijn georganiseerd in 6
regionale organisaties. Dat is bijzonder want
Colombia is wereldwijd het meest gevaarlijke
land voor vakbondsleden. In 2013 werden
26 mensen vermoord vanwege vakbonds-
activiteiten, 13 mensen overleefden
een aanslag op hun leven.
Straatverkopers
De CGT ziet zichzelf als een brede
sociale beweging en is niet uitsluitend
bezig met de werknemers op de
werkvloer, maar ook met hun sociale
omgeving. Een aanzienlijk deel van
de leden heeft geen vast werk maar
probeert als straatverkoper in de
kost te voorzien. Ook coöperaties
van boeren en volkswijkbewoners
zijn aangesloten bij de CGT.
Colombia
Hoofdstad: Bogota
Aantal inwoners: 45,6 miljoen
Nederland: 16,8 miljoen
Oppervlakte: 1.138.914 km2
Nederland: 41.526 km2
Plaats op de
ontwikkelingsindex
Colombia
91 van 187
Nederland
4 van 187
Geletterde
volwassenen
Colombia
37,9 %
Nederland
99%
Bron: http://hdr.undp.org/en/data
Key facts
and figures
Colombia
29
Resultaatgericht
Speciaal voor vakbondswerk
heeft CNV Internationaal een
systeem voor planning, monitoring
en evaluatie (PME) ontwikkeld.
Dat helpt vakcentrales als de CGT
en hun aangesloten federaties en
vakbonden om resultaatgericht en
financieel betrouwbaar te werken.
CNV heeft lokale PME trainers
opgeleid die vervolgens binnen
hun eigen organisaties als trainer
actief zijn.
Straffeloosheid
'Waarom komt er maar geen einde
aan het geweld? De straffeloosheid is
het probleem. Als je niet weet wie de
schuldigen zijn begin je niets. Onze
rechtelijke macht is erg zwak en
justitie functioneert niet. Dus de
schuldigen worden bijna nooit
gevonden en
vervolgd'.
Groei
'CNV Internationaal is
belangrijk voor ons'
benadrukt CGT-leider Julio
Robert Gomez Esguerra.
‘Niemand geloofde in ons
dertig jaar geleden, toen we
een klein zaadje waren. Maar
het CNV had vertrouwen in
ons. Dankzij jullie steun
konden we groeien.’
Inkomen per hoofd
Colombia
$ 10,700
Nederland
$ 41.500Plaats op de gender-
gelijkheidsindex
Colombia
88 van 187
Nederland
1 van 187
Levensverwachting
Colombia
73,9 jaar
Nederland
80,8 jaar
Sociale
zekerheid
Ook nationaal niveau
is de CGT een zeer
actieve en belangrijke
partner in bipartiet en
tripartiet overleg over
sociale zekerheid en
minimum loon.
30
> Projectland Moldavië
Het verhaal van
Ion Poia
Leeftijd: 35
Beroep: Reclame
ontwerper
Organisatie: Leerde
zichzelf presenteren
en denken in kansen
bij Fundatia Muncii
oldavië, voormalig Sovjet-
staatje tussen Roemenië en
de Oekraïne, is het armste
land van Europa. Sinds 1991 is
het onafhankelijk, maar tot 2009 bleven
de oude communisten aan de macht.
Een eventueel EU-lidmaatschap biedt
kansen, zo denken velen. Maar voor-
alsnog blijft fort Europa gesloten.
Veel jonge Moldaviërs wagen hun
kans in het buitenland. Een van hen is
Ion Poia, een alleenstaande dertiger.
Ion: “Er is zo weinig perspectief hier.
Werkloosheid, alcohol en armoede...
Dat is het zo’n beetje. Ik denk dat
zo’n 70% van al mijn vrienden in
het buitenland zit.”
Ion woont in de stad Ungheni, aan de
grens met Roemenië. “In de Sovjet-tijd
werkte mijn vader op de kolchoz als
tractorchauffeur en mijn moeder als
receptioniste voor een paardenfokkerij,
ook een staatsbedrijf. Mijn vader had werk,
maar gezond was het niet. Hij sproeide
pesticiden. Op zijn vijftigste kreeg hij
ademhalingsproblemen en verloor zijn
baan. Hij heeft nu kanker en moet rond-
komen van een uitkering van 40 euro en
een pensioen van 80 euro in de maand.”
Sport en vooral voetbal zijn de passies
van de jonge Ion. “Mijn oudere broer was
nationaal kampioen op de 800 meter
hardlopen. Ik begon met atletiek toen ik
13 was. Tot mijn 19de
zat ik op een sport-
internaat in de hoofdstad Chisinau. Het
was prestigieus en eervol, maar ook ont-
zettend zwaar en streng.”Ion is zo goed
dat de staatsuniversiteit hem benaderde.
“Als ik zou rennen voor de universiteit
mocht ik gratis studeren. Ik stemde in,
studeerde boekhouding en deed aan
competitie.” In die tijd begint Ion ook met
z’n eerste baantje. “Ik kocht cognac in en
we verkochten het spul voor het dubbele
van de prijs. En dat allemaal illegaal!”
“Mijn eerste echte baan was bij de
politie. Ze vroegen mij om voor hen te
sporten. Ik had een arbeidscontract,
maar heb nooit politiewerk gedaan.
Ik was een soort sportslaaf, voor
200 euro in de maand.”
M
Fundatia Muncii hielp me om kansen te grijpen
op de krappe arbeidsmarkt van ons land.
Dat leer je niet op school of de universiteit
Leren denken
in kansen
“Ik droomde van een
eigen huis, een eigen
gezin. Met een inkomen
van 200 euro in de maand
zou ik dat in Moldavië
in geen honderd jaar
voor elkaar krijgen.
Ik moest wel weg.”
Vertelt Ion Poia,
31
32
Op zijn 23ste
gaat hij toch naar het
buitenland. Ion: “Ik droomde ervan om
ooit met mijn vriendin in een eigen huis
te wonen en kinderen te krijgen. Met
200 euro in de maand zou ik dat in geen
honderd jaar voor elkaar krijgen. Ik
wilde professioneel voetballer worden.
Een vriend had contacten bij een Ierse
voetbalclub. Dus ik ben vertrokken naar
Parijs vertrokken met een toeristen-
visum. Toen ging ik naar Spanje en
vervolgens illegaal naar Ierland.”
Drie jaar duurt het Ierse avontuur.
“Mijn sportleven was voorbij toen ik
binnen korte tijd beide knieën zwaar
blesseerde Ik had geen inkomen meer
en ging heggen snoeien om eten te
kunnen kopen. Alles ging fout, het ging
uit met m’n vriendin, ik begon meer te
drinken. Toch pakte ik alle werk aan,
van flyeren voor Domino’s pizza tot
zware klussen als van acht tot vijf
betonblokken tillen in de bouw.”
Al die tijd verblijft Ion illegaal in Ierland,
zonder sociale zekerheid, pensioen,
of ziektekostenverzekering. Pas als hij
zijn Roemeense paspoort krijgt, iets
wat veel Moldaviërs aanvragen om in
de Europese Unie te kunnen werken,
krijgt hij een arbeidsvergunning.
“In mijn laatste baan in Ierland was ik
bewaker. Toen had ik een echt contract
en ik verdiende 2000 euro. Na een jaar
verloor ik ook die baan, door de crisis.
Last in, first out. Met mijn spaargeld
ben ik teruggegaan naar Ungheni,
de stad vlakbij mijn geboortedorp.”
“Wat moest ik doen in Moldavië? Ik had
een opleiding waar ik nergens mee aan
de slag kon. Mijn spaargeld smolt als
sneeuw voor de zon. Net als de meesten
die remigreren voelde ik me verloren,
depressief en wanhopig.”
Eind 2009 ziet Ion een campagnefilmpje
van Fundatia Muncii, het werkgelegen-
heidsprogramma van de jongerenorga-
nisatie FACLIA. Ion: “Vijf weken heb ik
er een training gevolgd. Vijf belangrijke
weken die mij een nieuwe kijk op de
toekomst hebben gegeven. Werkgevers
en ondernemers kwamen workshops
geven, ik leerde mezelf presenteren
en werkte aan mijn cv. Er veranderde
iets in mij. Ik leerde denken in kansen,
geloven in mezelf.”
Hij gaat aan de slag bij het reclame-
bureau van zijn zus in de hoofdstad en
zet met hulp van Fundatia Muncii zijn
eigen reclamebureau op in Ungheni.
Dat de zaken goed gaan zie je in het
centrum van Ungheni: op elk kruispunt
prijkt wel een door Ion opgemaakte en
gedrukte affiche. Ion: “Zonder de steun
van Fundatia Muncii was me dat niet
gelukt. Ik volgde cursussen, en kreeg
hulp om mijn arbeidskansen te grijpen
op de toch krappe arbeidsmarkt van
ons land. Dat leer je hier niet op school
of de universiteit leert. Ik heb er meer
zelfvertrouwen door gekregen.”
Ion woont in een klein eenpersoons-
appartement, drie hoog. De droom van
een eigen huis en een gezin heeft hij nog
steeds. “Ik werk eraan. Ik spaar, heb
een goede baan en ben mijn eigen baas.
En die toekomstige vrouw komt wel.”
> Projectland Moldavië
k heb nu mijn eigen reclamebureau Vijf weken training gaven mij een nieuwe kijk op de toekomst
33
Het verhaal van
Angela Ciocirlan
Leeftijd: 42
Beroep: Begonnen
als onderwijzer, nu
directeur Faclia
Kinderen: 2
Organisatie: Jongeren-
centrum Faclia
Fakkeldrager
voor
verandering
600 nieuwe banen voor jongeren zijn 600
overwinningen voor Moldavië
ngela Ciocirlan is directeur van
Faclia (‘fakkel’), een jongeren-
centrum dat ze in 2004 oprichtte
in Ungheni, een provinciestadje
in het oosten van het land. “We helpen
tieners en twintigers om hier te blijven
en iets van hun leven te maken. We
geven vakopleidingen en helpen jonge-
ren aan een baan. We zijn de enige
organisatie in Moldavië die dat doet.”
Met haar werk slaat Angela een brug,
niet alleen tussen een falend onderwijs-
systeem en een krappe arbeidsmarkt,
ook een brug van het oude communisme
naar een nog wankele vrije markt.
Het is, in een notendop, ook de brug
in Angela’s eigen verhaal.
“Ik ben opgegroeid in een klein dorp
waar de kolchoz, de collectieve staats-
boerderij, alles bepaalde. Elk huis luis-
terde ‘s ochtends in spanning op de
radio naar bijgestelde productiedoelen en
instructies. Steeds was het afwachten
of je naam werd genoemd. Wie boven
verwachting presteerde werd geprezen,
wie de dag tevoren beschonken of te laat
op het werk was verschenen, werd ook
op de radio vernederd.
Volwassenen leefden constant in angst
voor wat buren, bazen, of collega’s van
hen dachten.”
Op haar veertiende gaat Angela naar
het internaat van de provinciestad
Calaraj. “Ook hier golden weer strikte
en strenge regels en publieke vernede-
ringen, net als op de kolchoz. Later ben
ik gaan lesgeven op een kostschool voor
weeskinderen in Ungheni een stad in de
buurt van ons dorp. Op m’n negentiende
ben ik getrouwd met de buurjongen uit
ons dorp die veearts was op de kolchoz.
Datzelfde jaar werd mijn eerste zoon
geboren. ”
25% van de bevolking
in Moldavië werkt in
het buitenland, legaal
of illegaal. “Wat wil je”,
zegt Angela Ciocirlan.
“40% leeft onder de
armoedegrens. Fabrieken
sluiten hun deuren, boeren
kampen met export-
belemmeringen. En zelf
kansen creëren hebben
mensen onder het com-
munisme nooit geleerd.
Dat wil ik veranderen.”
> Projectland Moldavië
A
34
“In het onderwijs wilde ik alles radicaal
anders doen. Weg met het dogmatisch
uit het hoofd leren en de saaie klassikale
lessen, weg met het voortrekken van
de rijkeluiskinderen. Ik zette de school-
banken kriskras door elkaar, nodigde
sprekers uit, organiseerde muziek-
voorstellingen en disco’s. Om bij te ver-
dienen gaf ik les op de lagere school en
op de middelbare school én ik werkte
op de crèche.”
Eind jaren ’90 is Angela gescheiden, ze
heeft drie banen, twee kleine kinderen
en verdient 100 dollar in de maand. De
oude kolchoz-economie valt uit elkaar
en er komt niets voor in de plaats.
Angela: “We verdienden amper genoeg
voor het meest noodzakelijke. Ik vertrok
naar Moskou om te werken. Mijn moe-
der zou zorgen voor mijn jongste zoon
Octavio, die ik nog borstvoeding gaf.
Angela blijft drie jaar in Rusland.
“Ik was oppas in een rijk gezin van
journalisten. Die jaren zonder mijn
kinderen waren heel zwaar, maar
hebben me ook gevormd.“
“Thuis in Moldavië was het armoe troef.
We leefden van het geld dat ik in Moskou
had gespaard. Maar ik wist wat ik wilde:
Bedrijven begrijpen dat
het zin heeft om te
investeren in de opleiding
van jongeren
Ik wilde
jongeren in
eigen land helpen
om opener en
vrijer te denken
Angela Ciocirlan
35
> Projectland Moldavië
jongeren in eigen land helpen om
opener en vrijer te denken en te leven,
zonder complexen. Ik wilde mijn eigen
organisatie, uiteindelijk is dat Faclia
geworden.”
Angela sluit een samenwerkingsover-
eenkomst met de overheid. De stad
Ungheni wijst haar een oud verlaten
schoolgebouw toe en betaalt water
en energie, Angela’s team knapt het
gebouw op, trekt trainers aan en runt
het jeugdcentrum. Angela: “We zijn
begonnen met een fitnesszaal en een
computerlokaal met internettoegang,
iets voor het lichaam, iets voor de
geest.”
In 2008 start Faclia de samenwerking
met CNV Internationaal; samen zetten
ze Fundatia Muncii op, een werkgele-
genheidsprogramma voor jongeren.
Angela: “Het is een springplank voor
werkzoekende jongeren. Onze trainingen
zijn kort, hooguit een paar maanden,
want werkzoekenden hebben snel een
inkomen nodig. We werken nauw samen
met het lokale bedrijfsleven en andere
werkgevers. Zij zoeken mensen, wij
maken de match. We wilden in vier
jaar 300 jongeren aan een vaste baan
helpen. Het zijn er 600 geworden.”
Door Faclia en Fundatia Muncii
verandert Angela niet alleen de levens
van honderden Moldavische jongeren,
maar ook de samenleving van Ungheni.
“Je ziet steeds meer jonge mannen
en vrouwen in leidinggevende posities.
Bedrijven begrijpen dat het zin heeft
om te investeren in de opleiding van
jongeren.”
Als aan Angela en haar team ligt,
veranderen ze heel Moldavië. “In de
Sovjet-tijd werd alles bepaald door wat
anderen van je dachten. Wat dachten de
buren? Wat dacht je baas? Wat dacht je
vader? Iedereen bespiedde iedereen.
Zolang je voldeed aan de regels, werd je
niet veroordeeld, kreeg je een medaille,
kon je ademhalen. Maar echte verande-
ring begint van binnen, in jezelf, niet bij
de ander. Wie ben ik, wat wil ik, waar
liggen de kansen en de mogelijkheden?
Dat geldt ook voor dit land. We moeten
niet wachten op dat gedroomde lid-
maatschap van de EU. We moeten
zelf aan de slag.
De trainingen zijn een springplank voor werkzoekende jongeren We werken nauw samen met het lokale bedrijfsleven
36
CNSM
CNV Internationaal steunt
ook vakbondsorganisaties
in enkele Oost-Europese
landen. In Moldavië, een
van de armste landen
van Europa werkt CNV
Internationaal samen met
CNSM. Confederatia a
Sindicatala din Moldova.
Key facts
and figures
Moldavië
Moldavië
Hoofdstad: Chisinau
Aantal inwoners: 4,3 miljoen
Nederland: 16,8 miljoen
Oppervlakte: 33.843 km2
Nederland: 41.526 km2
Inkomen
per hoofd
Moldavië
$ 3.400
Nederland
$ 41.500
Vergrijzing
De werkloosheid is hoog. Te veel
mensen in de kracht van hun leven
verlaten het land om elders werk te
zoeken. Hele dorpen op het platte-
land lopen leeg. Daardoor is de
vergrijzing een enorm probleem.
Elke werknemer moet nu al twee
gepensioneerden onderhouden.
Collega’s uit de
schoonmaaksector
In het kader van internationale
collegialiteitsafspraken in CAO’s, dankzij een
bijdrage van 15.000 euro uit de Nederlandse cao
voor de schoonmaaksector, volgde afgelopen
jaar een groep vrouwen van het platteland in drie
maanden een opleiding tot interieurverzorgster.
Ook werd Nederlands opleidingsmateriaal
vertaald voor gebruik in Moldavië.
Bron: http://hdr.undp.org/en/data
37
Opbouw
Onafhankelijk vakbonds-
werk en sociale dialoog
zijn nog in opbouw in
het voormalig
communistische land.
EU-lidmaatschap
Moldavië, voormalig Sovjet-
staatje tussen Roemenië en
de Oekraïne, is het armste
land van Europa. In 1991 werd
het onafhankelijk, maar tot
2009 waren de oude commu-
nisten er aan de macht. Een
eventueel EU-lidmaatschap
biedt kansen, zo denken
velen. Maar vooralsnog blijft
fort Europa gesloten.
Plaats op de
ontwikkelingsindex
Moldavië
130 van 187
Nederland
4 van 187
Plaats op de gender-
gelijk-heidsindex
Moldavië
49 van 187
Nederland
1 van 187
Levensverwachting
Moldavië
69,6 jaar
Nederland
80,8 jaar
Geletterde
volwassenen
Moldavië
98,5%
Nederland
99%
Springplank
Samen met de Moldavische
organsiatie Faclia heeft CNV
Internationaal; Fundatia Muncii
opgezet, een werkgelegenheids-
programma voor jongeren. “Het is
een springplank voor werkzoekende
jongeren. Onze trainingen zijn
kort, hooguit een paar maanden.
We werken nauw samen met het
lokale bedrijfsleven en andere
werkgevers. Zij zoeken mensen,
wij maken de match.
Training
CNV Internationaal steunt niet
alleen via financiële bijdragen.
Ook bestuurders van CNV bonden
delen kennis en ervaring met hun
buitenlandse collega’s. Siward
Swart van CNV Vakmensen en
Arie Kasper van CNV Diensten-
bond trainden Moldavische
vakbondscollega’s "We hebben
hen laten zien hoe belangrijk het
is om leden mee te nemen in
het onderhandelingsproces”.
CNV Internationaal
Postbus 2475
3500 GL Utrecht
T 31 30 751 1260
E internationaal@cnv.nl
I www.cnvinternationaal.nl
twitter.com/cnv_internat
Facebook: facebook.com/cnv.internationaal
Rekeningnummer voor donaties:
IBAN NL16INGB0001255300
Deze tekst is geschreven in opdracht
van CNV Internationaal
Interviews: Frank van Lierde
Foto’s: Bas de Meijer
Redactie: Corita Johannes, Eugène Litamahuputty
Vormgeving: Rick van Westerop, WAT ontwerpers
Druk: Sauterelle
Bronvermelding statistische gegevens: UNDP
Copyright CNV Internationaal
Februari 2014
A World that works
Als vakbondsorganisatie zet CNV zet zich in voor haar leden en voor
werkenden in Nederland. Die inzet voor werkenden houdt voor het CNV
niet op bij de grens. Via CNV Internationaal zet het CNV zich ook in voor
fatsoenlijk werk in landen waar de omstandigheden veel moeilijker zijn en
waar de eigen middelen van de meeste werkenden zeer beperkt zijn. Ook
daar zijn lokale vakbondsorganisaties actief. CNV Internationaal steunt hun
inzet voor decent work (fatsoenlijk werk) niet alleen in financieel opzicht,
maar ook via lobby- en campagneactiviteiten. Daarnaast worden, in
samenwerking met CNV bonden, ook kennis en expertise gedeeld.
In A World that works maken journalist Frank van Lierde en fotograaf Bas
de Meijer zichtbaar wat de resultaten van dat werk van CNV Internationaal
concreet betekenen in het leven van mensen.
Lees de verhalen van Sokhna en Seynabou uit Senegal, van Srun en Athit uit
Cambodja, van Niver en Elsa uit Colombia, en van Angela en Ion uit Moldavië.
Wat bezielt hen, waar worstelen zij mee? Wat betekent het om in zo’n
fabriek te werken. Wat betekent het vakbondswerk voor hen? Wat is er
overgebleven van de dromen die zij als kind hadden? Waar vinden zij de
inspiratie om door te gaan?
facebook.com/cnv.internationaal
twitter.com/CNV_Internat
Internationaal
www.cnvinternationaal.nl

Weitere ähnliche Inhalte

Ähnlich wie CNV Internationaal - A World that Works

Syndion Synchroon VOORJAAR 2013 • 4e jaargang • NUMMER 1
Syndion Synchroon VOORJAAR 2013 • 4e jaargang • NUMMER 1Syndion Synchroon VOORJAAR 2013 • 4e jaargang • NUMMER 1
Syndion Synchroon VOORJAAR 2013 • 4e jaargang • NUMMER 1Rosalien Tap
 
Taboes in de financiële sector
Taboes in de financiële sectorTaboes in de financiële sector
Taboes in de financiële sectorWiro Kuipers
 
Wonderen doen met weinig geld
Wonderen doen met weinig geldWonderen doen met weinig geld
Wonderen doen met weinig geldAmsterdam en land
 
Groene brigade nr 4 kwartaal 4.pdf
Groene brigade nr 4  kwartaal 4.pdfGroene brigade nr 4  kwartaal 4.pdf
Groene brigade nr 4 kwartaal 4.pdfDavePlatteel
 
doe mee! winter 2015 (1)
doe mee! winter 2015 (1)doe mee! winter 2015 (1)
doe mee! winter 2015 (1)Fanny Leseman
 
WINWIN9 Leve de participatiesamenleving
WINWIN9 Leve de participatiesamenlevingWINWIN9 Leve de participatiesamenleving
WINWIN9 Leve de participatiesamenlevingJudith van Helvert
 
Je bent bij ViVa! Zorggroep op je plek als je niet alleen wil dokteren, maar ...
Je bent bij ViVa! Zorggroep op je plek als je niet alleen wil dokteren, maar ...Je bent bij ViVa! Zorggroep op je plek als je niet alleen wil dokteren, maar ...
Je bent bij ViVa! Zorggroep op je plek als je niet alleen wil dokteren, maar ...Corparis
 
Humanitas def
Humanitas defHumanitas def
Humanitas defboogaard
 
Wij zijn trots - MKW woningbouwcorporaties werken aan leefbaarheid in kleine ...
Wij zijn trots - MKW woningbouwcorporaties werken aan leefbaarheid in kleine ...Wij zijn trots - MKW woningbouwcorporaties werken aan leefbaarheid in kleine ...
Wij zijn trots - MKW woningbouwcorporaties werken aan leefbaarheid in kleine ...MKW Platform
 
Van de bank aan de bak 2015
Van de bank aan de bak 2015Van de bank aan de bak 2015
Van de bank aan de bak 2015Astrid Hazelzet
 
67401_nieuwsbrief_voorjaar_2016_Langedijk
67401_nieuwsbrief_voorjaar_2016_Langedijk67401_nieuwsbrief_voorjaar_2016_Langedijk
67401_nieuwsbrief_voorjaar_2016_LangedijkIneke Vroling
 
doe mee! najaar 2015
doe mee! najaar 2015doe mee! najaar 2015
doe mee! najaar 2015Fanny Leseman
 
doe mee! najaar 2015
doe mee! najaar 2015doe mee! najaar 2015
doe mee! najaar 2015Fanny Leseman
 
Sessie 28 Bruggen bouwen en verbindingen graven - samen werken aan goed lokaa...
Sessie 28 Bruggen bouwen en verbindingen graven - samen werken aan goed lokaa...Sessie 28 Bruggen bouwen en verbindingen graven - samen werken aan goed lokaa...
Sessie 28 Bruggen bouwen en verbindingen graven - samen werken aan goed lokaa...Vereniging Vlaamse Jeugddiensten
 

Ähnlich wie CNV Internationaal - A World that Works (20)

Syndion Synchroon VOORJAAR 2013 • 4e jaargang • NUMMER 1
Syndion Synchroon VOORJAAR 2013 • 4e jaargang • NUMMER 1Syndion Synchroon VOORJAAR 2013 • 4e jaargang • NUMMER 1
Syndion Synchroon VOORJAAR 2013 • 4e jaargang • NUMMER 1
 
Taboes in de financiële sector
Taboes in de financiële sectorTaboes in de financiële sector
Taboes in de financiële sector
 
Wonderen doen met weinig geld
Wonderen doen met weinig geldWonderen doen met weinig geld
Wonderen doen met weinig geld
 
Groene brigade nr 4 kwartaal 4.pdf
Groene brigade nr 4  kwartaal 4.pdfGroene brigade nr 4  kwartaal 4.pdf
Groene brigade nr 4 kwartaal 4.pdf
 
Artikel: Helpper
Artikel: HelpperArtikel: Helpper
Artikel: Helpper
 
doe mee! winter 2015 (1)
doe mee! winter 2015 (1)doe mee! winter 2015 (1)
doe mee! winter 2015 (1)
 
Doe mee! Lente 2015
Doe mee! Lente 2015Doe mee! Lente 2015
Doe mee! Lente 2015
 
WINWIN9 Leve de participatiesamenleving
WINWIN9 Leve de participatiesamenlevingWINWIN9 Leve de participatiesamenleving
WINWIN9 Leve de participatiesamenleving
 
Viattence
ViattenceViattence
Viattence
 
Je bent bij ViVa! Zorggroep op je plek als je niet alleen wil dokteren, maar ...
Je bent bij ViVa! Zorggroep op je plek als je niet alleen wil dokteren, maar ...Je bent bij ViVa! Zorggroep op je plek als je niet alleen wil dokteren, maar ...
Je bent bij ViVa! Zorggroep op je plek als je niet alleen wil dokteren, maar ...
 
Viattence
ViattenceViattence
Viattence
 
ERIC-def
ERIC-defERIC-def
ERIC-def
 
Humanitas def
Humanitas defHumanitas def
Humanitas def
 
Wij zijn trots - MKW woningbouwcorporaties werken aan leefbaarheid in kleine ...
Wij zijn trots - MKW woningbouwcorporaties werken aan leefbaarheid in kleine ...Wij zijn trots - MKW woningbouwcorporaties werken aan leefbaarheid in kleine ...
Wij zijn trots - MKW woningbouwcorporaties werken aan leefbaarheid in kleine ...
 
Van de bank aan de bak 2015
Van de bank aan de bak 2015Van de bank aan de bak 2015
Van de bank aan de bak 2015
 
Stadskrant_nummer25_2009
Stadskrant_nummer25_2009Stadskrant_nummer25_2009
Stadskrant_nummer25_2009
 
67401_nieuwsbrief_voorjaar_2016_Langedijk
67401_nieuwsbrief_voorjaar_2016_Langedijk67401_nieuwsbrief_voorjaar_2016_Langedijk
67401_nieuwsbrief_voorjaar_2016_Langedijk
 
doe mee! najaar 2015
doe mee! najaar 2015doe mee! najaar 2015
doe mee! najaar 2015
 
doe mee! najaar 2015
doe mee! najaar 2015doe mee! najaar 2015
doe mee! najaar 2015
 
Sessie 28 Bruggen bouwen en verbindingen graven - samen werken aan goed lokaa...
Sessie 28 Bruggen bouwen en verbindingen graven - samen werken aan goed lokaa...Sessie 28 Bruggen bouwen en verbindingen graven - samen werken aan goed lokaa...
Sessie 28 Bruggen bouwen en verbindingen graven - samen werken aan goed lokaa...
 

Mehr von CNV Vakcentrale

CNV Internationaal Future of you(th) (Español)
CNV Internationaal Future of you(th) (Español)CNV Internationaal Future of you(th) (Español)
CNV Internationaal Future of you(th) (Español)CNV Vakcentrale
 
Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025
Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025
Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025CNV Vakcentrale
 
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019CNV Vakcentrale
 
CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018
CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018
CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018CNV Vakcentrale
 
CNV Vakcentrale jaarverslag 2017
CNV Vakcentrale jaarverslag 2017CNV Vakcentrale jaarverslag 2017
CNV Vakcentrale jaarverslag 2017CNV Vakcentrale
 
CNV Pamflet Europese verkiezingen
CNV Pamflet Europese verkiezingen CNV Pamflet Europese verkiezingen
CNV Pamflet Europese verkiezingen CNV Vakcentrale
 
Arbeidsvoorwaardennota 2018
Arbeidsvoorwaardennota 2018Arbeidsvoorwaardennota 2018
Arbeidsvoorwaardennota 2018CNV Vakcentrale
 
18 006 cie szw verdrag ilo violence
18 006 cie szw verdrag ilo violence18 006 cie szw verdrag ilo violence
18 006 cie szw verdrag ilo violenceCNV Vakcentrale
 
18 006 cie SZW Europese arbeidsautoriteit brief Tweede kamer Koolmees
18 006 cie SZW Europese arbeidsautoriteit brief Tweede kamer Koolmees18 006 cie SZW Europese arbeidsautoriteit brief Tweede kamer Koolmees
18 006 cie SZW Europese arbeidsautoriteit brief Tweede kamer KoolmeesCNV Vakcentrale
 
Advertentie loondispensatie 2018
Advertentie loondispensatie 2018Advertentie loondispensatie 2018
Advertentie loondispensatie 2018CNV Vakcentrale
 
Pamflet loondispensatie 2018
Pamflet loondispensatie 2018Pamflet loondispensatie 2018
Pamflet loondispensatie 2018CNV Vakcentrale
 
Brief fnv cnv vcp hoofdlijnennotitie participatiewet
Brief fnv cnv vcp hoofdlijnennotitie participatiewetBrief fnv cnv vcp hoofdlijnennotitie participatiewet
Brief fnv cnv vcp hoofdlijnennotitie participatiewetCNV Vakcentrale
 
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016CNV Vakcentrale
 
CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017
CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017
CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017CNV Vakcentrale
 
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015CNV Vakcentrale
 
Inbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg Participatiewet
Inbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg ParticipatiewetInbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg Participatiewet
Inbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg ParticipatiewetCNV Vakcentrale
 
Gezamenlijke brief vakbonden Nederland, Malta en Slowakije over Detacheringsr...
Gezamenlijke brief vakbonden Nederland, Malta en Slowakije over Detacheringsr...Gezamenlijke brief vakbonden Nederland, Malta en Slowakije over Detacheringsr...
Gezamenlijke brief vakbonden Nederland, Malta en Slowakije over Detacheringsr...CNV Vakcentrale
 
Brief vakcentrales aan Tweede Kamer over rentegevoeligheid pensioen
Brief vakcentrales aan Tweede Kamer over rentegevoeligheid pensioenBrief vakcentrales aan Tweede Kamer over rentegevoeligheid pensioen
Brief vakcentrales aan Tweede Kamer over rentegevoeligheid pensioenCNV Vakcentrale
 
Brief CNV aan Tweede Kamer over robotisering
Brief CNV aan Tweede Kamer over robotiseringBrief CNV aan Tweede Kamer over robotisering
Brief CNV aan Tweede Kamer over robotiseringCNV Vakcentrale
 
Libertad sindical ficha tematica CNV Internationaal
Libertad sindical ficha tematica CNV Internationaal Libertad sindical ficha tematica CNV Internationaal
Libertad sindical ficha tematica CNV Internationaal CNV Vakcentrale
 

Mehr von CNV Vakcentrale (20)

CNV Internationaal Future of you(th) (Español)
CNV Internationaal Future of you(th) (Español)CNV Internationaal Future of you(th) (Español)
CNV Internationaal Future of you(th) (Español)
 
Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025
Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025
Sociaal politiek program CNV 2021 - 2025
 
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2019
 
CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018
CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018
CNV Vakcentrale-jaarverslag-2018
 
CNV Vakcentrale jaarverslag 2017
CNV Vakcentrale jaarverslag 2017CNV Vakcentrale jaarverslag 2017
CNV Vakcentrale jaarverslag 2017
 
CNV Pamflet Europese verkiezingen
CNV Pamflet Europese verkiezingen CNV Pamflet Europese verkiezingen
CNV Pamflet Europese verkiezingen
 
Arbeidsvoorwaardennota 2018
Arbeidsvoorwaardennota 2018Arbeidsvoorwaardennota 2018
Arbeidsvoorwaardennota 2018
 
18 006 cie szw verdrag ilo violence
18 006 cie szw verdrag ilo violence18 006 cie szw verdrag ilo violence
18 006 cie szw verdrag ilo violence
 
18 006 cie SZW Europese arbeidsautoriteit brief Tweede kamer Koolmees
18 006 cie SZW Europese arbeidsautoriteit brief Tweede kamer Koolmees18 006 cie SZW Europese arbeidsautoriteit brief Tweede kamer Koolmees
18 006 cie SZW Europese arbeidsautoriteit brief Tweede kamer Koolmees
 
Advertentie loondispensatie 2018
Advertentie loondispensatie 2018Advertentie loondispensatie 2018
Advertentie loondispensatie 2018
 
Pamflet loondispensatie 2018
Pamflet loondispensatie 2018Pamflet loondispensatie 2018
Pamflet loondispensatie 2018
 
Brief fnv cnv vcp hoofdlijnennotitie participatiewet
Brief fnv cnv vcp hoofdlijnennotitie participatiewetBrief fnv cnv vcp hoofdlijnennotitie participatiewet
Brief fnv cnv vcp hoofdlijnennotitie participatiewet
 
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016
CNV Vakcentrale Jaarverslag 2016
 
CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017
CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017
CNV Conceptarbeidsvoorwaardennota 2017
 
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015
Jaarverslag CNV Vakcentrale 2015
 
Inbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg Participatiewet
Inbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg ParticipatiewetInbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg Participatiewet
Inbreng vakcentrale's FNV en CNV bij Algemeen Overleg Participatiewet
 
Gezamenlijke brief vakbonden Nederland, Malta en Slowakije over Detacheringsr...
Gezamenlijke brief vakbonden Nederland, Malta en Slowakije over Detacheringsr...Gezamenlijke brief vakbonden Nederland, Malta en Slowakije over Detacheringsr...
Gezamenlijke brief vakbonden Nederland, Malta en Slowakije over Detacheringsr...
 
Brief vakcentrales aan Tweede Kamer over rentegevoeligheid pensioen
Brief vakcentrales aan Tweede Kamer over rentegevoeligheid pensioenBrief vakcentrales aan Tweede Kamer over rentegevoeligheid pensioen
Brief vakcentrales aan Tweede Kamer over rentegevoeligheid pensioen
 
Brief CNV aan Tweede Kamer over robotisering
Brief CNV aan Tweede Kamer over robotiseringBrief CNV aan Tweede Kamer over robotisering
Brief CNV aan Tweede Kamer over robotisering
 
Libertad sindical ficha tematica CNV Internationaal
Libertad sindical ficha tematica CNV Internationaal Libertad sindical ficha tematica CNV Internationaal
Libertad sindical ficha tematica CNV Internationaal
 

CNV Internationaal - A World that Works

  • 2. het verhaal van Elsa Paez Garcia pagina 25 het verhaal van Seynabou Dieng pagina 6 het verhaal van Ion Poia pagina 30 het verhaal van Angela Ciocirlan pagina 33
  • 3. het verhaal van Sokhna Fall pagina 9 het verhaal van Niver Alegria Florez pagina 22 het verhaal van Athit Kong pagina 17 het verhaal van Srun Sothy pagina 14
  • 4.
  • 5. 5 Werken aan programma's die echt zorgen voor positieve verandering in het leven van mensen, daar gaat het om bij CNV Internationaal. In A World that works brengen journalist Frank van Lierde en fotograaf Bas de Meijer in interviews met werkenden uit vier continenten een aantal persoonlijke verhalen achter de resultaten van het werk van CNV Internationaal tot leven. > Voorwoord In de kern draait het internationale vakbondswerk om hetzelfde, waar je ook leeft en hoe verschillend de omstandigheden ook zijn. Het gaat om fatsoenlijk werk dat mensen in staat stelt om in hun behoeften te voorzien, zodat zij veilig en gezond kunnen leven. Zodat zij hun kinderen naar school kunnen sturen. Zodat zij verzekerd zijn van een inkomen als ze ziek worden of nadat ze met pensioen gaan. Fatsoenlijk werk betekent dat mensen rechtvaardig worden behan- deld en dat hun rechten worden gerespecteerd. Ik ben er trots op dat we ons als CNV niet alleen inzetten voor fatsoen- lijk werk in Nederland, maar dat we over onze grenzen kijken. Lees de verhalen van Sokhna en Seynabou uit Senegal van Srun en Athit uit Cambodja, van Niver en Elsa uit Colombia, en van Angela en Ion uit Moldavië. Zij vertellen wat de impact is in hun leven van de programma’s die CNV Internationaal uitvoert samen met lokale organisaties. Wat betekent het om in zo’n fabriek te werken. Waar worstelen zij mee? Wat is er overgebleven van de dromen die zij als kind hadden? Wat betekent het vakbondswerk voor hen? Waar vinden zij de inspiratie om door te gaan? Pieter de Vente Voorzitter CNV Internationaal Algemeen secretaris CNV Vakcentrale Vakbondswerk verandert mensenlevens
  • 6. 6 > Projectland Senegal Het verhaal van Seynabou Dieng Leeftijd: 42 Beroep: Visverwerkster Kinderen: 4 zoons en 1 dochter Vakbond: Coöperatie aangesloten bij UDTS Seynabou Dieng woont in een kleine stad aan de kust van Senegal. Ze werkt in de visindustrie, net als haar ouders en grootouders dat deden. Het is hard werken voor weinig geld, zonder contract, zonder werk- zekerheid, zonder sociale voorzieningen. De angst verdween uit ons bestaan ijn vader is overleden toen Ik 7 jaar oud was. Als meisje wilde ik graag vroedvrouw of onderwijzeres worden, maar toen ik 10 jaar was ben ik van school gegaan. Ik ben getrouwd met een visser. Twee van mijn zoons werken met mij in de visverwerking, twee anderen werken met mijn man op de boot. Mijn dochter is getrouwd.” Seynabou is lid van een coöperatie van 250 vrouwen en 50 mannen, allen werk- zaam in de visverwerking in dezelfde kustplaats. “Met hulp van de Union Démocratique des Travailleurs du Sénégal (UDTS) en onze coöperatie, hebben we veel vooruitgang geboekt. We kregen financiële steun en konden materiaal kopen.” “Ik heb grote veranderingen meege- maakt in de visverwerkingindustrie. Tegenwoordig hebben de leden van de coöperatie brede tafels om de vis te drogen. We hebben zelfs rookovens. Toen ik jong was hadden we dat niet. Mijn oudere zus en ik vertrokken iedere ochtend met mijn moeder naar de zee. We rookten de vis daar waar we die in- kochten. Het rookproces was niet hygië- nisch. Die tijden zijn gelukkig veranderd.” “Toen we nog geld bij de bank moesten lenen betaalden we een rente van 18%. De bank sloot arme mensen uit en dat is in al die jaren niet veranderd. Wie niets had, kon niets lenen en dat gold voor de meesten van ons. Als je wilde lenen, moest je een garantie van een nog grotere waarde bieden. Lenen bete- kende leven in angst. Nee, een zelfstan- dig bestaan leiden gaat in Senegal niet via de bank. Dat gaat alleen als je een groep vormt. Dat is Afrikaanse logica. De geschiedenis van de één is de geschiedenis van de ander.” “Dankzij de UDTS kreeg de coöperatie een eigen werkterrein en een coöpera- M De vakbond versterkt ons, houdt ons wakker, biedt ons bescherming en helpt ons in onze strijd tegen armoede
  • 7. 7
  • 8. 8 tief spaar- en kredietfonds dat we zelf beheren. We betalen 3% rente, dat is niet te vergelijken met die 18% bij de bank. Het betekende dat we de bank links konden laten liggen, dat de angst verdween uit ons bestaan.” “Nu kunnen we veel vis kopen en spul- len aanschaffen: emmers, kommen, kruiwagens, handschoenen, laarzen, schoenen, droogrekken, grote wasbek- kens in cement... Individueel kan nie- mand van ons die spullen kopen. Maar nu kunnen we er samen gebruik van maken. We werken hygiënischer, pro- duceren meer en van betere kwaliteit. Vroeger werd er neergekeken op het werk van vrouwen, tegenwoordig dragen we een groot deel bij aan de familie- inkomens en kijkt men anders naar ons.” “De vakbond versterkt ons, houdt ons wakker, biedt ons bescherming en helpt ons in onze strijd tegen armoede. We werken allemaal in de visverwerking dus we zijn concurrenten. Maar we zijn ook solidair met elkaar. Samen denken we na over hoe we ons geld gaan gebruiken, welke materialen we gaan kopen en hoe we klanten gaan werven. We willen rechtstreeks toegang tot de markt, zonder tussenhandelaren. Dat is een strijd die we samen met de vakbond voeren. In de tussentijd maken we onderling prijsafspraken en spreken we met één stem. Dat beschermt ons tegen tussenhandelaren die ons hun veel te lage prijs willen opleggen.” “Ik kan het me niet voorstellen maar als ik een week lang niet hoefde te werken, zou ik mezelf verzorgen. En ik zou uit- rusten. En wat is Seynabou’s droom voor de toekomst? Ik zou rookovens op zonne- energie willen. Dat spaart brandstof en het is veel gezonder en schoner. En over tien jaar wil ik eigenaar zijn van meerdere rookovens. Die kan ik dan verhuren, zodat ik zelf niet meer hoef te werken, want dit werk is te zwaar op den duur.” > Projectland Senegal Vroeger werd er neergekeken op het werk van vrouwen, tegenwoordig dragen we een groot deel bij aan de familie-inkomens Seynabou Dieng Mijn man en zonen zijn visser Samen overleggen we over wat we inkopen en hoe we meer klanten werven
  • 9. 9 Het verhaal van Sokhna Fall Leeftijd: 51 Beroep: Handelaar in bouwmaterialen Kinderen: 7 (tussen de 10 en 30 jaar) Vakbond: Spaar en krediet- groep Book Ndey Samen zijn we nergens bang voor De vakbond heeft ons geleerd met geld om te gaan et als mijn zus ging ik spulle- tjes kopen en verkopen. Zo is het begonnen.” Inmiddels heeft Sokhna Fall zeven kinderen in de leeftijd van 10 tot 30 jaar. Ze handelt in bouwmaterialen, zoals cement en verf. Sokhna: “Werken in de informele handel is zwaar en ge- vaarlijk. Diefstal komt veel voor. Het feit dat zoals mensen zoals ik niet erkend zijn als werknemer, maakt ons kwets- baar. Ik sta niet geregistreerd, betaal daardoor geen belasting en heb geen vergunning. Het gevolg is dat ik niet beschermd ben, geen sociale zekerheid en geen pensioen heb en in de vicieuze cirkel van de informele economie blijf leven.” Op de vraag waarom Sokhna lid werd van vakbond UDTS, klopt ze zich spon- taan op de borst. “Dat wilde ik echt van binnen. Ik wilde niet alleen mijn eigen situatie verbeteren, maar ook andere vrouwen vooruit helpen. Er zijn zoveel vrouwen zoals ik die nooit naar school zijn geweest en die wel wat steun kunnen gebruiken.” “De vakbond houdt ons bij elkaar. We werken samen en helpen elkaar. De UDTS zet zich in voor fatsoenlijk werk. Fatsoenlijk werk betekent voor mij dat ik te eten heb, een huis om in te leven, mijn familie kan helpen en de mensen om me heen.” Sokhna is voorzitter van de spaar- en kredietgroep Book Ndey. “We hebben 36 leden. Iedereen heeft een vakbonds- kaart. Met een lening van de vakbond UDTS kopen we voedsel en huishoud- spullen zoals olie en zeep groot in. Daardoor betalen we minder dan in de winkel en omdat we alles centraal in- slaan, besparen we ook transportkosten. Voedselsolidariteit noemen we dat.” > Projectland Senegal “Ik herinner me van de eerste keer dat ik in Dakar kwam vooral het moderne leven,” vertelt Sokhna. “Elektriciteit, telefoon, zoveel auto’s, dat was geweldig!” In 1983 ben ik getrouwd. Mijn man nam me mee naar Dakar. Maar wat voor werk moest ik doen zonder opleiding? N
  • 10. 10 “De vakbond heeft ons ook geleerd met geld om te gaan. Daardoor hoeven we tegenwoordig niet meer bang te zijn voor de bank. We beheren zelf ons geld. Samen zijn we nergens bang voor De mensen met wie ik werk beschouw ik als mijn familie. Samen zorgen we er voor dat er niemand buiten de boot valt, dat we één groep blijven.” “Ik ben nooit naar school gegaan, maar nu is de vakbond mijn school. We leren niet alleen veel over vakbondswerk, maar ook over management en finan- cieel beheer. We leren om onze handel zichtbaar te maken bij een groter publiek. We ontwikkelen nieuwe verkoopstrategieën en denken na over de financiële haalbaarheid van onze plannen. Zo worden we betere onder- nemers. De UDTS versterkt zo onze onafhankelijkheid. Als je werkt in de informele sector is dat belangrijk.” “De vakbond en onze spaar- en krediet- groep hebben veel in mijn leven veran- derd. Ik kan nu gemakkelijker aan basisvoedsel komen dan vroeger. Ook kan ik medische kosten betalen als dat nodig is. Hierdoor zijn mijn eigenwaarde en het respect van anderen gegroeid.” “Toch hebben we nog een lange weg te gaan. Als ik hoor dat in andere landen sociale zekerheid en het minimumloon goed geregeld zijn, dan zie ik dat als een voorbeeld voor ons. Ik denk dat het belangrijk is de nationale en internatio- nale samenwerking te versterken om dat hier ook zo te kunnen organiseren.” “Ik hoop dat we nog veel bereiken met onze coöperatie. Over 10 jaar hoop ik dat we allemaal een eigen bedrijf heb- ben, compleet met alle papieren en vergunningen. En dat we dan weer andere vrouwen op die weg verder kunnen helpen en de vakbeweging sterker en groter kunnen maken. Dat is wat we willen.” > Projectland Senegal De vakbond heeft veel in mijn leven veranderd. Mijn eigenwaarde en het respect van anderen zijn gegroeid Sokhna Fall De vakbond is mijn school Over 10 jaar hoop ik dat we allemaal een eigen bedrijf hebben
  • 11. Samen zorgen we er voor dat er niemand buiten de boot valt, dat we één groep blijven 11
  • 12. 12 Key facts and figures Senegal Senegal Hoofdstad: Dakar Aantal inwoners: 13,7 miljoen Nederland: 16,8 miljoen Oppervlakte: 196.190 km2 Nederland: 41.526 km2 Inkomen per hoofd Senegal $ 2.000 Nederland $ 41.500 Levensverwachting Senegal 59,6 jaar Nederland 80,8 jaar Bron: http://hdr.undp.org/en/data UDTS CNV Internationaal werkt in Senegal samen met de Union Démocratique des Travailleurs du Sénégal. De UDTS is een van de grootste vakbonden van Senegal. In alle uithoeken van het land is de vakbond aanwezig. Sociale zekerheid Slechts 10% van de werkende bevolking heeft nu toegang tot sociale zekerheid. Via de Mutuelles de Santé organiseert de UDTS toch sociale zekerheid. Om dit probleem hoog op de nationale agenda te krijgen voert de UDTS samen met andere vakbondsorganisaties bewustwordings- en lobby- campagnes. Samenwerking De UDTS heeft het initiatief genomen voor een inter- syndicale waarin de vier grootste vakbonden in Senegal op bepaalde terreinen samen- werken. Zo hebben zij een sterke positie verworven in de gesprekken met overheid en werkgevers.
  • 13. 13 Plaats op de ontwikkelingsindex Senegal 154 van 187 Nederland 4 van 187 Plaats op de gender- gelijkheidsindex Senegal 115 van 187 Nederland 1 van 187 Geletterde volwassenen Senegal 49,7 % Nederland 99% Diverse beroepsgroepen CNV Internationaal werkt in Senegal samen met de Union Démocratique des Travailleurs du Sénégal. De UDTS is een van de grootste vakbonden van Senegal. In alle uithoeken van het land is de vakbond aanwezig. Ook voor wie geen vast werk heeft In Senegal hebben maar 250.000 mensen vast werk op een beroeps- bevolking van 6 miljoen. De UDTS is heel actief in het organiseren van deze mensen die geen vast werk hebben maar bijvoorbeeld als straathandelaar, marktverkoper of motortaxichauffeur in hun levensonderhoud proberen te voorzien. Sociale dialoog op bedrijfsniveau De vakbonden die bij UDTS aangesloten zijn, voeren ook de sociale dialoog op bedrijfsniveau met de ondernemers. De resultaten variëren van eenvoudige afspraken over werktijden en beloning tot uitgebreide, gedetailleerde cao’s met bijvoorbeeld moederschaps- verlof en afspraken rond veilig- heid op de werkplek.
  • 14. 14 > Projectland Cambodja Het verhaal van Srun Sothy Leeftijd: 31 Beroep: Kledingarbeider in de Chus Sing fabriek Kinderen: 1 zoontje Vakbond: Vakbond voor kledingarbeiders CCAWDU k werkte van 7 ‘s ochtends tot soms 11 uur ‘s avonds voor 30 dollar per maand. Vakantie was er niet, ziekte- verlof was iets uitzonderlijks. Ik was bang om in de handen van vrouwenhan- delaren te komen. Soms verdwenen er meisjes. Mij hebben ze ook geprobeerd weg te lokken. Dat is mooi niet gebeurd, ik ben niemands bezit!” Na drie jaar in de fabriek te hebben gewerkt, sloot Srun zich aan bij de vakbond C.CAWDU. Srun: “Dat was de eerste onafhankelijke vakbond voor kledingarbeiders in het land. Er veran- derde zoveel in mijn leven! We kregen er trainingen, leerden over arbeids- rechten, werknemers kwamen samen en we gingen met een wensenpakket naar de bazen. We kregen het gevoel dat wij echt iets konden veranderen en problemen konden oplossen.” Problemen zijn er genoeg. “Duizenden vrouwen, vaak met kleine kinderen thuis, werken in zware en ongezonde omstandigheden. Uit armoede ruilen ze hun vakantiedagen in voor geld. Maar wat als hun kind of als ze zelf ziek worden? Bazen doen moeilijk over zorgverlof. En dan heb je de arbeids- ongevallen. Vingers in de naai- en snij- machines, elektrocutie, ademnood, uitputting, verstikking. Elke week vallen er vrouwen flauw. Bij de vakbond heb ik veiligheidstrainingen gevolgd. Ik bemiddel waar ik dat kan ik en schiet ik collega’s te hulp.” In 2009 verkiezen arbeiders Srun tot fabrieksleider van CCAWDU. Soms brengt die positie haar in de problemen. “In het begin kreeg ik bedreigingen. ‘We hebben een pistool en we gaan je vermoorden, maar ik ben gewoon doorgegaan.” I Met de vakbond voorkomen we dat arbeiders verder in de armoede wegzakken Tijd voor heimwee was er niet Toen haar vader ziek werd en zijn baan verloor, moest Srun Sothy stoppen met school. Er was maar één optie: geld gaan verdienen in de hoofdstad “Ik ging broeken naaien in Chus Sing Factory. Ik was een eenzaam boerenmeisje in een miljoenenstad. Tijd voor heimwee was er niet.
  • 15. 15
  • 16. 16 Wat heeft Srun de afgelopen jaren met de vakbond voor elkaar gekregen? “Vakbondsleden worden nu minder getreiterd. Het is democratischer geworden in de fabriek. We hebben een betere regeling voor zwangerschaps- verlof. Het complete loon wordt drie maanden contant vooruitbetaald aan het begin van je verlof. En het minimumloon is omhoog gegaan naar 61 dollar. Wat was het spannend om het werk stil te leggen en voor de fabriekspoorten te protesteren! Het voelde fantastisch om als vakbondsleider de menigte mee te krijgen.” Srun wil meer bereiken in de toekomst. “Over 10 jaar wil ik dat er minimumloon is waarvan je kunt leven, dat arbeiders een pensioen opbouwen, dat er betere luchtverversing is, dat we kunnen wonen in fatsoenlijke huizen en dat voedsel betaalbaar blijft voor arbeiders.” Genoeg te doen dus als vakbondsleider. Je zou vergeten dat Srun ook gewoon arbeider is. Al 14 jaar werkt ze in Chus Sing. Met haar man en haar zoontje woont ze in een kamer van drie bij drie, op een steenworp van de fabriek. Wat heeft het vakbondswerk haar persoonlijk opgeleverd? “CCAWDU heeft van mij een sterker mens gemaakt. Ik kan nu mijn mond roeren, mensen mobiliseren en met managers de degens kruisen.” Waar haalt Srun de energie vandaan om door te gaan, als activist, arbeider als moeder. Ze krijgt tranen in haar ogen. “Het is de eerste keer in mijn leven dat iemand me vraagt wat ik denk en voel. Het is zwaar. Ik vecht voor anderen, maar niemand komt naar mij toe als ik zelf problemen heb. Het is eenzaam werk. Het is ook moeilijk omdat de armoede ons steeds inhaalt. Als het loont stijgt, stijgen ook de kosten van levensonderhoud. Met heel hard werken en onderhandelen slagen we erin om niet verder in de armoede weg te zinken. Dat is al heel wat. Maar niet genoeg om echt uit de armoede te komen.” > Projectland Cambodja Over 10 jaar wil ik dat er een minimumloon is waarvan je kunt leven en dat we pensioen opbouwen Srun Sothy Het werk is zwaar en ongezond De vakbond heeft mij een sterker mens gemaakt
  • 17. 17 Het verhaal van Athit Kong Leeftijd: 33 Beroep: Begonnen als kledingarbeider in wasserij jeansfabriek nu vice-voorzitter CCAWDU Kinderen: 1 dochtertje Vakbond: Vakbond voor kledingarbeiders CCAWDU Zwoegen, vechten, dromen De vakbond vergroot de inspraak van miljoenen arbeiders, maakt dit land socialer en democratischer ij kent het leven in de fabriek. “Mijn ouders waren te arm om me verder te laten studeren. Toen ik 17 was verliet ik mijn dorp en ging aan de slag in een grote textielfabriek. Ik had niets, geen geld, geen arbeidscontract, geen eten. Met zeven anderen sliep ik in een kamer van drie vierkante meter. Ik schaamde me dat ik zo arm was. Het eerste jaar heb ik 365 dagen gewerkt van 7 uur in de och- tend tot 10 uur ‘s avonds. Een dag vrij nemen of ziek thuisblijven mocht niet.” “Ik waste jeansbroeken met schuur- stenen, bleek- en kleurmiddelen. De hele dag stond ik in de chemicaliën, de stank en de nattigheid. Ik verdiende 30 dollar per maand.” “Van arbeidsrechten had ik geen benul, maar ik wist wel wat menselijk was en wat niet. Ik zag bazen die zonder reden werkers uitkafferden en ontsloegen. Ik zag arbeiders die zichzelf in de ver- nieling werkten om hun productiedoelen te halen. Iedereen was overgeleverd aan de willekeur van de baas. Wie verzet zich daar niet tegen? Ik in ieder geval wel!” In 2000 werd Athit lid van een vakbond. “Daar leerde ik de basis: luisteren naar arbeiders, klachten en eisen formuleren, onderhandelen.” Al snel verliest Athit zijn baan. “Mijn ontslagbrief hing aan de fabriekspoort.” Eerder had hij het opgenomen voor een groep oudere vrouwen die parttime werkten in de fabriek. “Zij deden zwaar werk op de wasafdeling. Toen de orders tegenvielen zaten die vrouwen drie maanden zonder werk en zonder inko- men. Ik protesteerde bij mijn baas. De directie vond me een lastpak. Tijdens nachtdienst, is de militaire politie me Athit Kong heeft één droom. “Ik wil wonen in een land waar mensen onder fatsoenlijke omstandigheden kunnen werken. Niet in een dictatuur van de groei en de export, waar mensen 80 uur per week zwoegen zonder de eindjes aan elkaar te kunnen knopen.” > Projectland Cambodja H
  • 18. 18 komen halen. Toen had je nog politie in de fabriek. Een jaar lang was ik werkloos. Ik zat aan de grond, maar ik was trots en wist wat ik wilde.” Met vijf anderen zet Athit een nieuwe textielbond op, CCAWDU. Athit is met zijn twintig jaar de jongste: “We hadden maar één doel voor ogen: een vakbond die niet wordt gecontroleerd door de werkgever of door politieke partijen. We wilden échte vertegenwoordiging van onderop: inspraak van de mensen op de lawaaierige, stinkende en bloed- hete werkvloer.” Vandaag de dag telt de bond ruim 50.000 leden in 60 kledingfabrieken. “CCAWDU is niet de grootste vakbond in de sector, maar wel een van de weinige bonden die democratisch en onafhankelijk is.” Hij neemt ons mee naar Sut Lick Trading, één van de grotere kledingfabrieken in de hoofdstad Pnom Penh. “Deze fabriek is berekend op een paar duizend men- sen”, legt hij uit. “Er werken hier 7800 arbeiders. De gemiddelde werkruimte per arbeider is iets meer dan één vier- kante meter.” In de stookkamers van de fabriek verdwijnen bergen hout in grote ovens. “Hier werken vakbondsleden met veel macht”, zegt Athit. “Als zij staken valt de hele fabriek stil.” Bezwete man- nen leggen uit wat C.CAWDU voor elkaar heeft gekregen in de zes maanden dat de vakbond er actief is. “We krijgen nu per dag 9 cent meer voor de lunch. Maar het belangrijkste is dat wij ons als werkers vrij mogen organiseren en vrij mogen spreken. Een jaar geleden was dit gesprek met jullie ondenkbaar geweest.” Ook met de bedrijfsadvocaat van Sut Lick gaat Athit vaak in gesprek. “C.CAWDU is actiever dan andere bonden. Ze oefenen meer druk uit”, zegt de advocaat. “Maar soms gaan de vak- bondsleden hun boekje te buiten met spontane acties. Dat kan niet”. “Jonge arbeiders hebben haast”, reageert Athit. Ze willen snelle oplossingen omdat ze leven in extreme armoede. Maar democratische processen en onderhandelingen gaan vaak langzaam. Als vakbond moet je leren omgaan met die spanning. Het uitgangspunt is dia- loog, met de werkgever en met de over- heid. Pas als het management doof blijft voor onze eisen, gaan we over tot actie. Soms gaat het om kleine protestacties in de fabriek, soms monden ze uit in nationale stakingen.” Hoe heeft CCAWDU de levens van kledingarbeiders in Cambodja veran- derd? Athit blikt terug op 13 jaar strijd. “Vroeger kon je nergens heen om klachten in te dienen of misstanden aan te kaarten. Tien jaar terug werkten mensen als loonslaven 15 uur per dag voor 25 dollar in de maand. Vandaag mogen arbeiders zich organiseren en het minimumloon is 71 dollar per maand en je krijgt een bonus als je 26 dagen onafgebroken werkt. Ziekte- verlof aanvragen kan nu, vroeger betekende dat je ontslag. De fabrieken zijn nog steeds ongezond > Projectland Cambodja De ovens van de kledingfabriek De fabrieken zijn een stuk veiliger en gezonder dan vroeger
  • 19. 19 en onveilig, maar wel een stuk gezonder en veiliger dan vroeger. Dat zijn allemaal mijlpalen.” “De vakbond vergroot de inspraak van miljoenen arbeiders, maakt dit land socialer en democratischer. Maar armoede, onrecht en corruptie kunnen we niet in ons eentje bestrijden. Daar is goed bestuur en goed politiek leiderschap voor nodig.” “Weet je wat mij inspireert? De fiets- paden in Nederland! Die zie ik als ik CNV Internationaal bezoek. Die paden geven aan dat Nederland het recht van ieder mens op een veilige en leefbare leefomgeving echt serieus neemt. In en rond de fabrieken in Phnom Penh zie ik niets dan stank, chaos en onveiligheid. Als ik dan denk aan die Nederlandse fietspaden, dan weet ik dat een samenleving zonder corruptie, armoede, uitbuiting en milieuvervuiling mogelijk is. Zolang ik daaraan kan bijdragen in Cambodja, ga ik door met dromen en vechten.” Het eerste jaar heb ik 365 dagen gewerkt van 7 in de ochtend tot 10 uur ‘s avonds. Ik was toen pas 17 Jullie fietspaden inspireren mij. Die geven aan dat Nederland het recht van ieder mens op een veilige en leefbare omgeving serieus neemt Athit Kong “
  • 20. 20 Talking Dress App Ook heeft CNV Internatio- naal bijgedragen aan de ontwikkeling van de Talking Dress App om het Nederlandse consumenten makkelijker te maken Eerlijke Kleding te vinden in hun eigen omgeving. Werkgelegenheid De kledingindustrie is veruit de belangrijkste bron van werk- gelegenheid in Cambodja. Er werken vooral jonge vrouwen. Nu het economisch minder goed gaat in het westen heeft dat direct invloed op de werk- gelegenheid in Cambodja. Ondersteuning CNV Internationaal steunt in Cambodja het werk van de jonge vakcentrale CLC De vakcentrale CLC is opgericht in 2006 door C.CAWDU een van de belangrijkste aangesloten organisaties voor de kleding- sector, die ook nog maar sinds 2000 bestaat. Cambodja Hoofdstad: Phnom Penh Aantal inwoners: 14,8 miljoen Nederland: 16,8 miljoen Oppervlakte: 181.035 km2 Nederland: 41.526 km2 Inkomen per hoofd Cambodja $ 2.400 Nederland $ 41.500 Levensverwachting CAMBODJA 63,6 jaar Nederland 80,8 jaar Bron: http://hdr.undp.org/en/data Key facts and figures Cambodja Geletterde volwassenen Cambodja 77,6% Nederland 99%
  • 21. 21 Uitwisseling CNV Internationaal helpt de jonge vakbondsorganisatie CLC ook door “zuid-zuid-uitwis- seling” te begeleiden met een grote vergelijkbare vakbondsor- ganisatie die verder ontwikkeld is, in dit geval de Indonesische vakbondsorganisatie SBSI en de KCTU in Zuid-Korea. Minimum loon De vakbond voor de kledingsector CCAWDU groeide van 5000 leden in 2000 naar ruim vijftigduizend nu! Stap voor stap wordt gewerkt aan verbetering van de werkomstandigheden van arbeiders in de textielfabrieken. In de textielsector is een minimum loon bereikt, al is dat nog lang geen leefbaar minimum loon. WellMade CNV Internationaal werkt niet alleen aan de ontwikkeling van vakbonds- organisaties ter plekke. Samen met de Fair Wear Foundation heeft CNV Internationaal het initiatief genomen voor WellMade work- shops op modebeurzen overal in Europa (zie www.wellmade.org). WellMade maakt kledinginkopers van Europese modewinkels duidelijk wat zij kunnen doen om de situatie in de fabrieken waar zij kleding inkopen te verbeteren. Het Well- Made project is mede gefinancierd door de Europese Unie. Plaats op de ontwikkelingsindex Cambodja 139 van 187 Nederland 4 van 187 Plaats op de gender- gelijkheidsindex Cambodja 96 van 187 Nederland 1 van 187
  • 22. 22 > Projectland Colombia Het verhaal van Niver Alegria Florez Leeftijd: 36 Beroep: Begonnen als mijnwerker, bouwvakker en suikerrietkapper, nu veiligheidsinspecteur Kinderen: 2 dochters Vakbond: Sintraindulce, bond voor de suikerriet- sector iver werkt als als veiligheids- inspecteur op de plantages van Mayaguëz, met 4400 werknemers een middelgrote suikerfabriek in de vruchtbare Cauca- vallei. Ooit was het anders. “Toen ik zes was zocht ik al naar restjes goud in de mijnen aan de kust. Het was gevaarlijk werk. Een keer viel ik in een diepe schacht. Na vier jaar waren de mijnen uitgeput. Mijn familie en ik vertrokken naar Puerta Tejada. Het enige dat we hadden waren de kleren die we droegen en geld voor de bus.” In de nieuwe stad zoekt de kleine Niver het ene baantje na het andere. “Ik sjouwde stenen in de baksteen- fabriek, vulde vakken in de super- markt en haalde zand uit de rivier voor een bouwbedrijf. Als ik pijn had of uitgeput was, dacht ik altijd ‘het gaat niet om vandaag, maar om morgen’. Die gedachte hield mij op de been. Nog steeds trouwens.” “Toen ik Lisa leerde kennen was ik 16, zij was 15. We woonden in dezelfde straat en werden verliefd.” Ze trouwen, krijgen een dochter en gaan samen- wonen. Zeven jaar combineerde ik mijn werk met een opleiding, “We leefden van 1,5 dollar per week. De elektriciteit werd vaak afgesloten, vlees was te duur. Vrienden zamelden geld voor ons in. Via via kon ik full time aan de slag in een supermarkt, .maar daar werd ik al snel ontslagen. Ik was ten einde raad. Ik was toen 23, en we hadden een kind.” Niver’s vader, al jaren suikerrietkapper bij de Mayaguëz plantage en lid van vakbond Sintraindulce, helpt zijn zoon aan een baan als suikerrietkapper . Niver: ”Dat was nieuw voor me, ik moest N Ik dank God, mijn vader en de vakbond dat ik vandaag een huis heb en een goede baan De jongen die steeds aan morgen dacht Niver en zijn gezin wonen in een klein huis, niet ver van de grote weg die de scheidslijn is tussen FARC-rebellen en para- militairen. Her en der staan resten van huizen waarvan na overvallen door bandas criminales weinig meer over is.
  • 23. 23
  • 24. 24 heel goed opletten met dat kapmes. Soms kapte ik wel 15 uur op een dag suikerriet, vaak in de bloedhete zon, soms ook tijdens ijskoude hagel- buien.” Niver werkt voor tussenpersonen, niet voor Mayaguëz. Als informeel werkende zonder vast werk heeft hij amper rechten. Zijn vader spoort hem aan om ook id te worden van de vakbond Sintraindulce. Nu komt hij ook in aan- merking voor een direct contract met de fabriek. Niver: “Nadat ik lid werd, veranderde er van alles. Ik kreeg een direct contract en verdiende vier keer zoveel voor hetzelfde werk. Het werk werd ook veiliger: ik kreeg hand- schoenen, beenbeschermers, een uniform en veiligheidsschoenen. De bond organiseerde ook uitjes voor de leden. Ik werkte al twintig jaar en voor het eerst in mijn leven ging ik soms zwemmen met collega’s, een ijsje eten, samen naar het park. Lisa en m’n dochtertje mochten mee.” “Dankzij de vakbond kon ik nog iets doen wat vroeger ondenkbaar was: geld lenen om een eigen huis te kopen en om te gaan studeren. De werk- nemers van Mayaguëz hadden een kredietcoöperatie die samenwerkte met de vakbond. Zo kon ik acht jaar geleden dit huis hier in Florida kopen.” Niver’s huis ligt in een ruige wijk. “Tot drie jaar terug was het best veilig, maar toen kwamen er jonge vreemde- lingen met wapens. Ze persten families af, pleegden inbraken en probeerden van alles te jatten om te verkopen, deuren, ramen, daken. Ook mij wilden ze beroven, maar het feit dat ik lid ben van een sterke vakbond, schrok hen af. De solidariteit onder vakbondsleden is groot, je helpt elkaar.” In 2003 start Niver een universitaire opleiding ‘gezondheid op het werk’. “De vakbond stimuleerde me om verder te studeren en regelde een extra lening.” Nog voor hij afstudeert krijgt hij al promotie en daarna nog eens. Tegenwoordig is hij verantwoordelijk voor de veiligheid van 800 cortadores op alle plantages van Mayaguëz. De laatste promotie plaatst Niver ook voor een hard dilemma. “Toen ik het contract kreeg hoorde ik ook dat de functie het niet toeliet om lid te blijven van de vakbond. Ik wilde niet uit de vakbond, maar kon niet anders. Dat is vooral pijnlijk omdat ik mede dankzij de vakbond deze baan heb kunnen krijgen. Sintraindulce heeft mijn lot een andere wending gegeven, ik ben niet meer dezelfde man. Mijn leven is veranderd”. > Projectland Colombia De vakbond stimuleerde mij om verder te studeren Nu ben ik verantwoordelijk voor de veiligheid van 800 suikerrietkappers Ik kreeg een direct contract en verdiende vier keer zoveel voor hetzelfde werk Niver Alegria Florez
  • 25. 25 Het verhaal van Elsa Paez Garcia Beroep: Lerares en sociaal werker Kinderen: 2 dochters (overleden) en 1 zoontje Vakbond: Vakbond voor werknemers penitenti- aire inrichtingen UTP Leven met de dood in Colombiaanse gevangenissen Dankzij de vakbond is het regime in de gevangenissen humaner geworden elf heeft Elsa in de loop der jaren 18 compañeros van de vakbond verloren. Allemaal vermoord. Ze komt al jaren niet meer buiten zonder lijfwacht. Een keer lag er een dode kip bij de voordeur, met een briefje ‘zo eindig jij binnenkort’. Later kreeg ze een bloemenkrans voor haar eigen overlijden. Erger was het toen ze ach- tervolgd werd door vijf paramilitaire huurmoordenaars op brommers. Vier jaar terug werd haar dochtertje bijna gekidnapt. Elsa is voorzitter van de Unidad de Trabajadores Penitenciarios (UTP). Deze bond is nog maar net ontstaan uit 44 kleine bonden van werkers in penitentiaire inrichtingen. “Alle UTP- leden werken zelf in de gevangenis, als bewaker, in de administratie, of als lerares zoals ik. Wij weten hoe het echt is achter de muren. Ons kantoortje is gevestigd in het gebouw van de INPEC, de overheidsinstelling voor het gevange- niswezen. Van daaruit klagen wij de corruptie, de misstanden en de mensen- rechtenschendingen aan in de beruchte Colombiaanse gevangenissen. Vaak zit de corruptie tot in de top, dus wij klagen ook onze eigen bazen aan en mensen uit het leger en de overheid.” Het is niet verwonderlijk dat Elsa en haar vakbondscollega’s soms op harde tegenwerking stuiten. “In 1999-2000 werden we hardhandig uit onze kantoren gezet. We zijn toen allemaal ontslagen. De Vakcentrale CGT heeft toen met succes onze zaak verdedigd. Tot in Genève.” Elsa leeft voor de vakbond. Haar collega’s bij de UTP zijn er unaniem over: zonder haar vechtlust en leiderschap was er vandaag geen kritische, onafhankelijke Elsa Paez Garcia is al tientallen jaren vakbonds- werker en lerares in de gevaarlijkste gevangenissen van Colombia. Dat ze nog leeft is bijzonder. In de afgelopen 23 jaar is er gemiddeld om de drie dagen een vakbondsactivist vermoord in Colombia. > Projectland Colombia Z
  • 26. 26 vakbond in het Colombiaanse gevange- niswezen. Het is opmerkelijk dat Elsa het volhoudt in de harde wereld van de gevangenis en zelf vakbondsleider is geworden. Thuis heeft ze weinig om op terug te vallen. “Mijn man overleed na zeven maanden huwelijk. Mijn eerste dochter stierf kort na de geboorte. Drie jaar eleden overleed mijn andere dochter aan kanker. Juan Diego, mijn geadop- teerde zoontje, is alles wat ik heb.” “Ik was 19 toen ik begon in de beruchte Picota gevangenis in Bogota. Ik vond het eng! Ik was omringd door wat mensen beschouwen als het ‘afval van de samen- leving’: zware delinquenten, moorde- naars, psychopaten, guerrilla's. Ik dacht toen dat ik het een paar maanden zou uithouden, maar ik werk er nu al 28 jaar, eerst als secretaresse, later als lerares. Ik ben geen bewaker, heb geen repres- sieve taak. Ik kan humaan zijn. Als je niet in die keiharde wereld leeft, begrijp je niet wat een glimlach kan doen.” Er is veel verbeterd door onze klokkenluiders en door onze mensenrechten- training voor bewakers Elsa Paez Garcia “ Vaak zit de corruptie in de top, dus wij klagen ook onze eigen bazen aan, mensen uit het leger en de overheid
  • 27. 27 Soms gaat het mis. Zo werd ze in 1986 gegijzeld door gevangenen. “We werden in de klas vastgehouden en bedreigd met messen. De leider van de gijzelingsactie was al veroordeeld vanwege de moord op een non. Na een dag werden we vrij- gelaten.” Elsa werkt gemiddeld meer dan 100 uur per week. 30% van haar tijd werkt ze als penitentiair ambtenaar in de vrouwen- gevangenis van Buen Pastor. Elsa: “Officieel ben ik lerares maar in de praktijk ben ik tegelijk ook sociaal werker, psycholoog, advocaat en biecht- moeder. Ik werk veel met gedetineerde moeders die in de gevangenis leven met hun kinderen van 0 tot 3 jaar.” “Maar de meeste tijd gaat naar de UTP en de strijd voor betere leef- en werk- omstandigheden in de gevangenissen. Ik werk ook als mensenrechtenspecia- list voor de nationale vakcentrale van vakbonden CGT. En één dag in de week geef ik les aan straatkinderen tussen de 8 en de 16 jaar.” “Bij de UTP onderzoek ik klachten uit gevangenissen in heel Colombia. Corruptie en mensenrechtenschen- dingen maken we openbaar en stellen we aan de kaak. De laatste grote zaak betrof de directeur van een kleine gevangenis net buiten Bogota. Hij verduisterde geld dat eigenlijk was bestemd voor sociale programma’s voor de gedetineerden. Dankzij de aanklacht van de UTP is hij ontslagen. Natuurlijk kreeg ik toen anonieme dreigtelefoontjes. Ook bewakers die gevangenen afpersen of mishandelen, klagen we aan.” Wat levert het vakbondswerk op volgens Elsa? “Veel! Zo hebben we voorkomen dat het gevangeniswezen werd gepriva- tiseerd. 16000 banen stonden op de tocht. “Dankzij de vakbond is het regime in de gevangenissen menselijker geworden. Het zijn nog steeds haarden van geweld en corruptie, maar er is veel verbeterd. Dat komt door onze klokkenluiderrol, maar ook door de mensenrechtentrai- ningen die we organiseren voor bewa- kers en ander personeel.” > Projectland Colombia We maken corruptie openbaar In praktijk ben ik tegelijk ook sociaal werker
  • 28. 28 Sociale beweging De Confederación General de Trabajadores CGT is een politiek onafhankelijke brede sociale beweging. De achterban van de CGT telt 819.200 leden, van straatverkopers tot grote corporaties van boeren. De CGT telt ruim 300 aangesloten vakbonden en associaties die weer zijn georganiseerd in 6 regionale organisaties. Dat is bijzonder want Colombia is wereldwijd het meest gevaarlijke land voor vakbondsleden. In 2013 werden 26 mensen vermoord vanwege vakbonds- activiteiten, 13 mensen overleefden een aanslag op hun leven. Straatverkopers De CGT ziet zichzelf als een brede sociale beweging en is niet uitsluitend bezig met de werknemers op de werkvloer, maar ook met hun sociale omgeving. Een aanzienlijk deel van de leden heeft geen vast werk maar probeert als straatverkoper in de kost te voorzien. Ook coöperaties van boeren en volkswijkbewoners zijn aangesloten bij de CGT. Colombia Hoofdstad: Bogota Aantal inwoners: 45,6 miljoen Nederland: 16,8 miljoen Oppervlakte: 1.138.914 km2 Nederland: 41.526 km2 Plaats op de ontwikkelingsindex Colombia 91 van 187 Nederland 4 van 187 Geletterde volwassenen Colombia 37,9 % Nederland 99% Bron: http://hdr.undp.org/en/data Key facts and figures Colombia
  • 29. 29 Resultaatgericht Speciaal voor vakbondswerk heeft CNV Internationaal een systeem voor planning, monitoring en evaluatie (PME) ontwikkeld. Dat helpt vakcentrales als de CGT en hun aangesloten federaties en vakbonden om resultaatgericht en financieel betrouwbaar te werken. CNV heeft lokale PME trainers opgeleid die vervolgens binnen hun eigen organisaties als trainer actief zijn. Straffeloosheid 'Waarom komt er maar geen einde aan het geweld? De straffeloosheid is het probleem. Als je niet weet wie de schuldigen zijn begin je niets. Onze rechtelijke macht is erg zwak en justitie functioneert niet. Dus de schuldigen worden bijna nooit gevonden en vervolgd'. Groei 'CNV Internationaal is belangrijk voor ons' benadrukt CGT-leider Julio Robert Gomez Esguerra. ‘Niemand geloofde in ons dertig jaar geleden, toen we een klein zaadje waren. Maar het CNV had vertrouwen in ons. Dankzij jullie steun konden we groeien.’ Inkomen per hoofd Colombia $ 10,700 Nederland $ 41.500Plaats op de gender- gelijkheidsindex Colombia 88 van 187 Nederland 1 van 187 Levensverwachting Colombia 73,9 jaar Nederland 80,8 jaar Sociale zekerheid Ook nationaal niveau is de CGT een zeer actieve en belangrijke partner in bipartiet en tripartiet overleg over sociale zekerheid en minimum loon.
  • 30. 30 > Projectland Moldavië Het verhaal van Ion Poia Leeftijd: 35 Beroep: Reclame ontwerper Organisatie: Leerde zichzelf presenteren en denken in kansen bij Fundatia Muncii oldavië, voormalig Sovjet- staatje tussen Roemenië en de Oekraïne, is het armste land van Europa. Sinds 1991 is het onafhankelijk, maar tot 2009 bleven de oude communisten aan de macht. Een eventueel EU-lidmaatschap biedt kansen, zo denken velen. Maar voor- alsnog blijft fort Europa gesloten. Veel jonge Moldaviërs wagen hun kans in het buitenland. Een van hen is Ion Poia, een alleenstaande dertiger. Ion: “Er is zo weinig perspectief hier. Werkloosheid, alcohol en armoede... Dat is het zo’n beetje. Ik denk dat zo’n 70% van al mijn vrienden in het buitenland zit.” Ion woont in de stad Ungheni, aan de grens met Roemenië. “In de Sovjet-tijd werkte mijn vader op de kolchoz als tractorchauffeur en mijn moeder als receptioniste voor een paardenfokkerij, ook een staatsbedrijf. Mijn vader had werk, maar gezond was het niet. Hij sproeide pesticiden. Op zijn vijftigste kreeg hij ademhalingsproblemen en verloor zijn baan. Hij heeft nu kanker en moet rond- komen van een uitkering van 40 euro en een pensioen van 80 euro in de maand.” Sport en vooral voetbal zijn de passies van de jonge Ion. “Mijn oudere broer was nationaal kampioen op de 800 meter hardlopen. Ik begon met atletiek toen ik 13 was. Tot mijn 19de zat ik op een sport- internaat in de hoofdstad Chisinau. Het was prestigieus en eervol, maar ook ont- zettend zwaar en streng.”Ion is zo goed dat de staatsuniversiteit hem benaderde. “Als ik zou rennen voor de universiteit mocht ik gratis studeren. Ik stemde in, studeerde boekhouding en deed aan competitie.” In die tijd begint Ion ook met z’n eerste baantje. “Ik kocht cognac in en we verkochten het spul voor het dubbele van de prijs. En dat allemaal illegaal!” “Mijn eerste echte baan was bij de politie. Ze vroegen mij om voor hen te sporten. Ik had een arbeidscontract, maar heb nooit politiewerk gedaan. Ik was een soort sportslaaf, voor 200 euro in de maand.” M Fundatia Muncii hielp me om kansen te grijpen op de krappe arbeidsmarkt van ons land. Dat leer je niet op school of de universiteit Leren denken in kansen “Ik droomde van een eigen huis, een eigen gezin. Met een inkomen van 200 euro in de maand zou ik dat in Moldavië in geen honderd jaar voor elkaar krijgen. Ik moest wel weg.” Vertelt Ion Poia,
  • 31. 31
  • 32. 32 Op zijn 23ste gaat hij toch naar het buitenland. Ion: “Ik droomde ervan om ooit met mijn vriendin in een eigen huis te wonen en kinderen te krijgen. Met 200 euro in de maand zou ik dat in geen honderd jaar voor elkaar krijgen. Ik wilde professioneel voetballer worden. Een vriend had contacten bij een Ierse voetbalclub. Dus ik ben vertrokken naar Parijs vertrokken met een toeristen- visum. Toen ging ik naar Spanje en vervolgens illegaal naar Ierland.” Drie jaar duurt het Ierse avontuur. “Mijn sportleven was voorbij toen ik binnen korte tijd beide knieën zwaar blesseerde Ik had geen inkomen meer en ging heggen snoeien om eten te kunnen kopen. Alles ging fout, het ging uit met m’n vriendin, ik begon meer te drinken. Toch pakte ik alle werk aan, van flyeren voor Domino’s pizza tot zware klussen als van acht tot vijf betonblokken tillen in de bouw.” Al die tijd verblijft Ion illegaal in Ierland, zonder sociale zekerheid, pensioen, of ziektekostenverzekering. Pas als hij zijn Roemeense paspoort krijgt, iets wat veel Moldaviërs aanvragen om in de Europese Unie te kunnen werken, krijgt hij een arbeidsvergunning. “In mijn laatste baan in Ierland was ik bewaker. Toen had ik een echt contract en ik verdiende 2000 euro. Na een jaar verloor ik ook die baan, door de crisis. Last in, first out. Met mijn spaargeld ben ik teruggegaan naar Ungheni, de stad vlakbij mijn geboortedorp.” “Wat moest ik doen in Moldavië? Ik had een opleiding waar ik nergens mee aan de slag kon. Mijn spaargeld smolt als sneeuw voor de zon. Net als de meesten die remigreren voelde ik me verloren, depressief en wanhopig.” Eind 2009 ziet Ion een campagnefilmpje van Fundatia Muncii, het werkgelegen- heidsprogramma van de jongerenorga- nisatie FACLIA. Ion: “Vijf weken heb ik er een training gevolgd. Vijf belangrijke weken die mij een nieuwe kijk op de toekomst hebben gegeven. Werkgevers en ondernemers kwamen workshops geven, ik leerde mezelf presenteren en werkte aan mijn cv. Er veranderde iets in mij. Ik leerde denken in kansen, geloven in mezelf.” Hij gaat aan de slag bij het reclame- bureau van zijn zus in de hoofdstad en zet met hulp van Fundatia Muncii zijn eigen reclamebureau op in Ungheni. Dat de zaken goed gaan zie je in het centrum van Ungheni: op elk kruispunt prijkt wel een door Ion opgemaakte en gedrukte affiche. Ion: “Zonder de steun van Fundatia Muncii was me dat niet gelukt. Ik volgde cursussen, en kreeg hulp om mijn arbeidskansen te grijpen op de toch krappe arbeidsmarkt van ons land. Dat leer je hier niet op school of de universiteit leert. Ik heb er meer zelfvertrouwen door gekregen.” Ion woont in een klein eenpersoons- appartement, drie hoog. De droom van een eigen huis en een gezin heeft hij nog steeds. “Ik werk eraan. Ik spaar, heb een goede baan en ben mijn eigen baas. En die toekomstige vrouw komt wel.” > Projectland Moldavië k heb nu mijn eigen reclamebureau Vijf weken training gaven mij een nieuwe kijk op de toekomst
  • 33. 33 Het verhaal van Angela Ciocirlan Leeftijd: 42 Beroep: Begonnen als onderwijzer, nu directeur Faclia Kinderen: 2 Organisatie: Jongeren- centrum Faclia Fakkeldrager voor verandering 600 nieuwe banen voor jongeren zijn 600 overwinningen voor Moldavië ngela Ciocirlan is directeur van Faclia (‘fakkel’), een jongeren- centrum dat ze in 2004 oprichtte in Ungheni, een provinciestadje in het oosten van het land. “We helpen tieners en twintigers om hier te blijven en iets van hun leven te maken. We geven vakopleidingen en helpen jonge- ren aan een baan. We zijn de enige organisatie in Moldavië die dat doet.” Met haar werk slaat Angela een brug, niet alleen tussen een falend onderwijs- systeem en een krappe arbeidsmarkt, ook een brug van het oude communisme naar een nog wankele vrije markt. Het is, in een notendop, ook de brug in Angela’s eigen verhaal. “Ik ben opgegroeid in een klein dorp waar de kolchoz, de collectieve staats- boerderij, alles bepaalde. Elk huis luis- terde ‘s ochtends in spanning op de radio naar bijgestelde productiedoelen en instructies. Steeds was het afwachten of je naam werd genoemd. Wie boven verwachting presteerde werd geprezen, wie de dag tevoren beschonken of te laat op het werk was verschenen, werd ook op de radio vernederd. Volwassenen leefden constant in angst voor wat buren, bazen, of collega’s van hen dachten.” Op haar veertiende gaat Angela naar het internaat van de provinciestad Calaraj. “Ook hier golden weer strikte en strenge regels en publieke vernede- ringen, net als op de kolchoz. Later ben ik gaan lesgeven op een kostschool voor weeskinderen in Ungheni een stad in de buurt van ons dorp. Op m’n negentiende ben ik getrouwd met de buurjongen uit ons dorp die veearts was op de kolchoz. Datzelfde jaar werd mijn eerste zoon geboren. ” 25% van de bevolking in Moldavië werkt in het buitenland, legaal of illegaal. “Wat wil je”, zegt Angela Ciocirlan. “40% leeft onder de armoedegrens. Fabrieken sluiten hun deuren, boeren kampen met export- belemmeringen. En zelf kansen creëren hebben mensen onder het com- munisme nooit geleerd. Dat wil ik veranderen.” > Projectland Moldavië A
  • 34. 34 “In het onderwijs wilde ik alles radicaal anders doen. Weg met het dogmatisch uit het hoofd leren en de saaie klassikale lessen, weg met het voortrekken van de rijkeluiskinderen. Ik zette de school- banken kriskras door elkaar, nodigde sprekers uit, organiseerde muziek- voorstellingen en disco’s. Om bij te ver- dienen gaf ik les op de lagere school en op de middelbare school én ik werkte op de crèche.” Eind jaren ’90 is Angela gescheiden, ze heeft drie banen, twee kleine kinderen en verdient 100 dollar in de maand. De oude kolchoz-economie valt uit elkaar en er komt niets voor in de plaats. Angela: “We verdienden amper genoeg voor het meest noodzakelijke. Ik vertrok naar Moskou om te werken. Mijn moe- der zou zorgen voor mijn jongste zoon Octavio, die ik nog borstvoeding gaf. Angela blijft drie jaar in Rusland. “Ik was oppas in een rijk gezin van journalisten. Die jaren zonder mijn kinderen waren heel zwaar, maar hebben me ook gevormd.“ “Thuis in Moldavië was het armoe troef. We leefden van het geld dat ik in Moskou had gespaard. Maar ik wist wat ik wilde: Bedrijven begrijpen dat het zin heeft om te investeren in de opleiding van jongeren Ik wilde jongeren in eigen land helpen om opener en vrijer te denken Angela Ciocirlan
  • 35. 35 > Projectland Moldavië jongeren in eigen land helpen om opener en vrijer te denken en te leven, zonder complexen. Ik wilde mijn eigen organisatie, uiteindelijk is dat Faclia geworden.” Angela sluit een samenwerkingsover- eenkomst met de overheid. De stad Ungheni wijst haar een oud verlaten schoolgebouw toe en betaalt water en energie, Angela’s team knapt het gebouw op, trekt trainers aan en runt het jeugdcentrum. Angela: “We zijn begonnen met een fitnesszaal en een computerlokaal met internettoegang, iets voor het lichaam, iets voor de geest.” In 2008 start Faclia de samenwerking met CNV Internationaal; samen zetten ze Fundatia Muncii op, een werkgele- genheidsprogramma voor jongeren. Angela: “Het is een springplank voor werkzoekende jongeren. Onze trainingen zijn kort, hooguit een paar maanden, want werkzoekenden hebben snel een inkomen nodig. We werken nauw samen met het lokale bedrijfsleven en andere werkgevers. Zij zoeken mensen, wij maken de match. We wilden in vier jaar 300 jongeren aan een vaste baan helpen. Het zijn er 600 geworden.” Door Faclia en Fundatia Muncii verandert Angela niet alleen de levens van honderden Moldavische jongeren, maar ook de samenleving van Ungheni. “Je ziet steeds meer jonge mannen en vrouwen in leidinggevende posities. Bedrijven begrijpen dat het zin heeft om te investeren in de opleiding van jongeren.” Als aan Angela en haar team ligt, veranderen ze heel Moldavië. “In de Sovjet-tijd werd alles bepaald door wat anderen van je dachten. Wat dachten de buren? Wat dacht je baas? Wat dacht je vader? Iedereen bespiedde iedereen. Zolang je voldeed aan de regels, werd je niet veroordeeld, kreeg je een medaille, kon je ademhalen. Maar echte verande- ring begint van binnen, in jezelf, niet bij de ander. Wie ben ik, wat wil ik, waar liggen de kansen en de mogelijkheden? Dat geldt ook voor dit land. We moeten niet wachten op dat gedroomde lid- maatschap van de EU. We moeten zelf aan de slag. De trainingen zijn een springplank voor werkzoekende jongeren We werken nauw samen met het lokale bedrijfsleven
  • 36. 36 CNSM CNV Internationaal steunt ook vakbondsorganisaties in enkele Oost-Europese landen. In Moldavië, een van de armste landen van Europa werkt CNV Internationaal samen met CNSM. Confederatia a Sindicatala din Moldova. Key facts and figures Moldavië Moldavië Hoofdstad: Chisinau Aantal inwoners: 4,3 miljoen Nederland: 16,8 miljoen Oppervlakte: 33.843 km2 Nederland: 41.526 km2 Inkomen per hoofd Moldavië $ 3.400 Nederland $ 41.500 Vergrijzing De werkloosheid is hoog. Te veel mensen in de kracht van hun leven verlaten het land om elders werk te zoeken. Hele dorpen op het platte- land lopen leeg. Daardoor is de vergrijzing een enorm probleem. Elke werknemer moet nu al twee gepensioneerden onderhouden. Collega’s uit de schoonmaaksector In het kader van internationale collegialiteitsafspraken in CAO’s, dankzij een bijdrage van 15.000 euro uit de Nederlandse cao voor de schoonmaaksector, volgde afgelopen jaar een groep vrouwen van het platteland in drie maanden een opleiding tot interieurverzorgster. Ook werd Nederlands opleidingsmateriaal vertaald voor gebruik in Moldavië. Bron: http://hdr.undp.org/en/data
  • 37. 37 Opbouw Onafhankelijk vakbonds- werk en sociale dialoog zijn nog in opbouw in het voormalig communistische land. EU-lidmaatschap Moldavië, voormalig Sovjet- staatje tussen Roemenië en de Oekraïne, is het armste land van Europa. In 1991 werd het onafhankelijk, maar tot 2009 waren de oude commu- nisten er aan de macht. Een eventueel EU-lidmaatschap biedt kansen, zo denken velen. Maar vooralsnog blijft fort Europa gesloten. Plaats op de ontwikkelingsindex Moldavië 130 van 187 Nederland 4 van 187 Plaats op de gender- gelijk-heidsindex Moldavië 49 van 187 Nederland 1 van 187 Levensverwachting Moldavië 69,6 jaar Nederland 80,8 jaar Geletterde volwassenen Moldavië 98,5% Nederland 99% Springplank Samen met de Moldavische organsiatie Faclia heeft CNV Internationaal; Fundatia Muncii opgezet, een werkgelegenheids- programma voor jongeren. “Het is een springplank voor werkzoekende jongeren. Onze trainingen zijn kort, hooguit een paar maanden. We werken nauw samen met het lokale bedrijfsleven en andere werkgevers. Zij zoeken mensen, wij maken de match. Training CNV Internationaal steunt niet alleen via financiële bijdragen. Ook bestuurders van CNV bonden delen kennis en ervaring met hun buitenlandse collega’s. Siward Swart van CNV Vakmensen en Arie Kasper van CNV Diensten- bond trainden Moldavische vakbondscollega’s "We hebben hen laten zien hoe belangrijk het is om leden mee te nemen in het onderhandelingsproces”.
  • 38.
  • 39. CNV Internationaal Postbus 2475 3500 GL Utrecht T 31 30 751 1260 E internationaal@cnv.nl I www.cnvinternationaal.nl twitter.com/cnv_internat Facebook: facebook.com/cnv.internationaal Rekeningnummer voor donaties: IBAN NL16INGB0001255300 Deze tekst is geschreven in opdracht van CNV Internationaal Interviews: Frank van Lierde Foto’s: Bas de Meijer Redactie: Corita Johannes, Eugène Litamahuputty Vormgeving: Rick van Westerop, WAT ontwerpers Druk: Sauterelle Bronvermelding statistische gegevens: UNDP Copyright CNV Internationaal Februari 2014
  • 40. A World that works Als vakbondsorganisatie zet CNV zet zich in voor haar leden en voor werkenden in Nederland. Die inzet voor werkenden houdt voor het CNV niet op bij de grens. Via CNV Internationaal zet het CNV zich ook in voor fatsoenlijk werk in landen waar de omstandigheden veel moeilijker zijn en waar de eigen middelen van de meeste werkenden zeer beperkt zijn. Ook daar zijn lokale vakbondsorganisaties actief. CNV Internationaal steunt hun inzet voor decent work (fatsoenlijk werk) niet alleen in financieel opzicht, maar ook via lobby- en campagneactiviteiten. Daarnaast worden, in samenwerking met CNV bonden, ook kennis en expertise gedeeld. In A World that works maken journalist Frank van Lierde en fotograaf Bas de Meijer zichtbaar wat de resultaten van dat werk van CNV Internationaal concreet betekenen in het leven van mensen. Lees de verhalen van Sokhna en Seynabou uit Senegal, van Srun en Athit uit Cambodja, van Niver en Elsa uit Colombia, en van Angela en Ion uit Moldavië. Wat bezielt hen, waar worstelen zij mee? Wat betekent het om in zo’n fabriek te werken. Wat betekent het vakbondswerk voor hen? Wat is er overgebleven van de dromen die zij als kind hadden? Waar vinden zij de inspiratie om door te gaan? facebook.com/cnv.internationaal twitter.com/CNV_Internat Internationaal www.cnvinternationaal.nl