SlideShare ist ein Scribd-Unternehmen logo
1 von 53
Management
                            negende editie

   STEPHEN P. ROBBINS   MARY COULTER



  Hoofdstuk
              Strategisch
    7         management
Overzicht

            Wat is strategisch management?
            Het belang van strategisch management
            Het strategisch-managementproces
            Soorten organisatiestrategieën
            Strategisch management en de omgeving




                                               8–2
Wat is strategisch management?
• Een reeks bestuurlijke beslissingen en acties
  die bepalend zijn voor de prestaties van een
  organisatie op de lange termijn.


Strategieën
• De beslissingen en acties die de
  langetermijnprestatie van een organisatie
  bepalen.



                                              8–3
Strategisch management (vervolg)
• Bedrijfsmodel
   Een strategisch model hoe een bedrijf van plan is te
    profiteren van zijn strategieën, processen en
    activiteiten.
   Richt zich op twee dingen:
       Of klanten zullen waarderen wat het bedrijf levert.
       Of de onderneming er ook geld mee kan verdienen.




                                                              8–4
Waarom is strategisch management
belangrijk?
1. Het kan het prestatieniveau van een organisatie
   verbeteren.
2. Door onderzoek te doen naar relevante factoren bij de
   beslissing welke acties nodig zijn, kunnen managers
   beter omgaan met veranderingen in de omgeving.
3. Het brengt de verschillende
   divisies, afdelingen, functies en activiteiten samen en
   zorgt dat die gericht zijn op het bereiken van de
   bedrijfsdoelstellingen.
4. Het is betrokken bij veel managementbeslissingen.

                                                             8–5
Figuur 7.1   Het strategisch-managementproces




                                                8–6
Strategisch-managementproces
• Stap 1: de missie, doelen en strategieën van de
  organisatie vaststellen
   Missie: de bestaansreden van het bedrijf
       De bedoeling van zijn producten en diensten vaststellen
   Doelen: de basis van planning
       Meetbare prestatiedoelstellingen




                                                                  8–7
Figuur 7.2   Onderdelen van een mission statement




                                                    8–8
• Het Mission Statement van A.S.Adventure vertaalt de waarden en principes
  die wij nastreven

 A.S.Adventure staat voor een manier van leven die contact met de natuur en
 een sportieve, gezonde vrijetijdsbeleving voor jong en oud centraal stelt.

 A.S.Adventure biedt goederen en diensten die met deze visie
 overeenstemmen aan een zo groot mogelijke doelgroep.

 A.S.Adventure klanten hebben recht op professioneel advies over
 aangepaste producten met een juiste prijs/kwaliteit verhouding.

 Expertise en creativiteit van de medewerkers is cruciaal voor het
 overbrengen van onze visie en voor het starten van nieuwe initiatieven die
 passen binnen het steeds innoverende A.S.Adventure concept.
                          8-
                                                                          9
• We geven onze klanten graag veilige, voordelige en
  rechtstreekse vluchten. We willen op een flink aantal
  Europese routes een consistent en betrouwbaar product
  aanbieden tegen aantrekkelijke tarieven voor de
  zakelijke en vrijetijdsmarkt. Om dit te kunnen bereiken
  leiden we onze mensen op en streven we naar
  duurzame relaties met onze leveranciers.




                  8-
                                                            10
• De Arteveldehogeschool, een dynamisch kenniscentrum, is een
  lerende organisatie die in overleg met het werkveld opleidingen
  aanbiedt met hoge referentiewaarde.
 In een krachtig stimulerende omgeving creëert de hogeschool
 maximale kansen voor haar studenten en medewerkers.
 De Arteveldehogeschool is een toekomstgerichte en internationaal
 georiënteerde hogeschool.
 De hogeschool ontwikkelt haar activiteiten en maatschappelijk
 engagement in een open en motiverend klimaat en vanuit een
 christelijk geïnspireerd waardekader en een streven naar
 duurzaamheid.




                       8-
                                                                    11
Strategisch-managementproces
• Stap 2: een externe analyse
 De externe analyse verwijst naar de krachten en
 instellingen buiten de organisatie die van invloed
 kunnen zijn op het resultaat van de organisatie
 en bestaat uit 2 onderdelen
 => specifieke en algemene omgeving
   Bij de analyse van de externe omgeving moeten
    managers zowel de specifieke als algemene
    omgeving onderzoeken
       Om na te gaan welke trends en veranderingen er zich
        voordoen in de omgeving

                                                              8–12
De externe omgeving
Algemene
omgeving


                      Leveranciers      Klanten

                                   De
                               organisatie


                        Pressie-     Concurrenten
                        groepen


                                                    Specifieke
                                                    omgeving
© Pearson Education                                       3-13
   Benelux, 2003
De specifieke omgeving
  Specifieke omgeving

      Dat deel van de omgeving dat direct invloed heeft op het al
       dan niet bereiken van de doelstellingen van een organisatie
        – Direct gerelateerd aan het behalen van doelstellingen
        – Is uniek voor elke organisatie
        – De omgeving waarin de onderneming in actief is, waarin
          ze actief in concurreert

      Omvat klanten, leveranciers, concurrenten, pressiegroepen




                                                                     8–14
Management van stakeholders

• Wie of wat zijn stakeholders?
   Alle belanghebbenden in de externe omgeving van de
   organisatie die invloed ondervinden van de
   beslissingen en acties van deze organisatie
    Zowel interne en externe SH-groepen omdat
     beiden de organisatie kunnen beïnvloeden




              hfst 3
Stakeholders




© Pearson Education   hfst 3   3-16
   Benelux, 2003
Management van stakeholders
• Waarom belangrijk?
 Hoe beter de relatie, hoe meer invloed
  managers op de resultaten van de
  organisatie kunnen uitoefenen
 Het is „juist‟ om te doen
  Organisaties zijn van deze groepen afhankelijk als bron van
   input en als markt voor output
  Managers houden dus maar beter rekening met hen bij het
   nemen van beslissingen




                hfst 3
Management van stakeholders
• Hoe kan men deze relaties beheren?
 Vier stappen
   1)   Stel vast wie de stakeholders zijn

   2)   Bepaal de huidige en potentiële specifieke
        belangen/zorgen van elke groep stakeholders

   3)   Bepaal of de stakeholder van cruciaal belang is

   4)   Bepaal de specifieke benadering om de relatie te
        onderhouden


               hfst 3
Algemene omgeving
• Stap 2: een externe analyse
De algemene omgeving
   Omstandigheden van buitenaf die van invloed kunnen
    zijn op de organisatie

   DESTEP factoren
     Demografische omstandigheden
     Economische omstandigheden
     Sociaal-culturele omstandigheden
     Technologische omstandigheden
     Ethische omstandigheden
     Politieke en juridische omstandigheden




                                                    hfst 3
                                                         19
De externe omgeving
Algemene
omgeving


                      Leveranciers      Klanten

                                   De
                               organisatie


                        Pressie-     Concurrenten
                        groepen


                                                    Specifieke
                                                    Omgeving
© Pearson Education                                       3-20
   Benelux, 2003
Opdracht
• Bepaal de externe omgeving van:
   De Post
   Quick
   Renault
   KBC
   Adidas
   NMBS
   Het Nieuwsblad




                8-
                                    21
Strategisch-managementproces
• Stap 3: een interne analyse
   Geeft informatie over de middelen en capaciteiten van een
    organisatie:
        Sterke punten creëren waarde voor de klant en versterken de
         concurrentiepositie van het bedrijf.
        Zwakke punten kunnen nadelig zijn voor de concurrentiepositie van
         het bedrijf.


   Analyseren van de financiële en fysieke activa is vrij eenvoudig,
    maar beoordelen van de immateriële activa (vaardigheden,
    talent en kennis van medewerkers, databases en andere IT-
    activa, bedrijfscultuur etc.) is lastiger.

• De combinatie van stappen 2 en 3 wordt SWOT-analyse
  genoemd (Strengths, Weaknesses, Opportunities en Threats).

                                                                        8–22
Voorbeeld

• Strenghts (Sterke punten)                      I
   Goed imago                                   N
   Loyale klanten                               T
   Grote inzet medewerkers                      E
• Weaknesses (Zwakke punten)                     R
   Kleine winstmarge op producten               N
• Opportunities (Kansen)
   Versoepeling vestigingsformaliteiten         E
    in het buitenland                            X
   Productinnovatie                             T
• Threats (Bedreigingen)                         E
   Aanstaande ontwikkeling vervangingsproduct   R
    bij concurrentie                             N
   Verslechtering economisch klimaat
                      8-
                                                     23
Opdracht 1
• Voer een SWOT-analyse uit op
  onze hogeschool, campus bedrijfsmanagement


  Sterktes   Zwaktes
  1.         1.
  2.         2.
  3.         3.
  ...        ...

  Kansen     Bedreigingen
  1.         1.
  2.         2.
  3.         3.
  ...        ...
               8-
                                               24
Opdracht 2 - groepswerk
• Voer een SWOT-analyse uit op het bedrijf van
  jullie groepswerk



  Sterktes    Zwaktes
  1.          1.
  2.          2.
  3.          3.
  ...         ...

  Kansen      Bedreigingen
  1.          1.
  2.          2.
  3.          3.
  ...         ...
                8-
                                                 25
Strategisch-managementproces
• Stap 4: strategieën formuleren
   Ontwikkelen en evalueren van strategische
    alternatieven.
   Gebruikmaken van de sterke kanten en externe
    kansen van een organisatie.
   Een buffer opwerpen of de organisatie beschermen
    tegen externe bedreigingen.
   Ernstige zwakheden corrigeren.




                                                       8–26
Strategisch-managementproces
• Stap 5: strategieën implementeren
   Implementatie: effectief aanpassen van structuur en
    activiteiten aan de omgeving.
   De omgeving bepaalt de gekozen strategie; effectieve
    implementatie van strategieën vraagt om een
    organisatorische structuur die voldoet aan de
    vereisten.

• Stap 6: de resultaten evalueren
   Hoe effectief zijn de strategieën gebleken?
   Welke bijstellingen zijn er eventueel nodig?

                                                      8–27
Soorten organisatiestrategieën
1. Concernniveau
   Bepaalt de richting voor een organisatie en de rol die
    elk bedrijfsonderdeel daarbij moet spelen.

• Soorten concernstrategieën
  A. Groei: gericht op het uitbouwen van de activiteiten
  B. Stabiliteit: afwezigheid van ingrijpende
     veranderingen
  C. Vernieuwing: aanpakken van zwakke punten in de
     organisatie die leiden tot dalende prestaties


                                                           8–28
Figuur 7.8   Niveaus van organisatiestrategieën




                                                  8–29
Concernstrategieën
A. Groeistrategie
   Gericht op het uitbouwen van de activiteiten van de
    organisatie.

• Soorten groeistrategieën
  I.   Directe uitbreiding (concentratie)
  II. Verticale integratie
  III. Horizontale integratie
  IV. Diversificatie



                                                          8–30
Groeistrategieën
I.    Directe uitbreiding (concentratie)
      Intern uitbouwen van de
       verkopen, productiecapaciteit of personeelsbestand.

II. Verticale integratie
      Achterwaartse verticale integratie: poging om controle
       te krijgen over de aanvoer (eigen leverancier
       worden).
      Voorwaartse verticale integratie: poging om controle
       te krijgen over de geleverde producten of diensten
       (eigen distributienetwerk opzetten).


                                                              8–31
8-
     32
Groeistrategieën (vervolg)
III. Horizontale integratie
     Een onderneming groeit door het samengaan met
      andere bedrijven in dezelfde branche en versterkt zo
      de eigen concurrentiekracht.
IV. Diversificatie
• Gerelateerde diversificatie
     Een onderneming groeit door een fusie met of
      overname van bedrijven in andere aanverwante
      branches.
•     Niet-gerelateerde diversificatie
     Een onderneming groeit door een fusie met of
      overname van bedrijven in andere niet-aanverwante
      branches.
                                                          8–33
Stabilisatiestrategie
B. Stabilisatiestrategie

   Een strategie op concernniveau die wordt gekenmerkt
    door de afwezigheid van ingrijpende veranderingen.




                                                     8–34
Vernieuwingsstrategie
C. Vernieuwingsstrategieën
  Strategieën die zwakke punten in de organisatie
   aanpakken die leiden tot dalende prestaties.
       Inkrimping: een vernieuwingsstrategie voor de korte termijn
        die wordt gebruikt in situaties waarin de prestatieproblemen
        niet zo ernstig zijn.
       Turnaround: een vernieuwingsstrategie voor tijden waarin
        de prestatieproblemen ernstiger zijn. Managers snijden
        uitgebreider in de kosten en herstructureren
        bedrijfsactiviteiten op grotere schaal dan bij de
        inkrimpingsstrategie.




                                                                   8–35
Zakelijke portfolioanalyse
• Als de strategie van een organisatie een aantal
  bedrijfstakken omvat, kunnen managers deze
  verzameling bedrijfsactiviteiten (of portfolio genoemd)
  beheren door gebruik te maken van een matrix, zoals de
  BCG-matrix.
• Met deze matrix kan het management vaststellen welke
  activiteiten goede perspectieven bieden en welke
  activiteiten de onderneming veel geld kosten




                                                       8–36
Boston Consulting Group matrix
• BCG-matrix
   Ontwikkeld door de Boston Consulting Group
   Gebaseerd op marktaandeel en groeitempo
        De horizontale as stelt het marktaandeel voor en de verticale as geeft de
         verwachte marktgroei weer

   Bedrijven worden in een van de volgende categorieën
    ondergebracht:
        Cash cows: weinig groei, groot marktaandeel
        Stars: veel groei, groot marktaandeel
        Question marks: veel groei, klein marktaandeel
        Dogs: weinig groei, klein marktaandeel




                                                                                     8–37
Figuur 7.9   De BCG-matrix

                             -Videorecorder
                             -GPS
                             -Senseo
                             -IPOD
                             -Laptop
                             -Home Cinema
                              system
                             -3D-TV
                             -Gloeilamp
                             -DVD recorder
                                          8–38
Strategieën op businessunitniveau
2. Strategie op businessunitniveau
   Een organisatiestrategie die bepaalt hoe een
    organisatie moet concurreren in elk van de branches
    waarin het actief is.




                                                      8–39
De rol van concurrentievoordeel
• Concurrentievoordeel
   Datgene waarmee een organisatie zich onderscheidt;
    de onderscheidende kracht van een organisatie.

• Kwaliteit als een concurrentievoordeel
   Onderscheidt de onderneming van zijn concurrenten.
   Kan een duurzaam concurrentievoordeel creëren.
   Gericht op kwaliteitsmanagement en het continu
    verbeteren daarvan om de vraag van klanten naar
    kwaliteit te beantwoorden.


                                                      8–40
De rol van concurrentievoordeel
(vervolg)
• Verdedigbaar concurrentievoordeel
   Een onderscheidende kracht waar de klant om vraagt
    en moeilijk kopieerbaar is voor de concurrenten.




                                                     8–41
Vijf concurrentiefactoren
• Bedreiging door nieuwe toetreders
   Deze factoren bepalen hoe moeilijk het is voor
    nieuwe concurrenten om toe te treden tot de branche.
• Bedreiging van alternatieven
   Deze factoren bepalen de waarschijnlijkheid dat
    klanten een gelijkwaardig product van een ander
    bedrijf zullen gaan kopen.
• Het onderhandelend vermogen van kopers
   Deze factoren bepalen de invloed die klanten binnen
    de branche hebben.



                                                      8–42
Vijf concurrentiefactoren
• Het onderhandelend vermogen van leveranciers
   Deze factoren bepalen de mate van macht die
    leveranciers hebben over bedrijven binnen de
    branche.
• Bestaande concurrentie
   Hoe groot is de rivaliteit tussen huidige concurrenten
    in de bedrijfstak?




                                                         8–43
Figuur 7.4   Vijfkrachtenmodel-factoren in de brancheanalyse




                                                               8–44
Soorten concurrentiestrategieën
• Kostenleiderschapstrategie
   De onderneming probeert de goedkoopst
    producerende organisatie binnen de branche te
    worden.
• Differentiatiestrategie
   De onderneming biedt unieke producten aan die door
    veel klanten worden gewaardeerd.
• Focusstrategie
   Een onderneming binnen een smal marktsegment
    streeft een kosten- of differentiatievoordeel na.

                                                        8–45
De regel van drie
• Vergelijkbaar met Porters drie generieke
  concurrentiestrategieën
   De concurrerende krachten in een branche zullen een situatie
    creëren waarin drie ondernemingen een markt domineren.
   Sommige ondernemingen proberen een concurrentievoordeel te
    behalen door het maken van minder kosten dan concurrenten in
    de branche, andere door het maken van onderscheid.
   Ondernemingen die er niet in slagen om een
    concurrentievoordeel te creëren op basis van lage kosten of
    differentiatie, verkeren in een „impasse‟ en zullen het moeilijk
    vinden om op lange termijn succes te boeken.
   Enkele ondernemingen zullen succesvol zijn in het behalen van
    zowel een differentiatie- als kostenvoordeel.


                                                                       8–46
Strategisch management in de huidige
omgeving

• Strategische flexibiliteit
• Nieuwe stromingen in bedrijfsstrategieën
   e-business
   klantenservice
   innovatie




                                             8–47
Figuur 7.10 Strategische flexibiliteit creëren


  • Weet wat er gebeurt met strategieën die op dit
    moment worden gebruikt door resultaten te volgen en
    te meten.
  • Moedig medewerkers aan open te zijn over het
    bekendmaken en delen van negatieve informatie.
  • Krijg nieuwe ideeën en standpunten van buiten de
    organisatie.
  • Heb meer alternatieven als je strategische
    beslissingen neemt.
  • Leer van fouten.

Source: Based on K. Shimizu and M. A. Hitt, “Strategic Flexibility: Organizational Preparedness to Reverse
Ineffective Strategic Decisions,” Academy of Management Executive, November 2004, pp. 44–59.
                                                                                                             8–48
Hoe internet bedrijven heeft veranderd
• Door internet te gebruiken:
   Hebben bedrijven kennisbestanden gecreëerd die medewerkers
    op elk moment op elke plek kunnen gebruiken.
   Hebben bedrijven klanten veranderd in samenwerkingspartners
    die nieuwe producten helpen ontwerpen, testen en introduceren.
   Zijn bedrijven bijna papierloos geworden voor specifieke taken
    zoals inkopen en het invullen van onkostendeclaraties.
   Wordt logistiek in real time beheerst.
   Is de aard van talloze werkzaamheden in de hele organisatie
    veranderd.




                                                                     8–49
Strategieën voor toepassing van e-
businesstechnieken
• Kostleiderschap
   Online activiteiten: bieden, orderverwerking,
    voorraadcontrole, tests en evaluaties voor
    sollicitanten
• Differentiatie
   Op internet gebaseerde kennissystemen,
    klantenservice, en koop- en betaalsystemen
• Focus
   Chatrooms en discussieplatforms, nichewebsites


                                                     8–50
Klantenservicestrategieën
• Geef de klanten wat ze willen.
• Communiceer op een effectieve manier met
  hen.
• Geef werknemers training in klantenservice.




                                                8–51
Innovatiestrategieën
• Possible Events
   Radicale productdoorbraken.
   Gebruik van bestaande technologie voor nieuwe
    toepassingen.
• Strategische beslissingen over innovatie
   Fundamenteel onderzoek
   Productontwikkeling
   Procesverbetering
• Baanbreker
   Een organisatie die het eerst een productinnovatie op
    de markt brengt of een nieuwe procesinnovatie
    gebruikt.

                                                       8–52
Figuur 7.11 Voor- en nadelen van baanbrekers

• Voordelen                        • Nadelen
   Reputatie van innovatief en        Onzekerheid over exacte
    koploper in de branche te           richting die technologie en
    zijn                                markt zullen opgaan
   Voordelen in kosten en             Risico dat concurrenten
    leren                               innovaties imiteren
   Controle over schaarse             Financiële en strategische
    middelen en concurrenten            risico‟s
    ervan weerhouden daartoe           Hoge ontwikkelingskosten
    toegang te krijgen
   Kans om relaties met
    klanten op te bouwen en
    loyaliteit bij hen te kweken



                                                                      8–53

Weitere ähnliche Inhalte

Andere mochten auch

Workshop "Kunst van het gunnen" Positieve beïnvloeding
Workshop "Kunst van het gunnen" Positieve beïnvloeding Workshop "Kunst van het gunnen" Positieve beïnvloeding
Workshop "Kunst van het gunnen" Positieve beïnvloeding Wietske Van Der Klein
 
Effectief beïnvloeden TS Academy
Effectief beïnvloeden TS AcademyEffectief beïnvloeden TS Academy
Effectief beïnvloeden TS AcademyLiane Duit
 
Presentatie Lobby & Advocacy
Presentatie Lobby & AdvocacyPresentatie Lobby & Advocacy
Presentatie Lobby & Advocacyguest15308f
 
Sleutels voor het beïnvloeden van gedrag (Updated Version - 2014)
Sleutels voor het beïnvloeden van gedrag (Updated Version - 2014)Sleutels voor het beïnvloeden van gedrag (Updated Version - 2014)
Sleutels voor het beïnvloeden van gedrag (Updated Version - 2014)Philippe Bailleur
 
1 leerpsychologie inleiding 12 13(1)
1 leerpsychologie inleiding 12 13(1)1 leerpsychologie inleiding 12 13(1)
1 leerpsychologie inleiding 12 13(1)Laetitia Raes
 
Soul of work - lezing voor Balance HR
Soul of work -  lezing voor Balance HRSoul of work -  lezing voor Balance HR
Soul of work - lezing voor Balance HRPhilippe Bailleur
 
Fietsgedrag oudere fietser beinvloeden
Fietsgedrag oudere fietser beinvloedenFietsgedrag oudere fietser beinvloeden
Fietsgedrag oudere fietser beinvloedenNationaal Fietscongres
 
Beinvloeden zonder macht
Beinvloeden zonder machtBeinvloeden zonder macht
Beinvloeden zonder machtkwestein
 
Whole System Design - lezing
Whole System Design - lezingWhole System Design - lezing
Whole System Design - lezingPhilippe Bailleur
 
Verandermanagement: fase 1 naar fase 2
Verandermanagement: fase 1 naar fase 2Verandermanagement: fase 1 naar fase 2
Verandermanagement: fase 1 naar fase 2Pepijn van Rooij
 
Stakeholder Map - Template - KNALgroen
Stakeholder Map - Template - KNALgroenStakeholder Map - Template - KNALgroen
Stakeholder Map - Template - KNALgroenKNALgroen
 
Netwerk en stakeholdersanalyse Nanne Dodde 3ND-Geboortezorg ROSadv. JvEI 13se...
Netwerk en stakeholdersanalyse Nanne Dodde 3ND-Geboortezorg ROSadv. JvEI 13se...Netwerk en stakeholdersanalyse Nanne Dodde 3ND-Geboortezorg ROSadv. JvEI 13se...
Netwerk en stakeholdersanalyse Nanne Dodde 3ND-Geboortezorg ROSadv. JvEI 13se...3ND B.V.
 
Bewust beter beinvloeden FOSST handout
Bewust beter beinvloeden FOSST handoutBewust beter beinvloeden FOSST handout
Bewust beter beinvloeden FOSST handoutPower2Improve
 

Andere mochten auch (15)

Workshop "Kunst van het gunnen" Positieve beïnvloeding
Workshop "Kunst van het gunnen" Positieve beïnvloeding Workshop "Kunst van het gunnen" Positieve beïnvloeding
Workshop "Kunst van het gunnen" Positieve beïnvloeding
 
Sessie 5 wij zijn al overtuigd, nu de anderen nog!
Sessie 5 wij zijn al overtuigd, nu de anderen nog!Sessie 5 wij zijn al overtuigd, nu de anderen nog!
Sessie 5 wij zijn al overtuigd, nu de anderen nog!
 
Effectief beïnvloeden TS Academy
Effectief beïnvloeden TS AcademyEffectief beïnvloeden TS Academy
Effectief beïnvloeden TS Academy
 
Presentatie Lobby & Advocacy
Presentatie Lobby & AdvocacyPresentatie Lobby & Advocacy
Presentatie Lobby & Advocacy
 
Sleutels voor het beïnvloeden van gedrag (Updated Version - 2014)
Sleutels voor het beïnvloeden van gedrag (Updated Version - 2014)Sleutels voor het beïnvloeden van gedrag (Updated Version - 2014)
Sleutels voor het beïnvloeden van gedrag (Updated Version - 2014)
 
1 leerpsychologie inleiding 12 13(1)
1 leerpsychologie inleiding 12 13(1)1 leerpsychologie inleiding 12 13(1)
1 leerpsychologie inleiding 12 13(1)
 
Soul of work - lezing voor Balance HR
Soul of work -  lezing voor Balance HRSoul of work -  lezing voor Balance HR
Soul of work - lezing voor Balance HR
 
Fietsgedrag oudere fietser beinvloeden
Fietsgedrag oudere fietser beinvloedenFietsgedrag oudere fietser beinvloeden
Fietsgedrag oudere fietser beinvloeden
 
Beinvloeden zonder macht
Beinvloeden zonder machtBeinvloeden zonder macht
Beinvloeden zonder macht
 
Whole System Design - lezing
Whole System Design - lezingWhole System Design - lezing
Whole System Design - lezing
 
Verandermanagement: fase 1 naar fase 2
Verandermanagement: fase 1 naar fase 2Verandermanagement: fase 1 naar fase 2
Verandermanagement: fase 1 naar fase 2
 
Stakeholder Map - Template - KNALgroen
Stakeholder Map - Template - KNALgroenStakeholder Map - Template - KNALgroen
Stakeholder Map - Template - KNALgroen
 
Netwerk en stakeholdersanalyse Nanne Dodde 3ND-Geboortezorg ROSadv. JvEI 13se...
Netwerk en stakeholdersanalyse Nanne Dodde 3ND-Geboortezorg ROSadv. JvEI 13se...Netwerk en stakeholdersanalyse Nanne Dodde 3ND-Geboortezorg ROSadv. JvEI 13se...
Netwerk en stakeholdersanalyse Nanne Dodde 3ND-Geboortezorg ROSadv. JvEI 13se...
 
Bewust beter beinvloeden FOSST handout
Bewust beter beinvloeden FOSST handoutBewust beter beinvloeden FOSST handout
Bewust beter beinvloeden FOSST handout
 
Training Beinvloedingsvaardigheden
Training BeinvloedingsvaardighedenTraining Beinvloedingsvaardigheden
Training Beinvloedingsvaardigheden
 

Ähnlich wie Hoofdstuk 7 manag slides

Hoofdstuk6.pptx
Hoofdstuk6.pptxHoofdstuk6.pptx
Hoofdstuk6.pptxZeno42
 
Trends, College 1 - Intro in trendwatching
Trends, College 1 - Intro in trendwatchingTrends, College 1 - Intro in trendwatching
Trends, College 1 - Intro in trendwatchingAeronAdvies
 
Presentatie | De Afdeling Strategie Management
Presentatie | De Afdeling Strategie ManagementPresentatie | De Afdeling Strategie Management
Presentatie | De Afdeling Strategie ManagementDr. Arnoud van der Maas
 
M7 CSR - Implement the ISO 26000 Framework to Mitigate Risk and Impact nl.pptx
M7 CSR - Implement the ISO 26000 Framework to Mitigate Risk and Impact nl.pptxM7 CSR - Implement the ISO 26000 Framework to Mitigate Risk and Impact nl.pptx
M7 CSR - Implement the ISO 26000 Framework to Mitigate Risk and Impact nl.pptxcaniceconsulting
 
EFQM model
EFQM modelEFQM model
EFQM modelEHBM
 
flevum director's challenge - b corp het beste voor de wereld zijn
flevum director's challenge - b corp het beste voor de wereld zijnflevum director's challenge - b corp het beste voor de wereld zijn
flevum director's challenge - b corp het beste voor de wereld zijnFlevum
 
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De BoerBedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De Boerbramvanluijk
 
HR analytics & HR reporting = HR Intelligence, een introductie
HR analytics & HR reporting = HR Intelligence, een introductieHR analytics & HR reporting = HR Intelligence, een introductie
HR analytics & HR reporting = HR Intelligence, een introductieAnalitiQs
 
BDK H7 Strategisch Management
BDK H7 Strategisch ManagementBDK H7 Strategisch Management
BDK H7 Strategisch ManagementM.H.Valk
 
Bedrijfspresentatie SeederDeBoer
Bedrijfspresentatie SeederDeBoerBedrijfspresentatie SeederDeBoer
Bedrijfspresentatie SeederDeBoerJannekepot
 
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De BoerBedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De Boerscbemmel
 
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De BoerBedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De Boerlinda_spaans
 
Open badges en microcredentialing-1 - HO-link2017
Open badges en microcredentialing-1 - HO-link2017Open badges en microcredentialing-1 - HO-link2017
Open badges en microcredentialing-1 - HO-link2017HOlink
 
Presentatie MVO binnen het MKB
Presentatie MVO binnen het MKBPresentatie MVO binnen het MKB
Presentatie MVO binnen het MKBwalterhartjes
 
Operational excellence 3.0 Editie 2018 Deel 6
Operational excellence 3.0 Editie 2018 Deel 6Operational excellence 3.0 Editie 2018 Deel 6
Operational excellence 3.0 Editie 2018 Deel 6René Verweijmeren
 
Sturen Met Architectuur met GEA V0.9
Sturen Met Architectuur met GEA V0.9Sturen Met Architectuur met GEA V0.9
Sturen Met Architectuur met GEA V0.9gnijkamp
 
Over mensen: van share- naar stakeholder
Over mensen: van share- naar stakeholderOver mensen: van share- naar stakeholder
Over mensen: van share- naar stakeholderErik-Jan Kreuze
 
Business Value MRI Methodiek
Business Value MRI Methodiek Business Value MRI Methodiek
Business Value MRI Methodiek Robert Snel
 

Ähnlich wie Hoofdstuk 7 manag slides (20)

Hoofdstuk6.pptx
Hoofdstuk6.pptxHoofdstuk6.pptx
Hoofdstuk6.pptx
 
Trends, College 1 - Intro in trendwatching
Trends, College 1 - Intro in trendwatchingTrends, College 1 - Intro in trendwatching
Trends, College 1 - Intro in trendwatching
 
Cst Hc1 P10910
Cst Hc1 P10910Cst Hc1 P10910
Cst Hc1 P10910
 
2 Part5
2 Part52 Part5
2 Part5
 
Presentatie | De Afdeling Strategie Management
Presentatie | De Afdeling Strategie ManagementPresentatie | De Afdeling Strategie Management
Presentatie | De Afdeling Strategie Management
 
M7 CSR - Implement the ISO 26000 Framework to Mitigate Risk and Impact nl.pptx
M7 CSR - Implement the ISO 26000 Framework to Mitigate Risk and Impact nl.pptxM7 CSR - Implement the ISO 26000 Framework to Mitigate Risk and Impact nl.pptx
M7 CSR - Implement the ISO 26000 Framework to Mitigate Risk and Impact nl.pptx
 
EFQM model
EFQM modelEFQM model
EFQM model
 
flevum director's challenge - b corp het beste voor de wereld zijn
flevum director's challenge - b corp het beste voor de wereld zijnflevum director's challenge - b corp het beste voor de wereld zijn
flevum director's challenge - b corp het beste voor de wereld zijn
 
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De BoerBedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
 
HR analytics & HR reporting = HR Intelligence, een introductie
HR analytics & HR reporting = HR Intelligence, een introductieHR analytics & HR reporting = HR Intelligence, een introductie
HR analytics & HR reporting = HR Intelligence, een introductie
 
BDK H7 Strategisch Management
BDK H7 Strategisch ManagementBDK H7 Strategisch Management
BDK H7 Strategisch Management
 
Bedrijfspresentatie SeederDeBoer
Bedrijfspresentatie SeederDeBoerBedrijfspresentatie SeederDeBoer
Bedrijfspresentatie SeederDeBoer
 
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De BoerBedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
 
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De BoerBedrijfspresentatie Seeder De Boer
Bedrijfspresentatie Seeder De Boer
 
Open badges en microcredentialing-1 - HO-link2017
Open badges en microcredentialing-1 - HO-link2017Open badges en microcredentialing-1 - HO-link2017
Open badges en microcredentialing-1 - HO-link2017
 
Presentatie MVO binnen het MKB
Presentatie MVO binnen het MKBPresentatie MVO binnen het MKB
Presentatie MVO binnen het MKB
 
Operational excellence 3.0 Editie 2018 Deel 6
Operational excellence 3.0 Editie 2018 Deel 6Operational excellence 3.0 Editie 2018 Deel 6
Operational excellence 3.0 Editie 2018 Deel 6
 
Sturen Met Architectuur met GEA V0.9
Sturen Met Architectuur met GEA V0.9Sturen Met Architectuur met GEA V0.9
Sturen Met Architectuur met GEA V0.9
 
Over mensen: van share- naar stakeholder
Over mensen: van share- naar stakeholderOver mensen: van share- naar stakeholder
Over mensen: van share- naar stakeholder
 
Business Value MRI Methodiek
Business Value MRI Methodiek Business Value MRI Methodiek
Business Value MRI Methodiek
 

Hoofdstuk 7 manag slides

  • 1. Management negende editie STEPHEN P. ROBBINS MARY COULTER Hoofdstuk Strategisch 7 management
  • 2. Overzicht Wat is strategisch management? Het belang van strategisch management Het strategisch-managementproces Soorten organisatiestrategieën Strategisch management en de omgeving 8–2
  • 3. Wat is strategisch management? • Een reeks bestuurlijke beslissingen en acties die bepalend zijn voor de prestaties van een organisatie op de lange termijn. Strategieën • De beslissingen en acties die de langetermijnprestatie van een organisatie bepalen. 8–3
  • 4. Strategisch management (vervolg) • Bedrijfsmodel  Een strategisch model hoe een bedrijf van plan is te profiteren van zijn strategieën, processen en activiteiten.  Richt zich op twee dingen:  Of klanten zullen waarderen wat het bedrijf levert.  Of de onderneming er ook geld mee kan verdienen. 8–4
  • 5. Waarom is strategisch management belangrijk? 1. Het kan het prestatieniveau van een organisatie verbeteren. 2. Door onderzoek te doen naar relevante factoren bij de beslissing welke acties nodig zijn, kunnen managers beter omgaan met veranderingen in de omgeving. 3. Het brengt de verschillende divisies, afdelingen, functies en activiteiten samen en zorgt dat die gericht zijn op het bereiken van de bedrijfsdoelstellingen. 4. Het is betrokken bij veel managementbeslissingen. 8–5
  • 6. Figuur 7.1 Het strategisch-managementproces 8–6
  • 7. Strategisch-managementproces • Stap 1: de missie, doelen en strategieën van de organisatie vaststellen  Missie: de bestaansreden van het bedrijf  De bedoeling van zijn producten en diensten vaststellen  Doelen: de basis van planning  Meetbare prestatiedoelstellingen 8–7
  • 8. Figuur 7.2 Onderdelen van een mission statement 8–8
  • 9. • Het Mission Statement van A.S.Adventure vertaalt de waarden en principes die wij nastreven A.S.Adventure staat voor een manier van leven die contact met de natuur en een sportieve, gezonde vrijetijdsbeleving voor jong en oud centraal stelt. A.S.Adventure biedt goederen en diensten die met deze visie overeenstemmen aan een zo groot mogelijke doelgroep. A.S.Adventure klanten hebben recht op professioneel advies over aangepaste producten met een juiste prijs/kwaliteit verhouding. Expertise en creativiteit van de medewerkers is cruciaal voor het overbrengen van onze visie en voor het starten van nieuwe initiatieven die passen binnen het steeds innoverende A.S.Adventure concept. 8- 9
  • 10. • We geven onze klanten graag veilige, voordelige en rechtstreekse vluchten. We willen op een flink aantal Europese routes een consistent en betrouwbaar product aanbieden tegen aantrekkelijke tarieven voor de zakelijke en vrijetijdsmarkt. Om dit te kunnen bereiken leiden we onze mensen op en streven we naar duurzame relaties met onze leveranciers. 8- 10
  • 11. • De Arteveldehogeschool, een dynamisch kenniscentrum, is een lerende organisatie die in overleg met het werkveld opleidingen aanbiedt met hoge referentiewaarde. In een krachtig stimulerende omgeving creëert de hogeschool maximale kansen voor haar studenten en medewerkers. De Arteveldehogeschool is een toekomstgerichte en internationaal georiënteerde hogeschool. De hogeschool ontwikkelt haar activiteiten en maatschappelijk engagement in een open en motiverend klimaat en vanuit een christelijk geïnspireerd waardekader en een streven naar duurzaamheid. 8- 11
  • 12. Strategisch-managementproces • Stap 2: een externe analyse De externe analyse verwijst naar de krachten en instellingen buiten de organisatie die van invloed kunnen zijn op het resultaat van de organisatie en bestaat uit 2 onderdelen => specifieke en algemene omgeving  Bij de analyse van de externe omgeving moeten managers zowel de specifieke als algemene omgeving onderzoeken  Om na te gaan welke trends en veranderingen er zich voordoen in de omgeving 8–12
  • 13. De externe omgeving Algemene omgeving Leveranciers Klanten De organisatie Pressie- Concurrenten groepen Specifieke omgeving © Pearson Education 3-13 Benelux, 2003
  • 14. De specifieke omgeving  Specifieke omgeving  Dat deel van de omgeving dat direct invloed heeft op het al dan niet bereiken van de doelstellingen van een organisatie – Direct gerelateerd aan het behalen van doelstellingen – Is uniek voor elke organisatie – De omgeving waarin de onderneming in actief is, waarin ze actief in concurreert  Omvat klanten, leveranciers, concurrenten, pressiegroepen 8–14
  • 15. Management van stakeholders • Wie of wat zijn stakeholders? Alle belanghebbenden in de externe omgeving van de organisatie die invloed ondervinden van de beslissingen en acties van deze organisatie Zowel interne en externe SH-groepen omdat beiden de organisatie kunnen beïnvloeden hfst 3
  • 16. Stakeholders © Pearson Education hfst 3 3-16 Benelux, 2003
  • 17. Management van stakeholders • Waarom belangrijk? Hoe beter de relatie, hoe meer invloed managers op de resultaten van de organisatie kunnen uitoefenen Het is „juist‟ om te doen  Organisaties zijn van deze groepen afhankelijk als bron van input en als markt voor output  Managers houden dus maar beter rekening met hen bij het nemen van beslissingen hfst 3
  • 18. Management van stakeholders • Hoe kan men deze relaties beheren? Vier stappen 1) Stel vast wie de stakeholders zijn 2) Bepaal de huidige en potentiële specifieke belangen/zorgen van elke groep stakeholders 3) Bepaal of de stakeholder van cruciaal belang is 4) Bepaal de specifieke benadering om de relatie te onderhouden hfst 3
  • 19. Algemene omgeving • Stap 2: een externe analyse De algemene omgeving  Omstandigheden van buitenaf die van invloed kunnen zijn op de organisatie  DESTEP factoren  Demografische omstandigheden  Economische omstandigheden  Sociaal-culturele omstandigheden  Technologische omstandigheden  Ethische omstandigheden  Politieke en juridische omstandigheden hfst 3 19
  • 20. De externe omgeving Algemene omgeving Leveranciers Klanten De organisatie Pressie- Concurrenten groepen Specifieke Omgeving © Pearson Education 3-20 Benelux, 2003
  • 21. Opdracht • Bepaal de externe omgeving van:  De Post  Quick  Renault  KBC  Adidas  NMBS  Het Nieuwsblad 8- 21
  • 22. Strategisch-managementproces • Stap 3: een interne analyse  Geeft informatie over de middelen en capaciteiten van een organisatie:  Sterke punten creëren waarde voor de klant en versterken de concurrentiepositie van het bedrijf.  Zwakke punten kunnen nadelig zijn voor de concurrentiepositie van het bedrijf.  Analyseren van de financiële en fysieke activa is vrij eenvoudig, maar beoordelen van de immateriële activa (vaardigheden, talent en kennis van medewerkers, databases en andere IT- activa, bedrijfscultuur etc.) is lastiger. • De combinatie van stappen 2 en 3 wordt SWOT-analyse genoemd (Strengths, Weaknesses, Opportunities en Threats). 8–22
  • 23. Voorbeeld • Strenghts (Sterke punten) I  Goed imago N  Loyale klanten T  Grote inzet medewerkers E • Weaknesses (Zwakke punten) R  Kleine winstmarge op producten N • Opportunities (Kansen)  Versoepeling vestigingsformaliteiten E in het buitenland X  Productinnovatie T • Threats (Bedreigingen) E  Aanstaande ontwikkeling vervangingsproduct R bij concurrentie N  Verslechtering economisch klimaat 8- 23
  • 24. Opdracht 1 • Voer een SWOT-analyse uit op onze hogeschool, campus bedrijfsmanagement Sterktes Zwaktes 1. 1. 2. 2. 3. 3. ... ... Kansen Bedreigingen 1. 1. 2. 2. 3. 3. ... ... 8- 24
  • 25. Opdracht 2 - groepswerk • Voer een SWOT-analyse uit op het bedrijf van jullie groepswerk Sterktes Zwaktes 1. 1. 2. 2. 3. 3. ... ... Kansen Bedreigingen 1. 1. 2. 2. 3. 3. ... ... 8- 25
  • 26. Strategisch-managementproces • Stap 4: strategieën formuleren  Ontwikkelen en evalueren van strategische alternatieven.  Gebruikmaken van de sterke kanten en externe kansen van een organisatie.  Een buffer opwerpen of de organisatie beschermen tegen externe bedreigingen.  Ernstige zwakheden corrigeren. 8–26
  • 27. Strategisch-managementproces • Stap 5: strategieën implementeren  Implementatie: effectief aanpassen van structuur en activiteiten aan de omgeving.  De omgeving bepaalt de gekozen strategie; effectieve implementatie van strategieën vraagt om een organisatorische structuur die voldoet aan de vereisten. • Stap 6: de resultaten evalueren  Hoe effectief zijn de strategieën gebleken?  Welke bijstellingen zijn er eventueel nodig? 8–27
  • 28. Soorten organisatiestrategieën 1. Concernniveau  Bepaalt de richting voor een organisatie en de rol die elk bedrijfsonderdeel daarbij moet spelen. • Soorten concernstrategieën A. Groei: gericht op het uitbouwen van de activiteiten B. Stabiliteit: afwezigheid van ingrijpende veranderingen C. Vernieuwing: aanpakken van zwakke punten in de organisatie die leiden tot dalende prestaties 8–28
  • 29. Figuur 7.8 Niveaus van organisatiestrategieën 8–29
  • 30. Concernstrategieën A. Groeistrategie  Gericht op het uitbouwen van de activiteiten van de organisatie. • Soorten groeistrategieën I. Directe uitbreiding (concentratie) II. Verticale integratie III. Horizontale integratie IV. Diversificatie 8–30
  • 31. Groeistrategieën I. Directe uitbreiding (concentratie)  Intern uitbouwen van de verkopen, productiecapaciteit of personeelsbestand. II. Verticale integratie  Achterwaartse verticale integratie: poging om controle te krijgen over de aanvoer (eigen leverancier worden).  Voorwaartse verticale integratie: poging om controle te krijgen over de geleverde producten of diensten (eigen distributienetwerk opzetten). 8–31
  • 32. 8- 32
  • 33. Groeistrategieën (vervolg) III. Horizontale integratie  Een onderneming groeit door het samengaan met andere bedrijven in dezelfde branche en versterkt zo de eigen concurrentiekracht. IV. Diversificatie • Gerelateerde diversificatie  Een onderneming groeit door een fusie met of overname van bedrijven in andere aanverwante branches. • Niet-gerelateerde diversificatie  Een onderneming groeit door een fusie met of overname van bedrijven in andere niet-aanverwante branches. 8–33
  • 34. Stabilisatiestrategie B. Stabilisatiestrategie  Een strategie op concernniveau die wordt gekenmerkt door de afwezigheid van ingrijpende veranderingen. 8–34
  • 35. Vernieuwingsstrategie C. Vernieuwingsstrategieën  Strategieën die zwakke punten in de organisatie aanpakken die leiden tot dalende prestaties.  Inkrimping: een vernieuwingsstrategie voor de korte termijn die wordt gebruikt in situaties waarin de prestatieproblemen niet zo ernstig zijn.  Turnaround: een vernieuwingsstrategie voor tijden waarin de prestatieproblemen ernstiger zijn. Managers snijden uitgebreider in de kosten en herstructureren bedrijfsactiviteiten op grotere schaal dan bij de inkrimpingsstrategie. 8–35
  • 36. Zakelijke portfolioanalyse • Als de strategie van een organisatie een aantal bedrijfstakken omvat, kunnen managers deze verzameling bedrijfsactiviteiten (of portfolio genoemd) beheren door gebruik te maken van een matrix, zoals de BCG-matrix. • Met deze matrix kan het management vaststellen welke activiteiten goede perspectieven bieden en welke activiteiten de onderneming veel geld kosten 8–36
  • 37. Boston Consulting Group matrix • BCG-matrix  Ontwikkeld door de Boston Consulting Group  Gebaseerd op marktaandeel en groeitempo  De horizontale as stelt het marktaandeel voor en de verticale as geeft de verwachte marktgroei weer  Bedrijven worden in een van de volgende categorieën ondergebracht:  Cash cows: weinig groei, groot marktaandeel  Stars: veel groei, groot marktaandeel  Question marks: veel groei, klein marktaandeel  Dogs: weinig groei, klein marktaandeel 8–37
  • 38. Figuur 7.9 De BCG-matrix -Videorecorder -GPS -Senseo -IPOD -Laptop -Home Cinema system -3D-TV -Gloeilamp -DVD recorder 8–38
  • 39. Strategieën op businessunitniveau 2. Strategie op businessunitniveau  Een organisatiestrategie die bepaalt hoe een organisatie moet concurreren in elk van de branches waarin het actief is. 8–39
  • 40. De rol van concurrentievoordeel • Concurrentievoordeel  Datgene waarmee een organisatie zich onderscheidt; de onderscheidende kracht van een organisatie. • Kwaliteit als een concurrentievoordeel  Onderscheidt de onderneming van zijn concurrenten.  Kan een duurzaam concurrentievoordeel creëren.  Gericht op kwaliteitsmanagement en het continu verbeteren daarvan om de vraag van klanten naar kwaliteit te beantwoorden. 8–40
  • 41. De rol van concurrentievoordeel (vervolg) • Verdedigbaar concurrentievoordeel  Een onderscheidende kracht waar de klant om vraagt en moeilijk kopieerbaar is voor de concurrenten. 8–41
  • 42. Vijf concurrentiefactoren • Bedreiging door nieuwe toetreders  Deze factoren bepalen hoe moeilijk het is voor nieuwe concurrenten om toe te treden tot de branche. • Bedreiging van alternatieven  Deze factoren bepalen de waarschijnlijkheid dat klanten een gelijkwaardig product van een ander bedrijf zullen gaan kopen. • Het onderhandelend vermogen van kopers  Deze factoren bepalen de invloed die klanten binnen de branche hebben. 8–42
  • 43. Vijf concurrentiefactoren • Het onderhandelend vermogen van leveranciers  Deze factoren bepalen de mate van macht die leveranciers hebben over bedrijven binnen de branche. • Bestaande concurrentie  Hoe groot is de rivaliteit tussen huidige concurrenten in de bedrijfstak? 8–43
  • 44. Figuur 7.4 Vijfkrachtenmodel-factoren in de brancheanalyse 8–44
  • 45. Soorten concurrentiestrategieën • Kostenleiderschapstrategie  De onderneming probeert de goedkoopst producerende organisatie binnen de branche te worden. • Differentiatiestrategie  De onderneming biedt unieke producten aan die door veel klanten worden gewaardeerd. • Focusstrategie  Een onderneming binnen een smal marktsegment streeft een kosten- of differentiatievoordeel na. 8–45
  • 46. De regel van drie • Vergelijkbaar met Porters drie generieke concurrentiestrategieën  De concurrerende krachten in een branche zullen een situatie creëren waarin drie ondernemingen een markt domineren.  Sommige ondernemingen proberen een concurrentievoordeel te behalen door het maken van minder kosten dan concurrenten in de branche, andere door het maken van onderscheid.  Ondernemingen die er niet in slagen om een concurrentievoordeel te creëren op basis van lage kosten of differentiatie, verkeren in een „impasse‟ en zullen het moeilijk vinden om op lange termijn succes te boeken.  Enkele ondernemingen zullen succesvol zijn in het behalen van zowel een differentiatie- als kostenvoordeel. 8–46
  • 47. Strategisch management in de huidige omgeving • Strategische flexibiliteit • Nieuwe stromingen in bedrijfsstrategieën  e-business  klantenservice  innovatie 8–47
  • 48. Figuur 7.10 Strategische flexibiliteit creëren • Weet wat er gebeurt met strategieën die op dit moment worden gebruikt door resultaten te volgen en te meten. • Moedig medewerkers aan open te zijn over het bekendmaken en delen van negatieve informatie. • Krijg nieuwe ideeën en standpunten van buiten de organisatie. • Heb meer alternatieven als je strategische beslissingen neemt. • Leer van fouten. Source: Based on K. Shimizu and M. A. Hitt, “Strategic Flexibility: Organizational Preparedness to Reverse Ineffective Strategic Decisions,” Academy of Management Executive, November 2004, pp. 44–59. 8–48
  • 49. Hoe internet bedrijven heeft veranderd • Door internet te gebruiken:  Hebben bedrijven kennisbestanden gecreëerd die medewerkers op elk moment op elke plek kunnen gebruiken.  Hebben bedrijven klanten veranderd in samenwerkingspartners die nieuwe producten helpen ontwerpen, testen en introduceren.  Zijn bedrijven bijna papierloos geworden voor specifieke taken zoals inkopen en het invullen van onkostendeclaraties.  Wordt logistiek in real time beheerst.  Is de aard van talloze werkzaamheden in de hele organisatie veranderd. 8–49
  • 50. Strategieën voor toepassing van e- businesstechnieken • Kostleiderschap  Online activiteiten: bieden, orderverwerking, voorraadcontrole, tests en evaluaties voor sollicitanten • Differentiatie  Op internet gebaseerde kennissystemen, klantenservice, en koop- en betaalsystemen • Focus  Chatrooms en discussieplatforms, nichewebsites 8–50
  • 51. Klantenservicestrategieën • Geef de klanten wat ze willen. • Communiceer op een effectieve manier met hen. • Geef werknemers training in klantenservice. 8–51
  • 52. Innovatiestrategieën • Possible Events  Radicale productdoorbraken.  Gebruik van bestaande technologie voor nieuwe toepassingen. • Strategische beslissingen over innovatie  Fundamenteel onderzoek  Productontwikkeling  Procesverbetering • Baanbreker  Een organisatie die het eerst een productinnovatie op de markt brengt of een nieuwe procesinnovatie gebruikt. 8–52
  • 53. Figuur 7.11 Voor- en nadelen van baanbrekers • Voordelen • Nadelen  Reputatie van innovatief en  Onzekerheid over exacte koploper in de branche te richting die technologie en zijn markt zullen opgaan  Voordelen in kosten en  Risico dat concurrenten leren innovaties imiteren  Controle over schaarse  Financiële en strategische middelen en concurrenten risico‟s ervan weerhouden daartoe  Hoge ontwikkelingskosten toegang te krijgen  Kans om relaties met klanten op te bouwen en loyaliteit bij hen te kweken 8–53