1. John Kenneth Galbraith Ijdel journalist of progressief econoom? Presentatie door Ken Lawrence

2. Structuur van de presentatie 1.Galbraith’s leven 2. Galbraith’s persoonlijkheid 3.Galbraith’s werk 4. Het institutionalisme 5. Galbraith heden ten dage

3. 1.Galbraith’s leven ( 1908 - … ) -Geboren op 15 oktober 1908 in Iona Station, Ontario, Canada -Basis politieke interesse -Studie aan het Ontario Agricultural College ( University of Guelph ) -De Grote Depressie Begin interesse economie - ‘My first doubts about the competence of economists were then formed’ -Doctorstitel op Universiteit van California in Berkeley

4. Harvard-periode -Raakt bevriend met Kennedy’s -1937 Trouwt met Catherine Atwater Postdoctoraal student economie - Principles of Economics van A. Marshall ‘ It does not describe the world as it is’ -MAAR: studie was geen tijdverspilling

5. -Princeton -Werk voor overheid: effect publieke werken op economie -Oorlogsperiode: 1) Office of Price Administration 2) Redacteur bij Fortune 3) United States Bombing Survey -Directeur State Department’s Office of Economic Security Policy

6. -Einde 1948: Opnieuw naar Harvard Hoogleraar agrarische economie, later ‘industrial organisation’ -Americans For Democratic Action -President John F.Kennedy Ambassadeurschap India: ‘a spectacular example of (…) disguised unemployment’

7. -Inzet voor minderheden -President Johnson en de ‘War on Poverty’ Onenigheid over Vietnam-oorlog -Opvolgers krijgen er ook van langs = ‘ a premeditated assault on the public decency and interest committed in broad daylight’

8. -Veelschrijver -Geen stereotiepe econoom serie: The Age of Uncertainty - -De jaren’80 en ‘90 -Waardering voor zijn werk

9. 2. Galbraith’s persoonlijkheid -Impact Veblen: 1) Sterke punten Veblen: studie van de rijken 2) MAAR: al te pessimistisch 3) Schoppen tegen de schenen van het establishment -Heden ten dage nog artikels die ideeën vergelijken -Zet zich actief in voor de rechten van de vrouw en etnische minderheden -Geeft economie glamoureus tintje Kritiek op zijn welstellendheid

10. -Intellectueel snobisme: 1) FBI-rapport 2) President Kennedy 3) Schrijverskunsten -Bescheiden over wiskundige kennis Zwakke kwantitatieve onderbouw -Impact agrarische achtergrond Galbraith’s verdediging

11. -Schrijverskunst: 1) ‘Groot aanbod aan weinig toegankelijke en slecht geschreven boeken’ 2) Vijftal herzieningen + tekst herleiden tot essentiële 3) ‘There are no propositions in economics that can't be stated in clear, plain language.’ Complexiteit verbergt intellectuele leegte Heftige reactie ‘ Journalist’

12. -Vrouwelijk schoon MAAR: gelukkig getrouwd

13. 3.Galbraith’s werk 3.1 Veelzijdig oeuvre 3.2 Verzamelwerken 3.3 Galbraith’s drie hoofdwerken 3.4 Ontwikkelingseconomie

14. 3.1 Veelzijdig oeuvre -American Capitalism: The Concept of Countervailing Power ( 1952 ) 1) Verklaring voor succes Amerikaanse economie na WO II 2) Concept: ‘countervailing power’ -A Theory of Price Control ( 1952 ) 1) Belang van loon-en prijspolitiek 2) Voorkomen inflatie 3) Lauwe ontvangst in academische kringen -The Great Crash, 1929 ( 1954 ) 1) Succesvol werk rond de speculatiewoede 2) New York Times bestseller

15. -The McLandress Dimension ( 1963 ) Satirische roman -Economics in Perspective: a critical history ( 1987 ) 1) Economische theorieën zijn afhankelijk van het tijdperk waarin ze geformuleerd worden 2) Klassieke economie=‘a defense for a quiet, noncontroversial life’

16. 3.2 Verzamelwerken

17. 3.3 Galbraith’s drie hoofdwerken 1. The Affluent Society ( 1958 ) -Verzadiging door rijkdom -Reclame creëert artificiële vraag Klassieke economie houdt geen rekening met overgang naar producentensouvereiniteit -Schuldcreatie + instabiliteit -Discriminatie door ‘conventional wisdom’ ‘ private affluence and public squalor’

18. 2. The New Industrial State ( 1967 ) -Belang van de grote bedrijven -Macht in handen van management en de ‘technostructuur’ - Managers streven winstmaximalisatie na Metafoor: ‘ (…) a man obsessed by sex who devotes his life to enhancing the sexual opportunities of other people whom he has not met’ - ‘Nieuwe klasse’ ‘ the educational and scientific elite’

19. 3. Economics and the Public Purpose ( 1973 ) - ‘Two-part’-model Grote industriële systemen Miljoenen kleinere bedrijven -Neoklassieke theorieën enkel van toepassing op groep 2 Toepassen op groep 1 Men gaat volledig voorbij aan de macht van deze bedrijven -Verband met producentensouvereiniteit -Ook andere onderwerpen

20. 3.4 Ontwikkelingseconomie -1949-1950: Opstarten cursus op Harvard -Boeken over ontwikkelingsproblematiek Interesse neemt toe in context Koude Oorlog -Opnieuw andere opvattingen dan collega’s -Gevaar van het ‘equilibrium of poverty’ Nood aan geboortebeperking

21. 3 autobiografische werken

22. 4. Het institutionalisme 7 kenmerken: 1) Nutsmaximaliserend gedrag plaatsen in brede sociale en culturele omgeving 2) Economische theorieën dienen veranderingen te incorporeren 3) Oorzaak veranderingen Voornamelijk wijzigingen in technologie 4) Grenzen overschrijden met andere sociale wetenschappen 5) Inductieve methode 6) Storytelling Kenmerkend voor grote denkers 7) Afzetten tegen irreële assumpties klassieke economie

23. 5. Galbraith heden ten dage Galbraith’s recentste werk The Economics Of Fraud: Truth For Our Time ( 2004 ) - ‘Marktsysteem’ i.p.v. ‘kapitalisme’ -Machtsverschuiving richting management -Gevaar producentensouvereiniteit -Macht private sector over publieke domein -Bedrijfsbureaucratie -Hypocrisie rond ‘werk’ -Voorspellingen door ‘specialisten’ ‘ Tasten ook in het duister’

24. Galbraith’s ideeëngoed -Globalisering Uitholling macht nationale staten Nood aan krachtige en actieve overheid -Galbraith’s politieke pamfletten belangenvermenging -Algemeen *Macht grote bedrijven *Rol staat + herwaardering publieke goederen en diensten *Groei + beheer middelen * ‘Corporate governance’ * ‘Nieuwe klasse’ kenniseconomie

25. Conclusie -Groot succes bij brede publiek -Oorzaken kritiek collega’s: 1) Stelde hun theorieën openlijk in vraag 2) Jaloezie -Economie plaatsen in bredere context samenleving Belang geschiedenis en politiek -Tegen de wereldvreemde economen in hun ivoren toren -Kritisch ten opzichte van economische voorspellingen ‘ The only function of economic forecasting is to make astrology look respectable’. -Belang humor

26. Relativeren economische wetenschap ‘ In considering economic behaviour, humor is especially important for, needless to say, much of that behaviour is infinitely ridiculous’.

27. Any questions?