1. 13:1-16:33 De Heer. Gesprekken met Zijn discipelen. 17:1-26 De Heer. Gebed tot zijn Vader

2. 13:1-38 Reiniging en afwassing 14:1-31 Terugkeer tot de Vader 15:1-16:4 Reiniging en snoeien 16:5-33 Terugkeer tot de Vader

5. Het Pascha (Hb: pèsach) was op de 14e nisan; daarna was er het feest van de ongezuurde broden; dit was op 15-21 nisan.

6. De liefde van God blijft vasthouden tot het uiterste

7. De liefde van God voor Zijn volk: ‘ Al waren uw verdrevenen aan het einde van de hemelen; Ieue, uw Alueim, zal u vandaar bijeen brengen en vandaan halen ’. Deuteronomium 30:4

8. Zoals de Heer Jezus zijn klederen neerlegde, zo legde Hij zijn ziel neer in de dood, zoals Hij gezegd had.

9. De Heer Jezus gaf het voorbeeld (vers 7); Paulus heeft dat begrepen en stelt dat voor ogen in Filippenzen 2:5-11

10. De Heer Jezus gaat in onvoorwaardelijke liefde door tot de voleinding en God alles in allen is; Hij heeft lief tot het einde: ‘Wie Mij gezien heeft, heeft de Vader gezien’

11. Want Christus, ons Pascha, is geslacht; uiteindelijk zal de hele schepping het feest van de ongezuurde broden vieren!