SlideShare ist ein Scribd-Unternehmen logo
1 von 160
Downloaden Sie, um offline zu lesen
Carien Engelhard
Autonoom beeldend kunstenaar




Idee, interview en vormgeving: Hilde Salverda, september 2012


    © KUNST & MARKETING | KUNSTENAARS in de MARKT, AMSTERDAM
Idee, interview, beeldbewerking en vormgeving: Hilde Salverda

Fotografie: Tekeningen ‘Surinaams blad’: Saar Engelhard;
Papiersnedes en collage ‘De grond onder mijn voeten’
en ‘Moving II’: Eric Buis

Een uitgave van Kunst & Marketing | Kunstenaars in de Markt
www.kunstenmarketing.nl | www.kunstenaarsindemarkt.nl

kunstenmarketing@gmail.com
LinkedIn: kunstenm arketing
Facebook: H i l d e S a l v e r d a
Twitter: @ K u n s t M r k t n g




© Kunst & Marketing | Hilde Salverda, Amsterdam.2012
INHOUDSOPGAVE



Personalia                                   5

Geïllustreerd interview                      6

Kunst & Marketing|Kunstenaars in de Markt   34



Bijlage Curriculum Vitae

Bijlagen portfolio




                                                 3
Carien Engelhard   (1949)
Autonoom beeldend kunstenaar




Opleiding:
Rietveld Academie,
avondopleiding beeldhouwen

Universiteit van Amsterdam
Doctoraal Sociale Wetenschappen

Website:
www.carienengelhard.nl

E-mail:
carien@carienengelhard.nl




                                  5
Hoe ben je professioneel kunstenaar geworden?
    Als student studeerde ik overdag aan de universiteit en ’s avonds zat ik
    op de avondopleiding van de Rietveldacademie. Later combineerde ik de
    uitoefening van deze twee beroepen met een huwelijk en drie kinderen. Ik
    ben 25 jaar werkzaam geweest als psychotherapeute, echtgenote, moeder en
    part-time beeldend kunstenaar.
    Pas in 2002 werd het mogelijk om - dankzij de morele en financiële
    ondersteuning van mijn echtgenoot - fulltime bezig te zijn met het maken
    van kunst. Ik ervaar het als een grote kans dat ik nu fulltime beeldend kun-
    stenaar kan zijn.

    Welke studierichting heb je gevolgd? Heb je daarnaast ook nog cursussen
    gevolgd? Zo ja, welke? Wat is het belangrijkste dat je hebt geleerd?
    Ik heb een diploma van de Rietveld Academie, studierichting Beeldhou-
    wen. Ik heb ook veel lessen tekenen, etsen en lithografie gevolgd.
    Daarnaast ben ik vele jaren een soort leerling-gezel geweest bij een ouder
    kunstenaarsechtpaar aan huis. Ik heb van hem leren inlijsten, verf- en ets-
    gronden maken en schilderen met gouache en olieverf. In ruil daarvoor
    stond ik regelmatig model en kookte ik af en toe voor ze.
    Enkele opmerkingen van leraren zijn hun eigen leven gaan leiden. Zoals
    bijvoorbeeld het antwoord van een leraar op mijn vraag ‘is het nu goed?’.
    Zijn tegenvraag was: ‘Klopt het met wat je voor ogen had?’ Wat ik daar-
    van geleerd heb, is dat de beoordelaar in mijzelf zit en niet in de ander.
    De houding van een leraar om samen met mij open te kijken en stil te staan
    bij wat ik gemaakt had en daar op een niet veroordelende wijze commen-
    taar op te leveren, is heel belangrijk voor mij geweest. Ook een opmerking
    als: ’als de tekening mislukt is, kun je er net zo goed op doorgaan’. heeft
    voor mij veel vrijheid gecreëerd. Opmerkingen zoals ‘elke vorm is verbon-
    den met zijn schaduw en zij worden samen een nieuwe vorm’ of ‘in scha-
    duw zit ook altijd kleur’, hebben mij geleerd met andere ogen te kijken.

    Waarom ben je ooit begonnen beeldende kunst te maken?
    Op de lagere school had ik veel plezier in handenarbeid en op de MS in
    een wekelijkse middag schilderen. Dat noem ik dan geen kunst, maar het
    is er wel een voorloper van geweest. Het serieuze beoefenen van kunst
    kwam pas veel later toen ik de avond-opleiding van de Rietveld Academie
    volgde. Eén ding is voor mij heel duidelijk; het maken van beeldende
    kunst komt voor mij voort uit een behoefte en een verlangen, die niet ter
    discussie staan. De titel van het tv-programma van Wim Kaiser, ‘Over de
    Schoonheid en de Troost’ geeft goed weer, hoe ik het maken van beelden-
    de kunst ervaar.




6
Kun je dit laatste punt verder toe te lichten?
Door te werken en te creëren wordt het mij steeds duidelijker hoe ik kijk,
wat me boeit en hoe ik in het leven sta. Het maken van kunst is voor mij
het onderzoeken der dingen. Een ontdekkingstocht naar hoe een ding en
zijn omgeving ‘echt’ is. Ik schort daarbij mijn oordelen en de geijkte manier
van kijken op.
Het zijn simpele zaken - vaak afkomstig uit de natuur -, die mijn fascina-
tie oproepen. De schaduw van een gekromd blad, bewegend water, boom-
wortels, een klein schedeltje, bewegende schaduwen. Ook sommige kran-
tenfoto’s, bijvoorbeeld van microscopische vormen in de natuur of macro-
scopische opnamen zoals satellietfoto’s van de maanoppervlakte of van
een bergketen kunnen een inspiratiebron voor me zijn.
In het proces van het creëren speelt vaak een innerlijke laag en gevoel
mee, die tijdens mijn zoektocht naar boven komt en woorden krijgt. Soms
eindigt dat in een pure fascinatie voor vormen en licht - zonder verdere
betekenis, soms wordt een onduidelijke emotie mij opeens helder. Het uit-
gangspunt is dus vaak iets realistisch, maar het eindigt in abstractie.
Dit zoeken zonder het doel ‘Hét’ te vinden en de ontroering en het plezier
dat dat oplevert, is mijn drijfveer. Het geeft mij natuurlijk ook veel vol-
doening wanneer ik merk dat mijn werk bij kijkers eenzelfde ervaring van
schoonheid beleven, plezier, herkenning of manier van kijken, oproept.
In mijn vorige beroep als psychotherapeut kon ik met beeldende midde-
len anderen helpen om meer inzicht en vat te krijgen op hun innerlijke
belevingen. Voor mijzelf is mijn beroep maar zelden therapeutisch.
Een groot verschil tussen therapie en kunst, vind ik dat kunst gevoelens
hooguit als startpunt neemt om van daaruit te werken, te ontwikkelen en
te reflecteren, terwijl bij therapie de resultaten van beeldend werk óf het
einddoel en/of een hulpmiddel voor verdere gesprekken zijn.

Wanneer vind je een kunstwerk goed?
Kunst is ‘goed’ als het op een bepaalde manier goed gemaakt is. Ook een
werk dat in elkaar geknutseld is met plakband en zilverpapier kan goed werk
zijn, zelfs als het materiaal en de techniek knullig zijn. In die zin is ‘goed’
dus een kwalificatie die samenhangt met de bedoeling van het werk en de
achtergrond van de kunstenaar. ‘Goed’ wordt anderzijds ook bepaald door
vakmanschap en techniek, en de keuzes die de kunstenaar daarin maakt.
Als kind kwam ik wekelijks in het Stedelijk Museum in afwachting van de
les van de Nutsschool, die daar in een atelier werd gegeven. Achteraf heb
ik pas de woorden gevonden die bij die zwerftochten door de museumza-
len pasten. Het heeft mij als het ware het geruste gevoel gegeven van
‘thuiskomen’ om te zien dat je alles kon schilderen zoals je wilde. Blauwe
grond, roze bomen en groene mensen. Grote mensen die hun fantasiewe-
reld serieus namen of hun idealen en waarnemingen - bijvoorbeeld over
de Spaanse Burgeroorlog -, tot onderwerp maakten.




                                                                                  7
Surinaams blad, schets, Siberisch krijt op papier, 15 x 20 cm, 2004




    Surinaams blad, schets, Siberisch krijt op papier, 20 x 25 cm, 2004




8
Surinaams blad, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2006




                                                      9
10
11
Surinaams blad I
                 Tekening, Siberisch krijt en
     houtskool op papier, 70 x 100 cm, 2004




                           Surinaams blad II
                 Tekening, Siberisch krijt en
     houtskool op papier, 70 x 100 cm, 2004




                          Surinaams blad III
                 Tekening, Siberisch krijt en
     houtskool op papier, 70 x 100 cm, 2004




12
Surinaams blad 3
Keramiek, vlasklei met pigment
55 x 17 x 10 cm, 2006




Surinaams blad 5
Keramiek, vlasklei met pigment
65 x 40 x 25 cm, 2006




Surinaams blad 4
Keramiek, vlasklei met pigment
37x 35 x 15 cm, 2006




                                 13
Of een werk goed is of niet, kan ook bepaald worden door het gevoel van
     herkenning of ontroering of een andere emotie, zonder dat daar altijd
     woorden voor nodig zijn. Sommige politiek-georiënteerde maatschappij-
     kritische kunst vind ik goed omdat het een spiegel voorhoudt en iets
     belangrijks uitvergroot en toegankelijk maakt voor een groot publiek.
     Los van dit alles, kan ik ook kippenvel krijgen van iets dat alleen maar
     mooi is en mij raakt door de schoonheid ervan. ‘Goed’ wordt iets voor mij
     pas, als het geen clichématig plaatje of cliché-emotie dicteert.

     Kijk je veel naar kunst van anderen en wat vind je daarvan?
     Ik ga met grote regelmaat naar galeries, exposities en beurzen. Ik ga ook
     regelmatig naar werk van collega’s kijken. Als professional wil ik op de
     hoogte blijven van wat er gaande is. Bovendien vormen deze bezoeken
     voor mij een inspiratiebron en aanmoediging om door te gaan met mijn
     eigen tocht. Tijdens die bezoeken ben ik soms stiekem een beetje jaloers
     op jongere kunstenaars, omdat ik regelmatig geconfronteerd wordt met
     het feit dat ik pas op latere leeftijd de keuze heb gemaakt om fulltime pro-
     fessioneel beeldend kunstenaar te worden. Veel mensen hebben al op veel
     jongere leeftijd deze keuze gemaakt. Waarschijnlijk hebben ze meer lef
     gehad dan ik had op die leeftijd.
     Deze bezoeken aan exposities helpen mij ook om een realistische blik te
     krijgen op kunst in het algemeen en op mijn plek als beeldend kunstenaar
     in dat geheel.

     Lees je over kunst?
     Ja, ik heb een abonnement op Kunstbeeld. Ik heb ook heel lang een abon-
     nement op Metropolis gehad. Het heeft een aantal jaren geduurd voordat
     ik me realiseerde dat al die kunsthistorische artikelen en intellectuele
     beschouwingen mij weinig deden en niets toevoegden aan mijn wijze van
     kijken en werken. Ik ervaar vaak een grote kloof tussen abstracte theoreti-
     sche beschouwingen en mijn dagelijkse praktijk als uitvoerend kunstenaar.

     Wie bewonder je in de beeldende kunst?
     Mijn bewondering verandert in de loop der tijd. Als student op de beeld-
     houwopleiding ben ik jarenlang groot bewonderaar geweest van en geïn-
     spireerd door de beelden en tekeningen van Henry Moore, Brancusi en de
     prachtige modeltekeningen en werkschetsen van Wortruba.
     Ik voelde mij thuis bij die combinatie van tekenen en ruimtelijk werk. Wat
     nieuw voor mij was, is hoe zij vanuit het proces van waarnemen en hun
     persoonlijke interpretatie daarvan, een abstracte vormentaal ontwikkel-
     den. Tegenwoordig haal ik mijn inspiratie niet meer uit het werk van spe-
     cifieke kunstenaars.




14
WERK IN HET ATELIER (2012)




                             15
Van welk kunstwerk gaat je hart sneller kloppen?
     Een tekening van Leo Schatz. Het is een tekening van een man, een over-
     levende, leunend tegen een verlaten deurpost. Deze tekening hing boven
     het bureau van mijn moeder. Het verbeeldt voor mij de treurnis en de
     levenskracht van een ‘getekend’ mens.
     Daarnaast nog van een prachtig bronzen beeld van Carel Kneulman. Het
     verbeeldt het gevecht van Jacob en de engel of de innerlijk strijd tussen
     goed en kwaad. Als ik dat beeld zie, hoor ik altijd zijn eigen uitleg daar-
     bij. Het beeld reikt naar alle richtingen in de ruimte. De tussenruimtes zijn
     even belangrijk als de vormen en de beweging zelf.
     Wat voor mij dit beeld nog extra bijzonder maakt is dat ik een kopie heb
     mogen laten gieten van het ontwerp, als dank voor mijn hulp bij het uit-
     geven van een boek over het werk van Kneulman ter gelegenheid van zijn
     tachtigste verjaardag.

     Welke tentoonstelling(en) heb je de laatste paar jaar gezien, die een inspi-
     ratiebron voor je zijn of zijn geweest?
     In 2010 heb ik een expositie in Beelden aan Zee gezien van Sandro Setola.
     Ik vond zijn enorme tekeningen schitterend en de vormgeving in diverse
     materialen heel inspirerend en van een groot vakmanschap en visie getui-
     gen. In zijn werk herken ik mijn eigen manier van denken en werken,
     waarin twee- als driedimensionaal werk gelijkwaardig zijn.
     In Arnhem heb ik een papierinstallatie van Mia Pearlman gezien, een kun-
     stenaar die ook met papier en papiersnedes werkt. Haar papiersnedes vul-
     den de ruimte. Ik vond dit zo inspirerend omdat ze op een andere manier
     bezig is met hetzelfde. Een opvallend verschil is bijvoorbeeld dat zij licht
     als onderdeel van haar werk toepast, terwijl ik tot nu toe vooral met scha-
     duw speel en dit deel uit laat maken van het totaalbeeld.
     De expositie Schoonheid in Wetenschap in Boymans - fantastische foto’s en
     filmpjes uit de fysica, chemie en biologie - vond ik fascinerend, mede omdat
     het helemaal aansluit bij mijn eigen werk, waarbij ik heel vaak organische
     vormen als uitgangspunt neem.
     In Brussel zag ik onlangs voor de derde keer een grote expositie van Per
     Kirkeby. Opnieuw ben ik stil van de sfeer van de enorme schilderijen. Het
     lijkt wel of je kunt voelen dat de talloze lagen onder het zichtbare opper-
     vlakte meewerken aan de soms lieflijke, maar altijd rauwe en directe uit-
     straling van de natuur. Ook zijn figuratief-abstracte beelden hebben een
     heel aards karakter, dat mij aanspreekt. Ze doen me ook denken aan de
     indrukwekkende beelden van Hans Josephsohn. Zijn grove menselijke
     figuren hebben een schoonheid die ongemak veroorzaakt, maar tegelijker-
     tijd ontroert.

     Als mensen aan je vragen wat voor werk je doet, wat vertel je dan?
     Ik ben beeldend kunstenaar. Ik heb een uitleg over papiersnedes die gaat
     over licht en ruimte en schaduwtekeningen op de muur. Ook vertel ik over




16
HET ATELIER IN 2011




                      17
tussenruimtes of ‘negatieve’ ruimtes waaraan een vorm of lijn zijn karak-
     ter ontleent en verder verwijs ik naar mijn website.
     Maar soms, afhankelijk van de persoon die het vraagt, vertel ik alleen over
     mijn bronzen beelden en olieverfschilderijen. Vaak is dit wat makkelijker
     uit te leggen, omdat het meer aansluit bij het traditionele beeld dat veel
     mensen hebben van kunst en kunstenaars.

     Welk kunstwerk raakte voor het eerst een gevoelige snaar bij je, opende
     je de ogen voor beeldende kunst of zorgde voor een Aha Erlebnis?
     In mijn ouderlijk huis was veel oog voor vormgeving, kleur en esthetiek.
     Er was veel kunst te zien, maar ook grote aandacht en waardering voor
     simpele schoonheid. Ik herinner mij als kind een expositie van Egyptische
     kunst in het Rijksmuseum, waar mijn moeder mij mee naar toenam. Ik zag
     daar een albasten vaas die bijna doorschijnend was aan de bovenkant en
     een prachtige lichtinval had. Dat gevoel van schoonheid en geluk heb ik
     mij altijd herinnerd.

     Je komt dus uit een gezin waar kunst belangrijk was?
     Ja, mijn moeder begon op de Rijksacademie, maar door de oorlog werd de
     opleiding gesloten. Mijn grootvader schilderde in zijn vrije tijd en mijn
     overgrootouders waren kunstenaars.

     Hoe ziet je werkplek eruit? Ben je omringd door allerlei voorwerpen en mate-
     rialen of is het juist zo leeg mogelijk?
     Ik heb een grote ruimte van 70 m2 met ‘haaientand’ ramen op de eerste
     verdieping van een pand met meerdere creatievelingen, zoals muziekpro-
     ducenten, televisiemakers, een fotograaf en beeldend kunstenaars.
     In mijn atelier zijn kasten met materiaal en opslag, een grote tafel om te
     werken, een papierkast, een boekenkast, een kast met beeldjes, schelpen
     etc, een prikbord met foto’s en een slaapbank. Ik heb één lange muur om
     werk aan te bevestigen en veel ruimte op de vloer.

     Als je geen opdrachten, verplichtingen en deadlines van buitenaf opgelegd
     krijgt, creëer je die dan voor jezelf om toch aan het werk te blijven?
     Ik heb veel innerlijke discipline en een grote motivatie om te werken. Ik
     breng structuur in de dag en verder gaat het vanzelf. Toch blijft het wel
     moeilijk. Het is vooral moeilijk om niet te veel afspraken te maken en om
     geduld te hebben.




18
WERK IN HET ATELIER (2010)




                             19
Haven van Schellingwoude
      Tekening, houtskool en Siberisch krijt, 80x100 cm, 2003




                          Haven, No. 2/3
     Papiersnede, houtskool en Siberisch krijt, 45 x 85 cm, 2007




20
Hoe ziet je gemiddelde werkdag er uit en op welke uren van de dag of nacht
werk je het best?
Ik sta meestal rond 7.00 uur op. ‘s Ochtends ben ik fris en energiek en het
is licht, ’s avonds zit ik vaak achter de computer voor de noodzakelijke
administratie, documentatie, etcetera. Ik vind het prettig om overdag zo
weinig mogelijk afspraken te maken, omdat het einde van de werkdag dan
door het werk wordt bepaald. Dat lukt overigens lang niet altijd.
Na een verhuizing naar het oosten van het land, zijn mijn atelier en mijn
woning niet meer in dezelfde plaats gevestigd. Ik heb nu een groot atelier
in Amsterdam en een klein atelier in het oosten van het land.
Ik verdeel mijn werkzaamheden. Nu maak ik lawaai in het kleine atelier
en ik teken daar veel buiten. In Amsterdam maak ik grote werken op
papier en heb ik de ruimte om grote tekeningen en papiersnedes aan de
muur te hangen.

Heb je bepaalde rituelen voordat je begint te werken of tijdens het werk?
Nee. Wel mediteer ik ‘s ochtends voor ik ga werken.

Kun je meer vertellen over hoe je komt tot het vervaardigen van een nieuw
kunstwerk? Hoe krijg je bijvoorbeeld een idee?
Een idee is niet een actief iets dat opkomt, maar iets dat langzaam ontstaat
en groeit. Mijn oog valt op iets en dat wordt belangrijk en krijgt betekenis
door het te tekenen en plastisch vorm te geven. Dit zet vervolgens een bewe-
ging in gang, er komen woorden bij en dan opeens is er het ‘idee’. Het is een
voortdurend proces en een combinatie van actief en passief bezig zijn.
Op laten komen, uitvoeren, kritisch kijken, actief ‘rust houden’, dat wil zeggen
er op ‘sudderen’, er weer verder op door gaan, etcetera. Overigens kan een
opdracht ook heel goed associaties en ideeën voor onderzoek in werking zetten.

Waar haal je je ideeën en inspiratie vandaan?
Dat wisselt door de jaren heen. Het is steeds dichter bij mijn directe omge-
ving komen te liggen. Wat hetzelfde is gebleven, is dat ik in iets kleins - bij-
voorbeeld de grond tussen mijn voeten of een microscopische opname van
een cel - iets groots kan zien (een landschap met een vlakverdeling en scha-
duw) en dat ook zo gebruik in mijn werk.
Bladeren in mijn kunstboeken en een werk goed bestuderen en vrij nate-
kenen, stimuleert ook mijn eigen fantasie, creativiteit en gedachten.
Ik houd van de schijnbare ongeordendheid van havens, baggerwerken en
grote bouwprojecten. Van rauwe materialen, zoals een geroeste scheeps-
huid en de met water volgelopen tractorsporen in een aardappelveld.

Houdt je altijd vast aan het idee, of verandert het idee en het werk terwijl
je er mee bezig bent?
Het idee is bij vrij werk geen leidraad. Bij een opdracht natuurlijk wel,
maar een beperking kan ook heel stimulerend werken.




                                                                                   21
Heb je een la vol met ideeën en inspiratiebronnen? Zo ja, in welke situaties
     doe je een beroep op die voorraad?
     Oud werk dat net niet goed genoeg was of waar ik in de loop van jaren
     een andere kijk op heb gekregen, is in combinatie met recente belangstel-
     ling een belangrijke bron voor nieuwe ideeën. Oude schetsboeken zijn
     vaak ook nuttig om me er aan te herinneren wat ik destijds boeiend vond.

     Hoe begin je om vanuit het niets iets te maken en hoe gaat het dan verder?
     Als ik het echt niet weet, ga ik eerst opruimen. Vervolgens pak ik allerlei
     oud werk om in de stemming te komen en aan te voelen met welk mate-
     riaal ik wil gaan werken. Ik begin nooit op een spierwit vel, maar altijd
     op een vel dat ik eerst licht getint heb gemaakt. Losjes bewegen en tege-
     lijkertijd tekenen kan me vaak ook over de eerste drempel heen helpen.
     Als ik met een werk bezig ben, ontstaan er regelmatig momenten van
     ‘verveling‘ of ‘vastzitten’. Meestal komt er dan vanzelf ook weer een
     moment waarop ik verder kan gaan met het werk.
     Bij het documenteren van een gebeurtenis of situatie - zoals bij mijn werk
     bij baggerprojecten of bouwprojecten in de stad - begin ik met kijken.
     Vervolgens kies ik een plek uit waar het karakteristieke van het project het
     beste naar voren komt. Daarna ga ik zitten tekenen. Op deze plaatsen
     maak ik altijd foto’s, zodat ik die later in het atelier kan gebruiken.

     Heb je een eigen stijl?
     Mijn stijl van tekenen is herkenbaar. Grote gebaren, met oog voor details.
     Mijn driedimensionale werk heeft vaak iets van een reliëf, het is nogal plat.
     Het tweedimensionale werk wil de ruimte er juist in betrekken. Reliëf door
     de dikte in de verf, snijden in papier, krassen in een tekening of in klei.
     Papiersnedes zijn ontstaan omdat ik in een aantal tekeningen een bepaalde
     mate van scherpte en uitgesprokenheid miste, en ook ruimte en gelaagdheid.
     Door te snijden in een tekening en iets weg te halen, voeg ik nieuwe vormen
     toe en creëer ik diepte en gelaagdheid. Ruimte ontstaat door de begrenzin-
     gen van de lijnen, die het weggesneden stuk omsluiten.
     Snijden lijkt op tekenen, ook snijden gaat niet over van te voren bedach-
     te, precies afgebakende vormen. De manier van ophangen zorgt ervoor dat
     licht en schaduw een rol gaan spelen, licht en schaduw worden daarmee
     onderdeel van mijn werk.

     Ik werk in series rondom één thema. Ik begin met tekenen. Tekeningen lei-
     den vaak tot schilderijen of 3-dimensionale tekeningen, de zogenaamde
     ‘papiersnedes’ of andere vormen van ruimtelijk werk, zoals sculpturen en
     zinkobjecten. Vaak leidt dit ruimtelijk werken weer tot tekenen.
     Zo leidden de in 2004 in Suriname gemaakte schetsjes van een blad met
     een zware slagschaduw, in het atelier tot grote zwart-wit tekeningen. De
     tekeningen inspireerden mij vervolgens tot het maken van grote ruimte-




22
lijke vormen van een blad, gemaakt van vlasklei. Dit leidde vervolgens
weer tot de serie olieverfschilderijen ‘Surinaams blad’ op groot en klein
formaat.
Bij de serie ‘Rietmensen’ was riet mijn uitgangspunt en basis om vormen
van was te maken. Daarna heb ik tekeningen gemaakt en aan de hand van
die tekeningen heb ik nieuwe beelden in was gemaakt, die later in brons
gegoten zijn.
De serie ‘Een gewoon mens’ bestaat uit een grote serie olieverfschilderij-
en, een serie oilstick-tekeningen en kleine schetsjes gemaakt in was, die
vervolgens werden gegoten in brons.
De serie ‘Mapping my roots’ is ontstaan naar aanleiding van een verhui-
zing en ontwortelde struiken bij het nieuwe huis. Het is de eerste serie
waarin ik met pigmenten heb gewerkt in plaats van met verf. Ik ben
begonnen met het tekenen van losse wortels. In die tekeningen ben ik ver-
volgens gaan snijden en op die manier is een grote serie papiersnedes ont-
staan. Ik ben daarna nog een stap verder gegaan en heb ruimtelijke teke-
ningen gemaakt van papier, draad en pigment.

Soms is een foto uit de krant de inspiratiebron voor het bedenken van een
nieuw thema en maken van nieuw werk. De foto van een druppel water uit
de diepe oceaan was het begin van ‘Moving I. Driedimensionale tekenin-
gen van stevig, zwart geschept karton (Zaans bord), die ik beschilderd heb
met olieverf. Deze drie vormen werden later het uitgangspunt voor het
maken van driedimensionale wandobjecten in zink.
Bij de serie ‘Moving II’ was een foto van snel stollend erts de aanleiding.
Dit heeft geleid tot hele grote tekeningen van ± 2 meter, die ik bewerkt heb
tot papiersnedes met veel diepte.
Een foto van een wand van bloedcel besmet met malaria, was aanleiding
om te starten met de serie ‘Teken van Leven’ en de inspiratiebron voor het
maken van grote tekeningen van circa 2,5 meter met oilstick en Siberisch
krijt in de serie ‘Celwand’. die onderdeel is van de serie ‘Teken van Leven’.
De tekeningen hebben vervolgens geleid tot het maken van driedimensio-
nale papiersnedes.
Ik wil dingen niet mooier maken dan ze zijn. Daarom houd ik van zwart-
wit met alle nuances daar tussenin. De beperking tot zwart-wit vind ik
prettig en de kracht die daar uit spreekt, past goed bij het onderzoeken
van wat mij boeit en wat er wezenlijk toe doet.

Is jouw werk altijd origineel of teken, schilder of maak je ook dingen na?
Ik gebruik objecten om na te tekenen. Het eindresultaat hoeft voor mij niet
meer te lijken, maar het kijken naar details en deze tekenen, vind ik erg
belangrijk om ‘fris’ te kunnen blijven. Als ik niet telkens opnieuw goed
kijk, heb ik de neiging in eigen vormcliché’s te vervallen. Achter elke tot
stand gekomen vervorming zat ooit een waarneming.




                                                                                23
UIT DE SERIE ‘EEN GEWOON MENS                            (LIGGEND)’




                          Olieverfschilderij




            Tekening, oilstick en Siberisch krijt op papier




                           Reliëf in brons




24
UIT DE SERIE ‘MOVING’




Detail ‘Stollend erts’. Foto: NRC Handelsblad




   Moving II, No. 2/4. Detail papiersnede




   Moving II, No. 1, 2 en 3. Papiersnedes




                                                25
UIT DE SERIE ‘MOVING I EN III’




       Detail ‘Oceaandruppel’. Foto: NRC Handelsblad




           Moving I, No. 2/4 en 4/4. Papiersnedes




              Moving III, No. 5/7. Zinkobject




26
UIT DE SERIE ‘TEKEN VAN LEVEN’




          ‘Wand van een bloedcel besmet met malaria’
          Foto NRC Handelsblad




          Teken van leven I
          Tekening, oilstick met Siberisch krijt




          Celwand I, No. 2/3
          Papiersnede uit de serie ‘Teken van Leven’




                                                       27
Origineel wordt een werk als ik goed kijk en dit met mijn eigen teken-
     handschrift teken. In een leerfase is het goed om een model of project rea-
     listisch na te tekenen of te schilderen. Niet dat het moet lukken en precies
     moet lijken, maar om een bepaalde manier van kijken, mengen en com-
     positie te ontwikkelen en aan den lijve te ervaren.
     Mijn huidige werk is mede origineel, omdat er maar weinig mensen op
     deze manier met papier en met tekenen omgaan. Het was overigens geen
     vooropgezet doel om dat te bereiken, het is gegroeid. Maar nu het zo blijkt
     te zijn, ga ik het wel verder ontwikkelen.

     Gebruik je fotografie voor je werk en zo ja, hoe? Als inspiratiebron, als ‘schets’,
     als basis, als researchmateriaal of als eindresultaat?
     Ik gebruik krantenfoto’s. Ik heb mappen vol met oude zwart-wit foto’s.
     Vaak gebruik ik ze ‘op z’n kop’ omdat het me meer om de abstracte blad-
     verdeling gaat dan om het specifieke onderwerp. Ik maak zelf foto’s als
     herinnering om in het atelier later te kunnen gebruiken als bijvoorbeeld
     de buitenplek niet geschikt is om lang te werken.

     Speelt muziek een rol in je werk? En zo ja, welke rol?
     Ik luister vaak naar Radio 4, maar ook naar popmuziek die voor mij is
     opgenomen. Muziek waar ik bij kan bewegen – muziek uit Suriname of
     sommige Afrikaanse muziek, geeft me energie en de losheid om niet te
     serieus te worden. Maar ook stilte is heel belangrijk voor me.

     Hoe belangrijk is sfeer voor je om lekker te kunnen werken? Wat of wie moet
     er dan zijn, en wat of wie moet er vooral niet zijn om de juiste sfeer te creëren?
     Ik wil het niet te koud hebben en er moet goed dag- en zonlicht zijn.
     Noorderlicht is voor mij niet belangrijk. Daarnaast moet het een beetje
     opgeruimd en schoon zijn. Ik hou van een paar mooie dingen om mij
     heen. Verder mag er geen lawaai zijn en ik wil alleen in de ruimte zijn.

     Wordt je geïnspireerd door andere kunstvormen? Zo ja, door welke?
     Ik heb een verzameling beeldjes uit diverse culturen, veel organische vor-
     men en veel mooie boeken en plaatjes.

     Hoe lang doe je er gemiddeld over voordat je iets af hebt, of is dat heel ver-
     schillend?
     Ik werk snel en met een hoge productie. Maar het duurt veel langer om
     met enige afstand te kunnen beoordelen wat goed genoeg is. Een werk dat
     ‘af’ is, kan na enige tijd toch weer verder bewerkt worden. Een enkele keer
     zitten daar zelfs jaren tussen. Bronzen beelden kunnen bijna per definitie
     niet veranderd worden, tenzij je dat heel radicaal aanpakt. Met verf en
     tekeningen is dat makkelijker.




28
Hoe weet je wanneer iets af is en je niets meer moet doen? Vernietig je wel
eens een werk als je niet tevreden bent?
Ik heb zo langzamerhand geleerd dat eerder stoppen vaak beter is voor de
zeggingskracht van een werk. Om ruimte in het werk houden, in plaats van
het dicht te smeren. Een spiegel in mijn atelier helpt me om afstand te
nemen en sneller te kunnen beoordelen of een werk klopt en af is, of niet.
Ik vernietig nooit werk, maar gebruik afgekeurd werk opnieuw. Al was het
maar de achterkant of ik gebruik wat er is, als achtergrond voor iets anders.

Wanneer beschouw je je werk als geslaagd?
Op een gegeven moment is mijn belangstelling voor een onderwerp op en
dan blijkt er iets anders te komen. Ik moet met plezier naar mijn eigen werk
kunnen kijken. Het helpt natuurlijk wel als er een paar mensen het werk de
moeite waard vinden. Meestal duurt het enige tijd om te zien of een werk
goed en af is. Dat kan soms maanden duren en met kleine stapjes gaan.

Ben je je bewust van het publiek, als je aan het werk bent? En hoe belangrijk
is het om bekend te zijn?
Het publiek is niet aanwezig terwijl ik werk. Ik maak wat ik goed, mooi
en/of betekenisvol vind. Het bezig zijn met met het hoe, waar en met wie
exposeren, neemt heel veel tijd in beslag. Het zou fijn zijn om meer
gevraagd te worden, bekender te zijn en meer te verkopen. Ik zou graag
uit de vicieuze cirkel zijn gebleven van ‘Geen bekendheid, geen opdrach-
ten. Geen opdrachten, geen bekendheid’.
In 2010 heb ik meegedaan aan Lekart in Culemborg. Toen bleek dat mijn
werk midden in de hoge kerk zou hangen, heb ik heel nadrukkelijk reke-
ning gehouden met het publiek. Dat heb ik ervaren als een grote en leuke
uitdaging.

Welk werk vind je op dit moment het meest representatief voor jouw stijl
en werk?
Bij de beelden ‘Rietmensen’ vind ik In wording een erg mooi beeld. Ik
houd van de abstracte mensfiguren.
Bij de tekeningen vind ik de serie ‘Surinaams blad’ heel representatief.
Hierin is het proces van tekenen-naar-de-werkelijkheid naar abstractie,
goed te herkennen. In de abstractie werden de vormen in zekere zin alge-
mener. Het zijn organische vormen geworden, die meer zijn dan alleen
maar een weergave van de bladeren. Je ziet dit terugkomen in de keramiek.
Bij de papiersnedes vind ik de serie ‘Mapping my Roots’ (2006) belangrijk.
Ook omdat ik hier voor de eerste keer begon met het toepassen van pigment.
De serie ‘Moving’, twee jaar (2009) later, vind ik belangrijk omdat ik bij
deze serie voor het eerst groter ging werken, en meer vervorming en diep-
teverschil in de papiersnede zelf toepaste.




                                                                                29
Serie van drie banieren, rijstpapier met inkt
                          Per banier 3 delen van 0,30 x 6 meter
                                   Barbarakerk, Lekart


     Ben je tevreden met je werkwijze en het werk dat je tot nu toe gemaakt hebt?
     Ik ben tamelijk vaak van onderwerp of werkwijze veranderd. Dat heeft
     goede kanten, namelijk dat er volop ruimte is voor experiment en onder-
     zoek. Maar het heeft ook zwakke kanten, namelijk dat ik een thema dan
     minder uitdiep. Tegenwoordig ga ik veel langer door op een bepaalde the-
     matiek, werk- en zienswijze. De laatste tijd ben ik bijvoorbeeld bezig
     geweest met een ‘vertaling’ van een serie papiersnedes die bijna drie
     dimensionale, zelfstandige vormen waren geworden, naar een voor mij
     volkomen nieuw maar steviger materiaal, zink.

     Vind je dat titels een meerwaarde geven aan je werk en ‘verraden’ de titels van
     je werk je inspiratiebron?
     De titels komen meestal na een tijdje werken vanzelf bij mij op. Er zit een
     heel verhaal achter en de titels komen meestal voort uit mijn eigen inzich-
     ten of ervaringen. Ik werk altijd in series en de werken krijgen dan een
     nummer. Zoals bij de serie ‘Moving’.
     Het gebruik van Engels heb ik heel lang vervelend gevonden. Tegen-
     woordig doe ik daar niet meer moeilijk over en maak ik graag gebruik van
     de dubbele betekenis van woorden, zoals bijvoorbeeld bij het woord moving.
     Ook het gebruik van andere niet-Nederlandse woorden heb ik heel lang
     vermeden, maar soms heb ik dat woord nodig om mijn idee nauwkeurig




30
te kunnen verwoorden. Dat geldt bijvoorbeeld voor het Latijnse woord
‘Altus’. De dubbele betekenis van dit Latijnse bijvoeglijk naamwoord
‘altus’ fascineert mij al lange tijd. Mijn vader heeft me ooit de betekenis
hiervan uitgelegd.
Altus betekent o.a. zowel ‘hoog’ als ‘diep’. Dat contrast en die dubbelheid
gevat in één woord en één begrip sluit goed aan bij de gelaagdheid van
mijn werk. Ik wilde dat ook in de titel tot uitdrukking brengen, zoals in
de serie ‘Altus / Zo boven, zo onder’. In de Nederlandse taal kennen we
geen woord dat deze dubbele betekenis heeft.

Titels geven de kijker houvast. Ze geven richting en vormen een ingang
voor het kijken. Dat vind ik belangrijk. Ik houd niet van alleen maar cij-
fers of de titel ‘Zonder titel’, omdat die geen enkele relatie hebben met het
werk en geen betekenis hebben.

Vind je het belangrijk dat een kijker het verhaal kent achter je werk?
Het werk moet ook zonder mijn verhaal iets voor de kijker kunnen bete-
kenen. Soms blijkt dat mijn verhaal over het proces dat ik doorlopen heb,
mijn manier van kijken en mijn fascinatie de beschouwer helpt om met
andere ogen te kijken naar mijn werk.

Hecht je belang aan wat anderen van je werk vinden en hoe belangrijk is dat?
Ja, dat is belangrijk voor me. Ik nodig soms mensen uit om samen met mij
naar het werk te kijken, om hun commentaar te horen.

Als iemand je werk niks vindt, ervaar je dat dan als een persoonlijke afwijzing?
Dat is wel even slikken, maar daar ben ik aan gewend geraakt. Ik vind het veel
erger om een afwijzing van een subsidieaanvraag of een galerie te krijgen.

Heb je het gevoel dat je gerespecteerd wordt als kunstenaar?
Ja, binnen een kleine kring wel.

Zijn er nog dingen, vaardigheden of technieken die je toe zou willen voegen
of leren om je te kunnen blijven ontwikkelen?
Door met collega’s te praten, naar hun atelier te gaan en exposities te
bezoeken, krijg ik genoeg impulsen voor verbetering en verdieping. Ik zou
nog wel beter willen leren omgaan met grote Chinese penselen en wil
graag een tocht door Japan of China maken om deze techniek verder te
kunnen ontwikkelen. Ook een techniek als lasersnijden zou ik graag wil-
len leren. Mijn loodgieter is op dit moment een goede bron van informa-
tie voor me over de mogelijkheden van het buigen en solderen van zink.

Welke verwachtingen had je toen je begon als beeldend kunstenaar?
Kunst is altijd een niet weg te denken onderdeel van mijn leven geweest,




                                                                                   31
maar ik had toentertijd niet de verwachting dat ik van beeldende kunst
     zou kunnen leven. Ik verdien niet voldoende met mijn werk om van te
     kunnen leven, maar in ieder geval wel altijd genoeg om de huur van mijn
     atelier en alle materialen te kunnen betalen. Het is overigens nog steeds
     mijn streven om te kunnen leven van mijn werk. In de loop der tijd heb
     ik beter geleerd hoe ik naamsbekendheid kan bevorderen, mijn werk onder
     de aandacht kan brengen en mijn werk kan verkopen.
     Om extra inkomsten te verwerven, geef ik les aan groepen en ik heb ont-
     dekt dat ik dat heel erg leuk vind. In mijn lessen staat ‘bewust kijken’ cen-
     traal. Ieder mens kijkt vanuit zijn eigen perspectief, achtergrond en
     gewoonten. Deze subjectieve wijze van kijken wordt aan de orde en ter
     discussie gesteld. Door middel van aandachts- en kijkoefeningen en het
     aanleren van tekenvaardigheden, krijgen mensen plezier in deze andere
     manier van kijken en in het vormgeven op papier en in klei.

     Je kunt dus niet leven van je kunst?
     Nee, ik kan niet leven van de verkoop van mijn werk en dat blijft schu-
     ren. Dit was destijds voor mij de reden om twee studies en twee beroepen
     tegelijkertijd te doen. Hoewel ik nooit spijt heb gehad van dit besluit,
     werkt dat nu voor een deel tegen me, want daardoor heb ik een minder
     grote collectie werk en minder naamsbekendheid kunnen opbouwen. Ik
     moet dus nog flink aan de weg moet timmeren, maar dat geldt voor de
     meeste kunstenaars. Dat mijn werk is opgenomen in de collectie van het
     Gemeentearchief Amsterdam, meerdere baggerbedrijven en diverse privé-
     collecties, stemt tot tevredenheid.
     Doordat ik nu fulltime professioneel beeldend kunstenaar ben, heb ik meer
     tijd om aandacht te besteden aan deze aspecten van het kunstenaarschap.

     Ik heb nog twee meer algemene maatschappelijke vragen die ik je wil stel-
     len, die niets te maken hebben met je eigen werk, maar alles met het huidi-
     ge maatschappelijke klimaat. De eerste vraag is of je het belangrijk vindt dat
     kunst een rol speelt in de opvoeding en zo ja, waarom?
     Ja, dat vind ik belangrijk. Kunst en kunstzinnig bezig zijn, leert kinderen
     om te werken zonder opgelegd voorbeeld en het leert ze om hun eigen
     waarneming, gevoel en nieuwsgierigheid serieus te nemen en belangrijk te
     vinden. Bovendien zullen de meeste kinderen er veel plezier aan beleven.


     Voor ieder kind is het belangrijk om haar/zijn eigen manier van uitdrukken
     te vinden. Voor de een zal dat beweging zijn, voor de ander het ontdekken
     van kunstzinnige materialen en technieken, voor een ander muziek, voor
     weer een ander rekenen, etcetera. Een breed aanbod is dus belangrijk voor
     ieders ontplooiïng.
     Interviewer: Hilde Salverda
     Kunst & Marketing | Kunstenaars in de Markt




32
CONTACTGEGEVENS
Carien Engelhard
Atelier:      Nieuwendammerkade 26 M7
              1022 AB Amsterdam
Mobiel:       06 16 13 60 11
Website:      www.carienengelhard.nl
E-mail:       carien@carienengelhard.nl




                                          33
Kunst & Marketing | Kunstenaars in de Markt
Coach van professionele kunstenaars en semi-professionele
kunstenaars met professionele kwaliteit en professionele ambities.


Gespecialiseerd in presentatie, marketing en pr. van kunst, beeldend
kunstenaars en fotografen. Ruim 30 jaar ervaring in de kunstenwereld.
www.kunstenmarketing.nl | www.kunstenaarsindemarkt.nl
E: kunstenmarketing@gmail.com T: @KunstMrktng F: Hilde Salverda
BIJLAGE
CURRICULUM VITAE
CARIEN ENGELHARD
CARIEN ENGELHARD (1949)

PRIVÉ-ADRES
             Wilhelminalaan 5
             7204 AB Zutphen
             T: 0575 47 13 96
             E: carien@carienengelhard.nl

ATELIERADRES
             Nieuwendammerkade 26 M7
             1022 AB Amsterdam
             T: 06 16 16 13 60 11
             E: carien@carienengelhard.nl


INTERNET
             Website:    www.carienengelhard.nl
             LinkedIn:   carien-engelhard
             Twitter:    @carienengelhard
             Facebook:   carien.engelhard


EXPOSITIES (selectie)

2012
             Diepenheim
             Kunstmoment Diepenheim
             18 t/m 28 oktober

             Loods 6, Amsterdam
             Art Spot
             17 t/m 21 oktober

             CBK, Amsterdam-Oost
             100 jaar De Onafhankelijken, jubileumtentoonstelling
             5 oktober t/m 18 november
             www. kunstenaarsverenigingdeonafhankelijken.nl

             Art Fair International, Groningen
             21 t/m 23 september
St. Elisabeth Weeshuis, Culemborg
       Eindexpositie Galerie Kobalt
       21 september t/m 7 oktober

       Galerie Groene Poort, Middenbeemster
       Zwart-wit, 400 jaar Beemster
       8 april t/m 1 juli

       De Nieuwe Galerie, Amsterdam
       Onuitputtelijke bronnen
       22 t/m 29 januari

2011
       Galerie Kobalt, Culemborg
       Loods 6, Amsterdam, Art Amsterdam
       GBK i.s.m. gemeente Tiel, 2Close, duo-expositie
       GBK, Arnhem, Nieuwe ledenexpositie
       De Onafhankelijken, Ledenexposities

2010
       Westergasfabriek, Amsterdam, Affordable Art Fair
       Stroomhuis, Neerrijnen, Denkend aan Holland
       Jaarbeurs, Utrecht, Art-Antique
       Galerie Haags, Den Haag, 5 Onafhankelijken
       LekArt 2010, Culemborg, Groepsexpositie
       De Onafhankelijken, Ledenexposities

2009
       Beeldentuin De Stegge, Winterswijk, Groepsexpositie
       Gallery Nine, Amsterdam, Duo-expositie
       Galerie De Groene Poort, Middenbeemster
       Sociale Verzekeringsbank, Amstelveen, Jubileumexpositie
       De Onafhankelijken, Ledenexposities

2008
       Galerie en beeldentuin de Pol, Pannerden
       Machtig oog, Velp, Tekeningenfestijn
       De Onafhankelijken, Ledenexposities

2007
       Gelre Galeriebeurs, Eusebius kerk, Arnhem
       Beeldentuin Nieuw Beerenburgh, Eck en Wiel
       Galerie Beeldentuin de Pol, Pannerden
       Galerie de Groene Poort, Middenbeemster, De kleur zwart
       Galerie Windkracht 13, Den Helder
Galerie Art Cage, Amsterdam, Solo-expositie
               De Onafhankelijken, Ledenexposities

2006
               Galerie`Beelden aan de Vecht´, Maarssen
               Oude Kerk/Stichting Red Light, Identity, Amsterdam
               De Onafhankelijken, Ledenexposities

2005
               Galerie Acculade, Amsterdam
               Galerie en beeldentuin Nw Beerenburgh, Eck en Wiel
               Galerie Windkracht 13, Den Helder
               De Onafhankelijken, Ledenexposities

Vanaf 1989 tot 2005 onder meer geëxposeerd bij:
De Onafhankelijken, ledenexposities. Beeldentuin May Hobijn, Maarssen.
Nationaal Baggermuseum, De kunst van het baggeren, Sliedrecht. Sociale
Verzekeringsbank, Amstelveen. Galerie De Baak, Noordwijk. 2nd World
Festival of Art on Paper (geselecteerd), Ljubjana, Slovenia. Galerie Art
Options, Wijk bij Duurstede. Galerie de Groene Poort, Midden Beemster.
Open Ateliers Lloyd Hotel, Amsterdam. PIANC Statenhal Congrescentrum,
Den Haag. Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Den Haag. Hoofdkantoor
Industriebond, Amsterdam. De IJsbreker, Amsterdam.


COLLECTIES
               Mijn werk - zowel driedimensionaal, tweedimensionaal als
               ruimtelijk werk - is opgenomen in meerdere particuliere
               collecties, diverse bedrijfscollecties en in het Gemeente-
               archief Amsterdam.


PUBLICATIES
              Carien Engelhard, autonoom kunstenaar
              Uitgave van Kunst & Marketing|Kunstenaars in de Markt
              Amsterdam, september 2012

              Papiersnedes en gedichten I
              Gedichten van Bas Dekker bij
              papiersnedes van Carien Engelhard
              Uitgegeven in eigen beheer, 2008
Papiersnedes en gedichten II
          Gedichten van Bas Dekker bij
          papiersnedes van Carien Engelhard
          Uitgegeven in eigen beheer, 2009

          Grensverkenningen door Marco Kunst, interview

          Werk opgenomen in o.a.:
          Mythen 1992 van de kunstenaarsgroep Spie
          De Baak Art Gallery, uitgave 2002
          Denkend aan Holland, DVD van Jan-Wouter van Rijen
          Lustrumuitgave W. H. Vliegenbos, 2012


KUNSTENAARSVERENIGINGEN
          Lid van 'De Onafhankelijken', Amsterdam.
          Bestuursfunctie van 2002 - 2012.

          Lid van het GBK (Gemeenschap Beeldende Kunstenaars),
          Arnhem


KUNSTOPLEIDING EN -CURSUSSEN
          1970 - 1976 Teken- en etsles bij Michiel Czn. Dhont
          1972 -1976 Rietveld Academie, studierichting Beeld-
                      houwen, Amsterdam
                      Les van oa. Carel Kneulman
          1973 - 1976 Privé-schilderles van Jos Rovers
          1993 - 1995 Lithografieles van Aad Hekker, Amsterdam
BIJLAGE
GROEVEN




 2012
Gegroefd I
Collage, gemengde techniek, 70 x 145 x 20 cm, 2012
Gegroefd II
Collage, gemengde techniek, 70 x 145 x 5 cm, 2012
Gegroefd III
Collage, gemengde techniek, 70 x 145 x 3 cm, 2012
Inspiratiebron voor onderstaande tekening




                      Groeven I
Tekening, Siberisch krijt op papier, 75 x 50 cm, 2012
Inspiratiebron voor onderstaande tekening




                     Groeven II
Tekening, Siberisch krijt op papier, 75 x 50 cm, 2012
Inspiratiebron voor onderstaande tekening




                  Groeven, No. 6/8
Tekening, Siberisch krijt op papier, 17 x 25 cm, 2012
In het atelier. Groeven I. Papiersnede (in ontwikkeling), 145 x 75 x 8 cm, 2012
Gegroefd
Papiersnede, gemengde techniek, 25 x 35 cm, 2012




                   Gegroefd
Papiersnede, gemengde techniek, 40 x 50 cm, 2012
BIJLAGE
TEKEN VAN LEVEN




  2008 - 2012
Celwand I, No. 2/3
Papiersnede, gouache, oilstick en Siberisch krijt. 50 x 75 x 15 cm, 2012
Celwand II, No. 4/4
   Tekening, oilstick en Siberisch krijt. 160 x 75 cm, 2012




                     Celwand II, No. 2/4
Tekening, oilstick en Siberisch krijt. 160 x 250 cm, 2012
Atelier Serie ‘Celwand’, papiersnedes en tekeningen, 2012
Celwand I, No.1/3
Papiersnede, gouache, oilstick en Siberisch krijt. 50 x 80 x 5 cm, 2012
Water, No. 1/5
Papiersnede, gouache op papier, 95 x 95 x 4 cm, 2009




                   Water, No. 4/5
Papiersnede, gouache op papier, 95 x 95 x 4 cm, 2009
Water II, No. 3/7 (hangend)
Ruimtelijke tekening, gouache op papier en ijzerdraad, 50 x 95 x 45 cm,, 2009




                          Water II, No. 3/7 (staand)
Ruimtelijke tekening, gouache op papier en ijzerdraad, 50 x 95 x 45 cm, 2009
Slachthuis, No. 1/4
Tekening, Siberisch krijt op papier, 18 x 25 cm, 2009
Slachthuis, No. 2/4
Tekening, Siberisch krijt op papier, 18 x 25 cm, 2009
Slachthuis, No. 3/4
Tekening, Siberisch krijt op papier, 18 x 25 cm, 2009
Slachthuis, No. 4/4
Tekening, Siberisch krijt op papier, 18 x 25 cm, 2009
Schedels in atelier
       Schedels een serie met 17 vormen van schedels.
        Papiersnedes, notenkorrel inkt op papier, 2009




                    Schedel Eend, No. 1/3
Papiersnede, notenkorrel inkt op papier, 65 x 18 x 12 cm, 2011
Schedel
Papiersnede, notenkorrel inkt op papier, 75 x 40 x 15 cm, 2009/2010
Schedel geit
Schets, notenkorrel inkt op bewerkt papier, 55 x 70 cm, 2010
Schedel
Papiersnede, notenkorrel inkt op papier, 60 x 45 x 15 cm, 2010
Schedels in atelier
Papiersnedes en schedels van paperclay en bot, 2011
BIJLAGE
HUMAN TREE




1997 - heden
Human tree
Schetsen, serie van 25 schetsen. Siberisch krijt op karton. 18 x 25 cm, 2001
Human tree
Schetsen, serie van 6 geschilderde schetsen. Olieverf op karton. 2002
Human tree IV, No. 3/4
 Schets, olieverf en Siberisch krijt op papier. 150 x 200 cm, 2003




                     Human tree, No 1/5
Schetsen boom in Zuid-Limburg, inkt op papier. 18 x 25 cm, 2005
Human tree
Schets van beeld in was. Siberisch krijt op papier. 75 x 100 cm, 2004
Rode vlier
Papiersnede, kunsstof met olieverf. 75 x 45 x 22 cm, 2009




                         Boom
          Tekening in brons, 25 x 15 cm, 2002
Human tree, No. 1/2
Sculptuur, brons op Belgisch hardsteen. 28 x 45 x 20 cm, 2002
Human tree, No. 2/2
Sculptuur, brons op Belgisch hardsteen. 70 x 30 x 10 cm, 2002/2003
BIJLAGE
ALTUS / ZO BOVEN, ZO ONDER




      2009 - 2011
Altus / Zo boven, zo onder
Tekening, Siberisch krijt op papier, 100 x 150 cm, 2007




         Altus / Zo boven, zo onder, No. 3/12
  Schets, Siberisch krijt op papier, 25 x 30 cm, 2007
Altus / Zo boven, zo onder, No. 5/12
Schets, Siberisch krijt op papier, 25 x 30 cm, 2007




       Altus / Zo boven, zo onder, No. 4/12
Schets, Siberisch krijt op papier, 25 x 30 cm, 2007
Altus / Zo boven, zo onder, No. 8/12
Schets, Siberisch krijt op papier, 25 x 30 cm, 2007




      Altus / Zo boven, zo onder, No. 12/12
Schets, Siberisch krijt op papier, 25 x 30 cm, 2007
Sporen
   Papiersnede op als leisteen bewerkte achtergrond, 95 x 100 cm, 2009




                                   Sporen
Detail papiersnede op als leisteen bewerkte achtergrond, 95 x 100 cm, 2009
Landschap
Detail papiersnede, Siberisch krijt op papier op zwart fluweel, 80 x 100 cm, 2009
Altus/Zo boven, zo omder
Papiersnede, Siberisch krijt op papier op zwart fluweel, 80 x 100 cm, 2009




                         Altus/Zo onder, zo boven, No. 1/3
Reliëf, paperclay bewerkt met pigment op bewerkte achterplaat, 40 x 42 x 5 cm, 2009
Altus/Zo onder, zo boven, No. 1/3
Reliëf, paperclay bewerkt met pigment, 40 x 42 cm, 2009




            Altus/Zo onder, zo boven, No. 2/3
Reliëf, paperclay bewerkt met pigment, 47 x 50 cm, 2009
BIJLAGE
M O V I N G




2007 - 2011
Moving II, No. 3/4
   Papiersnede, oilstick en Siberisch krijt op papier, 160 x 240 x 4 cm, 2009




                                 Moving II, No. 4/4
Papiersnede, olieverf en Siberisch krijt op fotoprintpapier, 150 x 190 x 20 cm, 2009
Moving II, No. 1, 2 en 3
               Papiersneden in atelier, 2011




                     Moving I, No. 3/4
Papiersnede, Zaans bord en olieverf, 80 x 100 x 15 cm, 2009
Moving II, No. 2/4
Detail papiersnede Moving II, No. 2/4. Oilstick en Siberisch krijt op papier, 2009




                               Moving II, No. 1/4
Detail papiersnede Moving II, No. 1/4. Oilstick en Siberisch krijt op papier, 2009
Moving II, No. 3/4
Detail papiersnede Moving II, No. 3/4. Houtskool en Siberisch krijt op papier, 2009




                               Moving II, No. 1/4
Detail papiersnede Moving II, No. 1/4. Oilstick en Siberisch krijt op papier, 2009
Moving II, No. 4/4
Detail papiersnede Moving II, No. 4/4. Oilstick, olieverf en Siberisch krijt
                       op fotoprintpapier, 2009




                          Moving II, No. 4/4
Detail papiersnede Moving II, No. 4/4. Oilstick, olieverf en Siberisch krijt
                       op fotoprintpapier, 2009
Moving II, No. 2/4
Detail papiersnedeMoving II, No. 2/4., Oilstick en Siberisch krijt op papier, 2009
Moving I, No 1, 2, en 3
Papiersneden uit een serie van 4 papiersneden. Zaans bord en olieverf. 2009
Moving III, No. 7/7
Zinkobject. Geschuurd en gepolijst zink, met vilststift bewerkt
                   70 x 75 x 16 cm, 2010
Moving III, No. 3/7. Zinkobject, 85 x 98 x 14 cm, 2011




Moving III, No. 4/7. Zinkobject, 105 x 85 x48 cm, 2011
Moving III, No. 2/7
Zinkobject. Zink, bewerkt met olieverf en acrylverf, 80 x 100 x 17 cm, 2010
Moving III, No. 5/7
Zinkobject. Zink, bewerkt met olieverf en acrylverf, 80 x 100 x 17 cm, 2010
BIJLAGE
GROND VOOR
MIJN VOETEN




2007 - 2011
Grond voor mijn voeten I
  Tekening, Siberisch krijt op museumkarton, 19 x 26 cm, 2006




                    Grond voor mijn voeten II
  Tekening, Siberisch krijt op museumkarton, 25 x 30 cm, 2006




                   Grond voor mijn voeten I
Tekening, gouache en Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2006
Grond voor mijn voeten I
Tekening, Siberisch krijt en grafiet op papier, 19 x 25 cm, 2007




          Schaduw van een bewegende tak, No. 2/8
    Tekening, Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2007
Bewegende tak, No. 1/2
      Papiersnede, gouache, Siberisch krijt en oilstick, 70 x 110 x 20 cm, 2007/2012




100
Bewegende tak, No. 1/2
Detail papiersnede, gouache, Siberisch krijt en oilstick, 70 x 110 x 20 cm, 2007/2012




                              Bewegende tak, No. 1/2
Detail papiersnede, gouache, Siberisch krijt en oilstick, 70 x 110 x 20 cm, 2007/2012




                                                                                        101
Schaduw van een bewegende tak, No. 4/8
Tekening, Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2007
Tekening, notenkorrel inkt op handgeschept papier, 20 x 25 cm, 2009




Tekening, notenkorrel inkt op handgeschept papier, 20 x 25 cm, 2009
Tekening, notenkorrel inkt en Siberisch krijt op papier, 20 x 25 cm, 2010




Tekening, notenkorrel inkt en Siberisch krijt op papier, 20 x 25 cm, 2010
Tekening, notenkorrel inkt en Siberisch krijt op papier, 20 x 25 cm, 2010
De grond voor mijn voeten
Papiersnede collage no. 2/3, 80 x 100 x 20 cm, 2011
    Notenkorrel inkt en Siberisch krijt op papier
BIJLAGE
MAPPING
MY ROOTS




2008-2009
Wortel III , No. 1/10
Tekening, Siberisch krijt en houtskool op papier, 70 x 100 cm, 2006




                         Boom I, , No. 3/7
     Papiersnede uit de serie ‘Human tree’, 65 x 110 cm, 2006
Wortel III, No. 4/10
Tekening, Siberisch krijt en houtskool op papier, 70 x 100 cm, 2006




                        Wortel V, No. 6/11
           Tekening, krijt op papier, 70 x 100 cm, 2006
Wortelstronk en papiersnedes uit de serie Mapping my roots, 2007
Mapping my roots (zwart), No 10/12
     Papiersnede, Siberisch krijt en houtskool op papier, 75 x 85 cm, 2008




                       Mapping my roots (oker), No 2/12
Papiersnede, Siberisch krijt, pigment met waterglas op papier, 75 x 85 cm, 2007
Wortels, No. 1/4
Ruimtelijke tekening. Draad, papier en waterglas, 250 x 200 x 90 cm, 2009




                             Wortels, No. 2/3
                 Reliëf, paperclay, 35 x 30 x 4 cm, 2009
BIJLAGE
BOSRAND




2007 - 2009
Bosrand, No. 2/12
Schets, Siberisch krijt op papier, 21 x 30 cm, 2005




                Bosrand, No. 8 /12
Schets, Siberisch krijt op papier, 21 x 30 cm, 2005
Bosrand groot, No. 1/4
       Papiersnede, oilstick en Siberisch krijt, 60 x 100 cm, 2007




                            Bosrand III, No. 3/4
Papiersnede, oilstick, Siberisch krijt en gouache, 75 x 100 cm, 2007/2009
Bosrand klein (zwart), No. 2/8
Papiersnede, gemengde techniek, 25 x 35 cm, 2008/2011




                Bosrand klein, No. 6/8
  Papiersnede, gemengde techniek, 25 x 28 cm, 2008
Bosrand klein, No. 8/8
Papiersnede, gemengde techniek, 20 x 30 cm, 2008




              Bosrand klein, No. 7/8
Papiersnede, gemengde techniek, 20 x 30 cm, 2008
Schets in landschap
Siberisch krijt op karton, 16 x 23 cm, 2006
BIJLAGE
PAPIERSNEDES
DIVERSE SERIES




 2006 - 2009
Groei
              Papiersnede, 110 x 130 cm, 2008




                  Jij en ik, Saskia en Carien
Ter gelegenheid van de 155ste sterfdag van Saskia van Uylenburgh
               Papiersnede, 20 x 25 cm, 2006
Roest, No I/3
  Papiersnede uit de serie ‘Roest’. Siberisch krijt op papier, 50 x 70 cm, 2005




                                    Verweven
Papiersnede, Siberisch krijt op papier, bewerkt met paverpol. 70 x 100 cm, 2006
BIJLAGE
H A V E N S




1997 - 2007
Ketelmeer
Olieverf op linnen, 100 x 150 cm, 1997




     Sleepboten op het Ketelmeer
Olieverf op linnen, 80 x 100 cm, 1998
Baggeren op het IJ
Olieverf op linnen, 80 x 100 cm, 2003




            Faunus in ijs
Olieverf op linnen, 40 x 50 cm, 2002
Schepen op de Waal, No. 2/8
Oilstick op papier, 20 x 28 cm, 1996




        Harbourscape, No. 3/5
Oilstick op karton, 40 x 45 cm, 1999
Abstractie haven
 Olieverf op linnen, 41 x 55 cm2001




     Schepen op de Waal, No. 1/6
Olieverf op linnen, 100 x 120 cm, 1996
Sleepboot
Tekening, Siberisch krijt op papier. 10 x 15 cm, 2001




                       Haven II
Tekening, Siberisch krijt op papier. 15 x 20 cm, 2003
Haven II, No. 3/5
Olieverf op linnen. 80 x 100 cm, 2003
Vissersschepen in IJmuiden
Schets, Siberisch krijt op papier. 24 x 30 cm, 2001




             IJmuiden havenstructuur
Schets, Siberisch krijt op papier. 15 x 30 cm, 2003
Sleepboten
        Tekening, Siberisch krijt op papier. 30 x 35 cm, 1999




                               Haven III
Papiersnede, Siberisch krijt en houtskool op papier. 45 x 65 cm, 2007
IJmuiden, No. 6/10
Tekening, houtskool en Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2001




                               Piëta
    In de serie IJmuiden, tekening in brons, 20 x 15 cm, 2002
BIJLAGE
SCULPTUREN




2000 - 2006
De vier hoekpunten van mijn huis
Sculptuur, brons, 145 x 60 x 65 cm, 2003/2004
De vier hoekpunten van mijn huis
Tekening, Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2003/2004
In wording
Sculptuur uit de serie Rietmens. Brons, 185 x 120 x 30 cm, 2003
 Serie Rietmensen is gegoten door bronsgieterij Maarten Smit, Brummen.
In het atelier
Serie Rietmens, sculpturen in was en tekening 2003/2004
Meisje
Sculptuur uit de serie Rietmens. Brons, 130 x 55 x 10 cm, 2003/2004
   Serie Rietmensen is gegoten door bronsgieterij Maarten Smit, Brummen.
Groet I
Sculptuur uit de serie Rietmens. Brons, 159 x 25 x 10 cm, 2003/2004
   Serie Rietmensen is gegoten door bronsgieterij Maarten Smit, Brummen.
Meisje op reis
Sculptuur uit de serie Meisje op reis. Brons, 20 x 35 x 5 cm, 2005
Meisje op reis
Schetsen, Siberisch krijt op zuurvrij karton, 15 x 20 cm, 2003
Meisje op reis
Sculptuur uit de serie Meisje op reis,. Brons, 100 x 100 x 20 cm, 2006
Meisje op reis
Tekening, Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2005
Een gewoon mens (staand)
Sculptuur uit de serie Een gewoon mens. Brons, 25 x 8 x 4 cm, 2001/2002
Een gewoon mens (staand)
Tekening uit de serie Een gewoon mens. Oilstick op museumkarton, 50 x 65 cm, 2001
Paar in de natuur dansend
Sculptuur uit de serie Dansend paar, brons, 55 x 30 x 5 cm, 2003
Paar in de natuur dansend
Tekening uit de serie Dansend paar, Siberisch krijt en houtskool op papier
                         70 x 100 cm, 2002/2003
Dansend paar met boom
Reliëf uit de serie Dansend paar. Aluminiumcement op paneel
                     40 x 37 x 7 cm, 2003
Dansend paar met boom
Tekening uit de serie Dansend paar. Siberisch krijt en houtskool op papier
                         70 x 100 cm, 2002/2003
Bevrijding
Sculptuur, brons, 40 x 37 x 7 cm, 2004
BIJLAGE
GEWOON MENS




   2001
Gewoon mens liggend
Sculptuur, brons, 23 x 10 x 6 cm, 2001




        Gewoon mens liggend
Sculptuur, brons, 23 x 10 x 6 cm, 2001
Gewoon mens liggend
Tekening, oilstick en Siberisch krijt op karton, 50 x 65 cm, 2001




                      Gewoon mens liggend
Tekening, oilstick en Siberisch krijt op karton, 50 x 65 cm, 2001
Gewoon mens liggend
            Sculptuur, brons, 23 x 10 x 6 cm, 2001




                      Gewoon mens liggend
Tekening, oilstick en Siberisch krijt op karton, 50 x 65 cm, 2001
Gewoon mens liggend
              Reliëf, brons, 23 x 10 x 6 cm, 2001




                      Gewoon mens liggend
Tekening, oilstick en Siberisch krijt op karton, 50 x 65 cm, 2001
Gewoon mens staand
Tekening, oilstick en Siberisch krijt op karton, 50 x 65 cm, 2001
Gewoon mens staand, No 1/3
Schilderij, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2001
Gewoon mens liggend, No. 1/6
Schilderij, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2001




        Gewoon mens liggend, No. 3/6
Schilderij, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2001
Gewoon mens liggend, No. 4/6
Schilderij, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2001




        Gewoon mens liggend, No. 6/6
Schilderij, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2001
Gewoon mens staand
Sculptuur (achterzijde), brons, 20 x 7 x 3 cm, 2001

Weitere ähnliche Inhalte

Ähnlich wie Carien Engelhard, interview en portfolio

LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINN
LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINNLHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINN
LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINNthomascoulier
 
LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINN
LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINNLHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINN
LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINNthomascoulier
 
KCE Ine de Laak intro
KCE Ine de Laak introKCE Ine de Laak intro
KCE Ine de Laak introIne de Laak
 
Het werk van Nienes Moodlab
Het werk van Nienes MoodlabHet werk van Nienes Moodlab
Het werk van Nienes MoodlabNiene .nu
 
Literair Statement - Anne provoost
Literair Statement - Anne provoostLiterair Statement - Anne provoost
Literair Statement - Anne provoostpulsenetwerk
 
jelissa's eerste jaar Juweelontwerp
jelissa's eerste jaar Juweelontwerpjelissa's eerste jaar Juweelontwerp
jelissa's eerste jaar JuweelontwerpSint Lucas Antwerpen
 
WAWWA N°1: Workshop copywriting voor kunstenaars
WAWWA N°1: Workshop copywriting voor kunstenaarsWAWWA N°1: Workshop copywriting voor kunstenaars
WAWWA N°1: Workshop copywriting voor kunstenaarsMichielDenysHetEntrepot
 
Parels Ypenburg 30/10/11 | De7Mythen | De Byzaak
Parels Ypenburg 30/10/11 | De7Mythen | De ByzaakParels Ypenburg 30/10/11 | De7Mythen | De Byzaak
Parels Ypenburg 30/10/11 | De7Mythen | De ByzaakDe7Mythen
 
Ons Utrecht Week 20 Journaliste Daan Westerink Wil De Dood Bespreekbaar Maken
Ons Utrecht Week 20 Journaliste Daan Westerink Wil De Dood Bespreekbaar MakenOns Utrecht Week 20 Journaliste Daan Westerink Wil De Dood Bespreekbaar Maken
Ons Utrecht Week 20 Journaliste Daan Westerink Wil De Dood Bespreekbaar MakenDaan Westerink
 
Interview Marjolein Theunissen (CultuurBewust.nl) | Ygenwijs Magazine | Editie 8
Interview Marjolein Theunissen (CultuurBewust.nl) | Ygenwijs Magazine | Editie 8Interview Marjolein Theunissen (CultuurBewust.nl) | Ygenwijs Magazine | Editie 8
Interview Marjolein Theunissen (CultuurBewust.nl) | Ygenwijs Magazine | Editie 8Ygenwijs
 
Dichten In Detentie pArt 2012-2 Sieneke de Rooij
Dichten In Detentie pArt 2012-2 Sieneke de RooijDichten In Detentie pArt 2012-2 Sieneke de Rooij
Dichten In Detentie pArt 2012-2 Sieneke de RooijSieneke de Rooij
 
Drie Workshops Creatief Schrijven, NAWE 2011 SdR
Drie Workshops Creatief Schrijven, NAWE 2011 SdRDrie Workshops Creatief Schrijven, NAWE 2011 SdR
Drie Workshops Creatief Schrijven, NAWE 2011 SdRSieneke de Rooij
 
Opdracht 2 presentatie
Opdracht 2 presentatieOpdracht 2 presentatie
Opdracht 2 presentatieLisanneMKlein
 
Schilderen in Galerie Donkersvoort
Schilderen  in Galerie  DonkersvoortSchilderen  in Galerie  Donkersvoort
Schilderen in Galerie Donkersvoortnvdo
 
Wat_je_ziet_dat_ben_je_zelf
Wat_je_ziet_dat_ben_je_zelfWat_je_ziet_dat_ben_je_zelf
Wat_je_ziet_dat_ben_je_zelfHarmen Eijzenga
 
Reis Van De Heldin
Reis Van De Heldin Reis Van De Heldin
Reis Van De Heldin Alice Vafi
 
StC Kunst voor EM de Jong woonkrant najaar 2015
StC Kunst voor EM de Jong woonkrant najaar 2015StC Kunst voor EM de Jong woonkrant najaar 2015
StC Kunst voor EM de Jong woonkrant najaar 2015Nathalie Schalke
 

Ähnlich wie Carien Engelhard, interview en portfolio (20)

LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINN
LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINNLHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINN
LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINN
 
LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINN
LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINNLHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINN
LHNL11_ART_DAVIDALEXANDERFLINN
 
KCE Ine de Laak intro
KCE Ine de Laak introKCE Ine de Laak intro
KCE Ine de Laak intro
 
Het werk van Nienes Moodlab
Het werk van Nienes MoodlabHet werk van Nienes Moodlab
Het werk van Nienes Moodlab
 
Literair Statement - Anne provoost
Literair Statement - Anne provoostLiterair Statement - Anne provoost
Literair Statement - Anne provoost
 
jelissa's eerste jaar Juweelontwerp
jelissa's eerste jaar Juweelontwerpjelissa's eerste jaar Juweelontwerp
jelissa's eerste jaar Juweelontwerp
 
Creatie_Festina_DEF
Creatie_Festina_DEFCreatie_Festina_DEF
Creatie_Festina_DEF
 
Finale h4 2013
Finale h4 2013Finale h4 2013
Finale h4 2013
 
WAWWA N°1: Workshop copywriting voor kunstenaars
WAWWA N°1: Workshop copywriting voor kunstenaarsWAWWA N°1: Workshop copywriting voor kunstenaars
WAWWA N°1: Workshop copywriting voor kunstenaars
 
Parels Ypenburg 30/10/11 | De7Mythen | De Byzaak
Parels Ypenburg 30/10/11 | De7Mythen | De ByzaakParels Ypenburg 30/10/11 | De7Mythen | De Byzaak
Parels Ypenburg 30/10/11 | De7Mythen | De Byzaak
 
Ons Utrecht Week 20 Journaliste Daan Westerink Wil De Dood Bespreekbaar Maken
Ons Utrecht Week 20 Journaliste Daan Westerink Wil De Dood Bespreekbaar MakenOns Utrecht Week 20 Journaliste Daan Westerink Wil De Dood Bespreekbaar Maken
Ons Utrecht Week 20 Journaliste Daan Westerink Wil De Dood Bespreekbaar Maken
 
Interview Marjolein Theunissen (CultuurBewust.nl) | Ygenwijs Magazine | Editie 8
Interview Marjolein Theunissen (CultuurBewust.nl) | Ygenwijs Magazine | Editie 8Interview Marjolein Theunissen (CultuurBewust.nl) | Ygenwijs Magazine | Editie 8
Interview Marjolein Theunissen (CultuurBewust.nl) | Ygenwijs Magazine | Editie 8
 
Dichten In Detentie pArt 2012-2 Sieneke de Rooij
Dichten In Detentie pArt 2012-2 Sieneke de RooijDichten In Detentie pArt 2012-2 Sieneke de Rooij
Dichten In Detentie pArt 2012-2 Sieneke de Rooij
 
Drie Workshops Creatief Schrijven, NAWE 2011 SdR
Drie Workshops Creatief Schrijven, NAWE 2011 SdRDrie Workshops Creatief Schrijven, NAWE 2011 SdR
Drie Workshops Creatief Schrijven, NAWE 2011 SdR
 
Opdracht 2 presentatie
Opdracht 2 presentatieOpdracht 2 presentatie
Opdracht 2 presentatie
 
Marin_your personal artist_portraits
Marin_your personal artist_portraitsMarin_your personal artist_portraits
Marin_your personal artist_portraits
 
Schilderen in Galerie Donkersvoort
Schilderen  in Galerie  DonkersvoortSchilderen  in Galerie  Donkersvoort
Schilderen in Galerie Donkersvoort
 
Wat_je_ziet_dat_ben_je_zelf
Wat_je_ziet_dat_ben_je_zelfWat_je_ziet_dat_ben_je_zelf
Wat_je_ziet_dat_ben_je_zelf
 
Reis Van De Heldin
Reis Van De Heldin Reis Van De Heldin
Reis Van De Heldin
 
StC Kunst voor EM de Jong woonkrant najaar 2015
StC Kunst voor EM de Jong woonkrant najaar 2015StC Kunst voor EM de Jong woonkrant najaar 2015
StC Kunst voor EM de Jong woonkrant najaar 2015
 

Carien Engelhard, interview en portfolio

  • 1. Carien Engelhard Autonoom beeldend kunstenaar Idee, interview en vormgeving: Hilde Salverda, september 2012 © KUNST & MARKETING | KUNSTENAARS in de MARKT, AMSTERDAM
  • 2. Idee, interview, beeldbewerking en vormgeving: Hilde Salverda Fotografie: Tekeningen ‘Surinaams blad’: Saar Engelhard; Papiersnedes en collage ‘De grond onder mijn voeten’ en ‘Moving II’: Eric Buis Een uitgave van Kunst & Marketing | Kunstenaars in de Markt www.kunstenmarketing.nl | www.kunstenaarsindemarkt.nl kunstenmarketing@gmail.com LinkedIn: kunstenm arketing Facebook: H i l d e S a l v e r d a Twitter: @ K u n s t M r k t n g © Kunst & Marketing | Hilde Salverda, Amsterdam.2012
  • 3. INHOUDSOPGAVE Personalia 5 Geïllustreerd interview 6 Kunst & Marketing|Kunstenaars in de Markt 34 Bijlage Curriculum Vitae Bijlagen portfolio 3
  • 4.
  • 5. Carien Engelhard (1949) Autonoom beeldend kunstenaar Opleiding: Rietveld Academie, avondopleiding beeldhouwen Universiteit van Amsterdam Doctoraal Sociale Wetenschappen Website: www.carienengelhard.nl E-mail: carien@carienengelhard.nl 5
  • 6. Hoe ben je professioneel kunstenaar geworden? Als student studeerde ik overdag aan de universiteit en ’s avonds zat ik op de avondopleiding van de Rietveldacademie. Later combineerde ik de uitoefening van deze twee beroepen met een huwelijk en drie kinderen. Ik ben 25 jaar werkzaam geweest als psychotherapeute, echtgenote, moeder en part-time beeldend kunstenaar. Pas in 2002 werd het mogelijk om - dankzij de morele en financiële ondersteuning van mijn echtgenoot - fulltime bezig te zijn met het maken van kunst. Ik ervaar het als een grote kans dat ik nu fulltime beeldend kun- stenaar kan zijn. Welke studierichting heb je gevolgd? Heb je daarnaast ook nog cursussen gevolgd? Zo ja, welke? Wat is het belangrijkste dat je hebt geleerd? Ik heb een diploma van de Rietveld Academie, studierichting Beeldhou- wen. Ik heb ook veel lessen tekenen, etsen en lithografie gevolgd. Daarnaast ben ik vele jaren een soort leerling-gezel geweest bij een ouder kunstenaarsechtpaar aan huis. Ik heb van hem leren inlijsten, verf- en ets- gronden maken en schilderen met gouache en olieverf. In ruil daarvoor stond ik regelmatig model en kookte ik af en toe voor ze. Enkele opmerkingen van leraren zijn hun eigen leven gaan leiden. Zoals bijvoorbeeld het antwoord van een leraar op mijn vraag ‘is het nu goed?’. Zijn tegenvraag was: ‘Klopt het met wat je voor ogen had?’ Wat ik daar- van geleerd heb, is dat de beoordelaar in mijzelf zit en niet in de ander. De houding van een leraar om samen met mij open te kijken en stil te staan bij wat ik gemaakt had en daar op een niet veroordelende wijze commen- taar op te leveren, is heel belangrijk voor mij geweest. Ook een opmerking als: ’als de tekening mislukt is, kun je er net zo goed op doorgaan’. heeft voor mij veel vrijheid gecreëerd. Opmerkingen zoals ‘elke vorm is verbon- den met zijn schaduw en zij worden samen een nieuwe vorm’ of ‘in scha- duw zit ook altijd kleur’, hebben mij geleerd met andere ogen te kijken. Waarom ben je ooit begonnen beeldende kunst te maken? Op de lagere school had ik veel plezier in handenarbeid en op de MS in een wekelijkse middag schilderen. Dat noem ik dan geen kunst, maar het is er wel een voorloper van geweest. Het serieuze beoefenen van kunst kwam pas veel later toen ik de avond-opleiding van de Rietveld Academie volgde. Eén ding is voor mij heel duidelijk; het maken van beeldende kunst komt voor mij voort uit een behoefte en een verlangen, die niet ter discussie staan. De titel van het tv-programma van Wim Kaiser, ‘Over de Schoonheid en de Troost’ geeft goed weer, hoe ik het maken van beelden- de kunst ervaar. 6
  • 7. Kun je dit laatste punt verder toe te lichten? Door te werken en te creëren wordt het mij steeds duidelijker hoe ik kijk, wat me boeit en hoe ik in het leven sta. Het maken van kunst is voor mij het onderzoeken der dingen. Een ontdekkingstocht naar hoe een ding en zijn omgeving ‘echt’ is. Ik schort daarbij mijn oordelen en de geijkte manier van kijken op. Het zijn simpele zaken - vaak afkomstig uit de natuur -, die mijn fascina- tie oproepen. De schaduw van een gekromd blad, bewegend water, boom- wortels, een klein schedeltje, bewegende schaduwen. Ook sommige kran- tenfoto’s, bijvoorbeeld van microscopische vormen in de natuur of macro- scopische opnamen zoals satellietfoto’s van de maanoppervlakte of van een bergketen kunnen een inspiratiebron voor me zijn. In het proces van het creëren speelt vaak een innerlijke laag en gevoel mee, die tijdens mijn zoektocht naar boven komt en woorden krijgt. Soms eindigt dat in een pure fascinatie voor vormen en licht - zonder verdere betekenis, soms wordt een onduidelijke emotie mij opeens helder. Het uit- gangspunt is dus vaak iets realistisch, maar het eindigt in abstractie. Dit zoeken zonder het doel ‘Hét’ te vinden en de ontroering en het plezier dat dat oplevert, is mijn drijfveer. Het geeft mij natuurlijk ook veel vol- doening wanneer ik merk dat mijn werk bij kijkers eenzelfde ervaring van schoonheid beleven, plezier, herkenning of manier van kijken, oproept. In mijn vorige beroep als psychotherapeut kon ik met beeldende midde- len anderen helpen om meer inzicht en vat te krijgen op hun innerlijke belevingen. Voor mijzelf is mijn beroep maar zelden therapeutisch. Een groot verschil tussen therapie en kunst, vind ik dat kunst gevoelens hooguit als startpunt neemt om van daaruit te werken, te ontwikkelen en te reflecteren, terwijl bij therapie de resultaten van beeldend werk óf het einddoel en/of een hulpmiddel voor verdere gesprekken zijn. Wanneer vind je een kunstwerk goed? Kunst is ‘goed’ als het op een bepaalde manier goed gemaakt is. Ook een werk dat in elkaar geknutseld is met plakband en zilverpapier kan goed werk zijn, zelfs als het materiaal en de techniek knullig zijn. In die zin is ‘goed’ dus een kwalificatie die samenhangt met de bedoeling van het werk en de achtergrond van de kunstenaar. ‘Goed’ wordt anderzijds ook bepaald door vakmanschap en techniek, en de keuzes die de kunstenaar daarin maakt. Als kind kwam ik wekelijks in het Stedelijk Museum in afwachting van de les van de Nutsschool, die daar in een atelier werd gegeven. Achteraf heb ik pas de woorden gevonden die bij die zwerftochten door de museumza- len pasten. Het heeft mij als het ware het geruste gevoel gegeven van ‘thuiskomen’ om te zien dat je alles kon schilderen zoals je wilde. Blauwe grond, roze bomen en groene mensen. Grote mensen die hun fantasiewe- reld serieus namen of hun idealen en waarnemingen - bijvoorbeeld over de Spaanse Burgeroorlog -, tot onderwerp maakten. 7
  • 8. Surinaams blad, schets, Siberisch krijt op papier, 15 x 20 cm, 2004 Surinaams blad, schets, Siberisch krijt op papier, 20 x 25 cm, 2004 8
  • 9. Surinaams blad, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2006 9
  • 10. 10
  • 11. 11
  • 12. Surinaams blad I Tekening, Siberisch krijt en houtskool op papier, 70 x 100 cm, 2004 Surinaams blad II Tekening, Siberisch krijt en houtskool op papier, 70 x 100 cm, 2004 Surinaams blad III Tekening, Siberisch krijt en houtskool op papier, 70 x 100 cm, 2004 12
  • 13. Surinaams blad 3 Keramiek, vlasklei met pigment 55 x 17 x 10 cm, 2006 Surinaams blad 5 Keramiek, vlasklei met pigment 65 x 40 x 25 cm, 2006 Surinaams blad 4 Keramiek, vlasklei met pigment 37x 35 x 15 cm, 2006 13
  • 14. Of een werk goed is of niet, kan ook bepaald worden door het gevoel van herkenning of ontroering of een andere emotie, zonder dat daar altijd woorden voor nodig zijn. Sommige politiek-georiënteerde maatschappij- kritische kunst vind ik goed omdat het een spiegel voorhoudt en iets belangrijks uitvergroot en toegankelijk maakt voor een groot publiek. Los van dit alles, kan ik ook kippenvel krijgen van iets dat alleen maar mooi is en mij raakt door de schoonheid ervan. ‘Goed’ wordt iets voor mij pas, als het geen clichématig plaatje of cliché-emotie dicteert. Kijk je veel naar kunst van anderen en wat vind je daarvan? Ik ga met grote regelmaat naar galeries, exposities en beurzen. Ik ga ook regelmatig naar werk van collega’s kijken. Als professional wil ik op de hoogte blijven van wat er gaande is. Bovendien vormen deze bezoeken voor mij een inspiratiebron en aanmoediging om door te gaan met mijn eigen tocht. Tijdens die bezoeken ben ik soms stiekem een beetje jaloers op jongere kunstenaars, omdat ik regelmatig geconfronteerd wordt met het feit dat ik pas op latere leeftijd de keuze heb gemaakt om fulltime pro- fessioneel beeldend kunstenaar te worden. Veel mensen hebben al op veel jongere leeftijd deze keuze gemaakt. Waarschijnlijk hebben ze meer lef gehad dan ik had op die leeftijd. Deze bezoeken aan exposities helpen mij ook om een realistische blik te krijgen op kunst in het algemeen en op mijn plek als beeldend kunstenaar in dat geheel. Lees je over kunst? Ja, ik heb een abonnement op Kunstbeeld. Ik heb ook heel lang een abon- nement op Metropolis gehad. Het heeft een aantal jaren geduurd voordat ik me realiseerde dat al die kunsthistorische artikelen en intellectuele beschouwingen mij weinig deden en niets toevoegden aan mijn wijze van kijken en werken. Ik ervaar vaak een grote kloof tussen abstracte theoreti- sche beschouwingen en mijn dagelijkse praktijk als uitvoerend kunstenaar. Wie bewonder je in de beeldende kunst? Mijn bewondering verandert in de loop der tijd. Als student op de beeld- houwopleiding ben ik jarenlang groot bewonderaar geweest van en geïn- spireerd door de beelden en tekeningen van Henry Moore, Brancusi en de prachtige modeltekeningen en werkschetsen van Wortruba. Ik voelde mij thuis bij die combinatie van tekenen en ruimtelijk werk. Wat nieuw voor mij was, is hoe zij vanuit het proces van waarnemen en hun persoonlijke interpretatie daarvan, een abstracte vormentaal ontwikkel- den. Tegenwoordig haal ik mijn inspiratie niet meer uit het werk van spe- cifieke kunstenaars. 14
  • 15. WERK IN HET ATELIER (2012) 15
  • 16. Van welk kunstwerk gaat je hart sneller kloppen? Een tekening van Leo Schatz. Het is een tekening van een man, een over- levende, leunend tegen een verlaten deurpost. Deze tekening hing boven het bureau van mijn moeder. Het verbeeldt voor mij de treurnis en de levenskracht van een ‘getekend’ mens. Daarnaast nog van een prachtig bronzen beeld van Carel Kneulman. Het verbeeldt het gevecht van Jacob en de engel of de innerlijk strijd tussen goed en kwaad. Als ik dat beeld zie, hoor ik altijd zijn eigen uitleg daar- bij. Het beeld reikt naar alle richtingen in de ruimte. De tussenruimtes zijn even belangrijk als de vormen en de beweging zelf. Wat voor mij dit beeld nog extra bijzonder maakt is dat ik een kopie heb mogen laten gieten van het ontwerp, als dank voor mijn hulp bij het uit- geven van een boek over het werk van Kneulman ter gelegenheid van zijn tachtigste verjaardag. Welke tentoonstelling(en) heb je de laatste paar jaar gezien, die een inspi- ratiebron voor je zijn of zijn geweest? In 2010 heb ik een expositie in Beelden aan Zee gezien van Sandro Setola. Ik vond zijn enorme tekeningen schitterend en de vormgeving in diverse materialen heel inspirerend en van een groot vakmanschap en visie getui- gen. In zijn werk herken ik mijn eigen manier van denken en werken, waarin twee- als driedimensionaal werk gelijkwaardig zijn. In Arnhem heb ik een papierinstallatie van Mia Pearlman gezien, een kun- stenaar die ook met papier en papiersnedes werkt. Haar papiersnedes vul- den de ruimte. Ik vond dit zo inspirerend omdat ze op een andere manier bezig is met hetzelfde. Een opvallend verschil is bijvoorbeeld dat zij licht als onderdeel van haar werk toepast, terwijl ik tot nu toe vooral met scha- duw speel en dit deel uit laat maken van het totaalbeeld. De expositie Schoonheid in Wetenschap in Boymans - fantastische foto’s en filmpjes uit de fysica, chemie en biologie - vond ik fascinerend, mede omdat het helemaal aansluit bij mijn eigen werk, waarbij ik heel vaak organische vormen als uitgangspunt neem. In Brussel zag ik onlangs voor de derde keer een grote expositie van Per Kirkeby. Opnieuw ben ik stil van de sfeer van de enorme schilderijen. Het lijkt wel of je kunt voelen dat de talloze lagen onder het zichtbare opper- vlakte meewerken aan de soms lieflijke, maar altijd rauwe en directe uit- straling van de natuur. Ook zijn figuratief-abstracte beelden hebben een heel aards karakter, dat mij aanspreekt. Ze doen me ook denken aan de indrukwekkende beelden van Hans Josephsohn. Zijn grove menselijke figuren hebben een schoonheid die ongemak veroorzaakt, maar tegelijker- tijd ontroert. Als mensen aan je vragen wat voor werk je doet, wat vertel je dan? Ik ben beeldend kunstenaar. Ik heb een uitleg over papiersnedes die gaat over licht en ruimte en schaduwtekeningen op de muur. Ook vertel ik over 16
  • 17. HET ATELIER IN 2011 17
  • 18. tussenruimtes of ‘negatieve’ ruimtes waaraan een vorm of lijn zijn karak- ter ontleent en verder verwijs ik naar mijn website. Maar soms, afhankelijk van de persoon die het vraagt, vertel ik alleen over mijn bronzen beelden en olieverfschilderijen. Vaak is dit wat makkelijker uit te leggen, omdat het meer aansluit bij het traditionele beeld dat veel mensen hebben van kunst en kunstenaars. Welk kunstwerk raakte voor het eerst een gevoelige snaar bij je, opende je de ogen voor beeldende kunst of zorgde voor een Aha Erlebnis? In mijn ouderlijk huis was veel oog voor vormgeving, kleur en esthetiek. Er was veel kunst te zien, maar ook grote aandacht en waardering voor simpele schoonheid. Ik herinner mij als kind een expositie van Egyptische kunst in het Rijksmuseum, waar mijn moeder mij mee naar toenam. Ik zag daar een albasten vaas die bijna doorschijnend was aan de bovenkant en een prachtige lichtinval had. Dat gevoel van schoonheid en geluk heb ik mij altijd herinnerd. Je komt dus uit een gezin waar kunst belangrijk was? Ja, mijn moeder begon op de Rijksacademie, maar door de oorlog werd de opleiding gesloten. Mijn grootvader schilderde in zijn vrije tijd en mijn overgrootouders waren kunstenaars. Hoe ziet je werkplek eruit? Ben je omringd door allerlei voorwerpen en mate- rialen of is het juist zo leeg mogelijk? Ik heb een grote ruimte van 70 m2 met ‘haaientand’ ramen op de eerste verdieping van een pand met meerdere creatievelingen, zoals muziekpro- ducenten, televisiemakers, een fotograaf en beeldend kunstenaars. In mijn atelier zijn kasten met materiaal en opslag, een grote tafel om te werken, een papierkast, een boekenkast, een kast met beeldjes, schelpen etc, een prikbord met foto’s en een slaapbank. Ik heb één lange muur om werk aan te bevestigen en veel ruimte op de vloer. Als je geen opdrachten, verplichtingen en deadlines van buitenaf opgelegd krijgt, creëer je die dan voor jezelf om toch aan het werk te blijven? Ik heb veel innerlijke discipline en een grote motivatie om te werken. Ik breng structuur in de dag en verder gaat het vanzelf. Toch blijft het wel moeilijk. Het is vooral moeilijk om niet te veel afspraken te maken en om geduld te hebben. 18
  • 19. WERK IN HET ATELIER (2010) 19
  • 20. Haven van Schellingwoude Tekening, houtskool en Siberisch krijt, 80x100 cm, 2003 Haven, No. 2/3 Papiersnede, houtskool en Siberisch krijt, 45 x 85 cm, 2007 20
  • 21. Hoe ziet je gemiddelde werkdag er uit en op welke uren van de dag of nacht werk je het best? Ik sta meestal rond 7.00 uur op. ‘s Ochtends ben ik fris en energiek en het is licht, ’s avonds zit ik vaak achter de computer voor de noodzakelijke administratie, documentatie, etcetera. Ik vind het prettig om overdag zo weinig mogelijk afspraken te maken, omdat het einde van de werkdag dan door het werk wordt bepaald. Dat lukt overigens lang niet altijd. Na een verhuizing naar het oosten van het land, zijn mijn atelier en mijn woning niet meer in dezelfde plaats gevestigd. Ik heb nu een groot atelier in Amsterdam en een klein atelier in het oosten van het land. Ik verdeel mijn werkzaamheden. Nu maak ik lawaai in het kleine atelier en ik teken daar veel buiten. In Amsterdam maak ik grote werken op papier en heb ik de ruimte om grote tekeningen en papiersnedes aan de muur te hangen. Heb je bepaalde rituelen voordat je begint te werken of tijdens het werk? Nee. Wel mediteer ik ‘s ochtends voor ik ga werken. Kun je meer vertellen over hoe je komt tot het vervaardigen van een nieuw kunstwerk? Hoe krijg je bijvoorbeeld een idee? Een idee is niet een actief iets dat opkomt, maar iets dat langzaam ontstaat en groeit. Mijn oog valt op iets en dat wordt belangrijk en krijgt betekenis door het te tekenen en plastisch vorm te geven. Dit zet vervolgens een bewe- ging in gang, er komen woorden bij en dan opeens is er het ‘idee’. Het is een voortdurend proces en een combinatie van actief en passief bezig zijn. Op laten komen, uitvoeren, kritisch kijken, actief ‘rust houden’, dat wil zeggen er op ‘sudderen’, er weer verder op door gaan, etcetera. Overigens kan een opdracht ook heel goed associaties en ideeën voor onderzoek in werking zetten. Waar haal je je ideeën en inspiratie vandaan? Dat wisselt door de jaren heen. Het is steeds dichter bij mijn directe omge- ving komen te liggen. Wat hetzelfde is gebleven, is dat ik in iets kleins - bij- voorbeeld de grond tussen mijn voeten of een microscopische opname van een cel - iets groots kan zien (een landschap met een vlakverdeling en scha- duw) en dat ook zo gebruik in mijn werk. Bladeren in mijn kunstboeken en een werk goed bestuderen en vrij nate- kenen, stimuleert ook mijn eigen fantasie, creativiteit en gedachten. Ik houd van de schijnbare ongeordendheid van havens, baggerwerken en grote bouwprojecten. Van rauwe materialen, zoals een geroeste scheeps- huid en de met water volgelopen tractorsporen in een aardappelveld. Houdt je altijd vast aan het idee, of verandert het idee en het werk terwijl je er mee bezig bent? Het idee is bij vrij werk geen leidraad. Bij een opdracht natuurlijk wel, maar een beperking kan ook heel stimulerend werken. 21
  • 22. Heb je een la vol met ideeën en inspiratiebronnen? Zo ja, in welke situaties doe je een beroep op die voorraad? Oud werk dat net niet goed genoeg was of waar ik in de loop van jaren een andere kijk op heb gekregen, is in combinatie met recente belangstel- ling een belangrijke bron voor nieuwe ideeën. Oude schetsboeken zijn vaak ook nuttig om me er aan te herinneren wat ik destijds boeiend vond. Hoe begin je om vanuit het niets iets te maken en hoe gaat het dan verder? Als ik het echt niet weet, ga ik eerst opruimen. Vervolgens pak ik allerlei oud werk om in de stemming te komen en aan te voelen met welk mate- riaal ik wil gaan werken. Ik begin nooit op een spierwit vel, maar altijd op een vel dat ik eerst licht getint heb gemaakt. Losjes bewegen en tege- lijkertijd tekenen kan me vaak ook over de eerste drempel heen helpen. Als ik met een werk bezig ben, ontstaan er regelmatig momenten van ‘verveling‘ of ‘vastzitten’. Meestal komt er dan vanzelf ook weer een moment waarop ik verder kan gaan met het werk. Bij het documenteren van een gebeurtenis of situatie - zoals bij mijn werk bij baggerprojecten of bouwprojecten in de stad - begin ik met kijken. Vervolgens kies ik een plek uit waar het karakteristieke van het project het beste naar voren komt. Daarna ga ik zitten tekenen. Op deze plaatsen maak ik altijd foto’s, zodat ik die later in het atelier kan gebruiken. Heb je een eigen stijl? Mijn stijl van tekenen is herkenbaar. Grote gebaren, met oog voor details. Mijn driedimensionale werk heeft vaak iets van een reliëf, het is nogal plat. Het tweedimensionale werk wil de ruimte er juist in betrekken. Reliëf door de dikte in de verf, snijden in papier, krassen in een tekening of in klei. Papiersnedes zijn ontstaan omdat ik in een aantal tekeningen een bepaalde mate van scherpte en uitgesprokenheid miste, en ook ruimte en gelaagdheid. Door te snijden in een tekening en iets weg te halen, voeg ik nieuwe vormen toe en creëer ik diepte en gelaagdheid. Ruimte ontstaat door de begrenzin- gen van de lijnen, die het weggesneden stuk omsluiten. Snijden lijkt op tekenen, ook snijden gaat niet over van te voren bedach- te, precies afgebakende vormen. De manier van ophangen zorgt ervoor dat licht en schaduw een rol gaan spelen, licht en schaduw worden daarmee onderdeel van mijn werk. Ik werk in series rondom één thema. Ik begin met tekenen. Tekeningen lei- den vaak tot schilderijen of 3-dimensionale tekeningen, de zogenaamde ‘papiersnedes’ of andere vormen van ruimtelijk werk, zoals sculpturen en zinkobjecten. Vaak leidt dit ruimtelijk werken weer tot tekenen. Zo leidden de in 2004 in Suriname gemaakte schetsjes van een blad met een zware slagschaduw, in het atelier tot grote zwart-wit tekeningen. De tekeningen inspireerden mij vervolgens tot het maken van grote ruimte- 22
  • 23. lijke vormen van een blad, gemaakt van vlasklei. Dit leidde vervolgens weer tot de serie olieverfschilderijen ‘Surinaams blad’ op groot en klein formaat. Bij de serie ‘Rietmensen’ was riet mijn uitgangspunt en basis om vormen van was te maken. Daarna heb ik tekeningen gemaakt en aan de hand van die tekeningen heb ik nieuwe beelden in was gemaakt, die later in brons gegoten zijn. De serie ‘Een gewoon mens’ bestaat uit een grote serie olieverfschilderij- en, een serie oilstick-tekeningen en kleine schetsjes gemaakt in was, die vervolgens werden gegoten in brons. De serie ‘Mapping my roots’ is ontstaan naar aanleiding van een verhui- zing en ontwortelde struiken bij het nieuwe huis. Het is de eerste serie waarin ik met pigmenten heb gewerkt in plaats van met verf. Ik ben begonnen met het tekenen van losse wortels. In die tekeningen ben ik ver- volgens gaan snijden en op die manier is een grote serie papiersnedes ont- staan. Ik ben daarna nog een stap verder gegaan en heb ruimtelijke teke- ningen gemaakt van papier, draad en pigment. Soms is een foto uit de krant de inspiratiebron voor het bedenken van een nieuw thema en maken van nieuw werk. De foto van een druppel water uit de diepe oceaan was het begin van ‘Moving I. Driedimensionale tekenin- gen van stevig, zwart geschept karton (Zaans bord), die ik beschilderd heb met olieverf. Deze drie vormen werden later het uitgangspunt voor het maken van driedimensionale wandobjecten in zink. Bij de serie ‘Moving II’ was een foto van snel stollend erts de aanleiding. Dit heeft geleid tot hele grote tekeningen van ± 2 meter, die ik bewerkt heb tot papiersnedes met veel diepte. Een foto van een wand van bloedcel besmet met malaria, was aanleiding om te starten met de serie ‘Teken van Leven’ en de inspiratiebron voor het maken van grote tekeningen van circa 2,5 meter met oilstick en Siberisch krijt in de serie ‘Celwand’. die onderdeel is van de serie ‘Teken van Leven’. De tekeningen hebben vervolgens geleid tot het maken van driedimensio- nale papiersnedes. Ik wil dingen niet mooier maken dan ze zijn. Daarom houd ik van zwart- wit met alle nuances daar tussenin. De beperking tot zwart-wit vind ik prettig en de kracht die daar uit spreekt, past goed bij het onderzoeken van wat mij boeit en wat er wezenlijk toe doet. Is jouw werk altijd origineel of teken, schilder of maak je ook dingen na? Ik gebruik objecten om na te tekenen. Het eindresultaat hoeft voor mij niet meer te lijken, maar het kijken naar details en deze tekenen, vind ik erg belangrijk om ‘fris’ te kunnen blijven. Als ik niet telkens opnieuw goed kijk, heb ik de neiging in eigen vormcliché’s te vervallen. Achter elke tot stand gekomen vervorming zat ooit een waarneming. 23
  • 24. UIT DE SERIE ‘EEN GEWOON MENS (LIGGEND)’ Olieverfschilderij Tekening, oilstick en Siberisch krijt op papier Reliëf in brons 24
  • 25. UIT DE SERIE ‘MOVING’ Detail ‘Stollend erts’. Foto: NRC Handelsblad Moving II, No. 2/4. Detail papiersnede Moving II, No. 1, 2 en 3. Papiersnedes 25
  • 26. UIT DE SERIE ‘MOVING I EN III’ Detail ‘Oceaandruppel’. Foto: NRC Handelsblad Moving I, No. 2/4 en 4/4. Papiersnedes Moving III, No. 5/7. Zinkobject 26
  • 27. UIT DE SERIE ‘TEKEN VAN LEVEN’ ‘Wand van een bloedcel besmet met malaria’ Foto NRC Handelsblad Teken van leven I Tekening, oilstick met Siberisch krijt Celwand I, No. 2/3 Papiersnede uit de serie ‘Teken van Leven’ 27
  • 28. Origineel wordt een werk als ik goed kijk en dit met mijn eigen teken- handschrift teken. In een leerfase is het goed om een model of project rea- listisch na te tekenen of te schilderen. Niet dat het moet lukken en precies moet lijken, maar om een bepaalde manier van kijken, mengen en com- positie te ontwikkelen en aan den lijve te ervaren. Mijn huidige werk is mede origineel, omdat er maar weinig mensen op deze manier met papier en met tekenen omgaan. Het was overigens geen vooropgezet doel om dat te bereiken, het is gegroeid. Maar nu het zo blijkt te zijn, ga ik het wel verder ontwikkelen. Gebruik je fotografie voor je werk en zo ja, hoe? Als inspiratiebron, als ‘schets’, als basis, als researchmateriaal of als eindresultaat? Ik gebruik krantenfoto’s. Ik heb mappen vol met oude zwart-wit foto’s. Vaak gebruik ik ze ‘op z’n kop’ omdat het me meer om de abstracte blad- verdeling gaat dan om het specifieke onderwerp. Ik maak zelf foto’s als herinnering om in het atelier later te kunnen gebruiken als bijvoorbeeld de buitenplek niet geschikt is om lang te werken. Speelt muziek een rol in je werk? En zo ja, welke rol? Ik luister vaak naar Radio 4, maar ook naar popmuziek die voor mij is opgenomen. Muziek waar ik bij kan bewegen – muziek uit Suriname of sommige Afrikaanse muziek, geeft me energie en de losheid om niet te serieus te worden. Maar ook stilte is heel belangrijk voor me. Hoe belangrijk is sfeer voor je om lekker te kunnen werken? Wat of wie moet er dan zijn, en wat of wie moet er vooral niet zijn om de juiste sfeer te creëren? Ik wil het niet te koud hebben en er moet goed dag- en zonlicht zijn. Noorderlicht is voor mij niet belangrijk. Daarnaast moet het een beetje opgeruimd en schoon zijn. Ik hou van een paar mooie dingen om mij heen. Verder mag er geen lawaai zijn en ik wil alleen in de ruimte zijn. Wordt je geïnspireerd door andere kunstvormen? Zo ja, door welke? Ik heb een verzameling beeldjes uit diverse culturen, veel organische vor- men en veel mooie boeken en plaatjes. Hoe lang doe je er gemiddeld over voordat je iets af hebt, of is dat heel ver- schillend? Ik werk snel en met een hoge productie. Maar het duurt veel langer om met enige afstand te kunnen beoordelen wat goed genoeg is. Een werk dat ‘af’ is, kan na enige tijd toch weer verder bewerkt worden. Een enkele keer zitten daar zelfs jaren tussen. Bronzen beelden kunnen bijna per definitie niet veranderd worden, tenzij je dat heel radicaal aanpakt. Met verf en tekeningen is dat makkelijker. 28
  • 29. Hoe weet je wanneer iets af is en je niets meer moet doen? Vernietig je wel eens een werk als je niet tevreden bent? Ik heb zo langzamerhand geleerd dat eerder stoppen vaak beter is voor de zeggingskracht van een werk. Om ruimte in het werk houden, in plaats van het dicht te smeren. Een spiegel in mijn atelier helpt me om afstand te nemen en sneller te kunnen beoordelen of een werk klopt en af is, of niet. Ik vernietig nooit werk, maar gebruik afgekeurd werk opnieuw. Al was het maar de achterkant of ik gebruik wat er is, als achtergrond voor iets anders. Wanneer beschouw je je werk als geslaagd? Op een gegeven moment is mijn belangstelling voor een onderwerp op en dan blijkt er iets anders te komen. Ik moet met plezier naar mijn eigen werk kunnen kijken. Het helpt natuurlijk wel als er een paar mensen het werk de moeite waard vinden. Meestal duurt het enige tijd om te zien of een werk goed en af is. Dat kan soms maanden duren en met kleine stapjes gaan. Ben je je bewust van het publiek, als je aan het werk bent? En hoe belangrijk is het om bekend te zijn? Het publiek is niet aanwezig terwijl ik werk. Ik maak wat ik goed, mooi en/of betekenisvol vind. Het bezig zijn met met het hoe, waar en met wie exposeren, neemt heel veel tijd in beslag. Het zou fijn zijn om meer gevraagd te worden, bekender te zijn en meer te verkopen. Ik zou graag uit de vicieuze cirkel zijn gebleven van ‘Geen bekendheid, geen opdrach- ten. Geen opdrachten, geen bekendheid’. In 2010 heb ik meegedaan aan Lekart in Culemborg. Toen bleek dat mijn werk midden in de hoge kerk zou hangen, heb ik heel nadrukkelijk reke- ning gehouden met het publiek. Dat heb ik ervaren als een grote en leuke uitdaging. Welk werk vind je op dit moment het meest representatief voor jouw stijl en werk? Bij de beelden ‘Rietmensen’ vind ik In wording een erg mooi beeld. Ik houd van de abstracte mensfiguren. Bij de tekeningen vind ik de serie ‘Surinaams blad’ heel representatief. Hierin is het proces van tekenen-naar-de-werkelijkheid naar abstractie, goed te herkennen. In de abstractie werden de vormen in zekere zin alge- mener. Het zijn organische vormen geworden, die meer zijn dan alleen maar een weergave van de bladeren. Je ziet dit terugkomen in de keramiek. Bij de papiersnedes vind ik de serie ‘Mapping my Roots’ (2006) belangrijk. Ook omdat ik hier voor de eerste keer begon met het toepassen van pigment. De serie ‘Moving’, twee jaar (2009) later, vind ik belangrijk omdat ik bij deze serie voor het eerst groter ging werken, en meer vervorming en diep- teverschil in de papiersnede zelf toepaste. 29
  • 30. Serie van drie banieren, rijstpapier met inkt Per banier 3 delen van 0,30 x 6 meter Barbarakerk, Lekart Ben je tevreden met je werkwijze en het werk dat je tot nu toe gemaakt hebt? Ik ben tamelijk vaak van onderwerp of werkwijze veranderd. Dat heeft goede kanten, namelijk dat er volop ruimte is voor experiment en onder- zoek. Maar het heeft ook zwakke kanten, namelijk dat ik een thema dan minder uitdiep. Tegenwoordig ga ik veel langer door op een bepaalde the- matiek, werk- en zienswijze. De laatste tijd ben ik bijvoorbeeld bezig geweest met een ‘vertaling’ van een serie papiersnedes die bijna drie dimensionale, zelfstandige vormen waren geworden, naar een voor mij volkomen nieuw maar steviger materiaal, zink. Vind je dat titels een meerwaarde geven aan je werk en ‘verraden’ de titels van je werk je inspiratiebron? De titels komen meestal na een tijdje werken vanzelf bij mij op. Er zit een heel verhaal achter en de titels komen meestal voort uit mijn eigen inzich- ten of ervaringen. Ik werk altijd in series en de werken krijgen dan een nummer. Zoals bij de serie ‘Moving’. Het gebruik van Engels heb ik heel lang vervelend gevonden. Tegen- woordig doe ik daar niet meer moeilijk over en maak ik graag gebruik van de dubbele betekenis van woorden, zoals bijvoorbeeld bij het woord moving. Ook het gebruik van andere niet-Nederlandse woorden heb ik heel lang vermeden, maar soms heb ik dat woord nodig om mijn idee nauwkeurig 30
  • 31. te kunnen verwoorden. Dat geldt bijvoorbeeld voor het Latijnse woord ‘Altus’. De dubbele betekenis van dit Latijnse bijvoeglijk naamwoord ‘altus’ fascineert mij al lange tijd. Mijn vader heeft me ooit de betekenis hiervan uitgelegd. Altus betekent o.a. zowel ‘hoog’ als ‘diep’. Dat contrast en die dubbelheid gevat in één woord en één begrip sluit goed aan bij de gelaagdheid van mijn werk. Ik wilde dat ook in de titel tot uitdrukking brengen, zoals in de serie ‘Altus / Zo boven, zo onder’. In de Nederlandse taal kennen we geen woord dat deze dubbele betekenis heeft. Titels geven de kijker houvast. Ze geven richting en vormen een ingang voor het kijken. Dat vind ik belangrijk. Ik houd niet van alleen maar cij- fers of de titel ‘Zonder titel’, omdat die geen enkele relatie hebben met het werk en geen betekenis hebben. Vind je het belangrijk dat een kijker het verhaal kent achter je werk? Het werk moet ook zonder mijn verhaal iets voor de kijker kunnen bete- kenen. Soms blijkt dat mijn verhaal over het proces dat ik doorlopen heb, mijn manier van kijken en mijn fascinatie de beschouwer helpt om met andere ogen te kijken naar mijn werk. Hecht je belang aan wat anderen van je werk vinden en hoe belangrijk is dat? Ja, dat is belangrijk voor me. Ik nodig soms mensen uit om samen met mij naar het werk te kijken, om hun commentaar te horen. Als iemand je werk niks vindt, ervaar je dat dan als een persoonlijke afwijzing? Dat is wel even slikken, maar daar ben ik aan gewend geraakt. Ik vind het veel erger om een afwijzing van een subsidieaanvraag of een galerie te krijgen. Heb je het gevoel dat je gerespecteerd wordt als kunstenaar? Ja, binnen een kleine kring wel. Zijn er nog dingen, vaardigheden of technieken die je toe zou willen voegen of leren om je te kunnen blijven ontwikkelen? Door met collega’s te praten, naar hun atelier te gaan en exposities te bezoeken, krijg ik genoeg impulsen voor verbetering en verdieping. Ik zou nog wel beter willen leren omgaan met grote Chinese penselen en wil graag een tocht door Japan of China maken om deze techniek verder te kunnen ontwikkelen. Ook een techniek als lasersnijden zou ik graag wil- len leren. Mijn loodgieter is op dit moment een goede bron van informa- tie voor me over de mogelijkheden van het buigen en solderen van zink. Welke verwachtingen had je toen je begon als beeldend kunstenaar? Kunst is altijd een niet weg te denken onderdeel van mijn leven geweest, 31
  • 32. maar ik had toentertijd niet de verwachting dat ik van beeldende kunst zou kunnen leven. Ik verdien niet voldoende met mijn werk om van te kunnen leven, maar in ieder geval wel altijd genoeg om de huur van mijn atelier en alle materialen te kunnen betalen. Het is overigens nog steeds mijn streven om te kunnen leven van mijn werk. In de loop der tijd heb ik beter geleerd hoe ik naamsbekendheid kan bevorderen, mijn werk onder de aandacht kan brengen en mijn werk kan verkopen. Om extra inkomsten te verwerven, geef ik les aan groepen en ik heb ont- dekt dat ik dat heel erg leuk vind. In mijn lessen staat ‘bewust kijken’ cen- traal. Ieder mens kijkt vanuit zijn eigen perspectief, achtergrond en gewoonten. Deze subjectieve wijze van kijken wordt aan de orde en ter discussie gesteld. Door middel van aandachts- en kijkoefeningen en het aanleren van tekenvaardigheden, krijgen mensen plezier in deze andere manier van kijken en in het vormgeven op papier en in klei. Je kunt dus niet leven van je kunst? Nee, ik kan niet leven van de verkoop van mijn werk en dat blijft schu- ren. Dit was destijds voor mij de reden om twee studies en twee beroepen tegelijkertijd te doen. Hoewel ik nooit spijt heb gehad van dit besluit, werkt dat nu voor een deel tegen me, want daardoor heb ik een minder grote collectie werk en minder naamsbekendheid kunnen opbouwen. Ik moet dus nog flink aan de weg moet timmeren, maar dat geldt voor de meeste kunstenaars. Dat mijn werk is opgenomen in de collectie van het Gemeentearchief Amsterdam, meerdere baggerbedrijven en diverse privé- collecties, stemt tot tevredenheid. Doordat ik nu fulltime professioneel beeldend kunstenaar ben, heb ik meer tijd om aandacht te besteden aan deze aspecten van het kunstenaarschap. Ik heb nog twee meer algemene maatschappelijke vragen die ik je wil stel- len, die niets te maken hebben met je eigen werk, maar alles met het huidi- ge maatschappelijke klimaat. De eerste vraag is of je het belangrijk vindt dat kunst een rol speelt in de opvoeding en zo ja, waarom? Ja, dat vind ik belangrijk. Kunst en kunstzinnig bezig zijn, leert kinderen om te werken zonder opgelegd voorbeeld en het leert ze om hun eigen waarneming, gevoel en nieuwsgierigheid serieus te nemen en belangrijk te vinden. Bovendien zullen de meeste kinderen er veel plezier aan beleven. Voor ieder kind is het belangrijk om haar/zijn eigen manier van uitdrukken te vinden. Voor de een zal dat beweging zijn, voor de ander het ontdekken van kunstzinnige materialen en technieken, voor een ander muziek, voor weer een ander rekenen, etcetera. Een breed aanbod is dus belangrijk voor ieders ontplooiïng. Interviewer: Hilde Salverda Kunst & Marketing | Kunstenaars in de Markt 32
  • 33. CONTACTGEGEVENS Carien Engelhard Atelier: Nieuwendammerkade 26 M7 1022 AB Amsterdam Mobiel: 06 16 13 60 11 Website: www.carienengelhard.nl E-mail: carien@carienengelhard.nl 33
  • 34. Kunst & Marketing | Kunstenaars in de Markt Coach van professionele kunstenaars en semi-professionele kunstenaars met professionele kwaliteit en professionele ambities. Gespecialiseerd in presentatie, marketing en pr. van kunst, beeldend kunstenaars en fotografen. Ruim 30 jaar ervaring in de kunstenwereld. www.kunstenmarketing.nl | www.kunstenaarsindemarkt.nl E: kunstenmarketing@gmail.com T: @KunstMrktng F: Hilde Salverda
  • 36.
  • 37. CARIEN ENGELHARD (1949) PRIVÉ-ADRES Wilhelminalaan 5 7204 AB Zutphen T: 0575 47 13 96 E: carien@carienengelhard.nl ATELIERADRES Nieuwendammerkade 26 M7 1022 AB Amsterdam T: 06 16 16 13 60 11 E: carien@carienengelhard.nl INTERNET Website: www.carienengelhard.nl LinkedIn: carien-engelhard Twitter: @carienengelhard Facebook: carien.engelhard EXPOSITIES (selectie) 2012 Diepenheim Kunstmoment Diepenheim 18 t/m 28 oktober Loods 6, Amsterdam Art Spot 17 t/m 21 oktober CBK, Amsterdam-Oost 100 jaar De Onafhankelijken, jubileumtentoonstelling 5 oktober t/m 18 november www. kunstenaarsverenigingdeonafhankelijken.nl Art Fair International, Groningen 21 t/m 23 september
  • 38. St. Elisabeth Weeshuis, Culemborg Eindexpositie Galerie Kobalt 21 september t/m 7 oktober Galerie Groene Poort, Middenbeemster Zwart-wit, 400 jaar Beemster 8 april t/m 1 juli De Nieuwe Galerie, Amsterdam Onuitputtelijke bronnen 22 t/m 29 januari 2011 Galerie Kobalt, Culemborg Loods 6, Amsterdam, Art Amsterdam GBK i.s.m. gemeente Tiel, 2Close, duo-expositie GBK, Arnhem, Nieuwe ledenexpositie De Onafhankelijken, Ledenexposities 2010 Westergasfabriek, Amsterdam, Affordable Art Fair Stroomhuis, Neerrijnen, Denkend aan Holland Jaarbeurs, Utrecht, Art-Antique Galerie Haags, Den Haag, 5 Onafhankelijken LekArt 2010, Culemborg, Groepsexpositie De Onafhankelijken, Ledenexposities 2009 Beeldentuin De Stegge, Winterswijk, Groepsexpositie Gallery Nine, Amsterdam, Duo-expositie Galerie De Groene Poort, Middenbeemster Sociale Verzekeringsbank, Amstelveen, Jubileumexpositie De Onafhankelijken, Ledenexposities 2008 Galerie en beeldentuin de Pol, Pannerden Machtig oog, Velp, Tekeningenfestijn De Onafhankelijken, Ledenexposities 2007 Gelre Galeriebeurs, Eusebius kerk, Arnhem Beeldentuin Nieuw Beerenburgh, Eck en Wiel Galerie Beeldentuin de Pol, Pannerden Galerie de Groene Poort, Middenbeemster, De kleur zwart Galerie Windkracht 13, Den Helder
  • 39. Galerie Art Cage, Amsterdam, Solo-expositie De Onafhankelijken, Ledenexposities 2006 Galerie`Beelden aan de Vecht´, Maarssen Oude Kerk/Stichting Red Light, Identity, Amsterdam De Onafhankelijken, Ledenexposities 2005 Galerie Acculade, Amsterdam Galerie en beeldentuin Nw Beerenburgh, Eck en Wiel Galerie Windkracht 13, Den Helder De Onafhankelijken, Ledenexposities Vanaf 1989 tot 2005 onder meer geëxposeerd bij: De Onafhankelijken, ledenexposities. Beeldentuin May Hobijn, Maarssen. Nationaal Baggermuseum, De kunst van het baggeren, Sliedrecht. Sociale Verzekeringsbank, Amstelveen. Galerie De Baak, Noordwijk. 2nd World Festival of Art on Paper (geselecteerd), Ljubjana, Slovenia. Galerie Art Options, Wijk bij Duurstede. Galerie de Groene Poort, Midden Beemster. Open Ateliers Lloyd Hotel, Amsterdam. PIANC Statenhal Congrescentrum, Den Haag. Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Den Haag. Hoofdkantoor Industriebond, Amsterdam. De IJsbreker, Amsterdam. COLLECTIES Mijn werk - zowel driedimensionaal, tweedimensionaal als ruimtelijk werk - is opgenomen in meerdere particuliere collecties, diverse bedrijfscollecties en in het Gemeente- archief Amsterdam. PUBLICATIES Carien Engelhard, autonoom kunstenaar Uitgave van Kunst & Marketing|Kunstenaars in de Markt Amsterdam, september 2012 Papiersnedes en gedichten I Gedichten van Bas Dekker bij papiersnedes van Carien Engelhard Uitgegeven in eigen beheer, 2008
  • 40. Papiersnedes en gedichten II Gedichten van Bas Dekker bij papiersnedes van Carien Engelhard Uitgegeven in eigen beheer, 2009 Grensverkenningen door Marco Kunst, interview Werk opgenomen in o.a.: Mythen 1992 van de kunstenaarsgroep Spie De Baak Art Gallery, uitgave 2002 Denkend aan Holland, DVD van Jan-Wouter van Rijen Lustrumuitgave W. H. Vliegenbos, 2012 KUNSTENAARSVERENIGINGEN Lid van 'De Onafhankelijken', Amsterdam. Bestuursfunctie van 2002 - 2012. Lid van het GBK (Gemeenschap Beeldende Kunstenaars), Arnhem KUNSTOPLEIDING EN -CURSUSSEN 1970 - 1976 Teken- en etsles bij Michiel Czn. Dhont 1972 -1976 Rietveld Academie, studierichting Beeld- houwen, Amsterdam Les van oa. Carel Kneulman 1973 - 1976 Privé-schilderles van Jos Rovers 1993 - 1995 Lithografieles van Aad Hekker, Amsterdam
  • 42.
  • 43.
  • 44. Gegroefd I Collage, gemengde techniek, 70 x 145 x 20 cm, 2012
  • 45. Gegroefd II Collage, gemengde techniek, 70 x 145 x 5 cm, 2012
  • 46. Gegroefd III Collage, gemengde techniek, 70 x 145 x 3 cm, 2012
  • 47. Inspiratiebron voor onderstaande tekening Groeven I Tekening, Siberisch krijt op papier, 75 x 50 cm, 2012
  • 48. Inspiratiebron voor onderstaande tekening Groeven II Tekening, Siberisch krijt op papier, 75 x 50 cm, 2012
  • 49. Inspiratiebron voor onderstaande tekening Groeven, No. 6/8 Tekening, Siberisch krijt op papier, 17 x 25 cm, 2012
  • 50. In het atelier. Groeven I. Papiersnede (in ontwikkeling), 145 x 75 x 8 cm, 2012
  • 51.
  • 52. Gegroefd Papiersnede, gemengde techniek, 25 x 35 cm, 2012 Gegroefd Papiersnede, gemengde techniek, 40 x 50 cm, 2012
  • 53. BIJLAGE TEKEN VAN LEVEN 2008 - 2012
  • 54. Celwand I, No. 2/3 Papiersnede, gouache, oilstick en Siberisch krijt. 50 x 75 x 15 cm, 2012
  • 55. Celwand II, No. 4/4 Tekening, oilstick en Siberisch krijt. 160 x 75 cm, 2012 Celwand II, No. 2/4 Tekening, oilstick en Siberisch krijt. 160 x 250 cm, 2012
  • 56. Atelier Serie ‘Celwand’, papiersnedes en tekeningen, 2012
  • 57. Celwand I, No.1/3 Papiersnede, gouache, oilstick en Siberisch krijt. 50 x 80 x 5 cm, 2012
  • 58. Water, No. 1/5 Papiersnede, gouache op papier, 95 x 95 x 4 cm, 2009 Water, No. 4/5 Papiersnede, gouache op papier, 95 x 95 x 4 cm, 2009
  • 59. Water II, No. 3/7 (hangend) Ruimtelijke tekening, gouache op papier en ijzerdraad, 50 x 95 x 45 cm,, 2009 Water II, No. 3/7 (staand) Ruimtelijke tekening, gouache op papier en ijzerdraad, 50 x 95 x 45 cm, 2009
  • 60. Slachthuis, No. 1/4 Tekening, Siberisch krijt op papier, 18 x 25 cm, 2009
  • 61. Slachthuis, No. 2/4 Tekening, Siberisch krijt op papier, 18 x 25 cm, 2009
  • 62. Slachthuis, No. 3/4 Tekening, Siberisch krijt op papier, 18 x 25 cm, 2009
  • 63. Slachthuis, No. 4/4 Tekening, Siberisch krijt op papier, 18 x 25 cm, 2009
  • 64. Schedels in atelier Schedels een serie met 17 vormen van schedels. Papiersnedes, notenkorrel inkt op papier, 2009 Schedel Eend, No. 1/3 Papiersnede, notenkorrel inkt op papier, 65 x 18 x 12 cm, 2011
  • 65. Schedel Papiersnede, notenkorrel inkt op papier, 75 x 40 x 15 cm, 2009/2010
  • 66. Schedel geit Schets, notenkorrel inkt op bewerkt papier, 55 x 70 cm, 2010
  • 67. Schedel Papiersnede, notenkorrel inkt op papier, 60 x 45 x 15 cm, 2010
  • 68. Schedels in atelier Papiersnedes en schedels van paperclay en bot, 2011
  • 70. Human tree Schetsen, serie van 25 schetsen. Siberisch krijt op karton. 18 x 25 cm, 2001
  • 71. Human tree Schetsen, serie van 6 geschilderde schetsen. Olieverf op karton. 2002
  • 72. Human tree IV, No. 3/4 Schets, olieverf en Siberisch krijt op papier. 150 x 200 cm, 2003 Human tree, No 1/5 Schetsen boom in Zuid-Limburg, inkt op papier. 18 x 25 cm, 2005
  • 73. Human tree Schets van beeld in was. Siberisch krijt op papier. 75 x 100 cm, 2004
  • 74. Rode vlier Papiersnede, kunsstof met olieverf. 75 x 45 x 22 cm, 2009 Boom Tekening in brons, 25 x 15 cm, 2002
  • 75. Human tree, No. 1/2 Sculptuur, brons op Belgisch hardsteen. 28 x 45 x 20 cm, 2002
  • 76. Human tree, No. 2/2 Sculptuur, brons op Belgisch hardsteen. 70 x 30 x 10 cm, 2002/2003
  • 77. BIJLAGE ALTUS / ZO BOVEN, ZO ONDER 2009 - 2011
  • 78. Altus / Zo boven, zo onder Tekening, Siberisch krijt op papier, 100 x 150 cm, 2007 Altus / Zo boven, zo onder, No. 3/12 Schets, Siberisch krijt op papier, 25 x 30 cm, 2007
  • 79. Altus / Zo boven, zo onder, No. 5/12 Schets, Siberisch krijt op papier, 25 x 30 cm, 2007 Altus / Zo boven, zo onder, No. 4/12 Schets, Siberisch krijt op papier, 25 x 30 cm, 2007
  • 80. Altus / Zo boven, zo onder, No. 8/12 Schets, Siberisch krijt op papier, 25 x 30 cm, 2007 Altus / Zo boven, zo onder, No. 12/12 Schets, Siberisch krijt op papier, 25 x 30 cm, 2007
  • 81. Sporen Papiersnede op als leisteen bewerkte achtergrond, 95 x 100 cm, 2009 Sporen Detail papiersnede op als leisteen bewerkte achtergrond, 95 x 100 cm, 2009
  • 82. Landschap Detail papiersnede, Siberisch krijt op papier op zwart fluweel, 80 x 100 cm, 2009
  • 83. Altus/Zo boven, zo omder Papiersnede, Siberisch krijt op papier op zwart fluweel, 80 x 100 cm, 2009 Altus/Zo onder, zo boven, No. 1/3 Reliëf, paperclay bewerkt met pigment op bewerkte achterplaat, 40 x 42 x 5 cm, 2009
  • 84. Altus/Zo onder, zo boven, No. 1/3 Reliëf, paperclay bewerkt met pigment, 40 x 42 cm, 2009 Altus/Zo onder, zo boven, No. 2/3 Reliëf, paperclay bewerkt met pigment, 47 x 50 cm, 2009
  • 85. BIJLAGE M O V I N G 2007 - 2011
  • 86. Moving II, No. 3/4 Papiersnede, oilstick en Siberisch krijt op papier, 160 x 240 x 4 cm, 2009 Moving II, No. 4/4 Papiersnede, olieverf en Siberisch krijt op fotoprintpapier, 150 x 190 x 20 cm, 2009
  • 87. Moving II, No. 1, 2 en 3 Papiersneden in atelier, 2011 Moving I, No. 3/4 Papiersnede, Zaans bord en olieverf, 80 x 100 x 15 cm, 2009
  • 88. Moving II, No. 2/4 Detail papiersnede Moving II, No. 2/4. Oilstick en Siberisch krijt op papier, 2009 Moving II, No. 1/4 Detail papiersnede Moving II, No. 1/4. Oilstick en Siberisch krijt op papier, 2009
  • 89. Moving II, No. 3/4 Detail papiersnede Moving II, No. 3/4. Houtskool en Siberisch krijt op papier, 2009 Moving II, No. 1/4 Detail papiersnede Moving II, No. 1/4. Oilstick en Siberisch krijt op papier, 2009
  • 90. Moving II, No. 4/4 Detail papiersnede Moving II, No. 4/4. Oilstick, olieverf en Siberisch krijt op fotoprintpapier, 2009 Moving II, No. 4/4 Detail papiersnede Moving II, No. 4/4. Oilstick, olieverf en Siberisch krijt op fotoprintpapier, 2009
  • 91. Moving II, No. 2/4 Detail papiersnedeMoving II, No. 2/4., Oilstick en Siberisch krijt op papier, 2009
  • 92. Moving I, No 1, 2, en 3 Papiersneden uit een serie van 4 papiersneden. Zaans bord en olieverf. 2009
  • 93. Moving III, No. 7/7 Zinkobject. Geschuurd en gepolijst zink, met vilststift bewerkt 70 x 75 x 16 cm, 2010
  • 94. Moving III, No. 3/7. Zinkobject, 85 x 98 x 14 cm, 2011 Moving III, No. 4/7. Zinkobject, 105 x 85 x48 cm, 2011
  • 95. Moving III, No. 2/7 Zinkobject. Zink, bewerkt met olieverf en acrylverf, 80 x 100 x 17 cm, 2010
  • 96. Moving III, No. 5/7 Zinkobject. Zink, bewerkt met olieverf en acrylverf, 80 x 100 x 17 cm, 2010
  • 98. Grond voor mijn voeten I Tekening, Siberisch krijt op museumkarton, 19 x 26 cm, 2006 Grond voor mijn voeten II Tekening, Siberisch krijt op museumkarton, 25 x 30 cm, 2006 Grond voor mijn voeten I Tekening, gouache en Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2006
  • 99. Grond voor mijn voeten I Tekening, Siberisch krijt en grafiet op papier, 19 x 25 cm, 2007 Schaduw van een bewegende tak, No. 2/8 Tekening, Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2007
  • 100. Bewegende tak, No. 1/2 Papiersnede, gouache, Siberisch krijt en oilstick, 70 x 110 x 20 cm, 2007/2012 100
  • 101. Bewegende tak, No. 1/2 Detail papiersnede, gouache, Siberisch krijt en oilstick, 70 x 110 x 20 cm, 2007/2012 Bewegende tak, No. 1/2 Detail papiersnede, gouache, Siberisch krijt en oilstick, 70 x 110 x 20 cm, 2007/2012 101
  • 102. Schaduw van een bewegende tak, No. 4/8 Tekening, Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2007
  • 103. Tekening, notenkorrel inkt op handgeschept papier, 20 x 25 cm, 2009 Tekening, notenkorrel inkt op handgeschept papier, 20 x 25 cm, 2009
  • 104. Tekening, notenkorrel inkt en Siberisch krijt op papier, 20 x 25 cm, 2010 Tekening, notenkorrel inkt en Siberisch krijt op papier, 20 x 25 cm, 2010
  • 105. Tekening, notenkorrel inkt en Siberisch krijt op papier, 20 x 25 cm, 2010
  • 106. De grond voor mijn voeten Papiersnede collage no. 2/3, 80 x 100 x 20 cm, 2011 Notenkorrel inkt en Siberisch krijt op papier
  • 108. Wortel III , No. 1/10 Tekening, Siberisch krijt en houtskool op papier, 70 x 100 cm, 2006 Boom I, , No. 3/7 Papiersnede uit de serie ‘Human tree’, 65 x 110 cm, 2006
  • 109. Wortel III, No. 4/10 Tekening, Siberisch krijt en houtskool op papier, 70 x 100 cm, 2006 Wortel V, No. 6/11 Tekening, krijt op papier, 70 x 100 cm, 2006
  • 110. Wortelstronk en papiersnedes uit de serie Mapping my roots, 2007
  • 111. Mapping my roots (zwart), No 10/12 Papiersnede, Siberisch krijt en houtskool op papier, 75 x 85 cm, 2008 Mapping my roots (oker), No 2/12 Papiersnede, Siberisch krijt, pigment met waterglas op papier, 75 x 85 cm, 2007
  • 112. Wortels, No. 1/4 Ruimtelijke tekening. Draad, papier en waterglas, 250 x 200 x 90 cm, 2009 Wortels, No. 2/3 Reliëf, paperclay, 35 x 30 x 4 cm, 2009
  • 114. Bosrand, No. 2/12 Schets, Siberisch krijt op papier, 21 x 30 cm, 2005 Bosrand, No. 8 /12 Schets, Siberisch krijt op papier, 21 x 30 cm, 2005
  • 115. Bosrand groot, No. 1/4 Papiersnede, oilstick en Siberisch krijt, 60 x 100 cm, 2007 Bosrand III, No. 3/4 Papiersnede, oilstick, Siberisch krijt en gouache, 75 x 100 cm, 2007/2009
  • 116. Bosrand klein (zwart), No. 2/8 Papiersnede, gemengde techniek, 25 x 35 cm, 2008/2011 Bosrand klein, No. 6/8 Papiersnede, gemengde techniek, 25 x 28 cm, 2008
  • 117. Bosrand klein, No. 8/8 Papiersnede, gemengde techniek, 20 x 30 cm, 2008 Bosrand klein, No. 7/8 Papiersnede, gemengde techniek, 20 x 30 cm, 2008
  • 118. Schets in landschap Siberisch krijt op karton, 16 x 23 cm, 2006
  • 120. Groei Papiersnede, 110 x 130 cm, 2008 Jij en ik, Saskia en Carien Ter gelegenheid van de 155ste sterfdag van Saskia van Uylenburgh Papiersnede, 20 x 25 cm, 2006
  • 121. Roest, No I/3 Papiersnede uit de serie ‘Roest’. Siberisch krijt op papier, 50 x 70 cm, 2005 Verweven Papiersnede, Siberisch krijt op papier, bewerkt met paverpol. 70 x 100 cm, 2006
  • 122.
  • 123. BIJLAGE H A V E N S 1997 - 2007
  • 124. Ketelmeer Olieverf op linnen, 100 x 150 cm, 1997 Sleepboten op het Ketelmeer Olieverf op linnen, 80 x 100 cm, 1998
  • 125. Baggeren op het IJ Olieverf op linnen, 80 x 100 cm, 2003 Faunus in ijs Olieverf op linnen, 40 x 50 cm, 2002
  • 126. Schepen op de Waal, No. 2/8 Oilstick op papier, 20 x 28 cm, 1996 Harbourscape, No. 3/5 Oilstick op karton, 40 x 45 cm, 1999
  • 127. Abstractie haven Olieverf op linnen, 41 x 55 cm2001 Schepen op de Waal, No. 1/6 Olieverf op linnen, 100 x 120 cm, 1996
  • 128. Sleepboot Tekening, Siberisch krijt op papier. 10 x 15 cm, 2001 Haven II Tekening, Siberisch krijt op papier. 15 x 20 cm, 2003
  • 129. Haven II, No. 3/5 Olieverf op linnen. 80 x 100 cm, 2003
  • 130. Vissersschepen in IJmuiden Schets, Siberisch krijt op papier. 24 x 30 cm, 2001 IJmuiden havenstructuur Schets, Siberisch krijt op papier. 15 x 30 cm, 2003
  • 131. Sleepboten Tekening, Siberisch krijt op papier. 30 x 35 cm, 1999 Haven III Papiersnede, Siberisch krijt en houtskool op papier. 45 x 65 cm, 2007
  • 132. IJmuiden, No. 6/10 Tekening, houtskool en Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2001 Piëta In de serie IJmuiden, tekening in brons, 20 x 15 cm, 2002
  • 134. De vier hoekpunten van mijn huis Sculptuur, brons, 145 x 60 x 65 cm, 2003/2004
  • 135. De vier hoekpunten van mijn huis Tekening, Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2003/2004
  • 136. In wording Sculptuur uit de serie Rietmens. Brons, 185 x 120 x 30 cm, 2003 Serie Rietmensen is gegoten door bronsgieterij Maarten Smit, Brummen.
  • 137. In het atelier Serie Rietmens, sculpturen in was en tekening 2003/2004
  • 138. Meisje Sculptuur uit de serie Rietmens. Brons, 130 x 55 x 10 cm, 2003/2004 Serie Rietmensen is gegoten door bronsgieterij Maarten Smit, Brummen.
  • 139. Groet I Sculptuur uit de serie Rietmens. Brons, 159 x 25 x 10 cm, 2003/2004 Serie Rietmensen is gegoten door bronsgieterij Maarten Smit, Brummen.
  • 140. Meisje op reis Sculptuur uit de serie Meisje op reis. Brons, 20 x 35 x 5 cm, 2005
  • 141. Meisje op reis Schetsen, Siberisch krijt op zuurvrij karton, 15 x 20 cm, 2003
  • 142. Meisje op reis Sculptuur uit de serie Meisje op reis,. Brons, 100 x 100 x 20 cm, 2006
  • 143. Meisje op reis Tekening, Siberisch krijt op papier, 70 x 100 cm, 2005
  • 144. Een gewoon mens (staand) Sculptuur uit de serie Een gewoon mens. Brons, 25 x 8 x 4 cm, 2001/2002
  • 145. Een gewoon mens (staand) Tekening uit de serie Een gewoon mens. Oilstick op museumkarton, 50 x 65 cm, 2001
  • 146. Paar in de natuur dansend Sculptuur uit de serie Dansend paar, brons, 55 x 30 x 5 cm, 2003
  • 147. Paar in de natuur dansend Tekening uit de serie Dansend paar, Siberisch krijt en houtskool op papier 70 x 100 cm, 2002/2003
  • 148. Dansend paar met boom Reliëf uit de serie Dansend paar. Aluminiumcement op paneel 40 x 37 x 7 cm, 2003
  • 149. Dansend paar met boom Tekening uit de serie Dansend paar. Siberisch krijt en houtskool op papier 70 x 100 cm, 2002/2003
  • 150. Bevrijding Sculptuur, brons, 40 x 37 x 7 cm, 2004
  • 152. Gewoon mens liggend Sculptuur, brons, 23 x 10 x 6 cm, 2001 Gewoon mens liggend Sculptuur, brons, 23 x 10 x 6 cm, 2001
  • 153. Gewoon mens liggend Tekening, oilstick en Siberisch krijt op karton, 50 x 65 cm, 2001 Gewoon mens liggend Tekening, oilstick en Siberisch krijt op karton, 50 x 65 cm, 2001
  • 154. Gewoon mens liggend Sculptuur, brons, 23 x 10 x 6 cm, 2001 Gewoon mens liggend Tekening, oilstick en Siberisch krijt op karton, 50 x 65 cm, 2001
  • 155. Gewoon mens liggend Reliëf, brons, 23 x 10 x 6 cm, 2001 Gewoon mens liggend Tekening, oilstick en Siberisch krijt op karton, 50 x 65 cm, 2001
  • 156. Gewoon mens staand Tekening, oilstick en Siberisch krijt op karton, 50 x 65 cm, 2001
  • 157. Gewoon mens staand, No 1/3 Schilderij, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2001
  • 158. Gewoon mens liggend, No. 1/6 Schilderij, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2001 Gewoon mens liggend, No. 3/6 Schilderij, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2001
  • 159. Gewoon mens liggend, No. 4/6 Schilderij, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2001 Gewoon mens liggend, No. 6/6 Schilderij, olieverf op doek, 80 x 100 cm, 2001
  • 160. Gewoon mens staand Sculptuur (achterzijde), brons, 20 x 7 x 3 cm, 2001