3. Rijst op, rijst op voor Jezus,
gij helden van het kruis!
Verhoogt Zijn krijgsbanieren
te midden van 't gedruis.
Door strijd tot d'overwinning
leidt Jezus keer op keer,
tot ied're vijand valle
voor Zijne voeten neer.
4. Rijst op, rijst op voor Jezus,
nu 't krijgsgeschal gehoord!
Begeeft u in het strijdperk!
Ziet, Jezus leidt u voort.
Gij strijders, zijt dan moedig,
weerstaat de boze macht;
hij kan niet overwinnen,
want Jezus geeft u kracht.
5. Rijst op, rijst op voor Jezus,
steun op Zijn kracht alleen:
uw eigen arm is macht'loos,
hoe groot uw kracht ook scheen.
Doet aan Gods wapenrusting
en waakt en bidt en strijdt;
roept plicht u in gevaren,
gehoorzaamt t' allen tijd.
6. Rijst op, rijst op voor Jezus,
de strijd is kort van duur;
na al het krijgsgekletter
komt 't overwinningsuur.
Aan hen, die overwinnen,
geeft Hij de zegekroon;
zij zullen met Hem heersen
voor eeuwig in Zijn troon.
8. P 62 – 1, 5
Mijn ziel is stil voor God mijn Heer,
9. Psalm 62 (LvdK) t. W. Barnard, A.C. den Besten; m. Genève 1542/1543
10. Psalm 62 (LvdK) t. W. Barnard, A.C. den Besten; m. Genève 1542/1543
11. Psalm 62 (LvdK) t. W. Barnard, A.C. den Besten; m. Genève 1542/1543
12. Psalm 62 (LvdK) t. W. Barnard, A.C. den Besten; m. Genève 1542/1543
13. Stil gebed
Votum en groet
Ere zij de Vader en de Zoon
En de Heilige Geest,
Als in den beginne, nu en immer,
En van eeuwigheid tot eeuwigheid.
Amen.
34. Efez. 6 : 10, 11 en 17
Houd stand.
10 Ten slotte, zoek uw kracht in de Heer,
in de kracht van zijn macht. 11 Trek de
wapenrusting van God aan om stand te
kunnen houden tegen de listen van de
duivel.
17 Draag als helm de verlossing en als
zwaard de Geest, dat wil zeggen Gods
woorden.
35. Psalm 20
1 Voor de koorleider. Een psalm van
David.
2 Moge de HEER u antwoorden in dagen
van nood
en de naam van Jakobs God u
beschermen,
3 moge hij hulp zenden uit zijn heiligdom,
uit Sion u bijstaan.
36. 4 Moge hij al uw gaven gedenken,
uw brandoffers welwillend aanvaarden,
sela
5 moge hij geven wat uw hart verlangt,
en al uw plannen doen slagen.
37. 6 Laat ons juichen om uw overwinning,
het vaandel heffen, in de naam van onze
God.
Moge de HEER al uw wensen vervullen.
38. 7 Dit weet ik zeker:
de HEER schenkt de overwinning aan zijn
gezalfde,
hij antwoordt hem uit zijn heilige hemel
met de overwinning door zijn machtige
hand.
39. 8 Anderen vertrouwen op paarden en
wagens,
wij op de naam van de HEER, onze God.
9 Anderen buigen en vallen ter aarde,
wij richten ons op en houden stand.
10 HEER, schenk de koning de
overwinning,
antwoord ons wanneer wij u aanroepen.
55. Slotzang G 400 – 2, 3, 6, 1
Geloofd om gans uw creatuur,
halleluja!
56. 2
Geloofd om gans uw creatuur, halleluja!
Ten eerste om dat blinkend vuur, halleluja,
die warme schitterende bron, halleluja,
de heer des hemels, broeder zon, halleluja.
Halleluja, halleluja, halleluja.
57. 3
Hij is zo heerlijk in zijn pracht, halleluja,
verdrijft zo stralende de nacht, halleluja,
en geeft ons dag aan dag zijn licht,
halleluja,
als afglans van uw aangezicht, halleluja.
Halleluja, halleluja, halleluja.
58. 6
Voor zuster water danken wij, halleluja.
Hoe nederig en trouw is zij, halleluja,
als zij ons dient, hoe kuis en goed,
halleluja,
hoe kostbaar in haar overvloed, halleluja.
Halleluja, halleluja, halleluja.
59. 1
Almachtige, verheven Heer, halleluja,
aan U behoort de lof en eer, halleluja.
Wie kan U loven als Gij zijt, halleluja,
wij zegenen uw heerlijkheid, halleluja.
Halleluja, halleluja, halleluja.