2. Lied voor de dienstopw 525 Jubel het uit.De Heer is hier;
3. Jubel het uit.De Heer is hier;ontvang het koningskind!Als redder van de aardegeeft Hij het leven waarde.Dus hemel en aarde, zingt! (2x)Dus hemel, dus hemelen aarde, zingt!
4. Jubel het uit.De Heer regeert;wees blij, verhef je stem!Zing als de schepping juicht,aanbiddend voor Hem buigteen vreugdelied voor Hem (2x)een vreugde-, een vreugdelied voor Hem!
5. Zijn koningschapzal eeuwig zijn,rechtvaardig en vol kracht!Laat ieder volk op aardezijn heerlijkheid ervaren;de liefde die Hij bracht (2x)de liefde, de liefdedie Hij bracht!
7. Opw 58Vrede zij u, vrede zij u,gelijk Mij de Vader zond,zend Ik ook u.Vrede zij u, vrede zij u,gelijk Mij de Vader zond,zend Ik ook u.
8. Blijft in mijn vrede, blijft in Mij.Mijn woord moet in u zijn,dat maakt u vrij.Blijft in mijn vrede, blijft in Mij.Mijn woord moet in u zijn,dat maakt u vrij.
9. Ontvangt mijn Geest,heilige Geest.Hij zal u leiden,weest niet bevreesd.Ontvangt mijn Geest,heilige Geest.Hij zal u leiden,weest niet bevreesd.
10. Vrede zij u, vrede zij u,gelijk Mij de Vader zond,zend Ik ook u.Vrede zij u, vrede zij u,gelijk Mij de Vader zond,zend Ik ook u.</
11. Votum en groetEre zij de Vader en de ZoonEn de Heilige Geest,Als in den beginne, nu en immer,En van eeuwigheid tot eeuwigheid.Amen.
12. Opwekking 488 Heer ik kom tot U;neem mijn hart, verander mij,als ik U ontmoetvind ik rust bij U.Want Heer ik heb ontdekt,dat als ik aan uw voeten ben,trots en twijfel wijkenvoor de kracht van uw liefde.
13. Houd mij vast,laat uw liefde stromen.Houd mij vast,heel dichtbij uw hart.Ik voel uw krachten stijg op als een arend;dan zweef ik op de wind,gedragen door uw Geesten de kracht van uw liefde.
14. Heer, kom dichterbijdan kan ik uw schoonheid zienen uw liefde voelen,diep in mij.En Heer, leer mij uw wil,zodat ik U steeds dienen kanen elke dag mag levendoor de kracht van uw liefde.
15. 1. Houd mij vast,laat uw liefde stromen.Houd mij vast,heel dichtbij uw hart.Ik voel uw krachten stijg op als een arend;dan zweef ik op de wind,gedragen door uw Geesten de kracht van uw liefde.
16. 2. Houd mij vast,laat uw liefde stromen.Houd mij vast,heel dichtbij uw hart.Ik voel uw krachten stijg op als een arend;dan zweef ik op de wind,gedragen door uw Geesten de kracht van uw liefde.
17. dan zweef ik op de wind,gedragen door uw Geesten de kracht van uw liefde.
19. Opwekking 320 Ere zij aan God, de Vader,ere zij aan God, de Zoon,eer de Heil'ge Geest, de Trooster,de Drie-een'ge in zijn troon.Halleluja, halleluja,de Drie-een'ge in zijn troon.
20. Ere zij aan Hem, wiens liefdeons van alle smet bevrijdt,eer zij Hem die ons gekroond heeft,koningen in heerlijkheid.Halleluja, halleluja,ere zij het Lam gewijd.
21. Ere zij de Heer der eng'len,ere zij de Heer der kerk,ere aan de Heer der volken;aard' en hemel looft uw werk!Halleluja, halleluja,looft de Koning, heel zijn kerk.
22. Halleluja, lof, aanbiddingbrengen eng'len U ter eerheerlijkheid en kracht en machtenlegt uw schepping voor U neer.Halleluja, halleluja,lof zij U, der heren Heer!
23. Lezen Johannes 1Het vleesgeworden Woord 1 In den beginne was het Woord en het Woord was bij God en het Woord was God. 2 Dit was in den beginne bij God. 3 Alle dingen zijn door het Woord geworden en zonder dit is geen ding geworden, dat geworden is.
24. 4 In het Woord was leven en het leven was het licht der mensen; 5 en het licht schijnt in de duisternis en de duisternis heeft het niet gegrepen. 6 Er trad een mens op, van God gezonden, wiens naam was Johannes; 7 deze kwam als getuige om van het licht te getuigen, opdat allen door hem geloven zouden.
25. 8 Hij was het licht niet, maar was om te getuigen van het licht. 9 Het waarachtige licht, dat ieder mens verlicht, was komende in de wereld. 10 Hij was in de wereld, en de wereld is door Hem geworden, en de wereld heeft Hem niet gekend. 11 Hij kwam tot het zijne, en de zijnen hebben Hem niet aangenomen. 12 Doch allen, die Hem aangenomen hebben,
26. hun heeft Hij macht gegeven om kinderen Gods te worden, hun, die in zijn naam geloven; 13 die niet uit bloed, noch uit de wil des vlezes, noch uit de wil eens mans, doch uit God geboren zijn. 14 Het Woord is vlees geworden en het heeft onder ons gewoond en wij hebben zijn heerlijkheid aanschouwd,
27. een heerlijkheid als van de eniggeborene des Vaders, vol van genade en waarheid. 15 Johannes heeft van Hem getuigd en heeft geroepen, zeggende: Deze was het, van wie ik zeide: Die na mij komt, is vóór mij geweest, want Hij was eer dan ik. 16 Immers uit zijn volheid hebben wij allen ontvangen zelfs genade op genade;
28. 17 want de wet is door Mozes gegeven, de genade en de waarheid zijn door Jezus Christus gekomen. 18 Niemand heeft ooit God gezien; de eniggeboren Zoon, die aan de boezem des Vaders is, die heeft Hem doen kennen.
29. Het getuigenis van Johannes over zichzelf 19 En dit was het getuigenis van Johannes, toen de Joden uit Jeruzalem priesters en Levieten tot hem zonden om hem te vragen: Wie zijt gij? 20 En hij beleed en ontkende het niet; en hij beleed: Ik ben de Christus niet.
30. 21 En zij vroegen hem: Wat dan? Zijt gij Elia? En hij zeide: Ik ben het niet. Zijt gij de profeet? En hij antwoordde: Neen. 22 Zij zeiden dan tot hem: Wie zijt gij? Wij moeten toch antwoord geven aan hen, die ons gezonden hebben; wat zegt gij van uzelf? 23 Hij zeide: Ik ben de stem van een die roept in de woestijn: Maakt recht de weg des Heren, gelijk de profeet Jesaja gesproken heeft.
31. 24 En er waren sommigen afgezonden uit de Farizeeën. 25 En zij vroegen hem en zeiden tot hem: Waarom doopt gij dan, indien gij de Christus niet zijt, noch Elia, noch de profeet? 26 Johannes antwoordde hun en zeide: Ik doop met water; midden onder u staat Hij, van wie gij niet weet, 27 Hij, die na mij komt, wiens schoenriem ik niet waardig ben los te maken.
32. 28 Dit geschiedde te Betanië over de Jordaan, waar Johannes doopte. Johannes wijst op Jezus 29 De volgende dag zag hij Jezus tot zich komen en zeide: Zie, het lam Gods, dat de zonde der wereld wegneemt.
33. 30 Deze is het, van wie ik zeide: Na mij komt een man, die vóór mij geweest is, want Hij was eer dan ik. 31 En zelf wist ik niet van Hem, maar opdat Hij aan Israël zou geopenbaard worden, daarom kwam ik dopen met water. 32 En Johannes getuigde en zeide: Ik heb aanschouwd, dat de Geest nederdaalde als een duif uit de hemel,
34. en Hij bleef op Hem. 33 En ik kende Hem niet, maar Hij, die mij gezonden had om te dopen met water, die had tot mij gezegd: Op wie gij de Geest ziet nederdalen en op Hem blijven, deze is het, die met de heilige Geest doopt. 34 En ik heb gezien en getuigd, dat deze de Zoon van God is.
35. Opwekking 493 Jezus, wat een heerlijke naam;Mensenzoon, Zoon van God,Lam op de troon.Blijdschap en vrede, genade en hoop,al mijn schuld is weggedaan;Jezus, wat een heerlijke naam.
36. Jezus, wat een heerlijke naam;zekerheid, sterke rots, troost als ik lijd.Vrijheid, geborgenheid, leven en kracht,waarheid die mij sterk doet staan;Jezus, wat een heerlijke naam.
37. Jezus, wat een heerlijke naam;heeft mij bevrijd, mijn vaste burcht,held in de strijd.Vergeving en reiniging, warmte en licht,liefde die mij op doet staan;Jezus, wat een heerlijke naam.
38. Vergeving en reiniging, warmte en licht,liefde die mij op doet staan;Jezus, wat een heerlijke naam. Jezus, wat een heerlijke naam.
40. Opwekking 386 Lof zij de Heer,de almachtige Koning der ere.Laat ons naar hartelustzingen en blij musiceren.Komt allen saam,psalmzingt de heilige naam.Looft al wat ademt de Here.
41. Lof zij de Heer,Hij omringt met zijn liefde uw leven.Heeft u in 't licht,als op adelaarsvleug'len geheven.Hij die u leidt,zodat uw hart zich verblijdt.Hij heeft zijn woord u gegeven.
42. Lof zij de Heer,met de heerlijkste naamvan zijn namen.Christenen looft Hemmet Abrahams kinderen samen.Hart wees gerust,Hij is uw licht en uw lust.Alles wat ademt zegt: Amen.