2. Lied voor de dienst G 255 Ere zij aan God, de Vader,
3. 1Ere zij aan God, de Vader,ere zij aan God, de Zoon,eer de Heilge Geest, de Trooster,de Drieeenge in zijn troon.Halleluja, halleluja,de Drieeenge in zijn troon!
4. 2Ere zij aan Hem, wiens liefdeons van alle smet bevrijdt,eer zij Hem die ons gekroond heeft,koningen in heerlijkheid.Halleluja, halleluja,ere zij het Lam gewijd.
5. 3Ere zij de Heer der englen,ere zij de Heer der kerk,ere aan de Heer der volken;aard' en hemel looft uw werk!Halleluja, halleluja,looft de Koning, heel zijn kerk!
6. 4Halleluja, lof, aanbiddingbrengen englen U ter eer,heerlijkheid en kracht en machtenlegt uw schepping voor U neer.Halleluja, halleluja,lof zij U, der heren Heer!
9. 1O Heer, mijn God, Gij koning van 't heelal,ik wil uw naam verheffen boven al.Van dag tot dag roem ik uw majesteit,ik zegen U voor eeuwig en altijd.
10. Groot is de HEER, zijn grootheid zij geprezen,groot is zijn naam, zijn ondoorgrondlijk wezen.Van mond tot mond gaan uw geduchte daden,van eeuw tot eeuw slaat men uw werken gade.
11. 2Ik zal getuigen van uw heerlijk licht,van al de wondren die Gij hebt verricht,opdat men alom spreke van uw kracht,en roeme in uw overwinningsmacht.
12. Uw grootheid, HEER, gaat boven mijn begrippen,uw goedheid, HEER, is altijd op mijn lippenen juichend zal men overal bezingenuw recht, o HEER, uw trouw aan stervelingen.
13. Stil gebedVotum en groetEre zij de Vader en de ZoonEn de Heilige Geest,Als in den beginne, nu en immer,En van eeuwigheid tot eeuwigheid. Amen.
14. Ps. 145 : 3Genadig en barmhartig is de HEER,lankmoedig en vol goedheid altijd weer.Hij toont zijn gunst aan alles wat Hij schiep,al wat Hij uit de schoot der aarde riep.
15. U loven, HEER, de werken van uw handen,de hemelen, de zeeën en de landen.U zegenen, o HEER, uw hartsbemindendie elke dag uw goedheid ondervinden.
17. 5Zie, aller ogen zijn op U gericht,HEER, die te rechter tijd hun nood verlicht.Gij opent uwe hand, en al wat leeftvindt voedsel, vindt al wat het nodig heeft.
18. Rechtvaardig is de HEER in al zijn wegen,in al zijn daden is Hij ons genegen.Al wie Hem aanroept, schenkt Hij zijn ontferming;wie Hem in waarheid aanroept, vindt bescherming.
20. 1 Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede met God door onze Here Jezus Christus, 2 door wie wij ook de toegang hebben verkregen [in het geloof] tot deze genade, waarin wij staan, en roemen in de hoop op de heerlijkheid Gods. 3 En niet alleen (hierin), maar wij roemen ook in de verdrukkingen, daar wij weten,
21. dat de verdrukking volharding uitwerkt, 4 en de volharding beproefdheid, en de beproefdheid hoop; 5 en de hoop maakt niet beschaamd, omdat de liefde Gods in onze harten uitgestort is door de heilige Geest, die ons gegeven is, 6 zo zeker als Christus, toen wij nog zwak waren, te zijner tijd voor goddelozen is gestorven.
22. 7 Want niet licht zal iemand voor een rechtvaardige sterven – maar misschien heeft iemand nog de moed voor een goede te sterven – 8 God echter bewijst zijn liefde jegens ons, doordat Christus, toen wij nog zondaren waren, voor ons gestorven is. 9 Veel meer zullen wij derhalve,
23. thans door zijn bloed gerechtvaardigd, door Hem behouden worden van de toorn. 10 Want als wij, toen wij vijanden waren, met God verzoend zijn door de dood zijns Zoons, zullen wij veel meer, nu wij verzoend zijn, behouden worden, doordat Hij leeft;
24. 11 en dát niet alleen, maar wij roemen zelfs in God door onze Here Jezus [Christus], door wie wij nu de verzoening ontvangen hebben.
25. Gezang 314 – 1, 2, 3 Gij die gelooft, verheugt u samen,
26. 1Gij die gelooft, verheugt u samen,'t is God, die trouw zijn kerk bewaart!Die hoop zal nimmer ons beschamen:de Heer is God en zijns is de aard.Zijn woord heeft vrede, heil bereidvan eeuwigheid tot eeuwigheid!
27. 2Gezanten gaan door alle landen,een heilge opdracht drijft hen voort,zij vrezen strijd noch smaad, noch banden,zij houden vast aan Jezus' woord.Het martlaarsbloed is 't zaad der kerk,de wasdom is des Heren werk.
28. 3Nabij of ver, wij zijn verbonden:één Heer en één geloof, één doop,één Geest is tot ons neergezonden,en één is aller liefd' en hoop.Wij bidden en wij danken saâm,wij roemen in één Vadernaam.
29. Verkondiging rond Romeinen 5 : 1, 21 Wij dan, gerechtvaardigd uit het geloof, hebben vrede met God door onze Here Jezus Christus, 2 door wie wij ook de toegang hebben ver-kregen[in het geloof] tot deze gena-de, waarin wij staan, en roemen in de hoop op de heerlijkheid Gods.
31. 1Halleluja, lof zij de Heer!Aanbidt de Vader, geeft Hem eer,de Schepper aller dingen!De roem van zijn barmhartigheid,zijn wijsheid, macht en majesteitmoet al het schepsel zingen.
32. 2Halleluja, lof zij de Zoon,gedaald van 's hemels hoge troontot heil van stervelingen!Hem, die voor onze zonden stierf,ons 't leven door zijn dood verwierf,moet al het schepsel zingen.
33. 3Halleluja, de Geest zij eer!Als in zijn tempel daalt Hij neerin 't hart van stervelingen!Hem, die ons troost en leert en leidt,en voor de hemel toebereidt,moet al het schepsel zingen.
35. Slotzang G 423 – 1, 2, 3, 4 1. Ach, blijf met uw genade,Heer Jezus, ons nabij,opdat ons nimmer schadedes bozen heerschappij!2. Licht Gij ons met uw stralen,o, licht der wereld, voor,opdat wij niet verdwalenof struiklen op ons spoor!
36. 3. Vervul dan met uw zegenonze armoe, rijke Heer,en zend op onze wegenuw kracht en goedheid neer!4. Neem Gij ons in uw hoede,onoverwonnen held;beteugel satans woedeen 's werelds boos geweld!