1. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
a) f(x) < 0
f
2
5
b) f(x) > 0
a) f(x) < 0
f
g
f
a) f(x) < 0
b) f(x) > 0
x
3
5
−1
b) f(x) > 0
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
g
x
x
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
c) g(x) < 0
g
d) g(x) > 0
2. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
a) f(x) < 0
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
g
b) f(x) > 0
f
x
x
a) f(x) < 0
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
c) g(x) < 0
g
b) f(x) > 0
d) g(x) > 0
3. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
a) f(x) < 0
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
g
b) f(x) > 0
f
x
x
a) f(x) < 0
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
c) g(x) < 0
g
b) f(x) > 0
d) g(x) > 0
4. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
a) f(x) < 0
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
x<-1 v x>3
g
b) f(x) > 0
f
x
x
a) f(x) < 0
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
c) g(x) < 0
g
b) f(x) > 0
d) g(x) > 0
5. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
a) f(x) < 0
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
g
b) f(x) > 0
f
x
x
a) f(x) < 0
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
c) g(x) < 0
g
b) f(x) > 0
d) g(x) > 0
6. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen
enkele x
f
a) f(x) < 0
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
c) g(x) < 0
g
b) f(x) > 0
d) g(x) > 0
7. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
a) f(x) < 0
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
c) g(x) < 0
g
b) f(x) > 0
d) g(x) > 0
8. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
a) f(x) < 0
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5
c) g(x) < 0
g
b) f(x) > 0
d) g(x) > 0
9. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
a) f(x) < 0
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
c) g(x) < 0
g
b) f(x) > 0
d) g(x) > 0
10. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen
enkele x
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
c) g(x) < 0
g
d) g(x) > 0
11. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
c) g(x) < 0
g
d) g(x) > 0
12. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
c) g(x) < 0
voor elke x
d) g(x) > 0
13. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
f
3
5
−1
g
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
14. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
−1
g
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
f
3
5
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
15. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
−1
g
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
f
3
5
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
−x2 −5x<0
f(x)
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
16. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
−1
g
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
f
3
5
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
17. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
−1
g
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
f
3
5
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
18. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
2
−1
g
5
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
f
3
5
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x b) 9x2 +6x > −1 c) 2(3x+2) >−2 d) x2<25
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
19. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
3
5
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x b) 9x2 +6x > −1 c) 2(3x+2) >−2 d) x2<25
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
f(x)<0 voor
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
20. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
3
5
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x b) 9x2 +6x > −1 c) 2(3x+2) >−2 d) x2<25
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
21. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
3
5
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x b) 9x2 +6x > −1 c) 2(3x+2) >−2 d) x2<25
−x2 −5x<0 9x2+6x+1>0
f(x)
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
22. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
3
5
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x b) 9x2 +6x > −1 c) 2(3x+2) >−2 d) x2<25
−x2 −5x<0 9x2+6x+1>0
f(x)
f(x)
−x2−5x=0 a=9 b=6 c =1
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
23. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
3
5
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
−x2 −5x<0 9x2+6x+1>0
f(x)
f(x)
−x2−5x=0 a=9 b=6 c =1
2
−x(x+5)=0 D = b - 4ac
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
24. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
3
5
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
−x2 −5x<0 9x2+6x+1>0
f(x)
f(x)
−x2−5x=0 a=9 b=6 c =1
2
−x(x+5)=0 D = b 2- 4ac
−x=0 v x=−5 D = (6) - 4 i9 i1
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
25. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0
f(x)
a=9 b=6 c =1
D = b2 - 4ac
D = (6)2 - 4 i9 i1
D = 36 - 36 = 0
1 snijpunt
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
26. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0
f(x)
a=9 b=6 c =1
D = b2 - 4ac
D = (6)2 - 4 i9 i1
D = 36 - 36 = 0
1 snijpunt
x=
-b + d
2a
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
27. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0
f(x)
a=9 b=6 c =1
D = b2 - 4ac
D = (6)2 - 4 i9 i1
D = 36 - 36 = 0
1 snijpunt
-b + d
2a
0 x
-6 + 0
1
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
x=
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
28. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0
f(x)
a=9 b=6 c =1
D = b2 - 4ac
D = (6)2 - 4 i9 i1
D = 36 - 36 = 0
1 snijpunt
-b + d
2a
0 x
-6 + 0
1
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
x=
f
1
3
f(x)<0 voor
x
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
29. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0
f(x)
a=9 b=6 c =1
D = b2 - 4ac
D = (6)2 - 4 i9 i1
D = 36 - 36 = 0
1 snijpunt
-b + d
2a
0 x
-6 + 0
1
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
x=
f
1
3
f(x)<0 voor
x
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
30. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
a=9 b=6 c =1
D = b2 - 4ac
D = (6)2 - 4 i9 i1
D = 36 - 36 = 0
1 snijpunt
-b + d
2a
0 x
-6 + 0
1
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
x=
f
1
3
f(x)<0 voor
x
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
31. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0
a=9 b=6 c =1
f(x)
2
D = b - 4ac
D = (6)2 - 4 i9 i1
D = 36 - 36 = 0
1 snijpunt
-b + d
2a
0 x
-6 + 0
1
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
x=
f
1
3
f(x)<0 voor
x
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
32. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2
D = (6)2 - 4 i9 i1
D = 36 - 36 = 0
1 snijpunt
-b + d
2a
0 x
-6 + 0
1
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
x=
f
1
3
f(x)<0 voor
x
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
33. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
D = 36 - 36 = 0
1 snijpunt
-b + d
2a
0 x
-6 + 0
1
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
x=
f
1
3
f(x)<0 voor
x
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
34. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
D = 36 - 36 = 0
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
-b + d
2a
0 x
-6 + 0
1
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
x=
f
1
3
f(x)<0 voor
x
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
35. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
D = 36 - 36 = 0
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
-b + d
Geen snijpunten
x=
2a
0 x
-6 + 0
1
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
1
3
f(x)<0 voor
x
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
36. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
D = 36 - 36 = 0
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
-b + d
Geen snijpunten
x=
2a
0 x
-6 + 0
1
f
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
37. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
D = 36 - 36 = 0
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
-b + d
Geen snijpunten
x=
2a
0 x
-6 + 0
1
f
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
38. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
D = 36 - 36 = 0
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
-b + d
Geen snijpunten
x=
2a
0 x
-6 + 0
1
f
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
39. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
D = 36 - 36 = 0
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
-b + d
Geen snijpunten
x=
2a
0 x
-6 + 0
1
f
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
e) x2 < 6
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
40. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
D = 36 - 36 = 0
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
-b + d
Geen snijpunten
x=
2a
0 x
-6 + 0
1
f
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
41. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5
D = 36 - 36 = 0
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
-b + d
Geen snijpunten
x=
2a
0 x
-6 + 0
1
f
x=
=2 i9
3
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
42. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5
D = 36 - 36 = 0
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
x
-b + d
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
43. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5
D = 36 - 36 = 0
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
x
-b + d
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
44. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5
D = 36 - 36 = 0
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
x
-b + d
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
45. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
x
x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
x2−6=0
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0
D = (6)2 - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5
D = 36 - 36 = 0
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
x
-b + d
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f) x2 <−9
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
46. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
x
x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
x2−6=0
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0 (x+√6)(x−√6)=0
2
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5
D = 36 - 36 = 0
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
x
-b + d
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
47. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
x
x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
x2−6=0
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0 (x+√6)(x−√6)=0
2
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6
D = 36 - 36 = 0
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32
x
-b + d
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
48. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
x
x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
x2−6=0
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0 (x+√6)(x−√6)=0
2
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6
D = 36 - 36 = 0
f
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
x
D = 16 - 48 = -32
x
-b + d
−√6 √6
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
49. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
x
x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
x2−6=0
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0 (x+√6)(x−√6)=0
2
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6
D = 36 - 36 = 0
f
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
x
D = 16 - 48 = -32
x
-b + d
−√6 √6
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
−√6<x<√6
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
50. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
x
x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
f(x)
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
2−6=0
x
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0 (x+√6)(x−√6)=0
2
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6
D = 36 - 36 = 0
f
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
x
D = 16 - 48 = -32
x
-b + d
−√6 √6
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
−√6<x<√6
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
51. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
x
x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
f(x)
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
a=1 b=0 c =9
2−6=0
x
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0 (x+√6)(x−√6)=0
2
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6
D = 36 - 36 = 0
f
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
x
D = 16 - 48 = -32
x
-b + d
−√6 √6
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
−√6<x<√6
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
52. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
x
x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
f(x)
f(x)
f(x)
6x2+4x+2>0 f(x)
a=1 b=0 c =9
x2−6=0
x2−25=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b2 - 4ac
D = b2 - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0 (x+√6)(x−√6)=0
2
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6
D = 36 - 36 = 0
f
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
1 snijpunt
x
D = 16 - 48 = -32
x
-b + d
−√6 √6
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
−√6<x<√6
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
noem links f(x)
2) Vervang > of < door =
en los op (ontbind of abcformule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
53. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
Op 2. Los op
f
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
noem links f(x)
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
2) Vervang > of < door =
f(x)
2+4x+2>0
f(x)
f(x)
f(x)
6x
a=1 b=0 c =9 en los op (ontbind of abc2−25=0
x2−6=0
x
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b22 - 4ac formule)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0 (x+√6)(x−√6)=0 D = 0 - 4 i1i9 3) Maak een schets
2
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6
4) Vergelijk je schets met
D = 36 - 36 = 0
2
f
f
D = (4) - 4 i6 i2
stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
x
D = 16 - 48 = -32
x
interval
-b + d
−√6 √6
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
−√6<x<√6
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
54. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
Op 2. Los op
f
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
noem links f(x)
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
2) Vervang > of < door =
f(x)
2+4x+2>0
f(x)
f(x)
f(x)
6x
a=1 b=0 c =9 en los op (ontbind of abc2−25=0
x2−6=0
x
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b22 - 4ac formule)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0 (x+√6)(x−√6)=0 D = 0 - 4 i1i9 3) Maak een schets
2
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 4) Vergelijk je schets met
Geen snijpunten
D = 36 - 36 = 0
f
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
x
D = 16 - 48 = -32
x
interval
-b + d
−√6 √6
Geen snijpunten −5 5
x=
2a
f(x)<0 voor f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−5<x<5
−√6<x<√6
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
55. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
Op 2. Los op
f
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
noem links f(x)
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
2) Vervang > of < door =
f(x)
2+4x+2>0
f(x)
f(x)
f(x)
6x
a=1 b=0 c =9 en los op (ontbind of abc2−25=0
x2−6=0
x
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b22 - 4ac formule)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0 (x+√6)(x−√6)=0 D = 0 - 4 i1i9 3) Maak een schets
2
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 4) Vergelijk je schets met
Geen snijpunten
D = 36 - 36 = 0
f
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
f
x
D = 16 - 48 = -32
x
interval
-b + d
−√6 √6
Geen snijpunten −5 5
x=
x
2a
f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−√6<x<√6
−5<x<5
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
56. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
Op 2. Los op
f
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
b) 9x2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2 d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
noem links f(x)
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
2) Vervang > of < door =
f(x)
2+4x+2>0
f(x)
f(x)
f(x)
6x
a=1 b=0 c =9 en los op (ontbind of abc2−25=0
x2−6=0
x
a=9 b=6 c =1
f(x)
D = b22 - 4ac formule)
2
D = b - 4ac
a=6 b=4 c =2 (x+5)(x−5)=0 (x+√6)(x−√6)=0 D = 0 - 4 i1i9 3) Maak een schets
2
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 4) Vergelijk je schets met
Geen snijpunten
D = 36 - 36 = 0
f
f
D = (4)2 - 4 i6 i2
stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
f
x
D = 16 - 48 = -32
x
interval
-b + d
−√6 √6
Geen snijpunten −5 5
x=
x
2a
f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor
0 x
-6 + 0
1
−√6<x<√6 geen enkele x
−5<x<5
f
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
57. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
x
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
x
x
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
1) Rechts 0 maken en
2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2
b) 9x
f(x)
f(x)
noem links f(x)
f(x)
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
a=1 b=0 c =9 2) Vervang > of < door =
2−6=0
x
x2−25=0
2+4x+2>0
D = b2 - 4ac
f(x)
6x
(x+√6)(x−√6)=0 D = 02 - 4 i1i9 en los op (ontbind of abc(x+5)(x−5)=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 formule)
Geen snijpunten 3) Maak een schets
D = b2 - 4ac
f
a=6 b=4 c =2
f
2
f
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
4) Vergelijk je schets met
x
x
D = 36 - 36 = 0
2
−5 5
−√6 √6
D = (4) - 4 i6 i2
x stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32 f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor interval
-b + d
Geen snijpunten −5<x<5
−√6<x<√6 geen enkele x
x=
2a
-6 + 0
1
x=
=2 i9
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
d) x2<25
f
x
f(x)>0 voor
elke x
e) x2 < 6
f) x2 <−9
*Bij x2>getal of x2<getal
Kun je ook anders werken
1) Noem links g(x) en
rechts y =getal en maak
een schets.
2) Bepaal de snijpunten
en geef daarna je interval
58. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
g
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
f
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
1) Rechts 0 maken en
2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2
b) 9x
f(x)
f(x)
noem links f(x)
f(x)
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
a=1 b=0 c =9 2) Vervang > of < door =
2−6=0
x
x2−25=0
2+4x+2>0
D = b2 - 4ac
f(x)
6x
(x+√6)(x−√6)=0 D = 02 - 4 i1i9 en los op (ontbind of abc(x+5)(x−5)=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 formule)
Geen snijpunten 3) Maak een schets
D = b2 - 4ac
f
a=6 b=4 c =2
f
2
f
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
4) Vergelijk je schets met
x
x
D = 36 - 36 = 0
2
−5 5
−√6 √6
D = (4) - 4 i6 i2
x stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32 f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor interval
-b + d
Geen snijpunten −5<x<5
−√6<x<√6 geen enkele x
x=
2a
g(x) y
-6 + 0
1
*Bij x2>getal of x2<getal
f
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
Kun je ook anders werken
1) Noem links g(x) en
rechts y =getal en maak
een schets.
2) Bepaal de snijpunten
en geef daarna je interval
59. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
x
x
g
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
1) Rechts 0 maken en
2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2
b) 9x
f(x)
f(x)
noem links f(x)
f(x)
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
a=1 b=0 c =9 2) Vervang > of < door =
2−6=0
x
x2−25=0
2+4x+2>0
D = b2 - 4ac
f(x)
6x
(x+√6)(x−√6)=0 D = 02 - 4 i1i9 en los op (ontbind of abc(x+5)(x−5)=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 formule)
Geen snijpunten 3) Maak een schets
D = b2 - 4ac
f
a=6 b=4 c =2
f
2
f
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
4) Vergelijk je schets met
x
x
D = 36 - 36 = 0
2
−5 5
−√6 √6
D = (4) - 4 i6 i2
x stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32 f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor interval
-b + d
Geen snijpunten −5<x<5
−√6<x<√6 geen enkele x
x=
2a
g(x) y
-6 + 0
1
*Bij x2>getal of x2<getal
f
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
g
x
Kun je ook anders werken
1) Noem links g(x) en
rechts y =getal en maak
een schets.
2) Bepaal de snijpunten
en geef daarna je interval
60. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
x
x
g
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
1) Rechts 0 maken en
2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2
b) 9x
f(x)
f(x)
noem links f(x)
f(x)
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
a=1 b=0 c =9 2) Vervang > of < door =
2−6=0
x
x2−25=0
2+4x+2>0
D = b2 - 4ac
f(x)
6x
(x+√6)(x−√6)=0 D = 02 - 4 i1i9 en los op (ontbind of abc(x+5)(x−5)=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 formule)
Geen snijpunten 3) Maak een schets
D = b2 - 4ac
f
a=6 b=4 c =2
f
2
f
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
4) Vergelijk je schets met
x
x
D = 36 - 36 = 0
2
−5 5
−√6 √6
D = (4) - 4 i6 i2
x stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32 f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor interval
-b + d
Geen snijpunten −5<x<5
−√6<x<√6 geen enkele x
x=
2a
g(x) y
-6 + 0
1
*Bij x2>getal of x2<getal
f
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
y=25
g
x
Kun je ook anders werken
1) Noem links g(x) en
rechts y =getal en maak
een schets.
2) Bepaal de snijpunten
en geef daarna je interval
61. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
g
x
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
f
x
g
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
1) Rechts 0 maken en
2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2
b) 9x
f(x)
f(x)
noem links f(x)
f(x)
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
a=1 b=0 c =9 2) Vervang > of < door =
2−6=0
x
x2−25=0
2+4x+2>0
D = b2 - 4ac
f(x)
6x
(x+√6)(x−√6)=0 D = 02 - 4 i1i9 en los op (ontbind of abc(x+5)(x−5)=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 formule)
Geen snijpunten 3) Maak een schets
D = b2 - 4ac
f
a=6 b=4 c =2
f
2
f
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
4) Vergelijk je schets met
x
x
D = 36 - 36 = 0
2
−5 5
−√6 √6
D = (4) - 4 i6 i2
x stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32 f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor interval
-b + d
Geen snijpunten −5<x<5
−√6<x<√6 geen enkele x
x=
2a
g(x) y
-6 + 0
1
*Bij x2>getal of x2<getal
f
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
y=25
g
−5
5
x
Kun je ook anders werken
1) Noem links g(x) en
rechts y =getal en maak
een schets.
2) Bepaal de snijpunten
en geef daarna je interval
62. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
x
x
g
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
1) Rechts 0 maken en
2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2
b) 9x
f(x)
f(x)
noem links f(x)
f(x)
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
a=1 b=0 c =9 2) Vervang > of < door =
2−6=0
x
x2−25=0
2+4x+2>0
D = b2 - 4ac
f(x)
6x
(x+√6)(x−√6)=0 D = 02 - 4 i1i9 en los op (ontbind of abc(x+5)(x−5)=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 formule)
Geen snijpunten 3) Maak een schets
D = b2 - 4ac
f
a=6 b=4 c =2
f
2
f
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
4) Vergelijk je schets met
x
x
D = 36 - 36 = 0
2
−5 5
−√6 √6
D = (4) - 4 i6 i2
x stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32 f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor interval
-b + d
Geen snijpunten −5<x<5
−√6<x<√6 geen enkele x
x=
2a
g(x) y
-6 + 0
1
*Bij x2>getal of x2<getal
f
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
y=25
g
x
5
−5
voor−5<x<5
Kun je ook anders werken
1) Noem links g(x) en
rechts y =getal en maak
een schets.
2) Bepaal de snijpunten
en geef daarna je interval
63. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
x
x
g
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
1) Rechts 0 maken en
2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2
b) 9x
f(x)
f(x)
noem links f(x)
f(x)
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
a=1 b=0 c =9 2) Vervang > of < door =
2−6=0
x
x2−25=0
2+4x+2>0
D = b2 - 4ac
f(x)
6x
(x+√6)(x−√6)=0 D = 02 - 4 i1i9 en los op (ontbind of abc(x+5)(x−5)=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 formule)
Geen snijpunten 3) Maak een schets
D = b2 - 4ac
f
a=6 b=4 c =2
f
2
f
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
4) Vergelijk je schets met
x
x
D = 36 - 36 = 0
2
−5 5
−√6 √6
D = (4) - 4 i6 i2
x stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32 f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor interval
-b + d
Geen snijpunten −5<x<5
−√6<x<√6 geen enkele x
x=
2a
g(x) y
g(x) y
-6 + 0
1
*Bij x2>getal of x2<getal
2<25
f
d) x
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
y=25
g
x
5
−5
voor−5<x<5
y=6
g
−√6
√6
x
Kun je ook anders werken
1) Noem links g(x) en
rechts y =getal en maak
een schets.
2) Bepaal de snijpunten
en geef daarna je interval
64. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
x
x
g
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
1) Rechts 0 maken en
2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2
b) 9x
f(x)
f(x)
noem links f(x)
f(x)
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
a=1 b=0 c =9 2) Vervang > of < door =
2−6=0
x
x2−25=0
2+4x+2>0
D = b2 - 4ac
f(x)
6x
(x+√6)(x−√6)=0 D = 02 - 4 i1i9 en los op (ontbind of abc(x+5)(x−5)=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 formule)
Geen snijpunten 3) Maak een schets
D = b2 - 4ac
f
a=6 b=4 c =2
f
2
f
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
4) Vergelijk je schets met
x
x
D = 36 - 36 = 0
2
−5 5
−√6 √6
D = (4) - 4 i6 i2
x stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32 f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor interval
-b + d
Geen snijpunten −5<x<5
−√6<x<√6 geen enkele x
x=
2a
g(x) y
g(x) y
-6 + 0
1
*Bij x2>getal of x2<getal
2<25
f
d) x
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
y=25
g
x
5
−5
voor−5<x<5
y=6
g
−√6
√6
x
Kun je ook anders werken
1) Noem links g(x) en
rechts y =getal en maak
een schets.
2) Bepaal de snijpunten
en geef daarna je interval
65. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
x
x
g
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
g
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
1) Rechts 0 maken en
2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2
b) 9x
f(x)
f(x)
noem links f(x)
f(x)
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
a=1 b=0 c =9 2) Vervang > of < door =
2−6=0
x
x2−25=0
2+4x+2>0
D = b2 - 4ac
f(x)
6x
(x+√6)(x−√6)=0 D = 02 - 4 i1i9 en los op (ontbind of abc(x+5)(x−5)=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 formule)
Geen snijpunten 3) Maak een schets
D = b2 - 4ac
f
a=6 b=4 c =2
f
2
f
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
4) Vergelijk je schets met
x
x
D = 36 - 36 = 0
2
−5 5
−√6 √6
D = (4) - 4 i6 i2
x stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32 f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor interval
-b + d
Geen snijpunten −5<x<5
−√6<x<√6 geen enkele x
x=
2a
g(x) y
g(x) y
-6 + 0
1
*Bij x2>getal of x2<getal
2<25
2< 6
f
d) x
e) x
f) x2 <−9
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
y=25
g
x
5
−5
voor−5<x<5
g
y=6
g
−√6
√6
x
x
Kun je ook anders werken
1) Noem links g(x) en
rechts y =getal en maak
een schets.
2) Bepaal de snijpunten
en geef daarna je interval
66. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
x
x
g
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
f
x
x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
g
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
1) Rechts 0 maken en
2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2
b) 9x
f(x)
f(x)
noem links f(x)
f(x)
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
a=1 b=0 c =9 2) Vervang > of < door =
2−6=0
x
x2−25=0
2+4x+2>0
D = b2 - 4ac
f(x)
6x
(x+√6)(x−√6)=0 D = 02 - 4 i1i9 en los op (ontbind of abc(x+5)(x−5)=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 formule)
Geen snijpunten 3) Maak een schets
D = b2 - 4ac
f
a=6 b=4 c =2
f
2
f
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
4) Vergelijk je schets met
x
x
D = 36 - 36 = 0
2
−5 5
−√6 √6
D = (4) - 4 i6 i2
x stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32 f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor interval
-b + d
Geen snijpunten −5<x<5
−√6<x<√6 geen enkele x
x=
2a
g(x) y
g(x) y
-6 + 0
1
*Bij x2>getal of x2<getal
2<25
2< 6
f
d) x
e) x
f) x2 <−9
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
y=25
g
x
5
−5
voor−5<x<5
g
y=6
g
−√6
√6
x
x
Y=-9
Kun je ook anders werken
1) Noem links g(x) en
rechts y =getal en maak
een schets.
2) Bepaal de snijpunten
en geef daarna je interval
67. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden. Op 1. los
op
1 snijpunt met x-as
geen snijpunten met x-as
2 snijpunt met x-as
f
5
2
a) f(x) < 0
voor
x 2<x<5
b) f(x) > 0
voor
x<2 v x>5
3
5
3 x c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor
voor
x<-1 v x>3 -1<x<3
−1
g
f
x
x
g
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor x≠3
enkele x
c) g(x) < 0 d) g(x) > 0
voor x≠5 voor geen
enkele x
Op 2. Los op
a)−x2 < 5x
−x2 −5x<0
f(x)
−x2−5x=0
−x(x+5)=0
−x=0 v x=−5
x=0 v x=−5
−5
f
0 x
a) f(x) < 0 b) f(x) > 0
voor geen voor elke x
enkele x
x
x
g
d) g(x) > 0
c) g(x) < 0 voor geen
voor elke x enkele x
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
d) x2<25
e) x2 < 6
f) x2 <−9
x2+9<0
x2−6<0
x2−25<0
1) Rechts 0 maken en
2 +6x > −1 c) 2x(3x+2)>−2
b) 9x
f(x)
f(x)
noem links f(x)
f(x)
9x2+6x+1>0 6x2+4x>−2
a=1 b=0 c =9 2) Vervang > of < door =
2−6=0
x
x2−25=0
2+4x+2>0
D = b2 - 4ac
f(x)
6x
(x+√6)(x−√6)=0 D = 02 - 4 i1i9 en los op (ontbind of abc(x+5)(x−5)=0
a=9 b=6 c =1
f(x)
x=−5 v x =5 x=−√6 v x=√6 D = 0 - 36 = -36 formule)
Geen snijpunten 3) Maak een schets
D = b2 - 4ac
f
a=6 b=4 c =2
f
2
f
D = (6) - 4 i9 i1 D = b2 - 4ac
4) Vergelijk je schets met
x
x
D = 36 - 36 = 0
2
−5 5
−√6 √6
D = (4) - 4 i6 i2
x stap 1 en geef daarna je
1 snijpunt
D = 16 - 48 = -32 f(x)<0 voor f(x)<0 voor f(x)<0 voor interval
-b + d
Geen snijpunten −5<x<5
−√6<x<√6 geen enkele x
x=
2a
g(x) y
g(x) y
-6 + 0
1
*Bij x2>getal of x2<getal
2<25
2< 6
f
d) x
e) x
f) x2 <−9
x=
=2 i9
f(x)<0 voor
x<−5 v x>0
f
3
f
1
3
f(x)<0 voor
x
x
f(x)>0 voor
elke x
y=25
g
x
5
−5
voor−5<x<5
y=6
g
−√6
√6
x
Kun je ook anders werken
1) Noem links g(x) en
g
rechts y =getal en maak
x een schets.
2) Bepaal de snijpunten
Y=-9 Voor en geef daarna je interval
geen enkele x
68. Klas 3vwo hoofdstuk 7 kwadratische ongelijkheden
Op 2. Los op
x2
3)
−2x2
a)
+x < 5x b)
−2x > −24 c) 4x(x+2) <5x+1
2
f
1) x2 − 4x < 0 1) −2x2 −2x +24>0 1) 4x +8x<5x+1
1) 4x2+3x−1<0
f(x)
f(x)
¼ x
−1
2 − 4x = 0 2) −2x2 −2x +24=0
f(x)
2) x
2) 4x2+3x−1=0
2) x(− 4) = 0 2) x2 +x −12=0
f(x) <0 voor
2) x =0 v x = 4 2) (x+4)(x −3) =0 a= 4 2b=3 c =−1
D = b - 4ac
2) x =−4 v x = 3
f
0
4
f(x) <0 voor
0<x<4
D = 32 - 4 i4 i-1
D = 9 + 16 = 25
f
x −4
3
f(x) >0 voor
−4<x<3
x
-b + D -3 + 25 1
=
=
2a
2 i4
4
-b - D -3 - 25
x2 =
=
= -1
2a
2 i4
x1 =
Stappenplan kwadratische
ongelijkheden oplossen:
1) Rechts 0 maken en noem
links f(x)
2) Vervang > of < door = en
los op (ontbind of abc-formule)
3) Maak een schets
4) Vergelijk je schets met
stap 1 en geef daarna je
interval
Niet delen voor stap 1